het echtpaar zelfst.naamw. Uitspraak: [ ˈɛx(t)par ] Afbreekpatroon: echt·paar Verbuigingen: echtparen (meerv.) twee mensen die met elkaar getrouwd zijn 3 definities Gevonden op https://www.woorden.org/woord/echtpaar
getrouwd stel, meestal bestaande uit een man en een vrouw, maar sinds een recente wetsaanpassing soms ook uit een man en een man of een vrouw en een vrouw Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/echtpaar