De Proefpers
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Diverse industrieën en ambachten > handboek grafische technieken
Datum & Land: 24/06/2013, NL
Woorden: 739
waardepapier
Papier met speciale kenmerken, die het namaken bemoeilijken; gebruikt voor identiteitsbewijzen, papiergeld, waardebonnen, aandelen, e.d.
wapenband
(wapenband / heraldische band) Boekband waarop een wapenschild / wapenschilden is / zijn gedrukt.
wasmiddel
Gebruikelijk is het hiervoor een benzine-derivaat te gebruiken. Spaarzaam (beter: zuinig) gebruik is beter dan overvloedig.
weglopen van inkt
Als de inkt te lage viscositeit heeft of de persdruk te hoog is afgesteld, wordt de inkt om de randen van vlakken heen afgedrukt. Is niet identiek aan kraalrand.
weeskind
(wees / weesjongen / weeskind) Hiervan is sprakeals de laatste regel van een bladzijde of kolom de eerste regel van een nieuwe (al dan niet ingesprongen) alinea is.Als die laatste regel een tussenkopje is waarvan de bijbehorende tekst dus op de volgende bladzij (in de volgende kolom) staat.
weesjongen
(wees / weesjongen / weeskind) Hiervan is sprakeals de laatste regel van een bladzijde of kolom de eerste regel van een nieuwe (al dan niet ingesprongen) alinea is.Als die laatste regel een tussenkopje is waarvan de bijbehorende tekst dus op de volgende bladzij (in de volgende kolom) staat.
wees
(wees / weesjongen / weeskind) Hiervan is sprakeals de laatste regel van een bladzijde of kolom de eerste regel van een nieuwe (al dan niet ingesprongen) alinea is.Als die laatste regel een tussenkopje is waarvan de bijbehorende tekst dus op de volgende bladzij (in de volgende kolom) staat.
weerdruk
(weerdruk / tegendruk) Vorm waarmee de achterzijde van een vel wordt bedrukt.Bedrukking van de tweede zijde van een vel, keerzijde of achterzijde; voorzijde heet schoondruk.
wegslaan
Drukinkt die (eventueel snel) in de poriën van het papier verdwijnt.
werkdruk
Houthoudend romandruk.
wit-uitmengproef
Test waarbij de kleurkracht van een inkt of toner wordt bekeken door een klein gedeelte van die inkt te mengen met een grote hoeveelheid witte inkt, en het gekleurde eindresultaat te vergelijken met een controletabel.
wikkelvouw
Andere vouwwijzen: dwarsvouw, harmonicavouw, kruisvouw, langsvouw, leporello, parallelvouw, zigzagvouw.
wit
Al het zetmateriaal dat lager is dan de letterhoogte, waardoor 't bij het drukken niet met de letterrollen in aanraking komt en de plaats waar het zit dus niet wordt afgedrukt. Letterwit bestaat in de vorm van vliesjes, dunne spaties, spaties, pasjes, vierkanten en kwadraten. Interlinies en regletten rekenen we ook tot het wit. Verder bestaat er nog tabelwit (wordt in augustijn bemeten: 2x2, 2x3, 2x4, 2x5, 2x6, 3x3-6, 4x4-6, 5x5-6, 6x6), en holwit dat ook in augustijnen wordt bemeten (dikte 2, 3, 4 aug, lengte 8, 12, 16, 20, 24 aug). Holwit heet natuurlijk zo, omdat er gewichts- en loodbesparende gaten in zijn gelaten. Veel holwit tegenwoordig is niet meer van lood, maar van ijzer of aluminium gemaakt.
wissellijn
(assurélijn / wissellijn / balklijn / azurélijn) Een aantal koperen lijntjes die op een brede lijn gegraveerd staan. Wordt gebruikt in bijvoorbeeld kwitanties, om het betaalde / ontvangen bedrag in letters te schrijven. Moet mogelijk gespeld worden: Azuré-lijn (afgeleid van het Franse azur - blauw), naar de zwart-witte weergave van de kleur blauw in de heraldiek.
witrijzen
Als het wit in de vorm omhoog komt, en mee wordt afgedrukt, is er sprake van gerezen wit. Dit rijzen kan liggen aan onjuist opsluiten van de vorm, teveel toestellen onder de vorm, niet haakse clichévoeten, of het gebruik van beschadigd en onzuiver materiaal in de vorm.
woordbeeld
(woordbeeld / woordvorm) Mensen die gewend zijn te lezen, lezen geen letters meer, maar herkennen de vormen die op het papier staan. Die vormen zijn gebaseerd op een wisselwerking tussen kapitalen en onderkast. Pogingen om alleen met kapitalen te drukken, (dan heb je immers niet meer te maken met stokken en staarten,) zoals twee- en meerlingdruk die ik vermeld in het hoofdstuk drukmethoden, zijn alleen al daarom tot mislukken genoemd.
woordmerk
(beeldmerk / logo / merk / symbool / vignet / woordmerk) Een geconcentreerde tekenreeks die zonder nadere uitleg duidelijk herkenbaar is en die verwijst naar een firma, persoon of produkt(groep). Dit 'plaatje' kan bestaan uit uitsluitend letters (bijvoorbeeld initialen), letters gecombineerd met een (gestileerde) afbeelding, of alleen die afbeelding. Het beeldmerk is de meest beknopte uiting van een bedrijf naar buiten toe, zit vast verankerd in de huisstijl en zorgt (als het aanslaat) voor reclame zonder dat er iets specifiek(s) wordt aangeprezen. Logo en Woordmerk bestaan uitsluitend uit (al dan niet versmolten) letters, Symbool en Vignet zijn afbeeldingen, bij Beeldmerk worden de letters overheerst door de afbeelding / illustratie, en Merk is de meest algemene benaming van de reeks.
woordvorm
(woordbeeld / woordvorm) Mensen die gewend zijn te lezen, lezen geen letters meer, maar herkennen de vormen die op het papier staan. Die vormen zijn gebaseerd op een wisselwerking tussen kapitalen en onderkast. Pogingen om alleen met kapitalen te drukken, (dan heb je immers niet meer te maken met stokken en staarten,) zoals twee- en meerlingdruk die ik vermeld in het hoofdstuk drukmethoden, zijn alleen al daarom tot mislukken genoemd.
wrijfdruk
(anopistografisch / wrijfdruk) Een boek met eenzijdige bedrukking. De druk wordt door wrijving aangebracht. Volgens deze methode werden vóór de uitvinding van de boekdrukkunst al blokboeken gemaakt. De onbedrukte rugzijden van twee opvolgende bladen werden tegen elkaar geplakt.
zaansbord
Zeer sterk bord, waarin lompen werden verwerkt; werd in kantoorboekbinderij gebruikt voor de vervaardiging van springruggen.
zadel
(zadel / voorschuif) Snijmachineaanleg.
zetlijn
(zetlijn / zetlinie) Koperen lijn, met lip, die in de zethaak geplaatst wordt, om de letters gemakkelijker in de haak te laten glijden. Als de regel vol is, wordt de zetlijn ervoor / erbovenop gelegd, als glijsteun voor de volgende regel. Hiermee wordt ook voorkomen dat (een) vorige regel(s) naar voren springt/springen.
zetbreedte
Breedte van een regel zetsel, uitgedrukt in augustijnen (cicero's) of centimeters.
zethaak
(zethaak / regelhaak / letterhaak) (/ tabelhaak / biljethaak) Metalen zettersgereedschap, waarin de letters tot woorden gerangschikt, en de regels op de gewenste maat op- of uitgevuld worden. Er zijn verschillende manieren waarop de gekozen regellengte in deze haken kan worden vastgezet (met wig- of klaviersluiting, de tabelhaak met bladschroeven).
zelfkopiërend papier
Papier dat aan de achterzijde is voorzien van een gevende laag die onder invloed van druk (balpen, typemachine) in aanraking komt met de ontvangende laag op de voorzijde van (een) onderliggend vel. Daarbij ontstaat een kopie van de indruk door balpen of tikmachine; maximaal 12 leesbare kopieën mogelijk, hoewel alleen de eerste 4, 5 maar echt helder beeld geven.
zelfsluiter
(pagina-sluiter / zelfsluiter) Vervangers van opbindtouwtjes, verkrijgbaar in diverse (augustijn- of pica-)maten. De Lettergieterij Amsterdam verkocht indertijd losse rand- en hoekstukken (Ella-pagina-sluiters), waarbij in de hoekstukken uitsparingen waren aangebracht, waar het opbindtouw in kon vallen; bij deze werd dus wel gewoon opgebonden, maar de vorm kan zonder verwijdering van opbindtouw ingeslagen worden.
zetlinie
(zetlijn / zetlinie) Koperen lijn, met lip, die in de zethaak geplaatst wordt, om de letters gemakkelijker in de haak te laten glijden. Als de regel vol is, wordt de zetlijn ervoor / erbovenop gelegd, als glijsteun voor de volgende regel. Hiermee wordt ook voorkomen dat (een) vorige regel(s) naar voren springt/springen.
zetlood
Langwerpig stuk lood, dat tegen het op de galei staand zetsel wordt geplaatst, om het omvallen van de letters, vooral die aan de zijkanten, te voorkomen. Dit is een zeer handig hulpmiddel bij correctie.
zetsel
Tot woorden / regels samengevoegde letters, cijfers, lees- en andere tekens, en spaties.
zetten
Het rangschikken van letters tot woorden en regels. Je kunt zetten in de hand, in de zet- of regelhaak, in 'blokvorm' (omgeven door zetlood), of los op de galei (hout, ijzer of zink). Zetten doe je op de kop (met de kerfzijde zichtbaar), dan kun je van links naar rechts werken, het maakt letters gemakkelijker herkenbaar, en bovendien zie je dan meteen of een letter wel bij het door jou gebruikte lettertype hoort (dat zie je aan de kerf of groef).
zijaanleg
Bevindt zich bij de snelpers op het inlegblad en dient om het te bedrukken papier tegen aan te schuiven, teneinde het in de juiste stand door de grijpers te laten pakken.
zigzagvouw
Andere vouwwijzen: dwarsvouw, harmonicavouw, kruisvouw, langsvouw, leporello, parallelvouw, wikkelvouw.
zijdepapier
Dun, zacht en betrekkelijk sterk papier, veelal gebruikt voor verpakkingsdoeleinden, 12 - 30 grs.
zuurvrij
Papier of ander materiaal dat geen zure, verterende of bijtende stoffen bevat.
zuurbestendig
(zuurvast / zuurbestendig) Papier of ander materiaal dat niet door zuur wordt aangetast.
zuurvast
(zuurvast / zuurbestendig) Papier of ander materiaal dat niet door zuur wordt aangetast.
I.S.B.N.
Internationaal standaard boek nummer, abusievelijk ook wel eens internationaal standaard bestelnummer genoemd, omdat aan de hand van dat nummer alleen een boek besteld kan worden. Het i.s.b.n. bestaat uit 10 cijfers, waarvan de eerste twee de (land- of) taalcode zijn en het laatste een controlegetal (wat buiten 0 - 9, ook -x- kan zijn), en de overige (zeven) cijfers bevatten de uitgever en de uitgave. Sommige, grote, uitgevers zijn met twee cijfers gecodeerd, waardoor de uitgaven in vijf cijfers worden omschreven, bij andere is de verdeling 3 om 4, 4 om 3, of vijf om 2, dit alles volgens strikte regels.Voor periodieke uitgaven (tijdschriften) is een soortgelijk nummer in het leven geroepen: I.S.S.N. (internationaal standaard serie nummer).
o.k./kap.
Als dit bij een te zetten tekst is geschreven, betekent het dat de tekst in onderkast gezet wordt, maar dat voor de eerste letter van een zin, en van (eigen-)namen een kapitaal wordt gebruikt.
x-hoogte
Hoogte van een onderkastletter zonder stok (schacht, ascender) of staart (descender).