verdenken werkw. Uitspraak: [ vərˈdɛŋkə(n) ] Afbreekpatroon: ver·den·ken Vervoegingen: verdacht (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verdacht (volt.deelw.) denken dat iemand iets verkeerds heeft gedaan Voorbeelden: 'iemand verdenken van moord' , 'De politie verdenkt de buurman, maar er is geen bewijs dat hij het gedaan heeft.' Syn... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/verdenken