samenhangen werkw. Uitspraak: [ 'samə(n)hɑŋə(n) ] Afbreekpatroon: sa·men·han·gen Vervoegingen: hing samen (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft samengehangen (volt.deelw.) in verband staan met Voorbeeld: 'Zijn depressie hangt samen met liefdesproblemen.' Synoniemen: contexten verbanden zinsverbanden Intensiveringen Hoe kun je ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/samenhangen
ermee te maken hebben, ermee in verband staan vb: het rookverbod hangt samen met het brandgevaar in de school Synoniem: relateren Gevonden op https://mowb.muiswerken.nl/