de deugniet zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈdøxnit ] Afbreekpatroon: deug·niet Verbuigingen: deugnieten (meerv.) iemand die ondeugend is Voorbeeld: 'Heeft hij alweer een koekje uit de trommel genomen. Wat een deugniet!' Synoniemen: beng boefje etter guit kwajongen ondeugd rakker schavuit schelm snaak stinkerd vleg vlegel 7 definities...... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/deugniet