glad bijv.naamw. Uitspraak: [ xlɑt ] 1) als je gauw uitglijdt als je erop loopt Voorbeelden: 'gladde wegen door de vorst' , 'een tegel met een gladde en een ruwe kant' Antoniemen: stroef, ruw je op glad ijs begeven (een risico nemen) 2) vriendelijk maar onbetrouwbaar Voorbeeld: 'Pas op, die marktkoopman is een glad...
1) Helemaal 2) Prut 3) Helder 4) Bedaard 5) Niet stroef 6) Zonder afwisseling 7) Glibberig 8) Zonder bobbels 9) Niet hobbelig 10) Zonder oneffenheden 11) Vlot en gelijkmatig 12) Onverschilligheid 13) Ongerimpeld 14) Strak 15) Gepolijst 16) Stil op zee 17) Egaal 18) Helemaal ontplooid 19) Vlakuit 20) Vlak en soepel 
Als een korte termijn handelaar 'glad zit' wil dat zeggen dat hij of zij geen posities heeft en wacht op een goed moment om in te stappen.
Glad is een Engelse meisjesnaam. Het betekent `gelukkig`. Extra info: Glad, Gleda 
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Dat is nog al -) dat is duidelijk.
egaal
Een belegger zit glad als hij alle openstaande posities heeft afgebouwd en dus geen effecten meer in bezit heeft. ( > beleggen > handelsterminologie)
vlak, egaal; glibberig (toon de herkomst via de etymologiebank)
Een belegger zit glad als hij alle openstaande posities heeft afgebouwd en dus geen effecten meer in portefeuille heeft.
geheel en al, in alle opzichten vb: ik ben het glad vergeten Synoniemen: geheel alleszins volledig [2] helemaalmet een oppervlak zonder bobbels vb: het ijs is erg glad, ik gleed bijna uit
•egaal, met geringe ruwheid, slipperig.
egaal
(Eng: smooth) Het ontbreken van onregelmatigheden in een oppervlak.