Heemkundevereniging Maas- en Swalmdal
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Geschiedenis en volkskunde
Datum & Land: 15/02/2007, NL offline
Woorden: 597
Aberratie
Een optische onvolkomenheid in een lens waardoor het beeld minder scherp wordt. Sferische aberraties komen voor in eenvoudige lenzen die met een constante (sferische) kromming geslepen zijn
Ablatie
Het verwijderen door snijden, erosie, evaporatie of verdamping. In de grafische industrie de benaming voor het proces waarbij het emulsiemateriaal van een drukplaat fysiek verwijderd wordt om de beelddragende zone te bepalen.
Additief kleurensysteem
Een kleurensysteem dat gebruikmaakt van de primaire kleuren van het licht (rood, groen en blauw). Het mengen van de drie primaire kleuren levert wit op. Zie ook subtractief kleurensysteem.
Adresseerbaarheid
Geeft de nauwkeurige plaatsing van pixels aan als een digitaal bestand wordt uitgedraaid door uitvoereenheden zoals een filmrecorder of laserbelichter. De grootte van de punten die samen één vastgelegde pixel vormen, de omvang van de beeldvormende sensor van een eenheid, het belichtingssysteem en de optische kwaliteit hebben allemaal effect op de adresseerbaarheid.
Afdrukken met drukkleur
Een methode om een breed scala kleuren in druk te reproduceren door tinten uit een beperkte groep primaire kleuren te gebruiken. Gewoonlijk maakt het procédé van afdrukken met drukkleur gebruik van vier kleuren
Afloopafstand
De afstand waarmee een aflopende kleur of beeld moet uitsteken buiten de opgegeven snijrand, zodat na het snijden de kleur of het beeld zal doorlopen tot aan de rand van de pagina.
Aflopend
Een beeld of kleur die loopt tot voorbij de afgesneden rand van een drukwerk.
Afsnijtekens
Gedrukte lijnen die de afmetingen van de uiteindelijke gedrukte pagina aanduiden. Deze tekens worden gebruikt bij het afsnijden.
Afwerking
een algemene term voor de bewerkingen die drukwerk ondergaat tussen het drukken en het transport, zoals vergaren, vouwen, snijden, stansen, pregen en binden.
Afwerkmachine in lijn
een mechanisch toestel dat in verbinding staat met de uitvoerzijde van sommige digitale persen, zoals een sorteer-, vouw- of stikmachine.
Alfa kanaal
Een 8 bit-kanaal dat in sommige programma`s voor beeldverwerking gebruikt wordt voor maskering, transparantie of additionele kleurinformatie.
Algoritme
Een wiskundige formule die bepaalt hoe de punten zijn gerangschikt in een halftoonbeeld.
Aliasing
Zichtbare herhaalde patronen, lijnen of structuren in een gefotografeerd of gescand onderwerp, die in strijd zijn met het patroon van pixels dat is afgezet door een elektronische sensor. Bij diagonale lijnen van vierkante pixels kunnen de randen bijvoorbeeld gerafeld lijken. Aliasing treedt op als gevolg van een te scherp tonaal contrast tussen pixels. Zie ook Artefacten.
Analoog
Een meet- en opnamesysteem waarin de waarden van de elementen die continu veranderen onder invloed van fysische verschijnselen zoals geluid, temperatuur en licht, in verhouding overeenkomen met o.a. elektrische spanningswaarden. Analoogsignalen worden zo genoemd omdat ze analogieën zijn van de realiteit. Elektronische still-videocamera`s zijn analoogcamera`s. Zie ook digitaal.
Anodiseren
Een coating die wordt aangebracht op drukplaten om de levensduur te vergroten.
ANSI
American National Standards Institute ? bepaalt industriële standaards in de Verenigde Staten (zie ISO).
Anti-aliasing
Het proces waarbij voorwerpen met scherpe randen zo weergegeven worden dat ze zachtjes in de achtergrond overgaan. Een techniek om objectgerichte illustraties te integreren in bitmap-pagina`s.
Artefacten
Irrelevante digitale informatie als gevolg van technische tekortkomingen in beeldvormingsprogramma`s. Elektrische storingen veroorzaakt door bewegende onderdelen of flitsen, schittering, krassen, linament en stof die optische signalen belemmeren zijn allemaal voorbeelden van artefacten. Artefacten worden ook wel `ruis` genoemd en ze veranderen de pixelwaarde. Zie aliasing, overloop, blooming, kleurfranje, signaalverwerking en signaal-tot-ruis-verhouding.
ASA
De aanduiding van de American Standards Association voor de gevoeligheid van film of CCD`s. Dit is een lineaire schaal
ASCII
(American Standard Code for Information Interchange) Een standaard formaat voor het weergeven van digitale informatie in 8 bit-strengen.
Automatische beeldvervanging
Een proces waarbij bestanden met lageresolutiebeelden worden vervangen door bestanden met hogeresolutiebeelden bij de uitvoer. Zie OPI.
Bakken
Proces waarbij platen worden verhit in een grote oven om de duurzaamheid te verhogen; ook vereist vóór de verwerking bij sommige thermische conversieplaten om het belichtingsproces te voltooien.
Bandbreedte
De capaciteit van een methode voor datatransmissie via een netwerk, computerbus of verbinding. Bijvoorbeeld, ISDN-lijnen hebben een hogere bandbreedte dan gewone telefoonlijnen. Bandbreedte wordt meestal uitgedrukt in megabits per seconde
Banding
ongewenste vorming van zichtbare trappen in de schaduwen van een gradatie.
Bandvorming
Zichtbare toonbanden die ontstaan wanneer een continu variërende toonwaarde in te weinig grijsniveaus omgezet wordt. Dat fenomeen staat ook bekend als posterisatie.
Batch scanning
Seriegewijs scannen van meerdere originelen met vooraf gedefinieerde, unieke instellingen voor elk origineel. Ook wel seriescanning, group scanning of gang scanning genoemd.
Baud
Bits per seconde. Een eenheid van seinsnelheid gebruikt in gegevensoverdracht via telefoonlijnen.
Beelddrager
De fysieke component van een drukpers die zorgt voor de overdracht van inkt uit het inkttoevoersysteem op de gewenste partijen van een substraat.
Beeldmanipulatie
Een bewerkingsproces, gebruikt bij het produceren van foto-illustraties, dat de inhoud, de feitelijke informatie of boodschap van een beeld kan manipuleren of veranderen.
Beeldrecorder
Onderdeel van een laserbelichter dat de film belicht. Zie ook Raster Image Processor.
Belichtingsspeling
De mate van onder- of overbelichting van fotografisch materiaal die tijdens het ontwikkelen kan worden gecompenseerd, zodat er toch een beeld met een aanvaardbare dichtheid ontstaat. CCD`s hebben vaak eenzelfde belichtingsspeling, omdat ze een ruimer toonwaardenbereik vastleggen dan het uiteindelijke uitvoerapparaat kan ondersteunen.
Bernouilli drive
Een merk drive voor een verwijderbare cartridge.
Bestandsformaat
Een digitaal bestand bestaat uit een verzameling van verwante binaire gegevens die woorden, symbolen of foto`s kunnen voorstellen. Verschillende bestandsformaten (de ordening en organisatie van de gegevens) kunnen worden gebruikt voor het opslaan of verzenden van gegevens.
Bestandsoverzicht
Een lijst van alle bestanden die op een schijf staan.
Bézier-curven
(in objectgerichte programma`s) een curve waarvan de vorm bepaald wordt door ankerpunten die geplaatst worden langs de boog van de curve.
Bilevel
Beeld met uitsluitend zwarte en witte pixels.
Binair getal
Een getal dat een of meer binaire cijfers (1 of 0) bevat. Elke bijkomende bit verdubbelt het aantal mogelijke combinaties. Twee bits leveren vier mogelijke combinaties op
Binair talstelsel
Een telsysteem in computers, uitsluitend bestaande uit de cijfers 1 en 0.
Binden
1. Een methode om de pagina`s van katernen of een publicatie samen te houden. 2. Het bindproces.
Binden in harde band
Bindmethode waarbij de pagina`s in een harde band worden verzameld. De meest duurzame bindmethode.
Binnendruk
Het drukken op de achterzijde van een transparant substraat. Soms ook sandwichdruk genoemd.
Bit
Een binair cijfer (binary digit). Dat is de kleinste eenheid van informatie in een computer, een 1 of een 0, en komt altijd overeen met een van twee elektrische standen (aan of uit).
Bitdiepte
Het aantal bits dat gebruikt wordt om elke pixel in een beeld te beschrijven en waarmee de kleur of het toonwaardenbereik van de pixel bepaald wordt. Een bitdiepte van 1 kan maar twee kleuren opslaan, zwart en wit. Een monitor met een bitdiepte van 4 kan 16 (24) verschillende kleuren weergeven. Een 8-bits systeem kan 256 (28) kleuren weergeven, een 24-bits systeem meer dan 16,7 miljoen (224).
Bitmap
Een gedigitaliseerd beeld bestaande uit een raster van individuele punten of pixels (in plaats van uit lijnen of vectors). De kleur van elke pixel wordt gedefinieerd door een bepaald aantal bits
Blauwdrukproef
Een eenkleurige proef die gebruikt wordt om de plaatsing van de elementen op de belichte film te controleren.
Bleed
een beeld of kleur die uitdijt naar de rand van kleurendrukwerk.
Blooming
Beperkingen bij sommige CCD-types waardoor pixelniveaus vervormd raken wanneer elektrische ladingen de geheugencapaciteit van een CCD-pixel overschrijden en dus gaan overlopen in aangrenzende pixels. In het beeld zijn dan strepen of halo`s zichtbaar rond lichtbronnen of heldere weerkaatsingen. Drastisch overbelichte lichte partijen kunnen radicale kleurverschuivingen naar de rode ruimte van het spectrum ondergaan. De nieuwste CCD-eenheden zijn uitgerust met een anti-blooming circuit dat te hoge ladingen automatisch verlaagt, waardoor het probleem kan worden voorkomen. Zie Artefacten.
Bottling
De mate waarin pagina`s in de katern zullen verschuiven door verschillende malen gevouwen te zijn.
Brandpuntsafstand
Wanneer evenwijdige lichtstralen van een voorwerp op grote afstand door een eenvoudige convexe lens in één punt gebundeld worden, is de brandpuntsafstand van die lens de afstand tussen het midden van de lens (meer bepaald het achterste hoofdpunt) tot het brandpunt.
Brandpuntsafstandvergroting
Wanneer in een conventionele camera de film vervangen wordt door een kleinere CCD, legt dat kleinere vlak beelden vast die gemaakt lijken te zijn met een lens met een grotere brandpuntsafstand.
Brede rol voor flexodruk
Als laagste grenswaarden voor een brede rol voor flexodruk werden zeer uiteenlopende waarden -tussen 18` en 32`- gespecificeerd door verschillende bronnen binnen de flexografische sector. Er bestaat momenteel geen overeenkomst over de exacte snijbreedte die een brede rol van een smalle onderscheidt.
Buigen
(in de rotatieoffset) Het plooien van de rand van de plaat in een hoek van 90 graden voor de bevestiging in de plaatcilinder.
Bulletin board service
Service van bureaus voor elektronische drukvoorbereiding waarnaar klanten per modem elektronische bestanden kunnen sturen.
Byte
Een meeteenheid die gelijk is aan 8-bits digitale informatie (23). De standaard meeteenheid van bestandsformaten. Een kilobyte (Kb) is 1.024 byte, een megabyte (Mb) is 1.024 Kb of 1.048.576 bytes en een gigabyte (Gb) is 1.024 megabyte of 1.048.576 kilobyte.
Calibratie
Een methode om scanners, video-monitors en uitvoereenheden in te stellen volgens een standaard eenheid zodat ze kleuren nauwkeurig en voorspelbaar weergeven. Gewone calibratie compenseert het verlies van de uitvoerkwaliteit veroorzaakt door verouderende computerbeeldschermen, en is noodzakelijk voor het verkrijgen van WYSIWYG-kleuren. Zie ook kleurmanagementsysteem.
Calibratiestrook
Een strook met grijswaarden op de film, de proef of het drukwerk, gebruikt om de drukkwaliteit te controleren.
Camera-ready art
Illustratie- of tekstelementen klaar voor drukvoorbereiding.
Capstan-belichter
Een laserbelichter waarin het materiaal langs de lichtbron wordt getrokken tijdens de belichting. De optica bevindt zich onderaan. Zie ook trommellaserbelichter.
CCD (charge-coupled device)
Het basistype lichtgevoelige sensor dat bij desktop-scanners en elektronische camera`s wordt gebruikt om licht om te zetten in een elektrische lading. CCD`s zijn zeer kleine (op een chip) gemonteerde eenheden, bestaande uit honderden of duizenden fijne cellen met een fotodiode die licht kan waarnemen, en een condensator die elektrische lading kan opslaan. Iedere cel, beeldelement (of pixel) genoemd, wordt geladen met een hoeveelheid elektriciteit die in verhouding staat tot de dichtheid van het originele beeld (of scène). Sommige CCD`s kunnen een volledig toonwaardebereik of kleine verschillen in de detaillering van donkere partijen moeilijk onderscheiden. CCD`s in scanners voor professioneel gebruik en digitale camera`s kunnen dit nadeel grotendeels wegwerken. Ook bekend als een fotosite.
CCD-reeks
De kolommen en rijen van pixels die zijn afgezet op een CCD-sensor. CCD`s nemen kleuren op met gefilterd licht; meestal moeten de rode, groene en blauwe (RGB)-waarden in afzonderlijke stappen worden gescand. Sommigen interpoleren RGB-waarden van het licht dat tijdens een enkele belichting werd opgevangen. Zie statische reeks en lineaire of scanning reeks.
CD-ROM
Afkorting voor `compact disk, read-only memory`; een optisch opslagmedium met standaard een capaciteit van ongeveer 650 MB. Een CD-ROM ziet eruit als een audio-cd en kan een grote hoeveelheid computergegevens opslaan, met inbegrip van toepassingsprogramma`s en beelden. Schrijfeenheden voor cd-rom`s zijn op het ogenblik een van de goedkoopste systemen om computergegevens te archiveren. Die beschrijfbare cd`s kunnen een keer beschreven worden en nadien meerdere keren gelezen. Ze worden ook WORM`s genoemd (Write Once, Read Many).
CEPS
Afkorting voor `Color Electronic Prepress Systems`. De eerste digitale systemen voor paginasamenstelling en beeldbijwerking die gebruikmaakten van gedeponeerde hardware en bestandsformaten, zoals Crosfield, Linotype-Hell, Scitex en Screen.
Choke
1. Een trappingtechniek die erin bestaat het formaat van een lijn, een beeldelement of een punt lichtjes te verkleinen om een trap te creëren. 2. Een trappingtechniek waarbij het object met de lichtere kleur ingekrompen wordt om te trappen met het voorwerp in een donkerder kleur; tegenovergestelde van spread.
Chromatische aberratie
zie aberratie.
Cilinder
Bij flexodruk verwijst de term cilinder gewoonlijk naar de rollen waarop platen worden gemonteerd (plaatcilinders) en naar de drukrol (drukcilinder).
CIP3
(International Cooperation for Integration of Prepress, Press and Postpress) Internationale industriële studiegroep die een specificatie heeft uitgebracht om computer-geïntegreerde productieprocessen te kunnen toepassen op drukwerk. Inmiddels CIP4.
City fonts
De benaming die soms gebruikt wordt voor bitmap-only fonts die te vinden zijn in het Macintosh-besturingssysteem, zoals New York en Geneva. Deze fonts worden uitgevoerd als lage-resolutie bitmaps, of worden vervangen door het vectorfont dat er het meeste op lijkt.
CMS
(Colour Management System ? kleurbeheersysteem) Een softwaresysteem dat zorgt voor uniforme kleuren van invoer tot uitvoer, zodat de gedrukte resultaten gelijk zijn aan de originelen. De eigenschappen of profielen van de apparatuur worden meestal verkregen door vergelijking met standaard IT8-kleurschalen.
CMYK
Afkorting voor cyaan, magenta, geel en zwart; de vier basiskleuren die in film en drukprocédés gebruikt worden. CMY zijn de primaire kleuren van het subtractieve kleurenmodel (bijkomende kleur `vermindert` de lichtsterkte). Zwart is niet te verkrijgen door CMY-drukinkten te combineren, zodat die kleur toegevoegd wordt om het contrast te verhogen.
Collationeerblokjes
Controlebeelden op een gedrukt vel om de vergaarvolgorde aan te geven.
Collision-based protocol
Netwerkprotocols, zoals Ethernet, die slechter worden naarmate het aantal bestandsoverdrachten toeneemt vanwege de multidirectionele aard van de verzending.
Color picker
Een functie voor het specificeren van kleuren op de monitor.
Colorimeter
Meetinstrument dat wordt gebruikt om kleuren te bepalen of te specificeren. Een colorimeter meet de spectrale reflectie van een kleur, en berekent numerieke waarden voor de tint, intensiteit en zuiverheid. Zie ook spectrofotometer, densitometer.
Compressie
Het reduceren van de grootte van een digitaal bestand, bijvoorbeeld om geheugenruimte te sparen of om de transmissiesnelheid op netwerken te verhogen. Compressie gebeurt op basis van software-algoritmes (wiskundige formules) die het aantal binaire cijfers in een digitaal bestand verkleinen door overbodige informatie te elimineren. Er bestaan verscheidene technieken om beelden en andere gegevens te comprimeren. Bij sommige technieken gaat geen informatie verloren, zodat alle gegevens gereconstrueerd worden wanneer het bestand gedecomprimeerd wordt (zie ook
Compressieverhouding
Geeft aan hoeveel keer een digitaal bestand is verkleind. Hoge compressieverhoudingen verminderen de grootte van beeldbestanden tot ongeveer 100:1, hoewel verhoudingen tussen 8:1 en 15:1 het meest worden gebruikt. Zie comprimeren met verlies en comprimeren zonder verlies.
Comprimeren met verlies
Een methode van comprimeren waarbij tijdens het proces informatie permanent wordt verwijderd (waardoor de mate van details van afbeeldingen kan verminderen) naarmate dit de grootte van het bestand doet verminderen. JPEG is een methode van comprimeren met verlies. Zie ook Compressie.
Comprimeren zonder verlies
Een methode van comprimeren waarbij tijdens het proces van comprimeren geen beeldgegevens verloren raken. Zie ook Compressie.
Computer aided design (CAD)
Het gebruik van elektronische apparatuur door verpakkingontwerpers, om de structuur van een verpakking op te maken en te ontwerpen in drie dimensies; de apparatuur hiervoor.
Computer-to-film (CtF)
Prepress-workflow die digitale paginagegevens op film plot met een RIP en filmbelichter of een rasterdataformaat en beeldrecorder.
Computer-to-plate (CtP)
Prepress-workflow en belichtingsmethodologie die digitale data rechtstreeks op een drukplaat plot zonder gebruik van tussenfilm. Zie ook Direct-to-Plate.
Concaaf
(in de fotografie) Een hol geslepen lens (in het midden is de lens het dunst) die lichtstralen divergeert.
Confusiecirkels
(in de fotografie) Het licht van punten waarop de lens niet juist is scherp gesteld, vervaagt tot overlappende cirkels op het beeldvlak. Ook lensaberraties kunnen confusiecirkels opwekken.
Continu licht
Er bestaan twee interpretaties
Contractproef
Een kleurenproef die wordt gebruikt om aan de drukker door te geven welke kleurenresultaten op de drukpers worden verwacht, en die de drukker volgens afspraak in zijn drukwerk zal evenaren. Slechts een beperkt aantal soorten proeven leveren een kwaliteit op die gedrukte resultaten zo dicht benadert dat ze als contractproeven geaccepteerd worden.
Contrast
1. De visuele relatie tussen toonwaarden in een reproductie. Bij een hoog contrast is het verschil tussen toonwaarden scherp en abrupt en bij een laag contrast (ook wel vlak genoemd), zijn de verschillen subtiel en nauwelijks zichtbaar. De Griekse letter ? (gamma) stelt de numerieke contrastwaarden voor, die in computerbeeldvorming vaak worden geregeld met een softwaretool (keuzecurve). Met curvetools kunnen de waarden van lichte partijen, middentonen en schaduwpartijen afzonderlijk van elkaar worden ingesteld. 2. Term wordt ook wel gebruikt om de verhouding tussen de meeste lichte en de meeste donkere partijen van een beeld aan te duiden.
Conversie
Chemische reactie die de samenstelling verandert van een plaatemulsie om de beelddragende zone te bepalen.
Converteeroperaties
(voor verpakkingen) Elk proces dat uitgevoerd wordt om een volledige verpakking te produceren, vertrekkend van grondstoffen of onafgewerkt materiaal.
Convex
Een bol geslepen lens (in het midden is de lens het dikst) die de lichtstralen in één punt bundelt.
Copydot scanner
Scanner die in staat is om filmscheidingen te digitaliseren. Kan bestanden ofwel opslaan als bitmaps -`digitale film`- of ontrasteren in beelden die zijn verwerkt door de RIP, gerasterd en geplot met andere PostScript-bestanden.
CPU
(Central Processing Unit - centrale rekeneenheid) Onderdeel van een computer die de instructies en berekeningen uitvoert.
CristalRaster
Stochastische of frequentiemodulatierastertechniek beschikbaar op PostScript RIPs van Agfa. Zie ook Stochastisch rasteren.
Cromalin
Een kleurenproefsysteem dat gebruikmaakt van poederpigmenten in plaats van inkt.
Cross-platform bestandsformaat
Met sommige softwareprogramma`s kunnen digitale bestanden worden opgeslagen in verschillende cross-platform formaten voor het uitwisselen van beelden tussen computersystemen. Ook inter-platform bestandsformaat. Zie ook programma-eigen bestandsformaat, portable bestandsformaat en interapplicatieformaat.
CT (Continuous Tone = halftoon)
Een bestandsformaat dat gebruikt wordt voor het uitwisselen van scaninformatie van hoog niveau. DCS (Desktop Colour Separation)
Decompressie
Tot origineel formaat terugbrengen van gecomprimeerde beeldbestanden. Zie ook Compressie.
Densiteit
De graad van opaciteit (ondoorschijnendheid) van een fotografisch beeld op papier of film. Als de densiteit toeneemt, neemt de hoeveelheid gereflecteerd of doorgelaten licht af. Lichte partijen zijn meer dekkend (minder doorlatend) dan middentonen of schaduwpartijen, die minder dekkend zijn. Densiteitseenheden worden tot 2,50 D opgenomen (voor reflecterend materiaal) of 6,00 + D (film). Aanvankelijke metingen geven een witte plek (onbedrukt stuk film) aan met nul densiteit (0,00 D). Hoewel doorlaatniveaus van 6,00 D (zwart) gelezen kunnen worden, vallen de meeste toonwaarden die kunnen worden gereproduceerd tussen de 0,00 D en 5,00 D. Densiteit kan ook gemeten worden als een zwartingspercentage.
Densiteitsbereik
Het bereik van de meetbare toonwaarden in een origineel of een reproductie. Het densiteitsbereik wordt berekend als het verschil tussen de maximale (Dmax) en de minimale densiteit (Dmin). Zie ook dynamisch bereik, toonwaardebereik.
Densitometer
Een apparaat dat de opaciteit van een film of de lichtabsorptie van opzichtmateriaal meet. Het wordt gebruikt om de dichtheid van film en drukinkt te controleren zodat het eindresultaat aan de specificaties voldoet. Zie ook colorimeter en spectrofotometer.
Dichroïtische spiegel
Een speciaal type interferentiefilter dat een bepaald deel van het spectrum reflecteert en de rest doorlaat. Wordt gebruikt in scanners om een lichtstraal op te splitsen in RGB-componenten.
Diepdruk
Een drukproces dat gegraveerde metalen cilinders gebruikt, waarbij de inkt in kleine cellen ligt waarop het papier geperst wordt om een beeld te vormen. Het beeld of de drukkende partij ligt lager dan de niet-drukkende partij. zie ook gravure.