bruinen werkw. Uitspraak: [ 'brœynə(n) ] Afbreekpatroon: brui·nen Vervoegingen: bruinde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gebruind (volt.deelw.) bruin worden in de zon Voorbeeld: 'liggen bruinen aan het strand' Synoniemen: bronzen 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bruinen