ongezeglijk bijv.naamw. Uitspraak: [ ɔnxə'zɛxlək ] Afbreekpatroon: on·ge·zeg·lijk niet bereid om te doen wat anderen van je vragen, terwijl dat wel verwacht wordt Synoniem: ongehoorzaam Synoniemen: ongehoorzaam 
1) Koppig 2) Tegen de regels in 3) Ruw 4) Wild 5) Grillig 6) Balorig 7) Rebels 8) Balsturig 9) Ondeugend 10) Ongehoorzaam 11) Onverbiedelijk 12) Stout 13) Dwars 14) Weerbarstig 15) Eigenzinnig 16) Eigenwijs 
niet gezeglijk; niet geneigd zich iets te laten gezeggen; niet geneigd het advies of het bevel van iemand op te volgen; niet inschikkelijk; niet volgzaam; ongehoorzaam
hardleers, ongehoorzaam