de tournee zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ turˈne ] Afbreekpatroon: tour·nee Verbuigingen: tournees (meerv.) rondreis door een artiest, politicus e.d. Voorbeelden: 'een tournee maken langs de belangrijkste Europese hoofdsteden' , 'op tournee zijn' een verkiezingstournee (rondreis van politici door het land om zoveel mogelijk stemmen te ve...
1) Afstand 2) Ambtelijke rondreis 3) Baan 4) Baanvak 5) Dagreis 6) Dienstreis van een ambtenaar 7) Etappe 8) Excursie 9) Gang 10) Kunstreis 11) Pad 12) Reis 13) Rit 14) Ronde 15) Rondgang 16) Rondreis 17) Rondreis van artiest 18) Rondreis van artiesten 19) Rondreis van een artiest 20) Rondreis van een voorstelling 1) Afstand 2) Baan 3) Baanvak 4) Concertreis 5) Dagreis 6) Etappe 7) Excursie 8) Gang 9) Pad 10) Reis 11) Rit 12) Ronde 13) Rondje 14) Rondreis 15) Rondrit 16) Route 17) Tocht 18) Toer 19) Traject 20) Uitstapje 21) Weg 
kaartspelterm (toon de herkomst via de etymologiebank)
reis van artiesten die in verschillende plaatsen optreden vb: Jantje Smit maakte een tournee door Duitsland
rondreis
rondreis