pletten werkw. Uitspraak: [ ˈplɛtə(n) ] Afbreekpatroon: plet·ten Vervoegingen: plette (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geplet (volt.deelw.) plat maken Voorbeeld: 'We moeten oppassen dat we niet werden geplet in de enorme menigte.' Synoniem: platdrukken Synoniemen: fijndrukken platdrukken platmaken verbrijzelen 
1) Hevig slaan om te vergruizen 2) Lamineren 3) Uitsmeden 4) Uitslaan 5) Uitpersen 6) Fijnmaken 7) Mangelen 8) Walsen 9) Platwalsen 10) Platslaan 11) Platpersen 12) Platmaken 13) Fijndrukken 14) Om te verbrijzelen 15) Platdrukken 16) Bewerking van metalen 17) Bletten 18) Plat worden 19) Plat maken 20) Samenpersen 
platslaan
plat maken (toon de herkomst via de etymologiebank)
Met hakbijl of batter plat maken van vis of vlees.
(schade) Pletten (het verlies van doekstructuur) is een soort schade bij een schilderij op doek waarbij het hele oppervlak vlakker wordt, alsof het op een fijner weefsel was geschilderd. Dit kan optreden bij het bedoeken van schilderijen. [[en]] Flattening (the loss of canvas texture) is a type of damage to a painting on canvas in which the entire ...
platslaan
Uit `De lagere vaktalen: De tabakbewerkerstaal` 1914 stelen pletten: plat persen om ze op blaadjes te laten lijken.
Met hakbijl of batter plat maken van vis of vlees. http://www.kokswereld.nl/content-culinairwoordenboek.html