opbiechten werkw. Uitspraak: [ ˈɔbixtə(n) ] Afbreekpatroon: op·biech·ten Vervoegingen: biechtte op (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft opgebiecht (volt.deelw.) alsnog vertellen dat je iets verkeerds hebt gedaan Voorbeeld: 'Biecht maar eens op, waar was je vannacht?' Synoniem: bekennen Synoniemen: bekennen biechten 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/opbiechten