Webmasterwoordenboek
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Automatisering > Internetbegrippen
Datum & Land: 20/07/2013, NL
Woorden: 1014
bourne-shell
UNIX-shell.
bootsector
Diskettes en harde schijven bevatten een bootsector. Dit gedeelte van de schijf wordt als eerst ingelezen door de computer wanneer deze opstart. In dit gedeelte van de schijf zorgen speciale programmaatjes ervoor dat een besturingssysteem kan opstarten.
bootvirus
Een virus dat zich op de harde schijf nestelt in het deel dat nodig is bij het opstarten van de computer, de bootsector. Het gevolg is dat telkens bij het opstarten van de computer, het virus geactiveerd wordt en eventueel schade kan aanrichten.
bot
Het woord ?bot? komt van robot. Een bot is een programma dat zelfstandig 'geautomatiseerd werk' kan uitvoeren. Een bot kan heel onschuldig zijn, zoals zoekmachines bots gebruiken om websites in kaart te brengen. Maar een bot wordt echter ook gebruikt om andere, meer kwaadaardige handelingen te kunnen uitvoeren op computers. Zo kan een bot creditcard- of bankgegevens onderscheppen of een backdoor openen op uw computer.
botnet
Als uw computer is ge?nfecteerd met een bot, maakt deze vaak onderdeel uit van een grootschalig en wereldwijd botnetwerk. Dit netwerk noemt men ook wel een botnet. Een persoon kan een botnet vanuit een centraal punt op het internet besturen. De besturing vindt meestal plaats via IRC (Internet Relay Chat).
bookmark
Markering van een eerder bezocht internetadres. Een bookmark bewaart het internetadres. Bij een volgende keer dat die plek bezocht wordt, hoeft maar op de betreffende bookmark geklikt te worden. De term bookmark wordt gebruikt door Netscape Navigator. De nieuwste versie (Netscape Communicator) gebruikt de term bladwijzer. Microsoft Internet Explorer gebruikt de term favorieten.
bookmark
Markering van een eerder bezocht internetadres. Een bookmark bewaart het internetadres. Bij een volgende keer dat die plek bezocht wordt, hoeft maar op de betreffende bookmark geklikt te worden. De term bookmark wordt gebruikt door Netscape Navigator. De nieuwste versie (Netscape Communicator) gebruikt de term bladwijzer. Microsoft Internet Explorer gebruikt de term favorieten.
bounce
Als e-mail niet op de plaats van bestemming aankomt, kaatst het terug. De oorzaak kan een verkeerd e-mailadres zijn of een computer die down is. Waarom e-mail niet aankomt, wordt altijd vermeld.
broncode
(source code) Geheel van programmainstructies in hun oorspronkelijk hogere taal (bijvoorbeeld Pascal of C), zoals geschreven door de programmeurs. Het is niet mogelijk een programma aan te passen zonder in het bezit te zijn van de broncode; vandaar dat bij kwesties rond de intellectuele rechten van een programma het bezit van de broncode een belangrijke rol speelt.
briefhoofd
In het briefhoofd van een e-mail worden onder andere de naam van de verzender getoond, het onderwerp, het e-mailadres van de verzender en de ontvanger en de datum van verzending.
brochureware
Software die alleen bestaat in marketingfolders van de fabrikant. Variant van vaporware.
broncode
Engels: Source Code. Programma?s en besturingssystemen zijn oorspronkelijk in een programmeertaal geschreven die voor mensen leesbaar en begrijpelijk is. Dit wordt de broncode of ?source code? genoemd. Computers kunnen deze broncode alleen maar gebruiken wanneer de broncode is vertaald naar een taal die begrijpelijk is voor een computer. Deze taal wordt ook wel machinetaal genoemd.
browser
Een browser is een programma waarmee pagina's (websites) op internet bekeken kunnen worden. De browser zet HTML-pagina's om in leesbare tekst. Er zijn verschillende browsers, zoals Mozilla Firefox, Opera, Safari en Microsoft Internet Explorer.
browser hijacking
Browser hijacking geschiedt door programma's en scripts die instellingen van uw browser aanpassen, zoals homepage, standaardzoekpagina of favorieten. Vaak met als doel u door te verwijzen naar sex- en goksites, of geld te verdienen door het vertonen van advertenties in popups.
broncode
NL: Broncode Computerprogramma in leesbare vorm. De source code (broncode) bevat de programma-instructies zoals ze zijn beschreven door de programmeur.
browser
Een programma waar webpagina's mee bekeken kunnen worden. Een browser zet webpagina's om in leesbare tekst. Veelgebruikte desktop browsers zijn Mozilla Firefox, Internet Explorer en Opera.
bsmtp
Afkorting van: batched Simple Mail Transfer Protocol. bSMTP zorgt ervoor dat e-mail wordt bewaard als uw eigen mailserver niet verbonden is met internet. Zodra uw mailserver weer online komt, wordt e-mail alsnog naar uw eigen mailserver doorgestuurd.
bug
Insect, beestje; fout in een computerprogramma, die leidt tot onjuiste resultaten of het vastlopen of afbreken van het programma. De term stamt uit de tijd dat beestjes tussen de schakelingen van een computer fouten konden veroorzaken. Een bekende uitspraak onder programmeurs is: Elk if is een bug, waarmee wordt gesuggereerd dat elk if-statement in een programma ten minste ??n bug bevat. Bij het oplossen van een bug (een zogenaamde bugfix) wordt bij elk nieuw if-statement een nieuwe bug ge?ntroduceerd.
bugfix
Verwijderen van een bug (een fout) in een computerprogramma.
bullet
Teken, meestal een dikke punt, aan het begin van een element in een opsomming.
bug
Nederlands: Fout. Bugs zijn fouten in softwareprogramma's. Veel programma's bevatten fouten. Dit komt mede doordat een programmeur geen rekening kan houden met alle mogelijke combinaties die een gebruiker kan kiezen in het programma. Als een programmeur bijvoorbeeld een rekenprogramma maakt waarbij iemand in plaatst van getallen letters invoert, kan het zijn dat het rekenprogramma stopt met functioneren. Dit soort fouten heten bugs. Zo'n bug wordt vaak met behulp van een update of hotfix door de programmeur weer opgelost. Hij zorgt er dan bijvoorbeeld voor dat het invoeren van letters niet meer mogelijk is.
buffer-overflow
Een buffer-overflow is een fout in een programma of besturingssysteem die mogelijk door een kwaadwillende persoon kan worden misbruikt. Buffer-overflows worden vaak gebruikt om toegang te krijgen tot een computer, zonder dat de eigenaar van de computer daar iets van merkt. Ook wordt een buffer-overflow gebruikt om een programma op een computer of de computer zelf vast te laten lopen.
byte
Set van acht bits. In een byte past karakter (letter, cijfer of (lees-)teken). In ASCII is bijvoorbeeld de byte 1100001 (decimaal 97) de a in onderkast.
cancel
Bericht naar een Internet-provider of nieuwsgroepbeheerder waarin de gebruiker vraagt om een bepaald bestand of bericht te verwijderen, bijvoorbeeld vanwege aanstootgevende teksten.
case sensitive
(kastgevoelig) Onderscheid tussen hoofdletter (kapitaal) en kleine letter (onderkast). Het besturingssysteem UNUX maakt bijvoorbeeld bij het invoeren van opdrachten, bestandsnamen en directory's en zelfs bij het inloggen (gebruikersnaam en wachtwoord) onderscheidt tussen hoofdletters en kleine letters. Een e-mailadres is meestal niet case sensitive.
cancel
Bericht naar een Internet-provider of nieuwsgroepbeheerder waarin de gebruiker vraagt om een bepaald bestand of bericht te verwijderen, bijvoorbeeld vanwege aanstootgevende teksten.
careware
synoniem: charity ware. Shareware waarbij de maker aan de gebruiker als vrijwillige vergoeding een donatie aan een goed doel vraagt.
cache
Verkorting voor cachegeheugen, tijdelijke opslagplaats op harde schijf of in het geheugen van frequent geraadpleegde gegevens om hier snel toegang toe te krijgen. Webpagina's worden bijvoorbeeld in cache opgeslagen.
cache
Extra, snel aanspreekbaar geheugen, bedoeld voor het opslaan van veelgebruikte computeropdrachten, waardoor ze sneller beschikbaar zijn.
cctld
-Country Code Top Level Domain- Een landcode in het top level domain van de domain name service, toegekend volgens de twee lettercodes uit de ISO 3166-standaard voor het toewijzen van land- of gebiedsnaam.
cc:mail
Systeem voor e-mail van Lotus-IBM. Een van de eerste professionele mailsystemen voor lokale netwerken.
cctld manager
Bedrijf, organisatie of een persoon belast met de registratie van ccTLD's.
ccitt
-Comit? Consultatif International de T?l?graphe et T?l?phonique- Normalisatie-organisatie van de Verenigde Naties die belast is met het normaliseren van datacommunicatie en telecommunicatie, bijvoorbeeld de V-normen (V.34, V.32 bis en dergelijke), die ond
cdf
-Channel Definition Standard- Standaard van Microsoft voor push-technologie en webcasting, gebaserd op XML.
cgi joe
Hardcore CGI-programmeur met de sociale eigenschappen en uitstraling van een in plastic gegoten stripheld.
cgi
-Common Gateway Interface- Techniek die het mogelijk maakt om een webserver een extern programma te laten starten. Het programma produceert HTML-code, die als pagina's naar de browser van de gebruiker worden gestuurd. Aangezien de pagina's pas worden gema
cgi-bin
Directory op een webserver waarin gewoonlijk de CGI-scripts zjn opgeslagen.
chameleon
Clientprogramma voor diverse Internettoepassingen, zoals telnet, FTP en world wide web.
chatprogramma
Chatprogramma is een populaire benaming voor een programma waarmee direct met andere computergebruikers gecommuniceerd kan worden. Bekende voorbeelden zijn: MSN Messenger, ICQ en IRC.
ciphertext
Met cryptografie versleuteld bericht.
ci$
CompuServe Information $ervice- synoniem: Compu$erve. Aanduiding voor CompuServe vanwege het commerci?le karakter van deze informatiedienst.
click
(klik) Indrukken van de muisknop.
client-server
Client-server is een benaming voor een structuur achter een computernetwerk waarbij diverse clients communiceren met ??n of enkele servers. Een typisch voorbeeld van een dergelijke structuur is te vinden bij het controleren van email. Een computer die controleert of er nieuwe email is, legt verbinding met een (centrale) server waar deze staat opgeslagen. Een alternatieve structuur waarbij er niet ??n centrale server is, wordt peer-to-peer genoemd.
cmyk
CMYK (Cyaan, Magenta, Yellow, Key) is een systeem om met vier basiskleuren, inclusief zwart, een groot aantal kleuren te kunnen verkrijgen door subtractieve kleurmenging. Dit systeem wordt vooral gebruikt bij drukinkten. C staat voor Cyaan, een combinatie van blauw en groen licht; M staat voor Magenta, een combinatie van rood en blauw licht; Y staat voor Yellow (geel), een combinatie van rood en groen licht; K staat voor Key, zwart. Bij meerkleurendruk betekent Key plate de drukplaat met de artistieke details, dat wil zeggen de lijnen en effecten (in tegenstelling tot kleur-vlakken). Deze details worden gewoonlijk in de donkerste kleur gedrukt, dus bij de vierkleurendruk CMYK in zwart. Bovendien: een B voor Black zou verwarring kunnen geven met Blue (blauw). Offsetdrukkers verwerken tot 300 dpi (dots per inch) hierdoor garanderen zij zeer hoge kwaliteit.
cobol
-Common Business Orientated Language- Hogere programmeertaal, met name voor administratieve toepassingen. Is al in gebruik sinds het mainframetijdperk.
container
Programma waarin een Java-component is aangeroepen, bijvoorbeeld Netscape of Internet Explorer.
content provider
(dienstaanbieder) synoniem: informatieleverancier. Leverancier van producten en diensten op het Internet. Content providers richten zich op de inhoud van de diensten, access- en serviceproviders daarentegen op het aanbieden van toegang tot het Internet.
cobweb site
(spinnenwebsite) Website die zo lang niet is onderhouden, dat er bij wijze van spreken spinnenwebben aan hangen.
core dump
Inhoud van het computergeheugen op het moment dat een programma vast loopt, opgeslagen op schijf. In theorie kan de maker van het programma met behulp van dit bestand een fout achterhalen.
compression
(compressie) Techniek waarmee computerbestanden worden verdicht zonder dat daarbij gegevens verloren gaan. Compressie heeft als doel de ruimte van een bestand op de schijf te beperken en eventueel gegevenstransport te versnellen. Om bestanden in de oorspronkelijke te herstellen is decompressie nodig. Er zijn veel compressieprogramma's in omloop, het merendeel als shareware of public domain-software, bijvoorbeeld pkzip, arj, pak en compress.
computer widow
Echtgenote van een aan de computer verslaafde man.
conference
Programma van het bedrijf Netscape, waarmee gebruikers met elkaar kunnen communiceren.
comp
Categorie nieuwsgroepen in Usenet met onderwerpen gerelateerd aan computertechnologie.
communicatieprogramma
Een programma waarmee verbinding kan worden gemaakt met een andere computer, bijvoorbeeld via een modem.
configureren
Hardware en software zodanig instellen dat er correct mee gewerkt kan worden. Via het Configuratiescherm van Windows kunnen de belangrijkste computerelementen worden geconfigureerd, zoals het beeldscherm, de muis en de ge?nstalleerde software.
cookie
Een klein tekstbestand dat door sommige sites op uw harde schijf wordt gezet. Het bevat door uzelf opgegeven informatie, zoals uw voorkeuren of e-mailadres. De webserver gebruikt de informatie uit het cookie bij een later bezoek om bijvoorbeeld een pagina op maat aan te bieden, toegespitst op uw voorkeuren. Als u de site later weer bezoekt, hoeft u dus niet weer dezelfde vragen te beantwoorden. Een cookie kan in principe alleen gelezen worden door de site die het heeft aangemaakt. U kunt uw browser ook zo instellen dat hij uw toestemming vraagt alvorens een cookie te accepteren, of zelfs zo dat alle cookies geweigerd worden. Dat laatste kan problemen opleveren bij sites waarvoor u met een naam en-of wachtwoord moet inloggen. Bij deze procedure wordt wel eens van cookies gebruik gemaakt.
cookie poisioning
Hackertaktiek voor het aanvallen van een website. Omdat cookies worden verzonden van de server naar de browser geeft dit de mogelijkheid om de server aan te vallen. Ook zijn cookies gemakkelijk te bekijken en te wijzigen. Als de online applicatie geen rekening houdt met verandering in haar cookies, kan dit misbruikt worden voor het wijzigen van datavelden, het bekijken van ongeautoriseerde informatie of het geven van mogelijkheden om zich voor te doen als een andere gebruiker. Tegenwoordig wordt dit op de grotere websites goed gecontroleerd. Via Google vind je gemakkelijk hoe je deze cookies kunt verwijderen in de verschillende browsers.
cookies
(ontstaan van) De technische infrastructuur voor het internet bestaat al tientallen jaren, maar het World Wide Web begon pas echt te groeien in het begin van de jaren negentig, toen onder andere HTML bedacht werd. Het mooie van het systeem was dat met behulp van een relatief eenvoudig programma (een browser) een tekstpagina kon worden opgevraagd van een computer ergens aan de andere kant van de wereld. De mogelijkheden namen verder toe: pagina's konden afbeeldingen bevatten en pagina's konden uit meerdere delen bestaan (frames) wat een veel mooiere opmaak mogelijk maakte. Nog wat later kwam ook de mogelijkheid om stukjes programmeercode in een pagina op te nemen (Javascript en Vbscript). Toch had het World Wide Web ondanks al die mogelijkheden ??n belangrijke beperking. Namelijk dat informatie altijd 'sessie afhankelijk' was. Dit wil zeggen dat het moeilijk was om informatie van de ene naar de andere internetpagina te krijgen, vooral als u tussentijds uw browser hebt afgesloten. Programmeurs van grote websites losten dat op door informatie op de webserver te bewaren, maar veel websites hadden die luxe niet. Toen kwamen de cookies om de hoek kijken.
configuratie
Een verzameling van instellingen van een programma of een besturingssysteem. Configuratie heeft ook betrekking op de samengestelde hardware.
cookie
Een cookie is een klein bestandje dat door een website op de harde schijf van een bezoeker aangemaakt kan worden. Dit bestandje kan op een later moment door dezelfde website ook weer uitgelezen worden. Cookies worden vaak gebruikt ter identificatie van bezoekers van websites. Ze bevatten informatie als datum en tijd van bezoek, alsmede namen van bezochte pagina?s. Op de website van de Waarschuwingsdienst wordt een cookie gebruikt met als enige doel om bij te houden of de bezoeker de algemene voorwaarden al heeft gelezen.
compiler
Vertaalprogramma dat leesbare programma's (broncode in een bepaalde programmeertaal) omzet naar instructies in machinetaal. Het gecompileerde programma wordt een executable genoemd en heeft als extensie bijvoorbeeld .EXE (onder MS-DOS).
corba
Afkorting van: Common Object Request Broker Architecture. Norm van de Object Management Group, een samenwerkingsverband van honderden IT-bedrijven, dat zich ten doel stelt een norm te ontwikkelen voor het uitwisselen van softwarecomponenten in netwerken. Centraal in CORBA staat een Object Request Broker, die in een client-serverstructuur de relaties met en tussen de diverse software-objecten regelt.
common object request broker architecture
Afgekort: CORBA. Norm van de Object Management Group, een samenwerkingsverband van honderden IT-bedrijven, dat zich ten doel stelt een norm te ontwikkelen voor het uitwisselen van softwarecomponenten in netwerken. Centraal in CORBA staat een Object Request Broker, die in een client-serverstructuur de relaties met en tussen de diverse software-objecten regelt.
cpa
-costs per action- Tarief bij webvertizing per gerichte actie die een gebruiker uitvoert naar aanleiding van een advertentie. Een actie, bijvoorbeeld het nemen van een abonnement, gaat verder dan een click.
crapplet
Slecht of niet-functionerende Java-applet.
cracker
Term gebruikt voor mensen die de beveiliging van software proberen te kraken. Met een geslaagde crack wil iemand aantonen dat computerprogramma's nog lang niet veilig zijn. In tegenstelling tot hackers hebben crackers vaak criminele bedoelingen
crash
Het vastlopen van een computer of een computerprogramma noemt men een crash. Dikwijls kan het vastgelopen computerprogramma niet meer worden afgesloten en moet de computer worden uit- en aangezet. Vaak is het een combinatie van software, hardware en gebruiker die de computer laat vastlopen.
css
-Cascading Style Sheets- Taal om tekst in op te maken voor webpagina's. Wordt gebruikt in combinatie met HTML om opmaak te scheiden van data.
cve
-centrale verwerkingseenheid- synoniemen: CPU, Central Processing Unit. Besturingsorgaan, rekenorgaan en het interne geheugen van een computer.
cybersex
Algemene aanduiding voor sex via het Internet. Wordt gebruikt voor bijvoorbeeld erotische websites en nieuwsgroepen.
cyberspace
Aanduiding voor de interactieve wereld die ontstaat door computers uit de hele wereld met elkaar te verbinden.
cybersitter
Programma om de toegang tot sites te beperken, bijvoorbeeld om te voorkomen dat pornografische sites worden bezocht.
cyberleaf
Hulpprogramma voor het maken van HTML-pagina's en conversie daarvan, bijvoorbeeld naar Word.
cybercafe
synoniem: Internet-caf?. Openbare gelegenheid, zoals een caf? of een coffeeshop, waar computers met Internet-toegang voor de bezoekers zijn opgesteld.
cyberprise
Samenwerking van cyberspace en enterprise. Onderneming die actief is op het Internet.
database
(databank) Gestructureerde verzameling van bij elkaar horende gegevens.
date_local
Omgevingsvariabele die gebruikt wordt door de server-side include #echo. DATE_LOCAL geeft de waarde van de systeemdatum en-tijd.
datalink-laag
Tweede laag uit het OSI-model voor datacommunicatie en netwerken.
database-driven
Gebaseerd op een database. Bij een database-driven website wordt informatie uit een database gelezen, bijvoorbeeld met behulp van CGI-scripts, en gepresenteerd als HTML-pagina's.
daemon
synoniem: demon. Proces op een UNIXcomputer om een bepaalde poort te controleren op binnenkomende verzoeken en deze af te handelen. Voorbeelden van daemons zijn de httpdaemon (httpd) voor de webserver, telnetd voor telnet en ftpd voor FTP.
datacommunicatie
Versturen en ontvangen van gegevens tussen computers via bijvoorbeeld de telefoonlijn.
dataverkeer
Als iemand een website opvraagt, stuurt de webserver het bestand naar de webbrowser van die persoon. Dit wordt dataverkeer genoemd. De hoeveelheid dataverkeer die een bezoeker genereert, hangt af van de grootte van de bestanden die hij of zij opvraagt. Een link naar pagina's of plaatjes op een andere server dan die van jou genereert voor jou geen dataverkeer. De bestanden worden dan immers door die andere servers doorgestuurd. Hier kunnen beheerders de server tegen wapenen waardoor dit niet meer mogelijk is. Zij moeten namelijk wel de dataverkeer betalen.
database
Een database is de naam voor een bestand of verzameling bestanden waarin gegevens gestructureerd zijn vastgelegd. Door de structuur is het gemakkelijk om gegevens te vinden of statistieken en overzichten te maken. Een bekend voorbeeld van het gebruik van een database is bijvoorbeeld het bijhouden van een CD-collectie in Microsoft Access.
dba
-database administrator- Technisch beheerder van de database. De DBA past tabellen aan, voegt indexen toe, voert conversies en reparaties uit, enzovoort.
dbms
-DataBase Management Systeem- Programmatuur die noodzakelijk is voor het beheer van een database. Producenten van DataBase Management Systemen zijn o.a. Microsoft, Oracle, Progress en Sybase. Meer en meer worden deze systemen via internet toegankelijk gem
dds
-De Digitale Stad- Amsterdamse Internet-site, een nabootsing van een stad met pleinen, straten, huizen, bewoners, enzovoort.
dead link
Hyperlink naar een niet (meer) bestaande URL.
demilitarzed zone
Computerscherm of -netwerk dat zich tussen een bedrijfsnetwerk en een openbaar netwerk (het Internet) bevindt en dat directe toegang tot de bedrijfsinformatie belet.
decryptie
Bestandsgegevens terugzetten die door middel van een speciale code beveiligd zijn, zodat die gegevens gelezen kunnen worden. Zie encryptie.
defacing
Een aanvaller die zich toegang heeft weten te verschaffen tot een webserver kan de bestaande webpagina's daar vervangen door willekeurige andere. Anders gezegd: een website 'verliest gezicht'.
denial of service
Denial of Service (DoS) houdt in dat een computer continu 'aangevallen' wordt door bijvoorbeeld e-mail of bepaald netwerkverkeer. Het gevolg is dat de computer vastloopt of geen diensten meer kan leveren aan gebruikers. Zo'n aanval kan ook door een groot aantal andere computers tegelijk gebeuren. Dat heet Distributed Denial of Service (DDoS).
dinosaurus
Jargon voor een grote computer, meestal een mainframe.
dist
Directory op een FTP-server waarin officiele versies van bestanden en programma's staan, die door gebruikers kunnen worden opgehaald.
directory
Inhoudsopgave van (een deel van) de harde schijf.
digibeet
Samenwerking van digitale analfabeet, een leek op het gebied van de nieuwe media en het Internet, met name gebruikt voor de achterblijvers op de electronische snelweg.
digirati
Personen die op de hoogte zijn van de digitale revolutie, trendsettende voortrekkers op de electronische snelweg.
distributed database
Database die verspreid over verschillende locaties is opgeslagen.
digitaal
(digital) Wijze van gegevensverwerking, gebaseerd op continue waarden, waarbij slechts twee waarden mogelijk zijn. In datacommunicatie worden via normale telefoonlijnen gegevens analoog verzonden en vervolgens in de modem omgezet in digitale gegevens.
discussion board
Bulletin board voor het uitwisselen van berichten tussen gebruikers.
discussion list
Mailing list waarin de abonnees via de mailing list discussi?ren over een bepaald onderwerp.