straks bijwoord Uitspraak: [ strɑks ] vandaag nog en binnen korte tijd Voorbeelden: 'We zijn nu aan het eten en straks gaan we de stad in.' , 'Nu heb is er geen zin in, ik doe het straks wel.' Synoniem: strakjes Synoniemen: daarnet daarstraks direct juist later naderhand net pas strakjes weldra zo-even zojuist zometeen zonet 4 definities.....
1) Aanstonds 2) Bijwoord 3) Bijwoord van tijd 4) Binnen korte tijd 5) Binnenkort 6) Daarnet 7) Daarstraks 8) Dadelijk 9) Dagelijks 10) Direct 11) In de nabije toekomst 12) In de toekomst 13) In een later tijdstip 14) Juist 15) Later 16) Later vandaag 17) Naderhand 18) Net 19) Niet dadelijk 20) Niet direct 1) Aanstonds 2) Binnenkort 3) Daarnet 4) Dadelijk 5) Direct 6) Eerstdaags 7) Juist 8) Later 9) Naderhand 10) Net 11) Onverwijld 12) Pas 13) Spoedig 14) Strakjes 15) Temee 16) Terstond 17) Vervolgens 18) Weldra 19) Zo 20) Zohaast 21) Zojuist 22) Zometeen 23) Zonet 
over korte tijd (toon de herkomst via de etymologiebank)
over een poosje vb: straks gaan we boodschappen doen Synoniemen: dadelijk zo aanstonds Tegenstellingen: dadelijk direct [2] gelijk [3] meteen onmiddellijk [2] ogenblikkelijk acuut [2]
•op een later moment. •een korte tijd geleden.
dadelijk
bijwoord van tijd: dadelijk