(aptum of decorum) Eén van de vier traditionele stijldeugden binnen de elocutio, de stijlleer in de retorica, naast de puritas, perspicuitas en ornatus, nl. de passendheid tussen de inhoud en verwoording, alsmede tussen de persoon van de spreker, het publiek, tijd, plaats en de verwoording. Ideeën, alinea's, zinnen, woordgroepen, woorden, letterg...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/bork001lett01_01/bork001lett01_01_0002.php
Etym: Lat. passend; Lat. synoniem: decorum = betamelijkheid. - Eén van de vier traditionele stijldeugden binnen de elocutio, de stijlleer in de retorica, naast de puritas, perspicuitas en ornatus, nl. de passendheid tussen de inhoud en verwoording, alsmede tussen de persoon van de spreker, het publiek, tijd, plaats en de verwoording. IdeeÃ...
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/dela012alge01_01/dela012alge01_01_00173.php
Zie bij
decorumGevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10168
Geen exacte overeenkomst gevonden.
