de schobbejak zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: schob·be·jak Verbuigingen: schobbejakken (meerv.) Verbuigingen: schobbejakje (verkleinwoord) 1) deugniet, schoft Voorbeeld: '(...) en vlucht met zijn dochters weg onderzee...' 2) variant van de maliënkolder waarbij in plaats van ringetjes metalen plaatjes waren opgenaai... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/schobbejak
Spreekwoorden: (1914) Schobbejak, d.i. een schurk3), een deugniet, in welken zin dit woord ook in den vorm schobjak sedert de 17<sup>de<-sup> eeuw bij ons bekend is; zie o.a. de klucht van Drooghe Goosen (1651), bl. 10: Ick seghje noch iens schobbejack packt jou van hier; Snorp. II, 21: Smoddermuyl die Kackete... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778