PhotoPlaza - Fotografische Begrippen

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Sport, welzijn en vrije tijd > Fotografie
Datum & Land: 10/03/2007, NL offline
Woorden: 266


Pre-capture
Functie bij een camera waarmee je kunt aangeven dat de camera bij het half indrukken van de ontspanknop al mag beginnen met opnemen. Digitale camera`s zijn traag in het beginnen met opnemen, en pre-capture is de aanpak van Olympus om iets aan dat gebrek te doen.

Purple fringing
(paarse lijntjes in contrast overgangen),
Een term die slaat op wat te zien is en niet op de oorzaak.
Te onderscheiden van chromatische fouten doordat de paarse randjes aan alle kanten zitten, niet aan 1 kant van een licht donker overgang (met aan de andere kant groenige randjes).
Purple fringing kan je alleen voorkomen door de achtergrond niet over te belichten

RAW
Het RAW-beeldformaat bevat de informatie zoals die door de CCD-sensor wordt vastgelegd, zonder dat die door de camerasoftware verwerkt wordt tot een TIFF- of JPEG-bestand. U moet RAW-bestanden op een pc importeren en daar de verdere bewerking uitvoeren. Het voordeel is dat RAW een zuiver `digitaal negatief` is, en niet beïnvloed door de verwerkingsalgoritmes in de camera.
Lees ook hier: Artikel RAW files in Fotopedia.
En lees: Dit Artikel RAW afbeeldingen op PhotoPlaza en Bestanden op PhotoPlaza

Resolutie
Eenheid voor de scherpte van een beeld, uitgedrukt in aantal lijnen of beeldpunten per inch of centimeter.
Bij digitale camera`s moeten we twee soorten resolutie onderscheiden. Er is de hardwarematige resolutie van de CCD-sensor, die aangeeft hoeveel honderdduizenden of miljoenen sensoren de CCD bevat. Hoe meer sensoren, des te scherper het beeld dat de CCD kan vastleggen.
Het licht dat de CCD registreert, wordt dan omgezet tot een digitaal beeld dat opgebouwd is uit pixels, bijvoorbeeld 1.600 x 1.200 pixels of 640 x 480 pixels. Omdat niet alle informatie van de CCD vertaald kan worden, ligt de maximale resolutie van de digitale foto`s per definitie zo`n tien procent lager dan de hardwareresolutie van de CCD.

Resampling
Het wijzigen van de resolutie van afbeeldingen door ofwel pixels te verwijderen (de resolutie verlagen) ofwel pixels door interpolatie toe te voegen (resolutie verhogen).

Repoussoir
1] Achtergrond waartegen iets afsteekt.
2] Voorwerp dat de dieptewerking van een afbeelding verhoogt.
3] Een beeld op de voorgrond dat er voor zorgt dat de achtergrond meer moet wijken. Zorgt voor dieptewerking in foto`s.
(Ook wel Coulissen-effect) Zie bij de C.

RGB
RGB staat voor het kleurenmodel met de kleuren Rood, Groen en Blauw

Ringflitser
Een speciale ringvormige flitser, meestal gebruikt bij macro-fotografie en close-ups, soms ook voor portretten.

Richtgetal flitser
Getal dat een bepaalde aanwijzing of norm bevat.
Het richtgetal van een flitser bepaald de lichtopbrengst en is gelijk aan het product van de afstand (van flitser tot onderwerp) en het benodigde werkdiafragma. Een richtgetal van 45 wil zeggen: bij vol vermogen is diafragma f45 nodig om op 1 meter afstand van het onderwerp een juist belichte opname te maken. Immers richtgetal = afstand x diafragma. Richtgetallen zijn altijd gedefinieerd bij 100 ISO.
Als de lichtgevoeligheid verdubbelt, dan moet je het richtgetal met 1,4 (de vierkantswortel van 2) vermenigvuldigen. Als de lichtgevoeligheid halveert, dan moet het richtgetal vermenigvuldigd worden met 0,7 (de vierkantswortel van 0,5).
Overigens geldt het richtgetal meestal voor een 50 mm lens. Bij het gebruik van een groothoek verkleint het richtgetal en bij het gebruik van een teleobjectief wordt het richtgetal hoger. De rekenregel hierbij is dat als de brandpuntsafstand verdubbelt, het richtgetal met factor 1,4 toeneemt. Omgekeerd is het zo dat als de brandpuntsafstand halveert, het richtgetal met factor 1,4 afneemt.
Lees ook:

Ruis (noise)
Een willekeurig patroon van kleine vlekken en spikkels op een digitaal beeld die doorgaans ongewenst zijn, veroorzaakt door de elektrische signalen die geen beeld vormen.

Schwarzschild-effect
1] Wanneer je gebruik maakt van extreem lange sluitertijden, kan dit effect optreden. Films worden minder gevoelig wanneer de film langer dan een seconde wordt belicht. Om de belichting toch goed te krijgen, moet een nog langere sluitertijd of een groter diafragma gebruikt worden.
2] Per film is er een getal dat aangeeft hoe de film reageert op lange belichtingstijden. Het is namelijk zo dat voor fotografische films de belichtingstijd niet lineair is met de helderheid van het object, dwz., een object dat tweemaal zo zwak is moet niet tweemaal zo lang worden belicht om een goed resultaat te verkrijgen. De werkelijke belichtingstijd is langer, omdat de film als het ware `verzadigd` raakt. Dit verzadigingseffect wordt het Schwarzschildeffect genoemd.

Schouderstatief
Borststatief
Statief voor een camera, die je bevestigt aan de schouder. Je hebt dan meer ondersteuning dan wanneer je zonder statief werkt. Met een dergelijke statief ben je meer mobiel dan bij een normale driepoot of eenbeenstatief. Zorg ervoor dat je zelf ook stabiel staat of ergens tegenaan leunt. Als je je benen een beetje spreidt en je knieën strekt, sta je al veel steviger dan normaal. Een schouderstatief wordt veel gebruikt bij digitale videocamera`s.

Schoonmaken van de sensor
Lees hier dit topic op PhotoPlaza op PhotoPlaza.

Scherptedieptecalculator
Programma om de scherptediepte te berekenen.
En dit is de beste: DOF calculator.

Scherptediepte
Scherptediepte is het gebied in de object ruimte (de dingen die je fotografeert) waarbinnen de afbeelding op de foto scherp genoemd wordt.
Lees hier dit artikel op Fotopedia.

Scherpstellen
Scherpstellen op een object betekent dat de lens zo ingesteld wordt dat de stralen die van een punt van het object komen en de lens bereiken precies op het vlak van de gevoelige laag weer in een punt bij elkaar komen.
Lees hier: dit artikel in Fotopedia

Scanner
1] Elektronisch apparaat waarmee afbeeldingen worden omgezet in digitale informatie (digitaliseert tot een bitmapafbeelding) die kan worden opgeslagen en bewerkt in een computer
2] Een apparaat waarmee je dia`s, foto`s of film, afbeeldingen, grafieken, tekeningen, teksten kunt omzetten in digitale tekens en vervolgens in de computer kunt opslaan.
Lees ook: Dit Topic Scannersop PhotoPlaza.
Kijk ook: Scannen op de site van Digitale Doka.

Screendump
Afdruk van wat er op een bepaald moment op het beeldscherm wordt weergegeven.

Sensor
Beeldsensor
De beeldsensor van een digitale camera is het lichtgevoelige element waarmee het beeld wordt vastgelegd. Er zijn verschillende beeldsensoren:
-CCD (Charged Coupled Device) Zie ook bij de C.
-CMOS (Complementary Metal Oxide Semiconductor)
-Foveon heeft een X3-sensor, die als eerste de volledige RGB kleur met elke pixel kan vastleggen.

Sferische aberratie = afwijking.
Een lensfout die komt door het zuiver bolvormig slijpen van lensoppervlakken. Deze vorm is niet ideaal voor lenzen maar technisch makkelijker te maken dan asferische lenzen.
Optische afwijking, die meestal voorkomt bij grote diafragma`s van groothoekobjectieven, waarbij niet alle golflengten van het licht op hetzelfde punt gebundeld worden. Dit manifesteert zich als verzwakte scherpte in de hoeken van het beeld. Kan op verschillende manieren optisch gecorrigeerd worden, bijvoorbeeld met een asferisch lensoppervlak (in het onderwerp) en het gebruik van kleinere diafragma-openingen.
Lees ook: Lensfouten op Fotopedia.

Shiftobjectief
Zie ook TS lens Tilt-shift lens
Om een vertekening van het perspectief te voorkomen moet het filmoppervlak zich evenwijdig aan het onderwerp bevinden. Om dit te bereiken moet een deel van de camera of het objectief in een andere stand worden gezet. Met een shiftobjectief is dit zowel in horizontale als in verticale richting mogelijk. Meestal wordt het gebruikt om `achterovervallende` gebouwen recht te zetten en om de scherptediepte bij landschapsfoto`s zo groot mogelijk te maken.

Silica-gel
Vochtabsorberende kristallen. Ze worden gebruikt om een fotografische uitrusting in vochtige omstandigheden droog te houden.

Slave-ontsteking
Niet iedere camera heeft een aansluiting voor een losse flitser. Er bestaan flitsers met een slave-ontsteking, die reageert op het licht van de ingebouwde flitser. In dat geval kun je eventule schaduwen van de ingebouwde flitser ophelderen met een externe flitser.

Sluitertijdvertraging
De tijd die verstrijkt tussen het indrukken van de ontspanner en de afgeronde opnamen. Waarden van 0,15 tot 0,3 seconden zijn snel genoeg om snapshots te makien. Bij waarden boven de 0,5 seconde wordt het lastiger om bewegende onderwerpen op de foto te zetten.

Sluitertijd
1] Shutter speed, tijd dat de sluiter geopend is, waardoor belichting mogelijk is.
2] De duur van het belichten van de film of sensor. Een korte sluitertijd zorgt ervoor dat de sluiter kort open is (bijvoorbeeld 1-2000 seconde). Bij een lange sluitertijd is de sluiter langer open (bijvoorbeeld 1-16 seconde).
Om een film goed te belichten is een hoeveelheid licht nodig. Daarom moet een langere sluitertijd worden gecompenseerd met een kleiner diafragma om een goed resultaat te behalen. Een korte sluitertijd moet gecompenseerd worden met een groter diafragma. Zie D: diafragma.
Sluitertijd wordt uitgedrukt in fracties van een seconde, bijvoorbeeld 1-25 voor sluitertijd van één vijfentwintigste seconde. Wanneer een camera `2000` aangeeft, wordt hiermee 1-2000 bedoeld (de 1- is weggelaten).

Sluiter
1] Shutter, mechanisme dat de lensopening afsluit en de belichtingstijd regelt.
2] Mechanisme in het objectief dat ervoor zorgt dat het licht gedurende een bepaalde tijd op de film-sensor valt om een beeld tot stand te brengen. De sluiter gaat open om licht door het objectief te laten schijnen. Nadat de film-sensor belicht is, gaat de sluiter weer dicht. De tijdsduur van de sluiteropening is in te stellen.
Een centraal-sluiter zit in of bij de lens bij een camera met vaste lens. Een gordijnsluiter of spleetsluiter blijft voor de sensor of de film zitten, zodat we rustig lenzen kunnen verwisselen.

SmartMedia
Een type verwijderbare geheugenkaart. Verkrijgbaar in versies van 8, 16, 32, 64, en 128 MB. Ze zijn dunner en lichter dan CompactFlash-kaarten.

Solarisatie
1] [foto.] het ontstaan van een positief in plaats van negatief beeld na sterke overbelichting.
2] Solarisatie-effect krijg je als je in de Doka het licht even aan en weer uit doet.
Er zijn ook filters voor in Photoshop.

Spotmeting
Een manier van lichtmeten waarbij alleen de lichtintensiteit van een heel klein onderdeel van een onderwerp wordt gemeten. Deze functie is ingebouwd in sommige camera`s, maar komt ook voor in de vorm van een losse lichtmeter. Voor voorspelbare belichting is ervaring vereist in het bepalen van de helderheidsnuances.

Spiegelvergrendeling
Bij sommige spiegelreflexcamera`s kan de spiegel opgeklapt worden en in die stand vergrendeld worden terwijl de belichting plaatsvindt. Hierdoor ontstaan er minder interne vibraties door de beweging van de spiegel. Deze techniek is alleen vereist bij sterke uitvergrotingen van het onderwerp en bij lange sluitertijden (meestal vanaf 1-15 seconde en langer).

Spiegelreflexcamera
1] SLR; Single Lens Reflex.
2] Een camera met een uitgebreid sluiter en spiegelmechaniek. Wanneer je door de lens kijkt, vlak voor je afgedrukt, reflecteert de spiegel het licht naar boven, gaat door het (penta-) prisma (hierdoor wordt het omgekeerde beeld rechtop gezet) en zie je het onderwerp, precies zoals dat op de film wordt vastgelegd.
Zodra je de ontspanknop licht indrukt, meet de lichtcel de hoeveelheid licht en vertaalt dat naar een diafragma- sluitertijdcombinatie. En als je doordrukt springt het diafragma op de gemeten waarde, klapt de spiegel omhoog en wordt de opname gemaakt doordat de sluiter gedurende de gemeten tijd open gaat.
Realiseer je dat je door de opgeklapte spiegel dus eigenlijk nooit ziet wat je fotografeert op het moment van de opname. Als tijdens de opname de spiegel is opgeklapt en het diafragma gesloten is tot op de ingestelde waarde, gaat de sluiter open en wordt hiermee de daarachter liggende film belicht.
Heb je een flitser aangesloten en ingesteld, dan zal die op dit moment afgaan. Hierna klapt de spiegel weer terug en is de opname gemaakt. Het zal nu ook duidelijk zijn waarom dit type camera een `spiegelreflex` wordt genoemd.
Lees ook: De klap van de spiegel op PhotoPlaza.

Spiegelreflex
Spiegelreflex is een ingebouwd systeem in een camera, waarbij je als je door de zoeker kijkt, door middel van spiegels in de camera die reflecteren wat er op de lens valt, hetgeen ziet wat eigenlijk door de lens gezien wordt.
Een spiegelrefex camera voor 35 mm film wordt ook wel kleinbeeldreflex genoemd.

SPI
Samples Per Inch
Eenheid waarmee de resolutie van digitale afbeeldingen in samples wordt uitgedrukt. Scanners en camera`s nemen van een af te beelden scène een bepaald aantal samples per inch. Op een beeldscherm worden die samples vertaald naar pixels, in een afdruk naar dots.

Strijklicht
Licht dat zijwaarts (bijna parallel) op het onderwerp van de foto valt. Het `strijkt` als het ware langs het onderwerp, waardoor alle oneffenheden extra geaccentueerd worden. De bijzondere elementen van het onderwerp van de foto komen hierdoor nog mooier naar voren..

Stops
1]De sprong van een sluitertijd naar een hogere of lagere tijd wordt een `stop` genoemd.
Dat geld ook voor het diafragma: de sprong van de ene diafragma-opening naar de volgende of de vorige is ook een stop.
De stop is de eenheid waarmee we in de fotografie werken. Een stop verder open betekent van bv F 8 naar F 5.6. Die F is de aanduiding voor diafragma.
Een stop korter betekent bijvoorbeeld van 1-30 naar 1-60. De tijd wordt gehalveerd.
Soms wordt voor tijdsaanduiding de letter t gebruikt; dus: t 1-30.
Een stop betekent altijd een verdubbeling of halvering.: Van tijd of van licht.
2]Een stop meer of een stop minder. Een eenheid hoeveelheid licht meer of minder. Een stop minder kan bereikt worden door het diafragma van bijv. F5.6 te verdraaien naar F8 of de sluitertijd te veranderen van 1-60 seconde naar 1-125 seconde. De hoeveelheid licht wordt dan met één eenheid verminderd.
Zie ook D: diafragma en S: sluitertijd.

Stop - diafragma - opening
De opening waarmee de diameter van de groep lichtstralen die door de lens vallen, wordt aangepast.
Bij uitwisselbare lenzen die worden gebruikt in reflexcamera`s met één lens, wordt dit mechanisme meestal vormgegeven als een irisdiafragma dat uit verschillende bladen bestaat en kan worden bewogen om de diameter van de opening constant te variëren.
Bij lenzen van een conventionele spiegelreflexcamera wordt de opening gevarieerd door een ring te draaien op de cilinder van de lens. Bij moderne cameralenzen wordt de opening meestal geregeld via een elektronische knop op de behuizing van de camera.

Statief
1] Uitschuifbaar voetstuk voor camera`s.
2] Standaard met drie poten dat je onder een camera bevestigt, zodat je een basis hebt om stabiele opnamen te kunnen maken. Vooral wanneer de camera foto`s moet maken met langere sluitertijden, is een statief onontbeerlijk. Zonder een statief krijg je bij dergelijke foto`s snel bewegingsonscherpte.
Zie ook bij de S: Schouderstatief en bij de M: Monopod.
Lees ook hier: hulpmiddelen op Fotopedia.

Standpunten
Een standpunt is de plaats waar je gaat staan als je een foto maakt. Je kan hetzelfde onderwerp van je foto vanuit diverse standpunten fotograferen om verschillende foto`s te krijgen.

Standbeen
Been waarop het grootste gewicht rust van de fotograaf.

Standaardobjectief
Standaard lens.
Een standaardobjectief heeft een beeldhoek die gelijk is met het menselijk oog. De standaard brandpuntsafstand voor een analoog objectief is 50 mm.

Staand Kader
Bij een staand kader wordt het voorwerp van je foto staand (verticaal) gefotografeerd. De breedte van de foto is dus smaller dan de hoogte van de foto. Ook portretstand genoemd, in tegenstelling tot liggend kader (zie bij L) landschapsstand (landscape).

SV
Scheidend vermogen.
De mate waarin een film of objectief kleine details duidelijk kan weergeven. Filmfabrikanten drukken dit meestal uit in lijnparen per millimeter: een hoger getal betekent een hoger SV. Laaggevoelige films hebben doorgaans een hoger SV dan hooggevoelige films.
Synchronisatie op het tweede sluitergordijn
Sommige camera`s bieden de functie synchronisatie ( in de tijd laten samenvallen) op het tweede sluitergordijn. Hierbij gaat bij langere belichtingstijden de flitser pas af vlak voordat de sluiter weer dichtgaat. Zo kun je bijzonder creatieve effecten bereiken, bijvoorbeeld bij spelende kinderen.
Als je kind bij een lange belichtingstijd hard door een ruimte rent, krijg je een onherkenbare veeg op de foto, terwijl net voor de sluiter dichtgaat het flitslicht de beweging bevriest. Het resultaat is dat het kind wordt achtervolgd door zijn eigen schim.

Synchronisatietijd
De maximale sluitertijd van een camera, waarbij de flitsontlading gesynchroniseerd ( in de tijd laten samenvallen) kan worden met het moment waarop de sluiter volledig geopend is

Telelens
1] Lenzenstelsel met behulp waarvan men een vergroot beeld kan krijgen van ver verwijderde voorwerpen => teleobjectief
2] Een objectief van bijzonder ontwerp met een langere brandpuntsafstand dan een standaard objectief. De term wordt gebruikt voor elk lang objectief. Bij 35 mm-formaat worden objectieven die langer zijn dan 65 mm doorgaans teleobjectieven genoemd. Met een teleobjectief haal je het voorwerp `dichterbij`.

Teleconverter
Een apparaat dat tussen de camera en het objectief geplaatst wordt om de effectieve brandpuntsafstand te verlengen. 2x en 1,4x zijn de meest gangbare teleconverters.

Tegenlicht
Opnamesituatie waarbij de lichtbron achter het hoofdonderwerp van de foto staat. Bijvoorbeeld een portretfoto met de zon ergens schuin achter het model. De camera `ziet` veel licht; de lichtmeter heeft de neiging dat af te kappen door een kleiner diafragma te kiezen of de sluitertijd te verkorten. Het gezicht wordt daardoor relatief onderbelicht.

Tilt
Dit is een verticale camerabeweging. Wanneer je een gebouw van onder tot boven opneemt, `tilt` je de camera. Een horizontale beweging heet Pan (panorama) en als je niet beweegt heet het een Still.

TIFF
Tagged Image File Format, is een compressietechniek waarbij - in tegenstelling tot JPEG - geen informatie verloren gaat en de beeldkwaliteit dus niet slechter wordt. Het nadeel is dat TIFF-bestanden bijna tienmaal groter zijn dan goede JPEG-bestanden, en dat u dus meer geheugenkaartjes nodig heeft.
Lees ook hier:

Totaalshot
Bij een totaalshot wordt het onderwerp van de foto in zijn geheel in beeld genomen, eventueel met additionele omgeving daarbij. Er wordt niet een specifiek deel als onderwerp genomen, het object staat er in zijn geheel op.

Toplicht
Grote lichtbron die van bovenaf het onderwerp van de foto belicht.

TS lenzen
Met zogenaamde TS-lenzen (Tilt-Shift) kun je de vertekening al bij de opname corrigeren. Simpel gezegd is het vlak van deze lenzen zodanig te kantelen dat je het beeldvlak, ook wanneer je de camera iets optilt, toch parallel kunt laten lopen met de gebouwen.

TTL
Through The Lens
Zie ook: DDL (Door De Lens )
Term die meestal wordt toegepast bij ingebouwde lichtmeters, die meten hoeveel licht er door het objectief komt en de film-sensor belicht. Deze manier van het meten van licht is vooral handig wanneer er accessoires gebruikt worden die de lichtdoorlating beperken, zoals filters, teleconverters en tussenringen.

Tussenring
Ook: Tube, Tube set.
Een hol, mechanisch tussenstuk, dat tussen de camera en het objectief geplaatst wordt. Wordt bij dichtbij-fotografie (Macro) gebruikt om de beeldafstand langer te maken en het onderwerp uit te vergroten.Tussenringen worden in verschillende diktes van 5 tot zo`n 50 mm geleverd. Met automatische tussenringen blijven camera en objectief automatisch werken.
Lees ook hier: Macro-opnamen met tussenringen op PhotoPlaza.

Tv
Stand op de camera: Shutter Speed Priority, Sluitertijdvoorkeuze, ook S-stand.
Automatische belichting met sluitertijdprioriteit
Bij semi-automatische bediening wordt de sluitertijd door de fotograaf gekozen. Het systeem bepaalt het diafragma, dat een juiste belichting oplevert. De camera gaat hierbij uit van de ingebouwde lichtmeter.
Bij de meeste camera`s moet voor deze modus de instelling op Tv (Shutter Speed Priority) ingesteld worden en is er ook de keuze voor P (Program) A (Aperture-voorkeuze) of M (manual).

Uitsnede
Ook: Croppen, zie C.
Een plaatje dat een stukje van een groter plaatje is. Stel, iemand heeft een foto gemaakt van een berg met een berghutje erop. Hij snijdt alleen het berghutje eruit en bewaart dit als een plaatje. Dan is het plaatje met alleen het hutje de uitsnede.

UV-Filter
Ultraviolet-Filter, Skylinefilter, Nevelfilter.
1] Filter dat de ultraviolette straling absorbeert en de zichtbare straling doorlaat => uv-filter.
2] Voorzetfilter voor een camera. Deze filters houden de ultraviolette straling tegen, die voor het menselijke oog onzichtbaar is. UV-filters komen vooral in de bergen en aan zee goed van pas, omdat daar de UV-straling het hoogst is. Met het gebruik van UV-filters voorkom je een blauwzweem, die anders door de straling veroorzaakt wordt. Een andere werking van UV-filters is dat ze voor een betere kleurenweergave en hoger contrast zorgen.
En niet in de laatste plaats dient het filter als bescherming voor de lens.
Dit laatste wordt door sommigen als discutabel gezien omdat de kwaliteit van de soms zeer goed lenzen achteruit gaat door het UV filter waar dat niet echt nodig is.

Verzadiging
De zuiverheid van een kleur; afwezigheid van grijze, troebele tonen.

Vergrotingsapparaat
1] Apparaat om fotonegatieven uit te vergroten.
2] Vergroter wordt in de analoge fotografie in de donkere kamer gebruikt om van een negatief op film een vergrote afdruk (vergroting) te maken. Licht wordt, gebundeld met een condensor, of ongebundeld met een diffusor door het negatief geschenen. Een lens (objectief) projecteert dan het negatief op een grondplank, waar de fotograaf in het donker een vel lichtgevoelig papier deponeert en gedurende een aantal seconden belicht.

Verborgen camera
Een verborgen camera is een verborgen film-, video- of fotocamera om personen te observeren zonder dat de gefilmde of gefotografeerde persoon het merkt.

Vignettering
Donkere hoeken die soms te zien zijn op foto’s zijn meestal te wijten aan een te kleine zonnekap of het gebruik van extra voorzetfilters. Daardoor wordt het licht tegengehouden in de hoeken. Sommige zoomlenzen hebben in het groothoekbereik ook last van vignettering, daar is de rand van de lens de oorzaak.
Zie ook bij “het materiaal” op dit forum en lees: dit topic Vignettering op dit forum.

Vogelperspectief
Bij een foto in vogelperspectief (vogel standpunt) wordt de foto van bovenaf genomen. Het onderwerp van de foto bevindt zich lager dan de maker van de foto. (Zoals een vogel omlaag kijkt op een mens).
Zie ook K: kikkerperspectief.

Witbalans
De witbalans is de camera-instelling waarmee wordt gezorgd dat kleuren zo op de foto komen zoals ze echt zijn. De naam witbalans verwijst ernaar dat wit ook daadwerkelijk wit op de foto staat. Dat lijkt heel logisch, maar omdat licht niet altijd dezelfde kleur heeft, kan een camera problemen geven om het licht correct weer te geven. Zowel een sensor in een digitale camera als een film in een analoge camera kunnen het soms moeilijk hebben om een correcte witbalans weer te geven.
Verschillende lichtbronnen (zoals zonlicht, gloeilampen of TL-lampen) hebben een eigen kleurtemperatuur (zie bij K.) Ze bevatten verschillende hoeveelheden groen, rood en blauw licht. Hierdoor zien de kleuren van objecten onder verschillend licht er net iets anders uit. Wij merken dat niet omdat het menselijk brein erop getraind is om die verschillen weg te denken. `Wit` licht is opgebouwd uit verschillende kleuren (zie bijvoorbeeld de regenboog, dat is een opsplitsing van de kleuren waaruit zonlicht bestaat). De verhouding van die kleuren in wit licht verschilt voor verschillende lichtbronnen. Het licht van een gloeilamp is bijvoorbeeld wat geel, en een TL-balk geeft een groenige zweem. Onze hersenen compenseren automatisch het licht dat door onze ogen.
In een camera moeten de verschillen in kleurtemperatuur echter gecompenseerd worden. Dat gebeurt door het instellen van de witbalans - de combinatie van groen, rood en blauw die samen perfect wit oplevert. De witbalans kan automatisch ingesteld worden, maar op meer geavanceerde modellen kunt je ook handmatig de witbalans aanpassen aan het omgevingslicht.

WYSIWYG
WYSIWYG is een Engelse afkorting en staat voor What You See Is What You Get. Hiermee geeft men aan dat een afbeelding of tekst zoals die op het computerscherm wordt weergegeven ook precies zo afgedrukt zal worden. Daarvoor moeten zowel scherm als printer gekalibreerd zijn. Zie ook bij K. voor kleur en kalibratie

xD picture card
xD-Picture (Extreme Digital) geheugenkaarten zijn op de markt gebracht in de zomer van 2002 en ontworpen door Fujifilm en Olympus ter vervanging van de in digitale camera`s veel gebruikte SmartMedia kaarten.
De xD kaarten zijn relatief goedkoop, erg snel (De schrijfsnelheid is 1,3 MB per seconde en de leesnelheid is 5 MB per seconde) en kunnen een maximale opslagcapaciteit hebben van 8 Gb. Qua grootte zijn ze zelfs nog iets kleiner dan de SD en MMC kaartjes (20mm x 25mm x 1.7 mm).

Zoomobjectief
Zoomlens of zoomobjectief (zoom spreek uit zoem, met een langgerekte oe) is een lenzenstelsel met een variabele brandpuntsafstand.
Een objectief waarbij de brandpuntafstand kan worden gewijzigd. Deze objectieven worden altijd met hun minimale en maximale brandpuntafstanden aangeduid. bijv. 28-80 mm.
Ze bieden de mogelijkheid om met een simpele draai- of schuifbeweging ofwel motorisch de brandpuntsafstand en daarmee de beeldhoek aan te passen aan het onderwerp ter verkrijging van de best mogelijke compositie. De verandering van de brandpuntsafstand wordt verkregen door bepaalde lenzen of lensgroepen van het objectief ten opzichte van elkaar te laten verschuiven.

Zoeker
1] Kijkglaasje aan een camera om het te fotograferen beeld te bepalen.
2] De zoeker van een camera is het venster of display waardoor je ziet wat er gefotografeerd of gefilmd wordt. Er bestaan zowel optische (met spiegels) als elektronische (bijvoorbeeld LCD) zoekers.
Bij de kleine compactcamera`s staat de zoeker los van de lens, daar moet met het fotograferen rekening mee worden gehouden. De werkelijke opname wijkt iets af (meestal wat lager en meer naar rechts), dan het getoonde in de zoeker.