ontmoeten werkw. Uitspraak: [ ɔntˈmutə(n) ] Afbreekpatroon: ont·moe·ten Vervoegingen: ontmoette (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ontmoet (volt.deelw.) (iemand) tegenkomen en persoonlijk contact hebben Voorbeeld: 'Ik weet wie zij is, maar we hebben elkaar nooit ontmoet.' Synoniemen: aantreffen kennis maken met ondervinden samenk... Gevonden op https://woorden.org/woord/ontmoeten
bij elkaar komen en elkaar zien vb: wij ontmoeten elkaar elke week bij het tennissen Synoniemen: treffen tegenkomen Tegenstelling: mislopen Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/