nekken werkw. Afbreekpatroon: nek·ken Verbuigingen: nekte Vervoegingen: genekt (volt.deelw.) noodlottig worden; letterlijk: iemand de nek te breken Voorbeeld: 'Die laatste windvlaag heeft hem net genekt en hem van de weg doen belanden.' . Synoniemen: bederven de kop kosten ruïneren verzieken 3 definities...
1) Bederven 2) Breken 3) De das omdoen 4) De genadeslag geven 5) De genadeslag toebrengen 6) De nek omdraaien 7) De nekslag geven 8) Doden 9) Een onherstelbare slag toebrengen 10) Fataal worden 11) Fnuiken 12) Funest zijn voor 13) Genadeslag geven 14) Iemands krachten breken 15) Kapotmaken 16) Knauwen 1) Bederven 2) Breken 3) Doden 4) Fnuiken 5) Kapotmaken 6) Knauwen 7) Ruïneren 8) Stukmaken 9) Vernielen 10) Verzieken 
doden, de genadeslag geven (toon de herkomst via de etymologiebank)
(Amsterdams) de kop kosten, opbreken 
doden, de genadeslag geven