
diens pronoun Uitspraak: [ dins ]
van hem, zijn formeel Voorbeeld: 'de ambassadeur en diens echtgenote' Spreekwoorden en zegswijzen • Wiens brood men eet,
diens woord men spreekt. (=Men pacteert met hen van wie men afhankelijk is.) • wiens brood men eet,
diens woord me...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/diens

1) Van hem 2) Zijn
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Diens/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.