Kennisconsult Managementwoordenboek

Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274

begrip
(1) Inzicht: het begrijpen van iets; (2) Een abstract gegeven, een denkbeeld.

bericht van gunning
(1) kennisgeving aan een bieder op een veiling of bij een openbare aanbesteding dat zijn bieding is gehonoreerd; (2) kennisgeving aan het Bureau voor Officiële Publicaties omtrent het resultaat van een Europese aanbesteding ten behoeve van publicatie in het Supplement op het Publicatieblad.

bedrijfstrouw
(1) in enge zin: medewerkers kijken niet buiten de organisatie naar ander werk en blijven bij voorkeur bij dezelfde organisatie in dienst; (2) in ruime zin: medewerkers zijn bereid in het belang van de organisatie offers te brengen in de vorm van lager salaris, minder vakantie, minder vrije tijd, wisselende diensten, enz.

benchmarking gap
(1) Het verschil in niveau tussen de eigen prestatie en de prestatie waarmee men zich vergelijkt(de benchmark). (2) De voorsprong van de toonaangevende organisatie (waaraan de benchmark werd ontleend) ten opzichte van andere organisaties.

beslissingstheorie
(1) Het vakgebied waarin met zich bezig houdt met de studie van besluitvorming; (2) Een theorie met bijbehorende technieken waarmee een beslisser een keuze kan maken uit een aantal alternatieven, elk met hun eigen mogelijke consequenties.

bespoedigen
(1) Het aansturen en/of bewaken van leveringen aan de hand van met toeleveranciers overeengekomen tijdschema's; (2) Het bespoedigen van levering door het wegnemen van mogelijke obstakels onderweg.

bestuur
(1) Het aansturen van een organisatie; (2) De funtionarissen die belast zijn met het besturen van de organisatie.

bedrijfshandbook
(1) handboek waarin missie, visie, doelen, bedrijfsorganisatie, bedrijfsprocessen en (operationele) regels en voorschriften worden behandeld; (2) handboek waarin de werking van een machine of installatie worden beschreven en voorschriften en richtlijnen worden gegeven met betrekking tot de bediening en het onderhoud er van.

beunhaas
(1) Een persoon die een vak of beroep uitoefent waarin hij niet bekwaam is; (2) Iemand die in zijn vrije tijd zijn werkgever beconcurreert; (3) Iemand die beneden de gangbare markttarieven werkt.

beoordeling
(1) Een test in het kader van een wervings- en selectieproces om vast te stellen of iemand capaciteiten heeft om bepaalde vaardigheden aan te leren. (2) Een boekhoudkundig onderzoek om belastinglatenties op te sporen.

bedrijf
(1) Een organisatie die producten en diensten aanbiedt aan haar afnemers met het oogmerk winst te behalen en rendement te maken op gepleegde investeringen. (2) Het werkterrein van een organisatie, waarbinnen geprobeerd wordt door middel van het produceren van producten of diensten te voorzien in de behoeften van afnemers.

benodigdheid
(1) Een conditie of een capaciteit die een gebruiker nodig heeft om een probleem op te lossen of een bepaald doel te bereiken. (2) Een conditie of een capaciteit waaraan een systeem of een onderdeel moet voldoen op grond van een contract, een (wettelijk) voorschrift, een specificatie of een ander officieel vereiste.

bedrijfsorganisatie
(1) De wijze waarop een bedrijf is georganiseerd; (2) Instelling die de belangen van een bepaalde bedrijfstak behartigt.

bevoorradingssysteem
(1) De wijze waarop levering aan afnemers geschiedt zoals het leveren op basis van orders, verkopen, voorraden, voorraadnormen, voorraadplaatsen en doorlooptijden enz. (2) Een techniek van bevoorrading, bijv. BQ-systeem, sS-systeem.

betrouwbaarheid
(1) De waarschijnlijkheid, dat een product of dienst onder gegeven omstandigheden werkt overeenkomstig de verwachtingen. (2) De waarschijnlijkheid dat een product of dienst blijft functioneren in uiteenlopende omstandigheden overeenkomstig de verwachtingen van de gebruiker of overeenkomstig aangegeven of gebruikelijke niveaus. (3) De mate waarin afspraken worden nagekomen en beloftes worden waargemaakt.

bedrijfsconcentratie
(1) de vestiging van bedrijven met gelijksoortige activiteiten/producten op een bepaalde locatie; (2) Het samengaan van bedrijven met gelijksoortige activiteiten/producten op basis van fusie of overname.

beheersingsorientatie
(1) De instelling van een persoon om gebeurtenissen en omstandigheden toe te schrijven aan interne, danwel externe oorzaken; (2) de mate waarin iemand vindt dat zijn gedrag directe invloed heeft gehad op een bepaald resultaat.

begroting
(1) De geplande kosten voor een activiteit of project. (2) Een in geld uitgedrukt gedeelte van een plan, dat aan iemand kan worden opgedragen. Deze persoon is dan verantwoordelijk voor de uitvoering van het planonderdeel binnen het kader van het opgegeven budget (hij/zij is budgetverantwoordelijke). (3) Taakstellende begroting (4) Een overzicht vooraf van te verwachten inkomsten en uitgaven.

bewustzijn
(1) Bekendheid met een bepaald produkt. (2) Verschijnsel, dat men een reclameboodschap heeft waargenomen, en zich deze ook kan herinneren.

betrokkenheid van medewerkers
(1) Betrokkenheid van medewerkers: de mate van verbondenheid die medewerkers hebben ten aanzien van de organisatie waar ze werken. (2) De mate waarin medewerkers op een reguliere basis betrokken worden bij besluitvormingsprocessen (inspraak) en bij de ontwikkeling van de organisatie (mogelijkheid tot meedenken).

bevoorrading
(1) Afnemers voorzien van nieuwe voorraad. (2) De hoeveelheden die het resultaat zijn van een actie onder (1) (3) De aanvulling van de werkvoorraad uit de bulkvoorraad.

bedrijfsinkrimping
(1) Algemene economie: neergaande beweging in de economische conjunctuur. (2) Bedrijfseconomie: inkrimping van de economische activiteiten van een onderneming.

beheersmethode op resultaat
Beheersmethode op basis van gemeten resultaten.

beknopt veiligheidshandboek
Beknopte versie van het veiligheidshandboek, waarin staat aangegeven wat een medwerker moet weten om zijn werk veilig te kunnen verrichten.

belastingdruk
Belastingbedrag uitgedrukt in een percentage van een bepaalde grondslag

beleggingsclub
Beleggingsclubs of belegingsstudieclubs zijn samenwerkingsverbanden van mensen die gezamenlijk en vanuit een bepaalde strategie willen gaan beleggen met de bedoeling hun kennis op het gebied van beleggen en beleggingen te vergroten en een zeker rendement te behalen op hun gezamenlijke beleggingen.

bevak
Beleggingsfonds met vast kapitaal naar Belgisch recht.

bevek
Beleggingsfonds met veranderlijk kapitaal naar Belgisch recht.

beleidsterrein
Beleid op een bepaald gebied.

beloning onder voorwaarden
Beloning die afhankelijk is van vertoond gedrag of bereikte resultaten.

beloning in natura
Beloning voor verrichte arbeid, anders dan in geld.

betaling in natura
Beloning voor verrichte arbeid, anders dan in geld.

beloningsmacht
Beloningsmacht is gebaseerd op het vermogen van een leidinggevende om aan medewerkers dingen te verstrekken die voor hen van waarde zijn: opslag, promotie, erkenning etc. Medewerkers geven toe aan de eisen van hun leidinggevende in de hoop dat dit zal leiden tot de gewenste beloning.

beperking watergebruik
Beperking van het gebruik van drinkwater is een van de doelstellingen van duurzaam bouwen, omdat het bereidingsproces van schoon water steeds kostbaarder wordt. Voor dat bereidingsproces zijn chemicaliën nodig, maar ook energie, gebouwen en ruimte. Tweederde van het drinkwater wordt bereid uit grondwater, dat schaarser wordt en waardoor de grondwaterstand op veel plaatsen te laag is geworden. Naast beperking van het watergebruik wordt de toepassing van water van mindere (secundaire) kwaliteit gestimuleerd om drinkwater voor hoogwaardige toepassingen te bewaren. Toepassingen van water van secundaire kwaliteit zijn bijvoorbeeld: - gebruik van hemelwater voor toiletspoeling; - gebruik van gezuiverd oppervlaktewater voor toiletspoeling; - gebruik van grijs water voor toiletspoeling toepassing van huishoudwater voor toiletspoeling, wasmachine en tuin (beperkt mogelijk).

beschrijvend onderzoek
Beschrijvend onderzoek is onderzoek waarbij de onderzoeker de opdracht heeft gekregen om op bepaalde aspecten te letten en die te beschrijven.

beschrijvende statistiek
Beschrijvende statistiek is het samenvattend beschrijven van de kenmerken van een groep onderzoekseenheden door middel van kengetallen.

besluiten van tactische aard
Besluiten met betrekking tot de uitvoering van een strategie. Ze zijn in de meeste gevallen betrekkelijk makkelijk en met beperkte kosten weer omkeerbaar.

bestuurskosten
Bestuurskosten zijn alle kosten die verbonden zijn aan de bestuurlijke infrastructuur van een organisatie.

betaling bij oplevering
Betalingsvoorwaarde waarbij direct nadat de acceptatie van het opgeleverde goed door de klant heeft plaatsgevonden betaald moet worden. Er is dus geen sprake van een betalingstermijn.

belevingswaarde
Betekenis of belang dat een individu of een groep hecht aan beleving.

betonkernactivering
Betonkernactivering is een verwarmings- en/of koelingssysteem dat gebruik maakt van de gebouwmassa. Het wordt meestal toegepast in de utiliteitsbouw. In de kern van de betonnen vloer dan wel het plafond betonkern) zorgen watervoerende leidingen voor een constante temperatuur van de omringende massa. Een voorwaarde is dat er goede uitwisseling van warmte plaatsvindt tussen de gebruiksruimte en de verwarmde vloer (dan wel het verwarmde plafond). Betonkernactivering reageert per definitie traag; daarom wordt het systeem soms gecombineerd met een aanvullende installatie om sneller te kunnen reageren op wisselende temperaturen.

berekende betrokkenheid
Betrokkenheid bij de organisatie waar men werkt, gebaseerd op beloning in de vorm van geld of andere tastbare voordelen.

beter
Beursterm voor licht hogere koersen.

bewerkingen uitgevoerd op een partij
Bewerkingen die op een bepaald karwei of bepaalde groep worden uitgevoerd.

bevestiging
Bewijs door onderzoek en door aanleveren van objectief bewijsmateriaal dat aan de eisen ten aanzien van een specifiek voorgenomen gebruik of van een toepassing is voldaan. [ISO 9000].

beste optie
Bij afweging van de verschillende mogelijkheden het alternatief dat leidt tot het beste resultaat in de toekomst.

best practices
Bij best practices (ook wel 'good practices' genoemd) wordt er van uitgegaan dat er een praktijkoplossing is die het meest effectief is om een bepaald resultaat te bereiken en die daarom als voorbeeldmethodologie gebruikt kan worden.

behavioral rating approach
Bij deze benadering concentreert men zich met name op het gedrag van medewerkers en minder op andere kenmerken van iemands functioneren.

betrouwbaarheidsmarge
Bij onderzoek gebaseerd op een representatieve steekproef worden uitkomsten verkregen die met in acht neming van bepaalde veiligheidsmarges moeten worden geinterpreteerd. De mogelijkheid is namelijk aanwezig dat de in de steekproef gevonden uitkomsten afwijken van de uitkomsten die zouden zijn verkregen indien de gehele populatie in het onderzoek zou zijn betrokken. Op grond van de waarschijnlijkheidsleer kunnen de marges worden berekend waarbinnen de steekproefafwijkingen vrijwel zeker zullen blijven.

belasting
Bijdragen van natuurlijke personen en rechtspersonen aan de overheid, waartegenover geen rechtstreekse prestatie staat vanuit diezelfde overheid

berekende capaciteit
Capaciteit die wordt berekend aan de hand van gegevens zoals de bezettingsgraad, het rendement, de geplande werkuren enz.

benedenwaartse communicatie
Communicatie van de top van de organisatie naar lagere niveaus.

bedrijfsapplicatie
Computerprogrammatuur die gemaakt is voor toepassing in bedrijfsfuncties.

behoefteconcurrentie
Concurrentie tussen de verschillende behoeften van een consument. Voorbeeld: Kopen we een nieuwe TV of een afwasmachine. De verschillende behoeften concurreren onderling om de schaarse euros van de consument.

believers
Consumentengroep uit de VALS-indeling die zich kenmerkt door zijn traditionele opvattingen. Hebben een voorkeur voor gevestigde producten en merken.

bedrijfspersoonlijkheid
corporate personality: wie is het bedrijf,wat is zijn achtergrond,waar staat het voor,wat is er veranderd,waar wil het heen en waarin onderscheidt het zich van de concurrenten?' De bedrijfspersoonlijkheid is dus 'het fundament waarop de corporate identity – positionering, identiteitsstructuur, naamgeving, branding, grafische en architectonische taal en communicatie – wordt gegrondvest'

begeleiding
Counseling (soms ook wel als counselling geschreven) is een laagdrempelige vorm van (emotionele) hulpverlening. Letterlijk vertaald uit het Engels betekent het raadgeven. Het doel van counseling is het helpen van mensen bij: het oplossen of hanteren van problemen het vinden van antwoorden op vragen het benutten van ongebruikte mogelijkheden het ontwikkelen van kennis en vaardigheden Counseling is resultaatgericht en pragmatisch van aard. Het gaat er om dat een cliënt doelen gaat formuleren en gaat handelen om deze doelen te bereiken.

besluitvormingscriteria
Criteria zijn standaarden waarop iets beoordeeld kan worden. Besluitvormingscriteria zijn daarmee voorwaarden die leidend zijn bij het tot stand brengen van een besluit en waaraan de kwaliteit van een beslissing kan worden afgemeten.

beroepscultuur
Cultuur binnen een beroepsgroep, bestaande uit binnen de groep gedragen waarden en normen, opvattingen en omgangsvormen.

besparing
Dat deel van het beschikbaar nationaal inkomen dat niet wordt gebruikt voor consumptie of belastingbetaling

belang
Datgene waar een persoon of groep waarde aan hecht met als gevolg dat ze het willen bereiken of willen behouden.

bedrijfsbehoeften
Datgene waaraan een organisatie op enig moment behoefte heeft om zijn doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Dat kan zijn kennis, verandering, geld, kostenreductie, kwaliteitsverbetering en dergelijke. Een van de uitkomsten van een bedrijfsanalyse zou de vaststelling van de bedrijfsbehoeften moeten zijn. En alle activiteiten binnen een organisatie zouden een verband moeten hebben met het lenigen van bedrijfsbehoeften.

behoeften
Datgene wat mensen wensen of nodig hebben. Economie gaat over schaarste en de wijze waarop mensen in hun behoeften voorzien.

beschikbare capaciteit
De aanwezige capaciteit van een bepaald middel plus de voor een bepaalde periode vrijkomende en nieuw verworven capaciteit minus de voor die periode gereserveerde capaciteit en eventueel af te stoten capaciteit, rekening houdend met het van toepassing zijnde niveau van de bezettingsgraad.

bedrijfsecologie
De bedrijfsecologie bestudeerd de dynamiek van de wisselwerking welke zich in bedrijven, markten of branches voordoet tussen daarbij betrokken organisaties, personen, belanghebbenden en de gevolgen daarvan voor hun omgeving.

bedrijfseconomie
De bedrijfseconomie is het onderdeel van de economische wetenschap dat zich met name richt op het bestuderen van het economisch handelen in en door bedrijfshuishoudingen.

bedrijfsfilosofie
De bedrijfsfilosofie van een organisatie is een beschrijving van de idealen van een organisatie en van de waarden en normen die zijn bij het nastreven van haar doelen wil hanteren.

bedrijfsfunctiearchitectuur
De bedrijfsfunctiearchitectuur geeft aan welke bedrijfsfuncties (in hun onderlinge samenhang) binnen een organisatie worden onderscheiden.

bedrijfsreputatie
De bedrijfsreputatie beschrijft de associaties die mensen hebben met een bedrijf.

bedrijfsstrategie
De bedrijfsstrategie is een uitwerking van de corporate strategy en geeft aan welke positie een bedrijfsonderdeel wil innemen in een bedrijfstak of markt en hoe men denkt deze positie te verwerven.

bedrijfstakanalyse
De bedrijfstakanalyse is een onderdeel van de externe analyse van een onderneming en heeft als doel de aantrekkelijkheid van een markt vast te stellen voor huidige en toekomstige deelnemers. Door de analyse kunnen kansen en bedreigingen voor de eigen onderneming geïdentificeerd worden.

beheerder
De beheerder is de organisatie waarbinnen het beheer van het fondsvermogen plaatsvindt.

behoefte aan waardering
De behoefte die ieder mens heeft aan interne en externe blijken van waardering, zoals het kunnen hebben van zelfvertrouwen, zelfrespect, trots op bereikte resultaten en prestaties, status, respect, erkenning, e.d.

behoefte tot zelfverwerkelijking
De behoefte van mensen om zicht te ontwikkelen en hun capaciteiten te benutten.

behoeftepiramide van Maslow
De behoeftepiramide van Maslow beschrijft de verschillende stadia van menselijke behoeftebevrediging. Maslow gaat er van uit dat de mens voortdurend bezig moet zijn met het bevredigen van zijn behoeften en dat hij daaruit zijn motivatie put om te handelen. Zodra een bepaalde behoefte is bevredigd gaat de mens over op de bevrediging van een behoefte van een hoger niveau. De meest basale behoefte van de mens is eten, drinken en een dak boven zijn hoofd. Als dat bereikt is komt veiligheid aan bod, daarna sociale contacten, vriendschap, liefde, en uiteindelijk zelfontplooiing.

Benelux Merkenwet
De Benelux Merkenwet regelt de bescherming van merken (woordmerk, beeldmerk of een combinatie van beide).

beginvoorraad
De berekende voorraad aan het begin van een boekhoudperiode.

behoefteplanning
De berekening van de hoeveelheden en/of aantallen producten, onderdelen, materialen, grondstoffen enz. die nodig zijn voor een goede en complete afwerking van een productieprogramma.

beschikbaarheid van onderdelen
De beschikbaarheid van onderdelen in een voorraad voor de fabricage van bepaalde samenstellingen volgens een opdracht of groep van opdrachten of planningen.

beschrijving van de verklaring van afstand
De beschrijving bevat de reden van de verklaring van afstand of deviatie, de invloed op de productie indien deze verklaring wordt goedgekeurd, de invloed op de productie of het productieplan indien ze niet wordt goedgekeurd en informatie betreffende corrigerende acties.

behavioral descriptions
De beschrijving van een systeem in termen van wat het doet, hoe het zich gedraagt. Behavioral descriptions verklaren daarmee de relatie tussen de input en de output van een systeem.

bestuurskunde
De bestuurskunde, internationaal bekend als Public Administration, is een wetenschappelijke discipline die zich richt op het bestuderen van organisaties in en rond het openbaar bestuur.

beta
De bèta van een aandeel is de mate waarin de koers van dat aandeel beweegt ten opzichte van bijvoorbeeld de AEX-index®. Een bèta van bijvoorbeeld 0,75 betekent dat een stijging van de AEXindex ® met 1% in een bepaalde periode gepaard gaat met een stijging van 0,75% van de koers van dat aandeel.

betalingsbalans
De betalingsbalans van een land is een overzicht van de waarde van alle transacties die in een bepaalde periode hebben plaatsgevonden tussen ingezetenen van het land en niet-ingezetenen van andere landen (het buitenland).

beurswaarde
De beurswaarde van een beursgenoteerde onderneming: het aantal uitstaande aandelen maal de actuele beurskoers.

beheersbevoegdheid
De bevoegdheid van een persoon of instelling om naar eigen inzicht (binnen redelijke grenzen) een vermogen, dan wel bepaalde vermogensonderdelen te beheren en voor zover van toepassing (b.v. bij een erfenis) af te wikkelen.

bedrijfsscholing
De binnen het organisatiebeleid passende voorzieningen die erop gericht zijn bij de leden van de arbeidsorganisatie doelgerichte leerprocessen te realiseren, die het functioneren en de ontwikkeling van werknemers en de organisatie direct dan wel indirect ten goede komen.

beeldvorming-oordeelvorming-besluitvorming
De BOB-methode geeft structuur aan overleg. In deze methode wordt het overleg in drie fases ingedeeld: de beeldvormende fase, de oordeelsvormende fase en de besluitvormende fase. Het overleg zal veel beter verlopen als in het overleg van fase naar fase gewerkt wordt, waarbij elke fase ook herkenbaar wordt afgesloten.

BERI index
De Business Environment Risk Index (BERI-index) is een landenrisico-analyse, ontwikkeld door de universiteit van Delaware waarbij landen worden ingeschaald op basis van de risico's om aldaar zaken te doen. Inschaling geschiedt aan de hand van een vijftiental criteria.

betalingscondities
De contractuele regeling van betalingsvoorwaarden voor levering van producten en diensten.

bedrijfsleiding
De dagelijkse leiding van een onderneming die belast is met het beleid, het beheer en de bedrijfsvoering van die onderneming.

besteldatum
De datum waarop een bestelling wordt geplaatst.

behoeftedatum
De datum waarop een product nodig is in verband met zijn gepland gebruik. In een MRP-systeem wordt deze datum berekend door een stuklijstexplosie van een plan en de nettobehoeftebepaling, rekening houdend met de beschikbare voorraad en de geplande ontvangsten.

benodigde dekkingsgraad
De dekkingsgraad waarbij volgens de eisen vanuit de toezichthouder geen sprake is van een reservetekort.

beleid tav kwaliteitsborging
De doelstellingen van een bedrijf ten aanzien van kwaliteit, alsmede de wegen en de middelen die leiden tot de realisatie van deze doelstellingen. Deze dienen formeel tot uitdrukking te komen in een directieverklaring.

behoefteherkenning
De eerste stap in het proces om te komen tot een aankoopbeslissing: (1) behoefteherkenning; (2) informatieverzameling; (3) afwegen van alternatieven; (4) koopbeslissing; (5) gedrag na de koop. In de fase van de behoefteherkenning wordt de klant zich bewust van een behoefte.

beursplein 5
De effecten- en optiemarkten van Euronext Amsterdam zijn gevestigd in een monumentaal pand aan het Beursplein in Amsterdam. Dit pand is van de hand van de architect Jos Cuypers.

bedrijfsveiligheid
De effectieve bescherming van personen die zich bevinden in een bedrijf, tegen persoonlijk leed als gevolg van gevaar vanuit de omgeving.

bedrijfsarchitectuur
De fundamentele organisatie van een bedrijf bestaande haar onderdelen, hun functies en onderlinge relaties, de relaties die bestaan tussen de organisatie en de buitenwereld, alsmede de uitgangpunten die ten grondslag liggen aan har ontwerp en haar ontwikeling.

bedrijfsinrichting
De fysieke inrichting van een bedrijf waarin de rangschikking (plaatsing) van de machines en de organisatie en indeling van de werkplaatsen en werkplekken een belangrijk element is.