Voedingscentrum
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Landbouw, voedsel en voedselverwerking > Voeding
Datum & Land: 04/04/2012, NL
Woorden: 448
Aanbevelingsregels Het Nieuwe Eten
De aanbevelingregels zijn gekoppeld aan de campagne Het Nieuwe Eten van het Voedingscentrum. De aanbevelingregels geven aan dat de producten voldoen aan de Richtlijnen Goede Voeding en de Richtlijnen Voedselkeuze van de Gezondheidsraad. Het product moet behoren tot de voorkeurs- of middenwegcategorie van het Voedingscentrum.De aanbevelingsregels kunnen bijvoorbeeld staan op vezelrijke producten, vis of producten met minder zout.
Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid
De Gezondheidsraad geeft voor bijna alle vitamines en mineralen aanbevelingen voor de hoeveelheid die gezonde mensen dagelijks nodig hebben. Deze voedingsnormen worden gegeven als Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid (ADH) of als Adequaat niveau van inneming (AI). De Gezondheidsraad is een adviescollege van de regering. De ADH wordt afgeleid op basis van gegevens over de gemiddelde behoefte van een voedingsstof, zoals de hoeveelheid die nodig is: voor een goede groei en ontwikkeling om de lichaamsfuncties die van de betreffende voedingstof afhankelijk zijn, optimaal te laten verlopen om dagelijkse verliezen te compenseren en de lichaamsvoorraad op peil te houden om het risico op ziekten die samenhangen met een tekort aan de betreffende voedingstof zo laag mogelijk te houden. De behoefte van kinderen, mannen en vrouwen aan vitamines en mineralen verschilt. Ook van persoon tot persoon kan de behoefte flink verschillen. Dat heeft te maken met verschillen in lichaamsamenstelling (gewicht) en stofwisseling, samenhangend met erfelijke factoren en met verschillen in leefstijl, zoals roken en drinken, de voedingsamenstelling, etc. In de Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid is daarom een ruime marge ingebouwd. Wie zich houdt aan die hoeveelheden krijgt vrijwel zeker voldoende vitamines en mineralen binnen. De adequate inneming Het is niet voor alle voedingstoffen mogelijk de gemiddelde behoefte vast te stellen en daardoor kan vaak soms geen aanbevolen hoeveelheid worden afgeleid. In dat geval wordt een adequate inneming vastgesteld. Buitenland ADH’s kunnen verschillen tussen landen en autoriteiten op het gebied van voeding. In Europa wordt gestreefd naar Europese aanbevelingen. Dat komt door: verschille...
Aardappelen
Aardappelen groeien onder de grond aan de wortels van de aardappelplant. Ze zijn rijk aan voedingsstoffen en bevatten vezels. Voorkom dat je de schadelijke stoffen binnenkrijgt door uitlopers, bruine, beurse en groene plekjes ruim weg te snijden. Voorkom ook dat er zwarte, aangebrande plekken ontstaan. Frituur aardappelproducten niet bruin, maar goudgeel. Het gebruik van kunstmest en bestrijdingsmiddelen is in de Nederlandse aardappelsector erg klein, waardoor de milieudruk laag is. Bij het kopen van aardappelen kun je letten op de volgende keurmerken en logo’s: EKO, Milieukeur en Erkend Streekproduct en BOB.
Adequate Inneming
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
ADI
De aanvaardbare dagelijkse inname (ADI) is de hoeveelheid van een stof die mensen gedurende hun hele leven dagelijks binnen mogen krijgen zonder gevolgen voor hun gezondheid. De ADI wordt meestal weergegeven in milligram per kilogram lichaamsgewicht.
Aflatoxine
Aflatoxine is een schimmelgifstof die kan voorkomen in verschillende producten zoals noten, granen, rijst, peulvruchten, pindakaas, brood en bier. Ook kan het voorkomen in melk via het veevoer van koeien. Aflatoxine kan ontstaan tijdens warme en vochtige opslag van grondstoffen als er een bepaalde schimmel gaat groeien. Dit kan met name in tropische landen een probleem zijn. De schimmelgifstof aflatoxine is kankerverwekkend. Daarom is vastgesteld hoeveel aflatoxine er maximaal in voedingsmiddelen mag voorkomen. De nieuwe Voedsel en Warenautoriteit (nVWA) ziet toe op naleving van de normen. Door de strenge controle krijgen consumenten waarschijnlijk minder schimmelgifstoffen binnen dan schadelijk is voor de gezondheid. Het risico is daarom gering en de gezondheidsvoordelen van granen, noten en (peul)vruchten wegen daar ruimschoots tegenop.
Agaritine
Agaritine is een natuurlijke gifstof in rauwe paddenstoelen, zoals champignons of shii-takes. Agaritine is in grote hoeveelheden schadelijk voor de gezondheid. Het advies is daarom om paddenstoelen te verhitten voor consumptie. Daardoor wordt de agaritine gedeeltelijk afgebroken.
Alcohol
De meest voorkomende alcohol in eten en dranken is ethylalcohol of ethanol. Alcoholische dranken zijn in te delen in zwak alcoholische dranken, mixdranken en sterke dranken. Zwak alcoholische dranken zijn bijvoorbeeld bier en wijn. Zij bevatten minder dan 15% alcohol. Bier bevat 4% alcohol, wijn 10%. De grootte van het glas wordt aangepast aan het alcoholgehalte. Hoe sterker de drank, hoe kleiner het glas. Daardoor zit er in alle zwak alcoholische dranken ongeveer 10% alcohol per glas. Sterk alcoholische dranken zijn bijvoorbeeld alle likeuren, whiskey, wodka en gedistilleerde dranken, zoals jenever. Ze bevatten meer dan 15% alcohol. Mixdranken zijn sterke dranken die gemixt worden met frisdranken en sappen, zoals rum cola en gin tonic. Een glas alcohol levert ongeveer 0,2 promille alcohol in het bloed op bij een man en ongeveer 0,3 promille bij een vrouw. Dit verschilt per individu en hangt af van de omstandigheden. De wettelijke limiet voor deelname aan het verkeer is gesteld op 0,5 promille. Alcoholische dranken leveren naast alcohol, vocht en koolhydraten. De hoeveelheid koolhydraten per alcoholische drank verschilt sterk. Deze koolhydraten zijn voornamelijk suikers. In bier en wijn zitten ook mineralen en B-vitamines. De hoeveelheden zijn zo klein dat ze weinig of geen bijdrage leveren aan de totale inneming en geen effect hebben op de gezondheid. Alcohol levert vocht, maar werkt ook vochtuitdrijvend. Door alcohol neemt de urineproductie in het lichaam toe en om alcohol af te breken en uit te scheiden is meer vocht nodig dan de drank zelf levert. Het is aan te raden alcohol af te wisselen met water of frisdrank om de vochtbalans op peil te houden. Daarnaast leveren alcoholische dranken veel calorieën. De ...
ALA
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Alfa-linoleenzuur
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Alfa-tocoferol
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Algemene Levensmiddelenverordening
De verordening stelt bijvoorbeeld eisen aan productiemethoden en verpakkingen. Ook regelt de ALV dat producten traceerbaar moeten zijn. Een producent moet kunnen aantonen waar hij het product vandaan heeft en aan wie hij het heeft afgeleverd. Elke producent moet de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit inlichten als hij een onveilig product in de handel heeft gebracht. Een product is onveilig als het schadelijk is voor de volksgezondheid of als het ongeschikt is voor menselijke consumptie. Voor het doorgeven van waarschuwingen over ondeugdelijk veevoer of voedsel maakt de Europese Commissie gebruik van het zogenaamde Rapid Alert System for Food and Feed (RASFF). Via dit systeem kunnen landen direct ingrijpen indien noodzakelijk. Meer informatie op http://ec.europa.eu-
Alkenylbenzenen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Allergenen
Allergenen zijn in te delen in: Voedselallergenen: zij komen het lichaam binnen via eten. Voorbeelden zijn: eiwitten in koemelk en pinda’s. Inhalatieallergenen: zij komen het lichaam binnen via inademing. Voorbeelden zijn: stuifmeelpollen of uitwerpselen van huisstofmijt. Contactallergenen: zij komen het lichaam binnen via contact met de huid. Voorbeelden zijn: bestanddelen van cosmetica. Niet alle ingrediënten hoeven op het etiket te staan. De Europese Unie heeft echter bepaald dat de voedselallergenen die de meeste overgevoeligheidsreacties veroorzaken wel vermeld moeten worden. Van deze 14 voedselallergenen moet worden aangegeven of ze voorkomen in het product: glutenbevattende granen, zoals tarwe, rogge, gerst, haver, spelt en kamut ei vis pinda noten, zoals amandelen, hazelnoten, walnoten, cashewnoten, pecannoten, paranoten, pistachenoten en macadamianoten soja melk, inclusief lactose schaaldieren weekdieren selderij mosterd sesamzaad sulfiet lupine Ook hiervan afgeleide stoffen die overgevoeligheidsreacties kunnen veroorzaken, moeten worden vermeld. Deze allergenen moeten nu altijd op het etiket staan, ongeacht hoeveel van de stof in het levensmiddel aanwezig is of met welk doel het gebruikt is. Het kan dus zowel gaan om een ingrediënt als om een hulpstof bij de productie. Ook stoffen die van de allergenen gemaakt worden, moeten op het etiket staan. De wetgeving kent enkele uitzonderingen. Afgeleide stoffen die geen reacties kunnen geven bij mensen met een voedselallergie en coeliakie, hoeven niet te worden vermeld. Voor sulfiet en zwaveldioxide geldt een zogenaamde drempelwaarde: deze moeten worden vermeld zodra er meer dan 10 mg per kilo of liter voorkomt in het eindproduct...
Allergie
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Ambachtelijk Korenmolenaars Gilde
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Amaranth
Amaranth is geen graansoort, maar de korrels lijken op graankorrels en worden ook op die manier in de keuken gebruikt. Gepofte of geroosterde amaranth wordt verwerkt in de warme maaltijd als vervanger van rijst. Van het meel wordt brood gebakken. Amaranth is glutenvrij. Mensen met de aandoening coeliakie zijn allergisch voor gluten.
Anorexia
Kenmerken van anorexia zijn: Gewichtsverlies en ondergewicht Het wegblijven van de menstruatie Weinig eten Angst hebben om aan te komen Negatief oordeel hebben over zichzelf en het uiterlijk De letterlijke betekenis van anorexia nervosa is: geen eetlust door nerveuze oorzaken. Deze omschrijving klopt niet. Mensen met anorexia hebben namelijk meestal wel honger, maar tegelijkertijd een intense angst om aan te komen. Ze hebben die angst ondanks dat ze vaak te licht zijn. Meestal eten ze weinig, al weten ze dat goed te verbloemen. Het komt voor dat anorexiapatiënten met laxeermiddelen, plastabletten of door het opwekken van braken proberen het eten direct weer uit hun lichaam te krijgen. De omgeving merkt dit gedrag in eerste instantie vaak niet op. Met het weigeren van eten kunnen anorexiapatiënten hun gezondheid ernstig in gevaar brengen.
Antibiotica
Antibiotica zijn geneesmiddelen die gebruikt worden om infecties bij dieren te voorkomen en te bestrijden. Na gebruik van antibiotica geldt een wachttijd waarbinnen er geen dieren of producten van de behandelde dieren voor de slacht of consumptie mogen worden aangeboden. Na deze wachttijd zijn er praktisch geen resten antibiotica meer te vinden in vlees, vis of melk. In Nederland wordt hierop streng gecontroleerd.
Antiklontermiddelen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Antioxidanten
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Antischuimmiddelen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
ARfD
De ARfD wordt meestal weergegeven in milligram per kilogram lichaamsgewicht. De ARfD wordt gebruikt voor acute risicoinschatting, terwijl de ADI een inschatting geeft van het risico op lange termijn. Omdat zowel de ARfD als de ADI wordt vastgesteld op basis van lichaamsgewicht kan bij kinderen de norm sneller worden overschreden.
Artikelen met de letter 'G'
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Artikelen met de letter 'H'
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Artikelen met de letter 'T'
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
ASP
ASP (amnesic shellfish poison) is een algengifstof die kan voorkomen in schelpdieren zoals mosselen of oesters. ASP-vergiftiging veroorzaakt onder andere maagdarmstoornissen en geheugenverlies. Er zijn limieten gesteld aan de hoeveelheid ASP die in schelpdieren mag voorkomen. In Nederland wordt daarop gecontroleerd door de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (nVWA). Ziektegevallen door ASP-vergiftiging komen in Nederland nauwelijks voor.
Aspartaam
Aspartaam is een veilige zoetstof zolang het gebruik onder de Aanvaardbare Dagelijkse Inname (ADI) blijft. Mensen met de erfelijke stofwisselingsziekte phenylketonurie (PKU) moeten uitkijken met het gebruik van producten met aspartaam vanwege het effect op de hoeveelheid fenylalanine in het bloed.
ASC
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Ascorbinezuur
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Atkins
Het Atkins-dieet is het bekendste voorbeeld van een koolhydraat-arm dieet. Mensen die dit dieet volgen, eten veel vet en eiwit en weinig koolhydraten. Dus bijvoorbeeld brood, rijst en pasta zijn verboden. Het Atkins-dieet levert gewichtsverlies op, omdat de voeding in totaal minder calorieën bevat. Diabetes-patiënten en mensen met een gestoorde nierfunctie kunnen dit dieet beter niet volgen. Na verloop van tijd lijkt het Atkins-dieet ongunstig voor het cholesterolgehalte, waardoor het risico op hart- en vaatziekten groter wordt. Daarnaast levert het Atkins-dieet te weinig vitamines, mineralen en voedingsvezel.
Azo-kleurstoffen
Azo-kleurstoffen zijn synthetische kleurstoffen. Dat betekent dat de kleurstoffen chemisch bereid zijn. Azo-kleurstoffen komen in de natuur niet voor. Ze worden door fabrikanten vooral toegepast in alcohol, felgekleurd snoep, frisdrank en alcohol. Azo-kleurstoffen zijn veilig. Uit één Engelse studie zou blijken dat kinderen hyperactief worden van azo-kleurstoffen, maar volgens de Europese voedselveiligheidsautoriteit (EFSA) zijn de effecten verwaarloosbaar klein. De Europese Unie heeft niettemin uit voorzorg besloten dat producten met azo-kleurstoffen een waarschuwing moeten hebben op het etiket.
Bacteriën
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Bakken
Voor het bakken van vlees is het van belang dat het product waarin je bakt goed heet is. Het vlees schroeit daardoor snel dicht. Zo blijven de vleessappen behouden en blijft het vlees mals en sappig. Controleer de temperatuur van de pan met een paar druppels water. Als de waterdruppels op de bodem dansen en snel verdampen, is de juiste temperatuur bereikt. Een pan met een anti-aanbaklaag bevat een kunststoflaag die aanbakken voorkomt. Daardoor is er minder vet nodig en wordt er al snel zo'n 10 gram vet per persoon bespaard. Het is zelfs mogelijk om er zonder vet hamburgers, braadworst, saucijsjes, slavinken, gehaktschijven en gehaktballen in te bakken. Magere jus Zorg voor een passende koekenpan en gebruik maximaal 15 gram margarine of olie per persoon. Gebruik bij voorkeur vloeibare margarine of olie. Voor 2 personen is 15-20 gram bakproduct meestal voldoende (3 tot 4 theelepels). Voor het bakken van gehakt is zelfs 10 gram genoeg. Laat op niet te hoog vuur wat vet uit het gehakt smelten en bak het daarna bruin. Maak een lekkere, vetarme jus door toevoeging van bouillon, wat tomatenketchup, kruiden, paprikapoeder, een ontvelde en in stukjes gesneden tomaat, kleingesneden ui of gefruite uitjes. Jus gemaakt van juspoeder uit een zakje levert ook weinig vet.
Bakkerellen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Bambix
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Barbecue
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Basaalstofwisseling
De basaalstofwisseling is het energieverbruik van personen in rust. Deze stofwisseling is nodig voor levensprocessen zoals ademhalen en op temperatuur blijven. In rust betekent liggend in een aangename omgevingstemperatuur (ongeveer 22 graden) met een lege maag. De basaalstofwisseling is belangrijk om te bepalen hoeveel energie iemand per dag nodig heeft. De basaalstofwisseling zorgt voor twee derde van het dagelijkse energieverbruik.
Basilicum
Basilicum is een eetbare kruidensoort. Je gebruikt alleen de blaadjes van de basilicumplant. Je kunt basilicum langer bewaren door het in te vriezen. Een klassieke combinatie is mozzarella en tomaat met basilicum. Verder smaakt basilicum goed bij Mediterrane gerechten, soepen, sauzen en salades. Basilicum bevat de schadelijke stoffen estragol en methyleugenol, gebruik het daarom met mate.
Beschermde Oorsprongsbenaming
Beschermde Oorsprongsbenaming (BOB), gaat een stap verder dan Beschermde Geografische Aanduiding. Producten die het keurmerk van de Beschermde Oorsprongsbenaming dragen moeten geproduceerd, verwerkt en bereid worden binnen een bepaald gebied volgens een erkende en gecontroleerde werkwijze. In totaal zijn meer dan 1000 producten in Europa beschermd vanwege hun oorsprong, samenstelling of traditionele productiemethode. Ook zonder dit keurmerk zijn deze producten beschermd. Alleen de naamsvermelding is al beschermd. Vooral Frankrijk en Italië hebben veel producten met de Beschermde Oorsprongsbenaming, zoals kazen en vleesproducten. Voorbeelden van producten met de Beschermde Oorsprongsbenaming zijn: Parmaham uit de regio rond Parma Fetakaas uit Griekenland Kip en hoen uit de Spaanse regio Prat Gevogelte uit de Franse regio’s Loué en Bresse Voorbeelden van Nederlandse producten met de Beschermde Oorsprongsbenaming: Noord-Hollandse Gouda Noord-Hollandse Edammer Boeren-Leidse kaas met sleutels Kanterkaas Kanternagelkaas Kanterkomijnekaas Opperdoezer aardappel Keurmerkorganisatie: Europese Commissie, http://ec.europa.eu-agriculture-quality Controle: Voedsel en Warenautoriteit, www.vwa.nl, aangesloten bij de Raad van accreditatie
Beschermde Geografische Aanduiding
De eisen gaan minder ver dan bij de Beschermde Oorsprongsbenaming. Een voorbeeld van de Beschermde Geografische Aanduiding is de Westlandse druif Gouda Holland en Edam Holland. Alleen de in het Westland geteelde druiven mogen de naam Westlandse druif dragen. Dit is een officieel beschermd product binnen de Europese Unie. Keurmerkorganisatie: Europese Commissie, http://ec.europa.eu-agriculture-quality Controle: Voedsel- en Warenautoriteit, www.vwa.nl, aangesloten bij Raad voor Accreditatie.
Bestrijdingsmiddelen
Bestrijdingsmiddelen (pesticiden, gewasbeschermingsmiddelen) zijn stoffen die in de land- en tuinbouw gebruikt worden als bescherming tegen schimmels, ongedierte, onkruid en insecten. Een teveel aan bestrijdingsmiddelen kan schadelijk zijn voor de gezondheid. Daarom zijn er strenge regels opgesteld voor het gebruik ervan. Ook zijn er limieten gesteld aan de hoeveelheid bestrijdingsmiddelen die in levensmiddelen mogen achterblijven. De controle op de naleving van de Bestrijdingsmiddelenwet is in handen van de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit (VWA). Ook veilingen en telers controleren op resten bestrijdingsmiddelen. Bij gebruik volgens deze regels is het risico van resten van bestrijdingsmiddelen zo gering dat het niet schadelijk is voor de gezondheid. De gezondheidsvoordelen door het eten van groente en fruit wegen ruimschoots op tegen de eventuele resten van bestrijdingsmiddelen. Om de kans op overschrijdingen in levensmiddelen en milieuschade zo veel mogelijk te beperken, pleit het Voedingscentrum voor een zo beperkt mogelijk gebruik van bestrijdingsmiddelen.
Beter Leven kenmerk 1-ster
Naast Beter Leven kenmerk 1-ster bestaan ook de kenmerken Beter Leven 2 sterren en Beter Leven 3 sterren. De kwaliteitseisen zoals de Dierenbescherming die heeft gesteld aan het welzijn van de dieren zijn in afspraken met de producent vastgelegd en ze worden gecontroleerd door een onafhankelijke instantie. Voor eieren gelden deze eisen: Eieren zijn herkenbaar aan code 2 op het ei Maximaal 6000 kippen in een stal Er leven gemiddeld 8,5 kippen op 1 m² Kippen kunnen naar buiten, in een overdekte omgeving Kippen krijgen extra graan en maagkiezel in hun voer Er is strooisel aanwezig in de stal Er zijn zitstokken en legnesten aanwezig Kippen kunnen een stofbad nemen Kippen krijgen daglicht Kippen worden gemiddeld 1,5 tot 2 jaar Voor kippen gelden deze eisen: Er leven 17 kippen op 1 m², dit is inclusief de uitloop Kippen hebben 0,06 m² binnen Kippen hebben 0,3 m² overdekte ruimte buiten Het zijn langzaam groeiende kippenrassen Kippen worden gemiddeld 56 dagen oud Voor varkensvlees gelden deze eisen: Varkens hebben binnen 1 m² ruimte Varkens kunnen niet naar buiten Varkens leven op een dichte vloer Varkens hebben stro of zaagsel om op te liggen Zeugen leven in groepen Sommige varkens houden hun staart en hoektanden Varkens worden niet gecastreerd Voor rundvlees gelden deze eisen: Koeien lopen van april tot oktober in de wei Koeien worden in groepen gehouden Koeien leven binnen op een rooster met een rubberen mat of stro Kalveren blijven 6 maanden bij de moeder om te zogen Onthoornen wordt niet routine-matig toegepast Stieren worden gecastreerd, niet altijd onder verdoving Koeien zijn van het ras Charolais, Limousin, Simmental en Aberdeen Angus Voor blan...
Beter Leven kenmerk 2 sterren
Naast Beter Leven kenmerk 2 sterren bestaan ook de kenmerken Beter Leven 1 ster en Beter Leven 3 sterren. De kwaliteitseisen zoals de Dierenbescherming die heeft gesteld aan het welzijn van de dieren zijn in afspraken met de producent vastgelegd en ze worden gecontroleerd door een onafhankelijke instantie. Voor varkensvlees gelden deze eisen: Varkens hebben binnen 1 m² ruimte, zeugen leven met 25-30 op 1 hectare Varkens hebben 0,3 m², zeugen leven met 25-30 op 1 hectare Varkens leven op een deels dichte vloer Varkens hebben stro of zaagsel om op te liggen Zeugen leven in groepen permanent buiten op het land Varkens houden hun staart en hoektanden Varkens worden niet gecastreerd Voor kippen gelden deze eisen: Maximaal 13 kippen op 1 m², inclusief vrije uitloop Kippen hebben binnen 0,08 m² Kippen hebben buiten 1 m² Er worden kippen van een langzaam groeiend ras gehouden Kippen worden ouder dan 56 dagen Keurmerkorganisatie: Dierenbescherming, www.beterleven.dierenbescherming.nl Controle: Dierenbescherming, www.dierenbescherming.nl
Beter Leven kenmerk 3 sterren
Naast Beter Leven kenmerk 3 sterren bestaan ook de kenmerken Beter Leven 1 ster en Beter Leven 2 sterren. De kwaliteitseisen zoals de Dierenbescherming die heeft gesteld aan het welzijn van de dieren zijn in afspraken met de producent vastgelegd en ze worden gecontroleerd door een onafhankelijke instantie. Voor eieren gelden deze eisen: Eieren zijn herkenbaar aan code 2 op het ei Maximaal 6000 kippen in een stal Er leven gemiddeld 6,7 kippen op 1 m² Kippen kunnen naar buiten Kippen krijgen extra graan en maagkiezel in hun voer Er is strooisel aanwezig in de stal Er zijn zitstokken en legnesten aanwezig Kippen kunnen een stofbad nemen Kippen krijgen daglicht Kippen worden gemiddeld 1,5 tot 2 jaar Voor kippen gelden deze eisen: Maximaal 11 kippen per m², inclusief vrije uitloop Kippen hebben binnen 0,09 m² Kippen hebben buiten 2 m² Er worden kippen gehouden van een langzaam groeiend ras Kippen worden 81-87 dagen oud Voor varkensvlees gelden deze eisen: Vleesvarkens hebben binnen 1,3 m² ruimte, zeugen hebben 2,5 m² ruimte Vleesvarkens hebben buiten 1 m², zeugen 1,9 m² en weidegang Bij vleesvarkens mag het verharde deel van de vloer helemaal uit roostervloer bestaan, bij overige varkens mag de helft van de vloer uit roostervloer bestaan Varkens hebben stro of zaagsel om op te liggen Zeugen leven in groepen Varkens houden hun staart en hoektanden Varkens worden onder verdoving gecastreerd Sommige eieren of kippenvlees heeft ook het EKO-keurmerk. In dat geval zijn de eisen van EKO van toepassing. Keurmerkorganisatie: Dierenbescherming, www.beterleven.dierenbescherming.nl Controle: Dierenbescherming, www.dierenbescherming.nl en Stichting Skal, www.ska...
Bier
Bier is een zwak alcoholische drank, waarin 4% alcohol zit. Een glas bier van 250 milliliter levert ongeveer 10 gram alcohol. Dit is vergelijkbaar met de hoeveelheid alcohol in een glas wijn of een glaasje gedestilleerd omdat de grootte van het glas is aangepast aan het alcoholgehalte. In vergelijking met de meeste frisdrank bevat bier meer calorieën Drie glazen bier leveren meer dan 250 kilocalorieën. Dat is al meer dan 10% van het gemiddelde aantal calorieën per dag voor mannen en meer dan 12% van het gemiddelde aantal calorieën per dag voor vrouwen. Herkomst Bier wordt gemaakt van granen. Voor de bereiding van bier zijn de granen gerst, tarwe, rogge of spelt nodig. Het zetmeel uit granen wordt gebruikt in bier, waarbij het door gist omgezet wordt in alcohol.
Bieslook
Bieslook is een eetbare kruidensoort. Het is een vaste plant die 20 tot 30 centimeter hoog wordt. In supermarkten en tuincentra zijn bieslookplantjes te koop. Zet deze plantjes op een lichte plek en houd de grond altijd vochtig. Kweken Je kweekt bieslook op dezelfde manier als andere verse kruiden. Bieslook kan niet goed tegen vorst. Vaste kruidenplanten leven langer dan twee jaar. Sommige soorten sterven ’s winters af boven de grond. Het groen komt het volgende voorjaar weer op. Een voorbeeld daarvan is bieslook. Oogsten Je kunt de hele zomer oogsten, liefst voordat er bloemetjes in komen. Daarna verliest het kruid wat smaak. Knip de bloemknoppen eruit om de smaak langer te behouden. Bewaren Je kunt verse bieslook langer bewaren door het in te vriezen. Dat gaat op dezelfde manier als bij andere keukenkruiden. Bieslook is niet heel geschikt om te drogen. Er blijft weinig van de smaak over. Bereiden Je gebruikt de hele spriet van de bieslook. De bloemen zijn ook eetbaar. Voeg bieslook op het laatste moment toe aan gerechten. Als je het meekookt, gaat een groot deel van de smaak verloren. Een klassieke combinatie is ei met bieslook. Verder smaakt bieslook goed in soepen, salades en bij vis.
Bioactieve stoffen
Een belangrijke groep van bioactieve stoffen zijn de stoffen die van nature in planten voorkomen en soms in geconcentreerde of in kunstmatige vorm aan voedingsmiddelen worden toegevoegd. Deze stoffen worden ook wel aangeduid als secundaire plantenstoffen, fytonutriënten of fytochemicaliën. In principe kan het lichaam ook zonder bioactieve stoffen. Aangenomen wordt dat dezelfde functie of activiteit ook door andere voedingsstoffen kan worden vervuld. Het is ook mogelijk dat de betreffende functie of activiteit niet essentieel is voor de mens. Voorbeelden van bioactieve stoffen zijn: Bioflavonoïden Cafeïne Carotenoïden: bètacaroteen, luteïne en lycopeen Carnitine Choline Co-enzym Q Creatine Dithiolthionen Fytosterolen (plantensterolen) die aan margarine mogen worden toegevoegd om het cholesterolgehalte in bloed te verlagen Fyto-oestrogenen ( isoflavonen) die de botontkalking bij vrouwen na de overgang zou vertragen Glucosinolaten Polyfenolen (flavonoïden): flavonolen, flavanonen, flavanolen en isoflavonen Prebiotica Taurine Gezondheidsclaims Op het gebied van bioactieve stoffen geldt geen aparte regelgeving anders dan de Warenwet. Hierin staat dat producten waaraan deze stoffen zijn toegevoegd veilig moeten zijn en dat de consument niet mag worden misleid door vermeldingen over de gezondheidseffecten van deze stoffen Sinds 1997 is een Warenwetbesluit van kracht over nieuwe voedingsmiddelen en nieuwe voedselingrediënten. Hierin staat dat een product of een stof (ingrediënt) dat niet eerder voor menselijke consumptie werd gebruikt of op de markt is gebracht, vooraf moeten worden beoordeeld en toegelaten. Dit besluit is gebaseerd op een Europese verordening. ...
Biologisch
Biologisch vlees is in de winkel herkenbaar aan de volgende keurmerken: EKO Demeter Europees biologisch Kenmerken van de biologische landbouw Veehouders gebruiken biologisch voer voor hun dieren. Veehouders hebben een diervriendelijke werkwijze: ze geven hun dieren meer ruimte dan in de gangbare veehouderij gebruikelijk is. Diergeneesmiddelen mogen alleen gebruikt worden om ziektes te genezen, niet om ziekten te voorkomen, behalve de wettelijk verplichte inentingen. De leefomstandigheden van het dier zijn erop gericht de natuurlijke weerstand zoveel mogelijk te bevorderen. Boeren gebruiken geen genetische modificatie. Het gebruik van genetisch gemodificeerde ingrediënten, enzymen en diervoer is uitgesloten. Dit wordt in strijd geacht met het natuurlijke karakter van de biologische landbouw. Biologische landbouw is grondgebonden. Gewassen worden uitsluitend geteeld op grond en bijvoorbeeld niet op water of op een kunstmatige ondergrond zoals steenwol. Het aantal dieren dat wordt gehouden is in evenwicht met het grondoppervlak. De mest moet kunnen worden gebruikt op het eigen land of op land van andere boeren in de streek zodat er geen mestoverschot ontstaat. De natuurlijke kringloop wordt in stand gehouden. Mest wordt verspreid over het land en zorgt voor voedingsstoffen voor de gewassen. Zo kan er op het land voedsel voor de mensen groeien en voer voor het vee. Niet-gemengde bedrijven als akkerbouwbedrijven of varkenshouderijen werken met elkaar samen om een kringloop te vormen: de mest van het veebedrijf gaat naar het akkerbouwbedrijf en het akkerbouwbedrijf levert weer stro en voer aan het veebedrijf. Boeren gebruiken geen chemische bestrijdingsmiddelen en kunstmes...
Biotine
Biotine is hetzelfde als vitamine B8 en is nodig om energie uit eten vrij te maken en speelt een rol bij de vorming van vetzuren. Vitamine B8 houdt de huid en het haar gezond. Biotine wordt ook wel vitamine B8 of vitamine H genoemd. Biotine zit in eieren, lever, melk, noten en pinda’s. Biotine is oplosbaar in water en blijft redelijk stabiel bij verhitting. Biotine kan slecht tegen zonlicht. Naam Biotine is ook bekend als vitamine B8 of vitamine H. De vorm die van nature aanwezig is in eten en drinken is biotine of biocytine. In (multi)vitamine-supplementen en voor toevoeging aan levensmiddelen wordt meestal biotine gebruikt. Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheden Voor biotine is alleen een adequate inneming (AI) vastgesteld van 4 microgram per dag voor de leeftijdsgroep van 0-5 maanden. Er zijn geen gegevens over aanbevelingen voor andere leeftijdsgroepen.
Bloedgroepdieet
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Boekweit
Boekweit is geen graansoort, maar een kruidachtige plant. De boekweitkorrels zijn vruchtjes van die plant. In brood, pannenkoeken, grutten, koek en ontbijtgranen wordt boekweit verwerkt. Boekweit bevat geen gluten en is dus geschikt voor mensen met de aandoening coeliakie.
Boter
Boter is een smeerbaar vet. Het wordt verkocht onder de naam roomboter. Boter bestaat grotendeels uit afgeroomd melkvet, dus room, en een beetje water. Boter ofwel roomboter, heeft een vetgehalte van tussen de 80 en 90%. De minder vette variant is halfvolle boter en heeft een vetgehalte van 40%. Boter bevat van nature vitamine A en D.
Botontkalking
Botontkalking komt vooral voor bij vrouwen na de overgang, door hormoonveranderingen. Het risico op botontkalking neemt toe bij: erfelijke aanleg vroeg in de overgang komen en een laag lichaamsgewicht te weinig calcium of vitamine D extreem afvallen: de botdichtheid neemt af, het is onzeker of de botmassa weer toeneemt met het gewicht Het is nog niet mogelijk om te genezen van botontkalking. Daarom is het belangrijk om het risico van botontkalking op oudere leeftijd te verminderen. Dat kan door: Voldoende calcium te nemen, zodat nieuw bot wordt aangemaakt en bot behouden blijft. Calcium zit in zuivelproducten, zoals melk, karnemelk, yoghurt, kwark, vla en kaas; Voldoende vitamine D te nemen, dat de opname van calcium bevordert; vitamine D zit in margarine, halvarine, bak- en braadproducten, vlees, eieren, volvette kaas en vette vis; Veel te bewegen, zodat het botweefsel sterk blijft. Calcium Calcium is een bouwstof voor de botten. Een gevarieerde voeding, met gemiddeld 2 tot 3 porties melk en melkproducten en 1 à 2 plakken kaas, bevat voldoende calcium. Het maakt voor de hoeveelheid calcium niet uit of het magere, halfvolle of volle melk of yoghurt is. Wie niet van melk houdt, kan er ook chocolademelk of anijsmelk van maken of een extra portie yoghurt nemen. Er is melk te koop waaraan extra calcium is toegevoegd. Voor sommigen kan dit een manier zijn om toch voldoende calcium binnen te krijgen. Andere met calcium verrijkte producten kunnen ook helpen. Maar ze bevatten vaak niet genoeg van de andere voedingsstoffen die in melk zitten, zoals vitamine B2. Meer calcium dan de dagelijks aanbevolen hoeveelheid gebruiken is niet nodig; dit heeft geen extra, positief effect op de botten. Voor wie helemaal ge...
Boulimia
Boulimia is een variant van anorexia. Ongeveer 30% van de mensen die anorexia hebben gehad, krijgt boulimia. Kenmerken van boulimia zijn: vasten uit intense angst om dik te worden bij eetbuien: o veel eten in weinig tijd o ongecontroleerde drang hebben om te eten o veel calorierijke producten eten door braken of met laxeermiddelen het overmatig eten wegwerken last hebben van eenzaamheid, depressiviteit en schuldgevoelens Mensen met boulimia hebben een negatief oordeel over zichzelf, hun lichaamsgewicht en hun uiterlijk. Ze doen vaak veel moeite om de eetbuien voor de omgeving verborgen te houden. Aan het uiterlijk is niet te zien of iemand boulimia heeft. Sommige mensen zijn te dik, anderen te mager of hebben een goed gewicht.
Braden
Braden is een bereidingswijze die geschikt is voor mals vlees met weinig bindweefsel dat een langere tijd nodig heeft om gaar te worden. Het vlees wordt eerst met hete margarine of olie op hoog vuur rondom dichtgeschroeid. Hierdoor blijven de vleessappen bewaard. Daarna wordt het vuur getemperd en met de deksel schuin op de pan braadt het vlees gaar. Door de kier van de deksel kan verdampend vocht ontsnappen. Voor braden is een braadpan met een dikke bodem die de warmte goed verdeelt het meest geschikt. Braden kan zowel op het fornuis als in de oven. Braden is een goede techniek voor gehakt, rollade, fricandeau, varkenslappen, rosbief en varkenshaas.
Brandend maagzuur
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Brinta
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Brood
Brood levert in verhouding veel voedingsstoffen en weinig calorieën. Brood bevat veel vezels, alleen in witbrood zitten minder vezels. In brood zitten koolhydraten, eiwit, B-vitamines en mineralen zoals ijzer. Bovendien is brood een belangrijke bron van jodium. Volkorenbrood wordt gemaakt van de hele graankorrel en bevat daarom de meeste voedingsvezels, vitaminen en mineralen. Om genoeg vezels en andere voedingsstoffen binnen te krijgen worden 6-7 sneetjes brood per dag aanbevolen. Brood kun je deels vervangen door bijvoorbeeld crackers, knackebrod, ontbijtgranen of beschuit. Ze bevatten dezelfde voedingsstoffen als brood. Je kunt brood onderverdelen in: Brood naar graansoort: witbrood, bruinbrood, volkorenbrood, tarwebrood, meergranenbrood, roggebrood en maïsbrood. Bakkers bedenken zelf ook allerlei namen voor hun brood. Kleinbrood: krentenbollen, kadetjes en croissants. Gevuld brood: worstenbrood, saucijzenbrood en stol. Verder zijn er allerlei speciale soorten, zoals stokbrood, Turks brood en ciabatta. Broden zijn soms versierd met bijvoorbeeld maanzaad of sesamzaad. Eisen De wet stelt eisen aan de hoeveelheid droge stof: het gewicht van brood zonder water. Een heel brood moet een drogestofgehalte hebben tussen de 480 en 530 gram. Krentenbrood en rozijnenbrood moeten respectievelijk 30% krenten of rozijnen bevatten. Volkorenbrood moet gemaakt zijn van de hele graankorrel. Productie Brood wordt gemaakt van graansoorten als tarwe, rogge, rijst, gerst, maïs, boekweit en spelt. Brood wordt vaak gekleurd om het gezonder te laten lijken. Niet al het donkergekleurde brood is volkorenbrood. Brood kan met moutextract donkerder gemaakt worden. Als brood volkoren is, moet dit op het etiket s...
Broodwisseldieet
Het Broodwisseldieet houdt in dat je de ene dag alleen maar brood eet, zonder beleg en boter, en dat je de andere dag normaal, gevarieerd eet. Met dit dieet kun je snel een aantal kilo’s kwijtraken. Je kunt het beter niet langer dan 6 weken volgen, omdat je door dit dieet op lange termijn te weinig voedingsstoffen kunt binnenkrijgen.
Carr
Allen Carr is de man achter de Carr-methode. Hij noemt zijn methode zelf een ‘anti-dieet’, het veranderen van eetgewoonten staat centraal. Carr stelt dat mensen terugmoeten naar hun natuurlijke instincten. Zijn motto is: het voedsel dat het heilzaamst is, is ook het lekkerst, we moeten het alleen leren herkennen. Allen Carr beschouwt vlees, melk, melkproducten en bewerkt voedsel niet als voedsel dat voor de mens is gemaakt. Leren luisteren naar het lichaam betekent ook: eten als je honger hebt, stoppen als je genoeg hebt gegeten, en zoveel mogelijk onbewerkt voedsel gebruiken.
Carnitine
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Campylobacter
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Candidiasis
De gist Candida albicans komt van nature voor op het lichaam, vooral op de huid en de slijmvliezen en bijvoorbeeld in de mond en de darmen. Candidiasis, een infectie, kan ontstaan als de gist de gelegenheid krijgt zich in korte tijd sterk te vermenigvuldigen en doordringt in bijvoorbeeld een huidplooi of de slijmvliezen. Candida albicans voelt zich het prettigst in een warme, vochtige omgeving, bijvoorbeeld op warme plekjes op het lichaam, maar ook in aarde en afval. Infecties met Candida albicans kunnen op verschillende plaatsen van het lichaam voorkomen, zoals: op het mondslijmvlies, ook wel bekend als mondspruw. Dit kan erg pijnlijk zijn. Deze infectie komt met name voor bij kinderen en bij mensen met een sterk verminderde weerstand, bijvoorbeeld bij een chemokuur. in de vagina. De klachten bestaan uit irritatie van de huid en slijmvliezen, hevige jeuk en afscheiding. op de huid. Dit treedt met name op, op vochtige en warme plekken van het lichaam, zoals in huidplooien. De bekende luieruitslag bij baby’s is ook een voorbeeld van een infectie met Candida albicans. De huid is rood en vochtig en op de huid kunnen kleine met vocht gevulde blaasjes ontstaan. in het bloed. Dit gebeurt incidenteel. Hierdoor ontstaat een levensbedreigende, “gegeneraliseerde infectie”, die gepaard gaat met ontstekingen aan bijvoorbeeld de nieren en de lever. Deze belangrijke organen functioneren hierdoor niet goed of helemaal niet meer. Mensen met een gegeneraliseerde Candida-infectie zijn erg ziek en hebben hoge koorts, hoger dan 40 °C. Deze infectie komt vrijwel alleen voor bij mensen die al ernstig ziek zijn of die als gevolg van een medische behandeling heel weinig weerstand hebben. Voorbeelden hiervan zijn een c...
Calcium
Calcium zit in melk, melkproducten, kaas, groente, noten en peulvruchten. Opname Vitamine D stimuleert de opname van calcium uit de darmen en het vastleggen ervan in het botweefsel. Door alcohol, cafeïne in koffie, thee en cola en zout verliest het lichaam wat meer calcium via de urine. Ook voedingsvezel, spinazie en rabarber verminderen de opname van calcium in het lichaam. Deze groenten bevatten namelijk oxaalzuur wat met calcium een onoplosbare verbinding vormt in de darm. Zolang je voeding voldoende calcium levert en je gevarieerd eet, hoeft dat echter geen probleem op te leveren voor de calciumbalans in het lichaam en de botstofwisseling. Calcium in zuivelproducten is voornamelijk aanwezig als calciumfosfaat. Deze vorm en andere calciumzouten die van nature aanwezig zijn in eten, worden goed opgenomen door de darm. In supplementen worden ook andere calciumverbindingen gebruikt zoals calcium citraat malaat wat een iets betere beschikbaarheid heeft dan de natuurlijke calciumzouten. Deze verschillen zijn echter niet van praktische betekenis.
Cafeïnevrije koffie
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Cafeïne
Cafeïne is een stof die van nature voorkomt in koffie, en in kleinere hoeveelheden ook in thee. Ook energiedrankjes, cola en chocolademelk bevatten cafeïne. Cafeïne heeft een opwekkende werking. Het verdrijft het gevoel van vermoeidheid. Een teveel aan cafeïne kan nadelige effecten hebben. Wat te veel is, verschilt sterk per persoon. Niet iedereen is even gevoelig voor de werking van cafeïne. Wie veel koffie drinkt en daar opeens mee stopt of overstapt op cafeïnevrije koffie, kan in het begin last krijgen van ontwenningsverschijnselen.
Cadmium
Cadmium behoort tot de zware metalen en kan voorkomen in schaal- en schelpdieren, vis, sommige wilde paddenstoelen, groenten zoals aardappelen en orgaanvlees zoals lever en nieren. Een teveel aan cadmium is kankerverwekkend. Daarom zijn er limieten gesteld aan de hoeveelheid cadmium die in levensmiddelen mag voorkomen. Er is ook vastgesteld hoeveel een mens per dag maximaal binnen mag krijgen, zonder gevaar voor de gezondheid. Het risico om in Nederland te veel cadmium binnen te krijgen is erg klein. Uit steekproeven blijkt dat er zelden te veel cadmium in voedingsmiddelen wordt aangetroffen.
Chroom
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Choline
In de Verenigde Staten worden door het Institute of Medicine wel aanbevelingen gedaan voor choline: volwassen mannen 550 mg-dag; vrouwen 425 mg-dag. Bij een dosering van meer dan 7 gram per dag kan choline zorgen voor een verlaging van de bloeddruk. Choline kan een onaangename geur hebben, vergelijkbaar met een vislucht. Choline is nodig voor de aanmaak van acetylcholine, een neurotransmitter die betrokken is bij de prikkeloverdracht in de hersenen. Er is enige aanwijzing dat choline zorgt voor een verbeterde geheugenfunctie bij ouderen. Choline is onderdeel van celmembranen en speelt een rol bij een aantal stofwisselingsprocessen. Choline komt in veel voedingsmiddelen voor, met name melk, eieren en pinda’s zijn rijke bronnen.
Cholecalciferol
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Cholesterol
Cholesterol is een noodzakelijk onderdeel van celwanden, hormonen en gal. Het is ook een bouwstof voor het zenuwstelsel en sommige hormonen. Het bloed vervoert cholesterol door het aan eiwitten te binden. Deze verbindingen heten lipoproteïnen. Er zijn verschillende soorten lipoproteïnen: HDL (Hoge Dichtheid Lipoproteïne); dit is een gunstige soort. Het neemt namelijk het slechte soort cholesterol uit het bloed weg en voert het naar de lever. Daar wordt dit ongunstige cholesterol afgebroken. Via de gal en de darmen verlaat dit cholesterol het lichaam met de ontlasting. HDL beschermt dus het lichaam tegen hart- en vaatziekten. LDL (Lage Dichtheid Lipoproteïne) is ongunstig voor de gezondheid. LDL vervoert cholesterol van de lever naar de rest van het lichaam. Deze verbindingen kunnen zich vastzetten in de binnenwand van bloedvaten. Ze blijven plakken aan beschadigingen van de vaatwanden. Deze beschadigingen kunnen het gevolg zijn van roken, verhoogde bloeddruk of ouderdom. De bloedvaten slibben daardoor langzaam dicht en het bloed kan er steeds moeilijker doorheen stromen. Dit staat bekend als slagaderverkalking. De medische term is artherosclerose. Een bloedonderzoek geeft aan hoe hoog het gehalte aan verschillende soorten vet in het bloed is. De hoeveelheden cholesterol worden meestal uitgedrukt in millimol per liter bloed (mmol-l). Omdat het cholesterolgehalte in het bloed nogal kan schommelen, is het raadzaam het cholesterolgehalte meerdere keren te onderzoeken. Bij een verhoogd cholesterolgehalte moet er sprake zijn van een constante verhoging. Een overzicht van mogelijke uitslagen van het bloedonderzoek:
Chloor
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Clostridium perfringens
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Clostridium botulinum
De bacterie Clostridium botulinum komt overal in de natuur voor. Sporen van de bacterie kunnen via de pootjes van bijen in honing terechtkomen. De bacterie kan ook voorkomen in zelfingemaakte groenten en vlees, knoflook en olie. Sporen van Clostridium botulinum kunnen normaal gesproken geen kwaad, maar kunnen wel gevaarlijk zijn voor kinderen tot 1 jaar. Zij kunnen infantiel botulisme krijgen: verlammingsverschijnselen waardoor het hart of de longen kunnen stoppen met functioneren. Het is aan te raden om kinderen tot 1 jaar geen honing te geven om infantiel botulisme te voorkomen. De darmflora van baby’s is nog niet volledig ontwikkeld. De sporen van de bacterie kunnen in de darmen van baby’s uitgroeien tot bacteriën. Deze maken schadelijke stoffen aan die inwerken op het zenuwstelsel. De bacterie kan zelfs de ziekte infantiel botulisme veroorzaken. De kans dat de baby ziek wordt, is zeer klein. Als een baby honing heeft gekregen is het goed te letten op de symptomen van infantiel botulisme. De ziekte heeft altijd een aantal dagen nodig voordat hij doorbreekt. Voor die tijd kunnen deze verschijnselen optreden: een verminderde eetlust aanhoudend huilen sloomheid verstopping (obstipatie) met spierzwakte en verlammingen tot gevolg Als baby’s deze verschijnselen vertonen is het aan te raden de dokter te bellen. Een snelle behandeling in het ziekenhuis kan complicaties voorkomen. Het kind kan dan binnen enkele weken herstellen. Zonder tijdige behandeling kunnen ernstige complicaties optreden waardoor baby’s zelfs kunnen overlijden. Ernstige complicaties zijn verlammingsverschijnselen waardoor het hart of de longen kunnen stoppen met functioneren. Kinderen ouder dan 1 jaar en volwassenen heb...
Couscous
Couscous is een gerecht van gaar gestoomde korrels van tarwemeel. Couscous bevat vezels en belangrijke vitamines, mineralen en voedingsstoffen, zoals vezels. 75 gram onbereide couscous per persoon per dag is een gemiddelde hoeveelheid. Couscous is niet geschikt voor mensen met de aandoening coeliakie, omdat er gluten in zitten. De teelt van tarwe heeft een lage klimaatbelasting. De bereiding van couscous kost weinig energie. Er is biologische couscous verkrijgbaar onder het EKO-keurmerk.
Cornflakes
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Coumarine
Coumarine is een aromastof die van nature voorkomt in kaneel. Het zit dus ook in producten waaraan kaneel is toegevoegd. Coumarine is alleen toegestaan in levensmiddelen in de vorm van kaneel, dus niet als zuivere stof. Het is nog niet duidelijk of en bij welke hoeveelheden coumarine de gezondheid kan schaden. Er zijn limieten gesteld aan de hoeveelheid coumarine in de vorm van kaneel die in levensmiddelen mag voorkomen. Uit voorzorg wordt afgeraden om lange tijd achter elkaar producten of gerechten te eten waar kaneel en dus coumarine in zit. Bij een gevarieerd eetpatroon is er geen risico voor de gezondheid.
Complexvormers
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Conserveermiddelen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Colitus Ulcerosa
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Co-enzym Q
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Cobalamine
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Codex Alimentarius
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Coeliakie
Een glutenvrij dieet is de enige behandeling. Door het nauwkeurig volgen van een glutenvrij dieet kunnen de darmvlokken zich herstellen en nemen de klachten langzamerhand af. Het darmslijmvlies kan zich pas na 1 of 2 jaar geheel herstellen. Omdat de ziekte chronisch is, moet het dieet het hele leven strikt worden gevolgd. Dat is ook belangrijk omdat niet of onvoldoende behandelde coeliakie een verhoogde kans geeft op het ontstaan van darmkanker. Een diëtist let er bij het samenstellen van het dieet op dat bepaalde voedingsmiddelen kunnen worden vermeden zonder dat er een tekort aan voedingsstoffen ontstaat. Producten met onderstaande ingrediënten bevatten gluten: tarwe, rogge, gerst, haver meel, tarwemeel, griesmeel, tarwebloem, couscous, bulgur, seitan graankiemen, graankorrels en graanvlokken roggemeel, roggebloem havermout, havervlokken, havermeel gort, gerstemoutbloem, parelgort, grutten spelt (wilde tarwe), kamut, triticale mout Gluten is een eiwit dat voorkomt in tarwe, rogge, gerst, spelt en kamut. Gluten zit ook in alle producten die van deze glutenbevattende graansoorten gemaakt zijn. Er werd altijd gedacht dat haver ook gluten bevat dat het slijmvlies van de dunne darm kan beschadigen. Uit onderzoek is echter gebleken dat dit voor zuiver haver niet geldt. Toch is het bij coeliakie beter geen haver te gebruiken. In Nederland is namelijk alleen haver te koop dat is gemengd met tarwe of niet zuiver gescheiden is gebleven van glutenbevattende granen. Gluten zit niet alleen in alle soorten gewoon brood. Het zit ook in beschuit, crackers, gebak, koek, muesli, vlokken, tarwemeel, tarwegries en in deegwaren zoals macaroni, spaghetti en vermicelli. Ook in producten met een glutenbevattend bindmi...
CPE Kooiei
Kooieieren zijn herkenbaar aan code 3 op het ei. Voor dit keurmerk gelden deze eisen: Kippen leven in kooien met maximaal 5 kippen Er leven 18 kippen op 1 m² Kippen kunnen niet naar buiten In de kooien is geen strooisel aanwezig Er zijn geen zitstokken en legnesten aanwezig Kippen kunnen geen stofbad nemen Kippen krijgen geen daglicht Kippen worden ongeveer 1,5 tot 2 jaar oud Uitgever: Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE), www.cpe.nl Controle: CPE namens de overheid
CPE Scharrelei
CPE-scharreleieren zijn herkenbaar aan code 2 op het ei. Voor dit keurmerk gelden deze eisen: Kippen leven in een stal met maximaal 6000 kippen Er leven 9 kippen op 1 m² Kippen kunnen niet naar buiten Kippen leven in een schuur met strooisel op de grond Er zijn zitstokken en legnesten aanwezig in de schuur Kippen kunnen een stofbad nemen Kippen krijgen daglicht Kippen worden ongeveer 1,5 tot 2 jaar oud Keurmerkorganisatie: Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE), www.cpe.nl erkend door Raad voor Accreditatie Controle: Stichting ControleBureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten.
CPE Vrije-uitloopei
Vrije-uitloop is een keurmerk op het gebied van dierenwelzijn dat alleen op eieren voorkomt. Er gelden deze eisen: Eieren zijn herkenbaar aan code 1 op het ei Maximaal 6000 kippen in een stal Er leven gemiddeld 9 kippen op 1 m² Kippen kunnen naar buiten Er is strooisel aanwezig in de stal Er zijn zitstokken en legnesten aanwezig Kippen kunnen een stofbad nemen Kippen krijgen daglicht van buiten Kippen worden gemiddeld 1,5 tot 2 jaar Grasei valt onder Vrije-uitloop. Keurmerkorganisatie: Controlebureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten (CPE), www.cpe.nl, erkend door de Raad voor Accreditatie Controle: Stichting ControleBureau voor Pluimvee, Eieren en Eiproducten
Cruesli
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Creatine
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Creutzfeldt-Jakob
Creutzfeldt-Jakob doet zich voor bij mensen die gemiddeld 68 jaar oud zijn en kent in Nederland gemiddeld ongeveer 17 gevallen per jaar. De Variant-Creutzfeldt-Jakob komt wereldwijd bijna niet meer voor, doet zich voor bij mensen tussen de 20 en 35 jaar en openbaart zich ongeveer 10-14 jaar na het eten van besmet rundvlees. Verondersteld wordt dat mensen niet zo snel door BSE besmet worden als koeien. Volgens sommige onderzoekers is de ene mens vatbaarder voor de ziekte dan de andere. Mogelijk speelt erfelijke aanleg een rol, maar daarover is nog weinig bekend. Tussen 1994 en 2010 hebben wereldwijd ongeveer 200 mensen variant-Creutzfeldt-Jakob opgelopen. Sinds 2010 komt de variant van Creutzfeldt-Jakob vrijwel niet meer voor, omdat alle runderen sinds 1995 bij de slacht gecontroleerd worden op BSE en besmette dieren worden vernietigd. Rundvlees, rundvleesproducten, gelatine en cosmetica zijn dus veilig.
Cyanide
Cyanide is een gifstof die ontstaat doordat het lichaam cyanogenen uit bijvoorbeeld vlierbessen, lijnzaad, bittere amandelen en exotische knolgewassen (zoals cassave) omzet in cyanide. Door de juiste bereidingswijze en gebruik kan cyanidevorming worden voorkomen. In Nederland en andere westerse landen komt vergiftiging door cyanide zeer zelden voor.
Cyanogenen
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Dagelijkse Voedingsrichtlijn
Met dit icoon is het mogelijk om de hoeveelheid energie, suikers, verzadigd vet en natrium van levensmiddelen onderling te vergelijken. Het percentage energie, verzadigd vet en suikers wordt zoveel mogelijk per portie weergegeven en niet per 100 gram. Er wordt uitgegaan van een gemiddelde inname van 2000 calorieën per dag. Voor de andere stoffen geldt als referentiewaarde de norm voor een volwassen vrouw. Het icoon staat op de verpakking. De fabrikant kan er ook voor kiezen om een symbool te plaatsen met alleen de hoeveelheid energie per portie en het percentage waarmee zo’n portie bijdraagt aan de gemiddelde dagelijkse energiebehoefte van vrouwen: 2000 kcal. Bij de voedingsstoffen die genoemd worden, staat een percentage dat aangeeft hoeveel je binnenkrijgt in verhouding tot wat een gemiddelde vrouw per dag nodig heeft, of maximaal wordt aanbevolen. Zo gaat het bijvoorbeeld om 10% van je dagelijkse hoeveelheid natrium. Dit betekent niet dat per se er nog meer natrium gegeten kan worden. Hoe minder natrium, hoe beter. Het Voedingscentrum benadrukt dat deze percentages niet betekenen dat er ruimte over is voor meer vet, natrium of suiker. Dit zijn geen essentiële voedingsstoffen en het is dus beter dat er juist minder van wordt gegeten. Het is daarom niet de bedoeling om tot de 100% te gaan. Andere voedingsmiddelen, waarbij de Dagelijkse Voedingsrichtlijn niet op het etiket staat, leveren ook vet, natrium of suiker. Dat is daardoor niet eens mee te tellen. De Dagelijkse Voedingsrichtlijn is dus vooral informerend bedoeld, en is geen leidraad voor hoeveel je moet eten. Uitgever: Federatie Nederlandse Levensmiddelenindustrie, www.dagelijksevoedingsrichtlijn.nl
Detox-dieet
Dit dieet van dr. Paula Baillie-Hamilton is gebaseerd op de opvatting dat chemicaliën die in lichaamsvet worden opgeslagen, zoals PCB’s, pesticiden en zware metalen, de stofwisseling in de war schoppen. Door chemicaliën die we binnenkrijgen via onze voeding, zouden veel mensen de vetvoorraad in hun lichaam niet meer goed kunnen verbranden. Door drastisch af te vallen, wordt dit probleem volgens dit principe verergerd, omdat dan de gifstoffen uit het lichaamsvet vrijkomen. Het Detox-dieet is erop gericht het ‘natuurlijke mechanisme’ terug te krijgen om op het juiste gewicht te blijven. Het dieet is meer gericht op het maken van de juiste keuzes dan op het verminderen van het aantal calorieën. Het dieet helpt het lichaam met ontgiften door: Bindmiddelen als oplosbare vezels en actieve kool (zoals norit) te gebruiken; Veel voedingssupplementen te slikken; Veel rauwe groenten te eten; Veel te bewegen; ‘Chemische calorieën’ te vermijden, door bijvoorbeeld biologische groenten en fruit te eten en weinig dierlijk vet. De stelling dat gifstoffen in het lichaam de stofwisseling verstoren, wordt niet ondersteund door erkend wetenschappelijk onderzoek. De omvang van het aantal chemicaliën waarmee mensen volgens de schrijfster in aanraking komen, is groter dan wat deskundigen in Nederland reëel lijkt.
Demeter
Bij het Demeter keurmerk is rekening gehouden met dierenwelzijn, milieu en eerlijke handel. Producten worden geteeld zonder kunstmest en bestrijdingsmiddelen. Demeter-producten zijn vooral te vinden in natuurwinkels. Demeter producten mogen ook het EKO-keurmerk dragen en moeten vanaf 2012 het Europees biologisch keurmerk dragen. Als het keurmerk van Demeter op de verpakking staat, is het product afkomstig van de biologisch-dynamische landbouw. Biologisch-dynamische boeren voldoen aan de biologische eisen en daarbovenop aan specifiek biologisch-dynamische eisen. In de biologisch-dynamische veehouderij zijn de dierenwelzijnseisen hoger dan in de biologische veehouderij.
DHA
Informatie over dit onderwerp kunt u vinden op de website van het Voedingscentrum.
Diarree
Diarree is een maag-darmziekte, waarbij sprake is van dunne ontlasting gedurende meer dan 4 keer per dag. De meest voorkomende oorzaken zijn voedselvergiftiging, stress of alcohol. Ook een virus is vaak de boosdoener. Mensen met diarree wordt geadviseerd veel te drinken, 2 tot 3 liter per dag, in kleine hoeveelheden tegelijk. Zij kunnen proberen wat te eten zodra ze daar zin in hebben. Verder kan een ORS-oplossing helpen om vocht en mineralen weer aan te vullen.
Diabetes mellitus
Mensen met diabetes maken geen insuline aan of zijn verminderd gevoelig voor insuline. Insuline is een hormoon dat een belangrijke rol speelt bij het bloedsuikergehalte. Insuline is nodig om glucose in de cellen toe te laten. Uit de glucose haalt het lichaam energie, die onder andere nodig is voor ademhalen, bewegen en het kloppen van het hart. Bij diabetici kan glucose de cel niet in, en blijft in het bloed. Het bloedsuikergehalte is daardoor te hoog. De nieren scheiden een deel van de glucose uit via de urine. Daardoor ontstaan klachten als moeheid, dorst, veel plassen, jeuk en gewichtsverlies. Als diabetes behandeld wordt met medicijnen of insuline, verdwijnen de klachten meestal snel. Het komt ook voor dat iemand helemaal geen klachten heeft en dat is gevaarlijk omdat mensen dan te laat kunnen overgaan tot actie, bijvoorbeeld door hun voeding aan te passen. Het aantal mensen met diabetes neemt fors toe. Naar schatting hebben zo’n 750.000 mensen in Nederland diabetes. Daarnaast zijn er circa 250.000 mensen met diabetes die geen klachten hebben en daardoor niet weten dat ze diabetes hebben. Er bestaan 2 soorten diabetes: diabetes type 1 : de alvleesklier maakt niet of nauwelijks insuline aan. Type 1 ontstaat vaak voordat je 30 jaar bent. diabetes type 2 of ouderdomsdiabetes: de lichaamscellen zijn minder gevoelig voor insuline dan normaal. Diabetes type 2 ontstond oorspronkelijk bij mensen boven de 40 jaar. Door overgewicht komt dit type steeds vaker op jonge leeftijd voor. 80 tot 90% van alle mensen met diabetes heeft diabetes type 2. Bloedsuikergehalte Met een glucosemeter bepaalt de huisarts het bloedsuikergehalte. Als er niet nuchter kan worden geprikt moet het worden herhaald, liefst nuchter....
Dieet
Een dieet staat meestal voor een methode waarmee je kunt afvallen. Er zijn ook andere diëten, zoals een zoutarm dieet. Het wonderdieet om af te vallen bestaat niet. Van veel soorten diëten kun je inderdaad afvallen, maar dat is vaak tijdelijk en bovendien is er kans dat je door dat dieet te weinig voedingsstoffen binnenkrijgt. Als je wilt afvallen, kun je dat het beste op een verantwoorde manier doen, door de 7 stappen van het Voedingscentrum te volgen.