vijzel zelfst.naamw. Afbreekpatroon: vij·zel Verbuigingen: vijzels (meerv.) Verbuigingen: vijzeltje (verkleinwoord) 1) 《em》de vijzel (m)《/em》: : , een vat waarin met een stamper stoffen fijngestampt kunnen worden Voorbeeld: 'Vijzels worden van hard materiaal zoals messing, porselein of agaat vervaardigd.' 2) 《...
1) Apothekersgereedschap 2) Artikel om poeders fijn te maken (farmacie) 3) Beker met stamper 4) Beker met stamper om bijv kruiden fijn te malen 5) Dommekracht 6) Gereedschap 7) Haaf 8) Hefwerktuig 9) Intern transportmiddel 10) Kattenkop 11) Keukengerei 12) Komvormig voorwerp met stamper 13) Krik 14) Laboratoriuminstrument 1) Dommekracht 2) Krik 3) Mortier 4) Stampgat 5) Stampvat 6) Tonmolen 
1. een houten windas. Tegenwoordig: dommekracht; 2. houten schroef aan het drijfwiel van de zeildoekmaker.
mortier (toon de herkomst via de etymologiebank)
• [m] : vat waarin met een stamper stoffen fijngestampt kunnen worden. • [f] - [m] : schroef.
stampvat
stampvat
1> type ' scheepsschroef ', meestal twee bladig, waarbij de ' bladen ' zo lang zijn dat zij zich minstens één volle omwenteling rond de naaf draaien. De diameter van het blad verloopt van minimaal aan de voorzijde, tot maximaal aan de achterzijde. Dit type schroef wordt gebruikt op vaartuigen waar de schroef zich vaak door de modder moet beweg......
Werktuig voor het opvoeren van water, sinds 1634 in gebruik bij poldermolens
De vijzel is een soort schroef. Het water wordt door de schroef van laag naar hoog gebracht. De eerste vijzels waren van hout. Sinds 1900 zijn er ook stalen vijzels.
Apparaat om zware lasten makkelijk omhoog te tillen
De opvolger van de zijl. Is een wokkel
Hydraulische cylinder.