overvallen werkw. Uitspraak: [ ovərˈvɑlə(n) ] Afbreekpatroon: over·val·len Vervoegingen: overviel (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft overvallen (volt.deelw.) 1) onverwacht met geweld aanvallen Voorbeeld: 'Het tankstation is overvallen door twee jongens op een motorfiets.' 2) plotseling gebeuren waardoor je erv... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/overvallen
iemand plotseling aanvallen vb: zij is op straat overvallen door een tasjesdief onverwacht iets vertellen of onverwacht op bezoek komen vb: zij overviel mij met die mededeling Synoniem: overrompelen Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=overvallen
•bij verrassing iemand belagen of overweldigen. •naar een bepaalde kant vallen. • [archaïsch] naar de vijand overlopen "Arch. (1811)" Nederduitsch taalkundig woordenboek. P. Weiland 1807-1811. • [plur] van overval. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/overvallen