Delta LLoyd - Pensioen abc

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Economie en financiën > Pensioen
Datum & Land: 07/10/2007, NL
Woorden: 561


Conversie
Omzetting van pensioenaanspraken in andere pensioenaanspraken. Conversie kan bijvoorbeeld plaatsvinden na het maken van een keuze tussen partnerpensioen en een hoger of eerder ingaand ouderdomspensioen. Deze keuzemogelijkheid is omschreven in artikel 60 van de Pensioenwet. Op alle andere vormen van conversie zijn de artikelen 61 en verder van de Pensioenwet

Continuïteitsanalyse
Analyse in het kader van het FTK waarbij de financiële opzet en positie van het pensioenfonds voor de lange termijn wordt beoordeeld. Verschil met de solvabiliteitstoets is dat bij de continuïteitstoets onder andere rekening wordt gehouden met toekomstige pensioenopbouw en premie-inkomsten. Ook andere variabelen zoals het beleggingsbeleid en het bijbehorende risicomanagement, het toeslagen- en winstdelingsbeleid, het wijzigen van de beleggingsportefeuille, het achterwege laten van toeslagverlening, et cetera wordt hierin betrokken. Bij de continuïteitsanalyse is geen directe rekenkundige relatie gedefinieerd tussen de resultaten en de kapitaaleisen voor het pensioenfonds, vandaar dat er niet gesproken wordt over een toets.Op grond van de toeslagenmatrix

Continuatieprovisie
Doorlopende provisie.

Contante waarde
Het bedrag dat op dit moment nodig is om in de toekomst een of meer betalingen mee te kunnen verrichten, waarbij rekening is gehouden met rente en – als het gaat om uitkeringen op basis van levensverzekeringen– met actuariële grondslagen.Zie ook: Overrente.

Contante rentekorting
Eenmalige verrekening van overrente die de verzekeraar krijgt op beleggingen. De verrekening is niet gebaseerd op het rendement dat een verzekeraar feitelijk heeft behaald, maar op het fictieve rendement van een pakket staatsleningen. UL-korting is een vorm van een dergelijke eenmalige verrekening. 

Commodities
Commodities zijn ruwe basismaterialen die worden gebruikt bij het produceren van goederen, zoals olie, ruwe metalen, katoen, koffie, etc. De waarde van een commodity wordt vrijwel in zijn geheel bepaald door vraag en aanbod.

Commissie Witteveen
Zie: Werkgroep ‘fiscale behandeling pensioenen’.

Comingservicepensioen
Het gedeelte van het totale pensioen, dat in toekomstige jaren moet worden opgebouwd op basis van het geldende jaarsalaris. Met toekomstige salarisstijgingen wordt dus geen rekening gehouden.

Comingbackservice
Nadat een pensioentoezegging is gedaan aan een werknemer, zal het jaarsalaris waarschijnlijk nog toenemen tijdens het verdere dienstverband bij de werkgever. Dit betekent bij eindloonregelingen dat het pensioen nog aanzienlijk hoger zal worden. Het kan dan moeilijk worden om de pensioenaanspraken waardevast te houden. Werkgevers mogen volgens de Wet inkomstenbelasting 2001 onder bepaalde voorwaarden anticiperen op toekomstige waardevastheid van pensioenen. Het pensioen mag namelijk worden gebaseerd op een pensioengrondslag die elk jaar tot de pensioendatum met maximaal 4% samengestelde interest stijgt. Van een dergelijke comingbackserviceregeling wordt in de praktijk echter weinig gebruik gemaakt.

Combinatieregeling
Een pensioenregeling die uit twee of meer pensioensystemen is samengesteld. Te denken valt aan een combinatie van eindloon en middelloon of eindloon en beschikbarepremie. De verschillende systemen betreffen veelal verschillende salariscomponenten (zoals ploegendienst) of een bepaalde salarisgrens waarboven op basis van een ander pensioensysteem pensioen wordt opgebouwd.

Collectief 2003
Een door de werkgroep zakelijke markt van het Verbond van Verzekeraars ontwikkelde sterftetafel voor collectieve pensioenverzekeringen. Deze opvolger van collectief ’93 is mede gebaseerd op een kortetermijnprognose (2005-2020) en een langetermijnprognose (vanaf 2020) van de bevolkingssterfte.

CPI
Afkorting voor Consumentenprijsindex. Het CPI wordt maandelijks berekend en gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek. Het meet de gemiddelde prijsverandering in de loop der tijd van goederen en diensten die huishoudens voor hun levensonderhoud aanschaffen. 

Credits
Engelse benaming voor bedrijfsobligaties. Verzamelnaam voor vastrentende beleggingen die uitgegeven worden door bedrijven met uiteenlopende kredietwaardigheid (ratings).

CSO
Afkorting voor Coördinatieorgaan Samenwerkende Ouderenorganisaties. In dit orgaan zijn de georganiseerde gepensioneerden verenigd.

Custody
De bewaarneming van effecten. Waar op een bankrekening geldbedragen worden geadministreerd, worden door een effectenbewaarder (custodian) de fysieke stukken, zoals aandelen en obligaties bewaard.

Dagloon
Voor de berekening van een uitkering krachtens de WIA (IVA en WGA) wordt als dagloon verstaan 1-261 deel van het loon dat de werknemer verdiende op het moment dat hij- zij ziek werd tot ten hoogste (afgerond) euro 43.800 (2005). Het maximale dagloon is voor de berekening van de uitkering dus van toepassing.

DDD
Delta Lloyd Digitaal Domein. Het Delta Lloyd Digitaal Domein is een internetsite, die alleen toegankelijk is voor de bij Delta Lloyd aangesloten assurantieadviseurs. Naast ondersteuning van de administratieve processen, is onder andere nieuws, productinformatie en fiscaal juridische ontwikkelingen opgenomen.

Detachering
Het verrichten van tijdelijke werkzaamheden bij een onderneming, voor rekening van een andere onderneming waardoor de werknemer is uitgezonden. 

Detacheringsverklaring
In geval van detachering gaat het meestal om de uitvoering van een opdracht of een aangenomen project tijdelijk in het buitenland. Indien men tijdelijk in een EU-, EER-lidstaat of verdragsland gaat werken, is het mogelijk om de Nederlandse sociale verzekeringswetgeving van toepassing te laten zijn. Om dit te bewerkstelligen dient voor de datum van de uitzending naar het buitenland een detacheringsverklaring bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB) opgevraagd te worden. In dat geval hoeft geen premie te worden afgedragen in het land waar men werkzaam is.

Deskundigheidsplan
Schriftelijke uiteenzetting over de deskundigheid van het bestuur van een pensioenfonds. Ieder pensioenfonds dient over een deskundigheidsplan te beschikken. Het plan dient bij aanmelding van bestuursleden aan De Nederlandsche Bank te worden overgelegd.

Derivaten
Afgeleide financiële instrumenten, dat wil zeggen financiële contracten, waarvan de waarde wordt afgeleid van een onderliggende waarde (bijv. een aandeel), een referentieprijs of een index (bijv. de AEX-index). De hoofdvormen van derivaten zijn opties, futures contracten en forward contracten. 

Demotie
Verplaatsing van een hogere functie naar een lagere (het omgekeerde van promotie dus), wat een verlaging van het salaris met zich meebrengt. Onder voorwaarden is het mogelijk om op basis van het salaris voorafgaande aan de demotie pensioen te blijven opbouwen.

Delta Life Mantel
Semi-collectief product waarbij afhankelijk van de premieomvang extra bonus participaties aan de deelnemer worden toegekend. Het product is een beschikbare premie regeling, waarbij de premies in beleggingsfondsen worden belegd. 

Delta Life Pensioen
Een individueel pensioenproduct op basis van een beschikbare premie regeling waarbij de premies in beleggingsfondsen worden belegd. 

Dekkingstekort
Zie: Onderdekking.

Dekkingsgraad
De verhouding tussen enerzijds de contante waarde van de op dat moment geldende reglementaire pensioenaanspraken en anderzijds het aanwezige vermogen. Het aanwezige vermogen is de som van de contante waarde van pensioenaanspraken die op dat moment zijn gefinancierd, en de eventuele algemene en extra reserve. 

Defined contribution
Bij een defined contribution-regeling wordt voor de pensioenopbouw van de individuele werknemer (periodiek) een premie betaald voor een individuele kapitaalverzekering met pensioenclausule. De grootte van het opgebouwde pensioenvermogen wordt bepaald door de waarde van het verzekerde kapitaal op de ingangsdatum van het pensioen. 

Defined benefit
Een pensioenregeling waarbij de pensioenuitkering van tevoren vastligt. Voor de berekening van de pensioenen wordt uitgegaan van het loon, een opbouwpercentage per jaar en de AOW-uitkering. Eindloonregelingen en middelloonregelingen zijn typische vormen van defined benefit-regelingen.

Deeltijdpensioen
Een vorm van (vervroegde) pensionering, waarbij de werknemer voor een gedeelte de werkzaamheid staakt onder gelijktijdige ingang van een gedeelte van het pensioen en voor een gedeelte blijft werken en pensioen blijft opbouwen.

Deeltijdwerker
Een werknemer die een arbeidscontract met een werkgever heeft voor minder uren dan de normale arbeidsduur. Doordat een deeltijdwerker minder uren werkt dan een werknemer met een volledige baan, wordt er in vergelijking minder pensioen opgebouwd. Een deeltijdwerker mag niet om de reden, dat hij minder uren werkt, van de pensioenregeling worden uitgesloten.

Deelnemersraad
De deelnemersraad is een orgaan binnen een pensioenfonds, dat adviserende bevoegdheden heeft ten opzichte van het bestuur van dat pensioenfonds. In een deelnemersraad van een ondernemingspensioenfonds zijn deelnemers en gepensioneerden vertegenwoordigd naar evenredigheid van hun vertegenwoordiging binnen het pensioenfonds. Bij bedrijfstakpensioenfondsen bestaat de deelnemersraad uit vertegenwoordigers van verenigingen van werknemers die aan het fonds deelnemen (vakbonden) en van gewezen deelnemers en hun pensioengerechtigde nagelaten betrekkingen. De vertegenwoordigers van de diverse verenigingen hebben zitting in de deelnemersraad naar evenredigheid van hun ledentallen binnen het bedrijfstakpensioenfonds. 

Deelnemersjaren
De jaren die een werknemer heeft doorgebracht als deelnemer aan een pensioenregeling. Dit zijn de dienstjaren die meetellen voor de opbouw van pensioen. In veel pensioenregelingen komt dit nog steeds vaak neer op de diensttijd vanaf de 25-jarige leeftijd. In de Pensioenwet

Deelnemer
De Pensioenwet definieert een deelnemer als een werknemer of een gewezen werknemer die op grond van een pensioenovereenkomst pensioenaanspraken verwerft jegens de pensioenuitvoerder. Een dergelijke pensioenregeling kan worden uitgevoerd door een pensioenfonds of een (levens)verzekeraar.

De Nederlandsche Bank
Orgaan dat (prudentieel) toezicht houdt op financiële instellingen. Na de fusie in 2004 van De Nederlandsche Bank met de Pensioen- & Verzekeringskamer vallen hier ook pensioenfondsen en verzekeraars onder. Het gedragstoezicht wordt uitgevoerd door de Autoriteit Financiële Markten. Het toezicht op verzekeraars is geregeld in de Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, terwijl het toezicht op pensioenfondsen geregeld in de Pensioenwet, de Wet betreffende verplichte deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds 2000 en de Wet verplichte beroepspensioenregeling. De Nederlandsche Bank houdt ook toezicht op pensioenregelingen die door een werkgever rechtstreeks bij een verzekeraar worden ondergebracht. 

Dispensatie
Zie: Vrijstelling van deelneming.

Discriminatie
In pensioenregelingen mag in principe geen onderscheid gemaakt worden op grond van geslacht, burgerlijke staat, seksuele geaardheid, ras of nationaliteit, aard of duur van het dienstverband, leeftijd, handicap of chronische ziekte. Wel zijn er enkele wettelijke uitzonderingen op het verbod om onderscheid te maken. Ook kan bij sommige discriminatiegronden het onderscheid objectief worden gerechtvaardigd. 

Disconteringsvoet
Zie: Rekenrente.

Directiepensioenlichaam
Pensioenstichting of pensioen BV die is onderworpen aan belastingheffing krachtens de Wet op de vennootschapsbelasting.

Directeur-grootaandeelhouder
In de Pensioenwet wordt een directeur-grootaandeelhouder omschreven als de houder (direct of indirect) van tenminste 10% van het geplaatste kapitaal van de vennootschap van de werkgever vertegenwoordigen of een houder van certificaten van aandelen die zijn uitgegeven door tussenkomst van een administratiekantoor waarvan hij voor ten minste 10% in het bestuur vertegenwoordigd is, die ten minste 10% van het geplaatste kapitaal van de vennootschap vertegenwoordigen. De pensioentoezegging kan dan in eigen beheer worden gehouden. Een pensioentoezegging voor een directeur-grootaandeelhouder die op of na 1 januari 2007 wordt gedaan valt niet onder de Pensioenwet. Voor op 31 december 2006 bestaande pensioentoezeggingen geldt in 2007 overgangsrecht.

DIR
Direct ingaande rente.

DIL
Direct ingaande lijfrente.

Diensttijd
De diensttijd die voor de pensioenberekening in aanmerking wordt genomen (vaak maximaal 40 jaar).

Dienstjarenstelsel
Een term die wordt gebruikt bij de nadere typering van een eindloonregeling. Bij salarisverhogingen worden in eindloon-regelingen ook hogere pensioenaanspraken over voorgaande jaren gegeven. In een dienstjarenstelsel worden deze hogere aanspraken alleen verleend over de jaren waarin de werknemer deelnemer was aan de pensioenregeling en dus over de jaren waarin de deelnemer in dienst was van dezelfde werkgever. In een levensjarenstelsel tellen echter alle jaren vanaf een bepaalde leeftijd (meestal 25 jaar) mee, ook de jaren waarin de werknemer geen deelnemer was aan de pensioenregeling.Zie ook: Achterbalkon.

Dienstjaren
De bij de werkgever doorgebrachte diensttijd die bij de berekening van de pensioenrechten in aanmerking wordt genomen.

Dienstjaren
Dit zijn de jaren dat bij de berekening van de pensioenen in aanmerking worden genomen.

Dividend
Winstuitkering aan aandeelhouders in de vorm van aandelen of als het keuzedividend, waarbij de aandeelhouder kan kiezen tussen een uitkering in contanten of in aandelen.

DNB RAPPORTAGE
Een kwartaalrapportage bedoeld om de Nederlandsche Bank informatie te verschaffen over het belegd vermogen van een pensioenfonds. De kwartaalrapportages zijn een aanvulling op de bestaande verslagstaten die betrekking hebben op een geheel boekjaar. In de kwartaalrapportages ligt de nadruk op de economische posities van de beleggingsportefeuille. 

DNB
Zie: de Nederlandsche Bank.

Doorsneepremie
Voor alle deelnemers aan een pensioenregeling is deze premie een gelijk percentage van het salaris of van de pensioengrondslag. Bij de berekening van dit percentage wordt het totaal van individueel berekende pensioenkosten van de deelnemers uitgedrukt als een percentage van de totale loonsom of als een percentage van de som van alle pensioengrondslagen. Iedereen betaalt dit percentage als pensioenpremie, waardoor geslacht, leeftijd en burgerlijke staat geen rol meer spelen. De term ‘doorsneepremie’ wordt alleen gebruikt bij de financiering van collectieve pensioenregelingen. Daarbij is het trouwens ook mogelijk om de doorsneepremie niet als percentage te berekenen, maar als een vast bedrag dat iedereen betaalt. Ook wordt soms een doorsneepremie vastgesteld voor een deel van de pensioenregeling (bijvoorbeeld voor wezenpensioen of arbeidsongeschiktheidspensioen).

Doelvermogen
Het kapitaal dat aanwezig dient te zijn om op de pensioendatum het gewenste ouderdomspensioen te kunnen aankopen dan wel bij overlijden het gewenste weduwen- en-of wezenpensioen.

Doelvermogen
De voorziening die aanwezig moet zijn om op de pensioendatum aan de pensioenverplichtingen te kunnen voldoen.

Duration
Hiermee wordt de koersgevoeligheid van een bepaalde vastrentende waarde voor veranderingen in de rentestand aangegeven. Een duration van 5 jaar voor vastrentende waarden geeft aan dat bij een stijging (cq. daling)van de rentestand met 1%-punt, de koers van de vastrentende waarden met 5%-punten daalt (cq. stijgt).

Dynamisch premiesysteem
Methode om premies te berekenen voor een pensioenfonds waarbij gebruik wordt gemaakt van een 35-jarige prognose. In deze prognose zijn veronderstellingen opgenomen over de ontwikkeling die een pensioenfonds zal doormaken. Hierbij gaat het onder andere om de aantallen actieve deelnemers, slapers en pensioengerechtigden, de kansen om van de ene groep naar de ander over te gaan, loonontwikkeling, loopbaanverloop, toeslagen en marktrente.

Echtscheiding
Voor scheidingen na 1 mei 1995 of – onder bepaalde voorwaarden –   vóór 27 november 1981, zie: Wet verevening pensioenrechten bij scheiding. Voor overige scheidingen, zie: Boon-Van loon-arrest.

Effectentypisch gedragstoezicht
Toezicht door de AFM op integer gedrag op de effectenmarkten (zie ook gedragstoezicht). Een goede werking van de markt en het vertrouwen in de financiële markt staan hierbij voorop. De effectentypische gedragsregels zijn direct afgeleid van het bestaande gedragstoezicht op effecteninstellingen en zijn opgenomen in wet- en regelgeving. Vanaf 1 december 2003 geldt dit effectentypisch gedragstoezicht niet alleen voor effecteninstellingen, maar ook voor verzekeraars, beleggingsinstellingen, pensioen- en spaarfondsen, kredietinstellingen die niet het effectenbedrijf uitoefenen en overige financiële instellingen in de zin van de Wet toezicht kredietwezen 1992. 

Egalisatiereserve
Reserve om tot een gelijkmatige verdeling te komen van kosten en lasten. Ondernemingen mogen deze reserve op grond van de Wet inkomstenbelasting 2001 vormen aan de passiefzijde van de fiscale balans. Bekend is de ‘egalisatiereserve VUT’, die gevormd mag worden indien het vaste voornemen aanwezig is om op een bepaald tijdstip VUT-uitkeringen te doen. Zie ook: VUT-resolutie.

Eindloonregeling
Pensioenregeling waarin de hoogte van het (behaalbare) ouderdomspensioen afhangt van het salaris dat de deelnemer direct voorafgaand aan de pensioendatum verdient.

Eigen behoud
Het deel van de contante waarde van een verondersteld ingegaan arbeidsongeschiktheidspensioen of nabestaandenpensioen, dat altijd in eigen beheer van het desbetreffende pensioenfonds wordt gehouden. Per deelnemer geldt hiervoor een vast bedrag. 

Eigen beheer
Uitvoering van een pensioenregeling door een pensioenfonds dat zijn verplichtingen niet volledig heeft herverzekerd. In het algemeen kiezen pensioenfondsen slechts voor herverzekering ingeval van onaanvaardbare risico’s van overlijden (relatief hoge risicokapitalen) en arbeidsongeschiktheid. Op grond van de Pensioenwet mag een pensioenfonds slechts eigen beheer voeren, als uit de actuariële en

Emigratie
Vertrek naar het buitenland.

Emerging markets
Hiermee worden financiële markten aangeduid van ontwikkelingslanden. Deze markten worden vaak gekarakteriseerd door de snelle maar ook onstabiele economische groei. Een belegging in een emerging market wordt vaak gezien als risicovol vanwege (potentiële) politieke problemen en economische instabiliteit. Het risico, maar ook het verwacht rendement van een dergelijke   belegging is daarom hoger dan van een belegging in ontwikkelde landen.

En-bloc clausule
Clausule waarin de verzekeraar zich het recht voorbehoudt de geldende voorwaarden in z’n geheel dan wel groepsgewijs te wijzigen.

Ervaringssterfte
Uit onderzoeken blijkt dat sterfte onder collectief verzekerden bij pensioenfondsen en levensverzekeraar lager ligt dan de bevolkingssterfte. Dit effect is sterker naar mate het verzekerde pensioenbedrag hoger is. Om hiermee rekening te houden bij het maken van berekeningen kan een pensioenfonds de ‘ervaringssterfte’ vaststellen: de in pensioenbedragen gemeten verhouding tussen bevolkingssterfte en waargenomen sterfte in het pensioenfonds. 

Expiratiedatum
Datum binnen een pensioenpolis wanneer een risicotermijn afloopt, een kapitaal tot uitkering komt of een uitkering stopt.

Exitkorting
Verlaging van de waarde van premievrije pensioenen, die door sommige levensverzekeraars wordt toegepast als een werkgever de uitvoeringsovereenkomst met die levensverzekeraar beëindigt. De korting bedraagt meestal 0,5% voor elk toekomstig jaar tot de pensioendatum met een maximum van 10%. De korting wordt veelal beschouwd als een ‘boete’ voor de beëindiging van het contract. In de Pensioenwet is een bepaling opgenomen die moet voorkomen dat een dergelijke ‘boete’ in de uitvoeringsovereenkomst wordt opgenomen.

Excedentregeling
Pensioenregeling waarmee extra pensioenaanspraken kunnen worden verworven die bovenop pensioenaanspraken uit een andere regeling komen, waarbij de twee pensioenregelingen betrekking hebben op hetzelfde dienstverband. Excedentregelingen kunnen bijvoorbeeld een pensioenregeling van een bedrijfstakpensioenfonds aanvullen, wanneer binnen dat bedrijfstakpensioenfonds slechts tot een bepaalde salarisgrens opbouw mogelijk is.

Ex-partner
Een ex-partner van een (gewezen) deelnemer kan recht krijgen op een aanspraak op nabestaandenpensioen, dat bijzonder nabestaandenpensioen wordt genoemd. Tevens kan de ex-partner, die een geregistreerd partnerschap met de (gewezen) deelnemer was aangegaan, recht krijgen op een deel van de uitkering van het ouderdomspensioen, indien verevening plaatsvindt.

Ex-echtgenoot
Een ex-echtgenoot van een (gewezen) deelnemer kan recht krijgen op een aanspraak op nabestaandenpensioen, dat bijzonder nabestaandenpensioen wordt genoemd. Tevens kan de ex-echtgenoot recht krijgen op een deel van de uitkering van het ouderdomspensioen, indien verevening plaatsvindt.

Ex patriates
Werknemers die voor kortere of langere tijd naar een buitenlandse vestiging worden uitgezonden. Van zulke werknemers wordt verondersteld dat zij na hun werkzaamheden in het buitenland weer naar Nederland terugkeren. 

FAS 87
Afkorting van Financial Accounting Standards. Deze worden vastgesteld door de Financial Accounting Standards Board (FASB) in de Verenigde Staten. Paragraaf 87 van de FAS bevat voorschriften op het gebied van de verwerking van pensioenkosten in de jaarrekening van ondernemingen. FAS 87 is van belang voor (Nederlandse dochtermaatschappijen van) concerns die in de VS een beursnotering hebben. Op grond van FAS 87 moet een vergelijking worden gemaakt tussen de pensioenpremies die in een boekjaar werkelijk zijn betaald, en de pensioenkosten die aan datzelfde boekjaar zijn toe te rekenen volgens een bepaalde standaardmethode uit FAS 87. In die standaardmethode worden pensioenkosten gelijkmatig verdeeld over de gehele diensttijd van alle deelnemers, waarbij rekening wordt gehouden met aannames over toekomstige loonontwikkeling, uittredings- en sterftekansen enzovoort. Indien volgens de standaardmethode sprake is van vooruitbetaalde kosten, moeten deze op de balans van de onderneming worden geactiveerd. Aan de passiefzijde van de balans moet bovendien een voorziening worden gevormd, als reeds verkregen pensioenaanspraken niet voldoende door de activa van het pensioenfonds worden gedekt.

Faillissement
Toestand van iemand die niet in staat is aan zijn financiële verplichtingen te voldoen en op wiens vermogen daarom beslag is gelegd.

Fiscale marktrente
Deze rentehoogte wordt geacht de rentestand op de kapitaalmarkt te weerspiegelen. De hoogte wordt afgeleid uit de rente die op de kapitaalmarkt voor obligaties geldt. De fiscale marktrente wordt toegepast wanneer de marktrente ten grondslag ligt aan de berekening van de contante waarde van te passiveren verplichtingen. Hierbij kan het bijvoorbeeld gaan om backservicepassivering of om de contante waarde van verschuldigde inhaalpremies. 

Financieringssysteem
Zie: Kapitaaldekkingsstelsel, Rentedekkingstelsel, Omslagstelsel.

Financieringsovereenkomst
Zie: Uitvoeringsovereenkomst.

Financiering 15-jaars
Op grond van het Uitvoeringsbesluit pensioenaspecten sociaal akkoord 2004 kan gedurende 2 jaar na 1 januari 2006 een pensioentoezegging over gemiste fiscale ruimte uit het verleden worden gedaan. Hierbij moet worden uitgegaan van een pensioenleeftijd van 65 jaar. Met betrekking tot deze pensioenaanspraak mag worden afgeweken van de eisen in de PSW. De financiering en toekenning van de vastgestelde pensioenaanspraak hoeft pas na 15 jaar dan wel de eerdere pensioendatum plaats te vinden. 

Financieel toetsingskader
Benaming van het nieuwe toezichtregime dat per 1 januari 2007 van toepassing is op de financiële positie en het financiële beleid van pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. De nieuwe waarderingsmethoden zullen de huidige Actuariële principes leven en Actuariële principes

Final-pay regeling
Zie: Eindloonregeling.

Fictieve deelnemersjaren
De periode die bij de berekening van het pensioen in aanmerking wordt genomen, maar gedurende welke een persoon niet bij de betreffende werkgever in dienst was. Bij de berekening van een partnerpensioen wordt bijvoorbeeld uitgegaan van de behaalbare in plaats van de werkelijk behaalde deelnemersjaren. Ook bij de overgang naar een ander pensioensysteem worden wel fictieve deelnemersjaren toegekend.

Flexibilisering
Zie: Individualisering.

Flexibele pensionering
Van flexibele pensionering is sprake wanneer een pensioenregeling aan deelnemers de mogelijkheid biedt om – binnen bepaalde grenzen – zelf de pensioeningangsdatum te kiezen.

Forward contract
Een contract dat de verplichting schept om een bepaald goed te kopen of te verkopen voor een afgesproken prijs op een afgesproken tijdstip. Een forward contract wordt direct afgesloten tussen twee partijen zonder tussenkomst van een beurs.

FOR
Iemand die een eenmanszaak of een VOF heeft kan geen pensioenreserve opbouwen. Wel kan in dat geval gebruik gemaakt worden van de FOR-regeling (Fiscale Oudedags Reserve), die het mogelijk maakt om jaarlijks ieder jaar maximaal 12% van de winst af te trekken. Bij beëindiging van het bedrijf dient belasting over dit afgetrokken bedrag betaald te worden, of kan ervoor gekozen worden om het bedrag aan te wenden voor een lijfrentepolis.

Fondsverdeling
De verdeling van de belegde pensioenpremie over de verschillende beleggingsfondsen.

Franchise
In veel pensioenregelingen is een bepaald drempelbedrag opgenomen, waarover geen pensioenopbouw plaatsvindt. Dit bedrag krijgt de naam ‘franchise’. De hoogte van de franchise is veelal afgeleid uit de hoogte van AOW-uitkeringen. Het is ook mogelijk om de hoogte van de franchise af te leiden uit het wettelijk minimumloon of te baseren op een (in de CAO omschreven) vast bedrag dat jaarlijks wordt geïndexeerd. Op grond van fiscale regels is de franchise in beginsel minimaal 10-7 maal de AOW-uitkering voor een gehuwde waarvan de partner 65 jaar of ouder is, te vermeerderen met de vakantietoeslag. Bij opbouwpercentages voor het ouderdomspensioen die lager zijn dan 2,25% (middelloon) respectievelijk 2% (eindloon) mag – tot een bepaald niveau – een lagere franchise worden gehanteerd.

FTK
Afkorting voor het Financieel Toetsingskader.

Futures contract
Een contract dat de verplichting schept om op een afgesproken tijdstip een bepaald goed te kopen of te verkopen tegen een afgesproken prijs. Deze prijs wordt periodiek aangepast om de marktwaarde van het contract op nul te houden. In tegenstelling tot een forward contract, wordt een futures contract verhandeld op de beurs.

FVP-regeling
Deze regeling stelt onvrijwillig werkloze werknemers in staat om hun pensioenregeling tijdens de werkloosheidsperiode voort te zetten. Tot 1 januari 1999 werd de FVP-regeling gefinancierd met rentebaten uit het Fonds Voorheffing Pensioenverzekering. Vanaf deze datum zet de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering de activiteiten van het FVP voort. In het zogenoemde bijdragereglement 1999 zijn de regels met betrekking tot het verkrijgen van de pensioenpremiebijdragen vastgelegd. Werknemers, die met ingang van 1 januari 2009 WW-gerechtigd worden, komen niet meer in aanmerking voor een bijdrage uit de FVP-regeling.

Garantievergoeding
De tarieven voor pensioen zijn veelal gebaseerd op een vaste rekenrente. Bij een aantal pensioenproducten (de salaris-diensttijdregelingen) ligt daarmee ook de met deze premie op te bouwen pensioenuitkering vast. Ook intrestwinstdelingsregelingen kunnen zijn gebaseerd op deze rekenrente. Deze rekenrente wordt door verzekeraars gegarandeerd. Daarbij loopt de verzekeraar, gezien de daadwerkelijke rente ontwikkelingen in de markt een risico. Hiervoor vraagt de verzekeraar een risicopremie, die garantievergoeding wordt genoemd. Deze kan zijn verwerkt in de in de overeenkomst vastgelegde (bruto) premie, of separaat in rekening worden gebracht, of worden verrekend met de winstdelingsuitkering.

Garantieregeling
Regeling voor de opbrengstgarantie over belegde gelden onder aftrek van de verschuldigde kosten en risicopremies.

Garantiekapitaal
Het verzekerd kapitaal uit te keren op de pensioendatum vermeerderd met een vooraf gegarandeerd deel van de toekomstige winst.

Garant pensioen plan collectief
Collectieve pensioenregeling bij Delta Lloyd in de vorm van gegarandeerde pensioenaanspraken op basis van salaris en diensttijd. 

Gewezen deelnemer
In de meest eenvoudige definitie is een gewezen deelnemer een persoon voor wie niet langer gelden worden bijeengebracht in een pensioenfonds. De Pensioenwet geeft echter de volgende definitie: de werknemer of de gewezen werknemer door wie op grond van een pensioenovereenkomst geen pensioen meer wordt verworven en die bij beëindiging van de deelneming een pensioenaanspraak heeft behouden jegens een pensioenuitvoerder.

Geregistreerd partnerschap
Op 1 januari 1998 is de Wet geregistreerd partnerschap voor ongehuwden in werking getreden. Deze wet heeft onder meer tot gevolg dat een bij de burgerlijke stand geregistreerde partner voor pensioenrechtelijke zaken wordt gelijkgesteld met een gehuwde. 

Gemoedsbezwaarde
Een persoon die gemoedsbezwaren heeft tegen elke vorm van verzekering en dus noch zichzelf, nog iemand anders, nog zijn eigendommen wenst te verzekeren. Een werknemer die gemoedsbezwaren heeft, kan een vrijstelling verkrijgen van een verplicht gestelde deelneming in een bedrijfstakpensioenfonds. Dit is opgenomen in de Wet verplichte deelneming in een

Gemitigeerde eindloonregeling
Eindloonregeling waarbij de hoogte van het ouderdomspensioen niet louter afhankelijk is van het laatst verdiende pensioensalaris. Bij de berekening van de pensioenhoogte kan het carrière-element in het salaris tijdens de jaren kort vóór de pensioendatum buiten beschouwing worden gelaten. Ook is het mogelijk om de hoogte van het pensioen te baseren op de gemiddelde pensioengrondslag van de laatste paar jaar die aan de pensioendatum voorafgaan. Een gemitigeerde eindloonregeling kan in strijd zijn met het verbod op leeftijdsdiscriminatie. 

Gemiddeld salarispensioenregeling
Zie: Middelloonregeling.

Gelijke uitkeringen
Pensioenuitkeringen volgens een eindloon- en middelloonregeling moeten gelijk zijn voor mannen en vrouwen. Sinds 1 januari 2005 geldt dit ook voor pensioenen volgens een beschikbarepremieregeling.

Gehuwdheidsfrequentie
Sterftegrondslag. Voor de berekening van het nabestaandenpensioen wordt de gehuwdheidsfrequentie op 1 gesteld op de datum waarop het ouderdomspensioen op grond van een pensioenregeling aanvangt.

Gedragstoezicht
Toezicht gericht op het bevorderen van een ordelijk en transparant marktproces, zuivere verhoudingen tussen marktpartijen en in dat verband bescherming van de consument (transparantie, voorlichting). Kernonderdelen zijn aspecten als het toezicht op de organisatie vaneffectenmarkten, het effectentypisch gedragstoezicht en het toezicht informatievoorziening aan en advisering van de consument. De Autoriteit Financiële Markten

Gedragscode
Schriftelijk stuk waarin regels en richtlijnen worden gegeven ter voorkoming van belangenconflicten tussen het zakelijk belang en de privé-belangen van betrokkenen en van misbruik van vertrouwelijke informatie. Pensioenfondsen dienen verplicht – rekeninghoudend met het bepaalde in de Regeling gedragscode Pensioen- en spaarfondsen 2004 – een gedragscode voor de bestuursleden en overige medewerkers van het fonds op te stellen en deze aan de Nederlandsche Bank te overleggen.