
het echtpaar zelfst.naamw. Uitspraak: [ ˈɛx(t)par ] Afbreekpatroon: echt·paar Verbuigingen: echtparen (meerv.)
twee mensen die met elkaar getrouwd zijn Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/echtpaar

1) Echtelieden 2) Man en vrouw 3) Stel mensen 4) Getrouwd stel 5) Levenspaar 6) Koppel 7) Stel 8) Gehuwd stel 9) Gehuwd paar
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Echtpaar/1
man en vrouw die getrouwd zijn vb: daar loopt het echtpaar uit het grote huis
Gevonden op
http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=echtpaar

getrouwd stel, meestal bestaande uit een man en een vrouw, maar sinds een recente wetsaanpassing soms ook uit een man en een man of een vrouw en een vrouw
Gevonden op
https://anw.ivdnt.org/article/echtpaar

Een 'echtpaar' zijn twee mensen die aan elkaar zijn verbonden door middel van een huwelijk ('in de echt verbonden'). Traditioneel bestaat een echtpaar uit een man en een vrouw, maar sinds de invoering van het homohuwelijk kunnen in enkele landen ook personen van hetzelfde geslacht een echtpaar vormen.
Gevonden op
https://nl.wikipedia.org/wiki/Echtpaar
Geen exacte overeenkomst gevonden.