teruggaan werkw. Uitspraak: [ təˈrʏxan ] Afbreekpatroon: te·rug·gaan Vervoegingen: ging terug (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is teruggegaan (volt.deelw.)
gaan naar de plaats waar je vandaan komt Voorbeeld: 'terug naar huis gaan' Synoniemen: achteruitgaan afnemen bezwijken dalen dateren declineren instorten keren minder worden minder...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/teruggaan
1) Achteruitgaan 2) Achteruitlopen 3) Achteruitwijken 4) Afnemen 5) Bezwijken 6) Dalen 7) Dateren 8) Declineren 9) Deinzen 10) Instorten 11) Keren 12) Minderen 13) Minworden 14) Omkeren 15) Rechtsomkeert maken 16) Reculeren 17) Retrograderen 18) Tanen 19) Tenondergaan 20) Teruggrijpen 21) Vergaan 22) Verminderen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Teruggaan/1
1) Achteruitgaan 2) Afnemen 3) Bezwijken 4) Dalen 5) Dateren 6) Declineren 7) Deinzen 8) Instorten 9) Keren 10) Minderen 11) Minworden 12) Omkeren 13) Reculeren 14) Retrograderen 15) Tanen 16) Tenondergaan 17) Teruggrijpen 18) Terugkeren 19) Vergaan 20) Verminderen 21) Verrotten 22) Verteren 23) Vervallen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Teruggaan/1
in tegengestelde richting gaan vb: halverwege zijn we teruggegaan
Synoniemen: keren omdraaien omkeren
Gevonden op
http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=teruggaan
•naar de punt van vertrek gaan.
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/teruggaan
Geen exacte overeenkomst gevonden.
