ITIL - Internet Woordenlijst
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Automatisering
Datum & Land: 08/05/2017, NL
Woorden: 487
storing
(ITIL Serviceproductie) Verlies van het vermogen om volgens een specificatie te werken, of om de vereiste productie te leveren. De term storing kan worden gebruikt als er naar IT-diensten, processen, activiteiten, configuratie-items, et cetera wordt gerefereerd. Een storing veroorzaakt vaak een incident.
standaard
(norm) Een dwingende vereiste. Voorbeelden zijn ISO/IEC 20000 (een internationale standaard), een interne beveiligingsstandaard voor Unix-configuraties, of een overheidsstandaard voor hoe de financiele registraties worden gehandhaafd. De term standaard wordt ook gebruikt om te verwijzen naar een gebruiksrichtlijn of specificatie uitgegeven door een standaardenorganisatie zoals ISO of BSI. Zie ook richtlijn.
standaardwijziging
(ITIL Servicetransitie) Een vooraf geautoriseerde wijziging met een laag risico, die relatief veel voorkomt en een procedure of werkinstructie volgt, zoals het resetten van een wachtwoord of een nieuwe medewerker voorzien van standaardapparatuur. Voor het implementeren van een standaardwijziging zijn wijzigingsverzoeken niet vereist. Standaard wijzigingen worden geregistreerd en gevolgd met een andere mechanisme zoals een dienstverleningsverzoek. Zie ook wijzigingsmodel.
standaard operationele procedures
(SOP) (ITIL Serviceproductie) Procedures gebruikt door IT- productiebeheer.
status
De naam van een vereist veld in veel soorten registraties. Het toont de huidige fase in de levenscyclus van het verwante configuratie-item, incident of probleem et cetera.
statusverantwoording
(ITIL Servicetransitie) De activiteit die verantwoordelijk is voor registratie en rapportage over de levenscyclus van elk configuratie-item.
strategisch
(ITIL Servicestrategie) Het hoogste van de drie niveaus van planning en levering (strategisch, tactisch en operationeel). Strategische activiteiten bepalen doelen en maken plannen voor de lange termijn om de overkoepelende visie te realiseren.
strategisch bedrijfsmiddel
(ITIL Servicestrategie) Elk bedrijfsmiddel dat de basis vormt voor kerncompetenties, onderscheidende prestaties, duurzaam concurrentievoordeel, of die deelname aan nieuwe bedrijfskansen voor een bedrijfseenheid mogelijk maakt. Een onderdeel van dienstenstrategie is de kijk op IT als een strategisch bedrijfsmiddel in plaats van louter als interne administratieve functie.
strategie
(ITIL Servicestrategie) Een strategisch plan dat is ontworpen om vastgestelde doelstellingen te realiseren.
strategiebeheer voor IT- diensten
(ITIL Servicestrategie) Het proces dat verantwoordelijk is voor het definiëren en het onderhouden van het perspectief, positie, plannen en patronen van een organisatie met betrekking tot diensten en het beheer van die diensten. Zodra de strategie is bepaald, is IT- dienstenstrategiebeheer ook verantwoordelijk voor de garantie dat het zijn beoogde bedrijfsresultaten bereikt.
superuser
(ITIL Serviceproductie) Een gebruiker die andere gebruikers helpt en assisteert in de communicatie met de servicedesk of andere afdelingen van de IT- dienstenaanbieder. Superusers zijn vaak experts in bedrijfsprocessen die ondersteund worden door een IT-dienst, en leveren ondersteuning bij kleine incidenten en training.
SWOT-analyse
(ITIL Continue serviceverbetering) Een techniek om de interne sterke en zwakke punten van een organisatie en de externe kansen en bedreigen te analyseren en beoordelen. SWOT staat voor Strengths, Weaknesses, Opportunities and Threats.
systeembeheer
Het deel van IT-dienstenbeheer dat zich focust op het beheren van IT-infrastructuur in plaats van op het proces.
tariefstelling
(prijsstelling) (ITIL Servicestrategie) De activiteit waarmee wordt vastgesteld hoeveel aan klanten wordt doorbelast.
tactisch
Het middelste van drie niveaus van planning en levering (strategisch, tactisch, operationeel). De tactische activiteiten bevatten plannen voor de middellangetermijn, die vereist zijn om specifieke doelen te realiseren. Kenmerkend is een periode van weken tot maanden.
telefoongesprek
(ITIL Serviceproductie) Een telefoongesprek voor de servicedesk van een gebruiker. Het gesprek kan resulteren in een incident of in het loggen van een dienstverleningsverzoek.
tegenmaatregel
Kan refereren aan elk type control. Refereert meestal aan maatregelen die de veerkracht, fouttolerantie of betrouwbaarheid van een IT-dienst verhogen.
terugval
(ITIL Servicetransitie) Ondernomen acties voor herstel na een mislukte wijziging of uitgifte. Terugval kan backout, activering van dienstcontinuïteitsplannen bevatten of andere acties om het bedrijfsproces te continueren
terug naar normaal
(ITIL Service-ontwerp) De fase van een continuïteitsplan waarin de normale productie volledig wordt hervat. Bijvoorbeeld, als een alternatief gegevenscenter in gebruik is geweest, dan zal deze fase het primaire gegevenscenter terug in gebruik brengen en het vermogen herstellen om continuïteitsplannen opnieuw te activeren.
technisch beheer
(ITIL Serviceproductie) De functie die verantwoordelijk is voor het leveren van technische vaardigheden ter ondersteuning van IT-diensten en het beheer van de IT-infrastructuur. Technisch beheer definieert de rollen van de betreffende medewerkers, de vereiste instrumenten, en processen en procedures.
technische observatie
(ITIL Continue serviceverbetering) (ITIL Serviceproductie) Een techniek die wordt gebruikt voor dienstenverbetering, probleemonderzoek en beschikbaarheidsbeheer. Technische ondersteunings- medewerkers bewaken het gedrag en de prestatie van IT-diensten en doen aanbevelingen ter verbetering.
technische ondersteuning
Zie technisch beheer.
test
(ITIL Servicetransitie) Een activiteit die controleert of een configuratie-item, IT-dienst, proces et cetera voldoet aan de specificaties of overeengekomen vereisten. Zie ook acceptatie, validatie en testen van een dienst.
testomgeving
(ITIL Servicetransitie) Een gecontroleerde omgeving die wordt gebruikt voor het testen van configuratie- items, uitgiftes, IT-diensten, processen, et cetera.
toegangsbeheer
(ITIL Serviceproductie) Het proces dat verantwoordelijk is voor het toegankelijk maken van IT-diensten, gegevens, of andere bedrijfsmiddelen voor gebruikers. Toegangsbeheer helpt de vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van bedrijfsmiddelen te beschermen door te garanderen dat alleen geautoriseerde gebruikers ze kunnen bekijken of veranderen. Toegangsbeheer implementeert het beleid van informatiebeveiligingsbeheer en wordt soms rechtenbeheer of identiteitsbeheer genoemd.
toepassing
(applicatie) Software die werkzaamheden uitvoert die vereist zijn voor een IT-dienst. Elke applicatie kan onderdeel zijn van meer dan een IT-dienst. Een applicatie wordt uitgevoerd op een of meer servers of clients. Zie ook applicatiebeheer, applicatieportfolio.
totale benuttingskosten
(ITIL Servicestrategie) Een methode die helpt met investerings- en dienstenbestedingsbeslissingen. Totale benuttingskosten beoordeelt de totale kosten van het gebruik van een IT-dienst tijdens de gehele levenscyclus voor een klant. Zie ook totale eigendomskosten.
totaal kwaliteitsbeheer
(ITIL Continue serviceverbetering) Een methode voor het beheer van continue verbeteringen door gebruik te maken van een kwaliteitsbeheersysteem. TQM voorziet in een cultuur waarbij alle mensen in de organisatie betrokken worden in een proces van continue bewaking en verbetering.
transactie
Een afzonderlijke functie die wordt uitgevoerd door een IT-dienst. Bijvoorbeeld, een geldtransactie van de ene bankrekening naar een andere. Een enkele transactie kan meerdere toevoegingen, verwijderingen en wijzigingen van gegevens betekenen. Deze worden of allemaal succesvol voltooid of geen enkele wordt uitgevoerd.
transitieplanning en ondersteuning
(ITIL Servicetransitie) Het proces dat verantwoordelijk is voor de planning van alle diensttransitieprocessen en het coördineren van de middelen die zij nodig hebben.
trendanalyse
(ITIL Continue serviceverbetering) Analyse van gegevens om tijdgerelateerde patronen te identificeren. Trendanalyse wordt gebruikt in probleembeheer om veel voorkomende storingen of kwetsbare configuratie-items te identificeren. In capaciteitsbeheer wordt trendanalyse als een modelleerinstrument gebruikt om toekomstig gedrag te voorspellen. Het wordt ook gebruikt als beheerinstrument om tekortkomingen in IT- dienstenbeheerprocessen te identificeren.
tussentijds herstel
(ITIL Service-ontwerp) Een hersteloptie ook wel warme reserve genoemd. Tussentijds herstel gebruikt veelal een gedeelde verplaatsbare of vaste faciliteit met computersystemen en netwerkcomponenten. Als onderdeel van het continuïteitsplan moeten hardware en software worden geconfigureerd en gegevens hersteld. Kenmerkende hersteltijd voor tussentijds herstel is een tot drie dagen.
tweedelijnsondersteuning
(ITIL Serviceproductie) Het tweede hiërarchische niveau van oplosgroepen die zijn betrokken bij het oplossen van incidenten en het onderzoeken van problemen. Elk niveau beschikt over meer specialistische vaardigheden, heeft meer tijd of andere middelen.
type verzoek
(ITIL Serviceproductie) Een categorie die wordt gebruikt om inkomende verzoeken bij een servicedesk te onderscheiden. Veelvoorkomende types zijn: incident, dienstverleningsverzoek en klacht.
type II dienstenaanbieder
(ITIL Servicestrategie) Een interne dienstenaanbieder die gedeelde IT-diensten levert aan meerdere bedrijfsonderdelen. Type II dienstenaanbieders zijn ook bekend als gedeelde diensteenheden.
type III dienstenaanbieder
(ITIL Servicestrategie) Een dienstenaanbieder die IT- diensten levert aan externe klanten.
uitrol
(ITIL Servicetransitie) De activiteit die verantwoordelijk is voor de verplaatsing van nieuwe of veranderde hardware, software, documentatie, proces, et cetera, naar de productieomgeving. Uitrol is onderdeel van het uitgifte- en uitrolbeheerproces.
uitvraagscript
(diagnosescript) (ITIL Serviceproductie) Een gestructureerd geheel van vragen dat het servicedeskpersoneel gebruikt om te garanderen dat ze de juiste vragen stellen, en om ze te helpen om incidenten te classificeren, op te lossen, en toe te wijzen. Uitvraagscripts kunnen ook aan gebruikers beschikbaar worden gesteld om ze te helpen om hun eigen incidenten te analyseren en op te lossen.
uitgebreide incidentenlevensloop
(ITIL Continue serviceverbetering) (ITIL Service- ontwerp) Gedetailleerde fasen in de levenscyclus van een incident. De fasen zijn detectie, diagnose, reparatie, herstel en hervatting. De uitgebreide incidentenlevensloop wordt gebruikt om inzicht te krijgen in alle bijdragen aan de impact van incidenten, en om plannen te maken hoe incidenten te controleren en verminderen.
uitkomst
Het resultaat van het uitvoeren van een activiteit, het volgen van een proces, of het leveren van een IT- dienst, et cetera. De term uitkomst refereert ook aan het beoogde resultaat of het daadwerkelijke resultaat. Zie ook doelstelling.
uitbesteding
(outsourcing) (ITIL Servicestrategie) Een externe dienstenaanbieder gebruiken om IT-dienstverlening te beheren. Zie ook dienstenbesteding.
uitgifte
(ITIL Servicetransitie) Een of meer wijzigingen aan een IT-dienst die samen worden gebouwd, getest en uitgerold. Een enkele uitgifte kan wijzigingen omvatten aan hardware, software, documentatie, processen en andere componenten.
uitgifte- en uitrolbeheer
(ITIL Servicetransitie) Het proces dat verantwoordelijk is voor planning en controle van de samenstelling, het testen en de uitrol van uitgiftes, en voor het leveren van de nieuwe functionaliteit die vereist is door de bedrijfsvoering terwijl het de integriteit van de bestaande diensten beschermt.
uitgifte-identificatie
(ITIL Servicetransitie) Een naamgevingsconventie die wordt gebruikt om een uitgifte uniek te identificeren. Kenmerkend voor identificatie van een uitgifte is een verwijzing naar het configuratie-item en versienummer. Bijvoorbeeld Microsoft Office 2010 SR2.
uitgiftepakket (releasepakket0
(ITIL Servicetransitie) Een geheel van configuratie- items die samen worden gebouwd, getest en uitgerold als een enkele uitgifte. Elk uitgiftepakket bevat veelal een of meerdere uitgifte-eenheiden.
uitgifte-eenheid
(ITIL Servicetransitie) Componenten van de IT-dienst die samen worden vrijgegeven. Kenmerkend voor een uitgifte-eenheid zijn voldoende componenten om een nuttige functie uit te oefenen. Bijvoorbeeld een uitgifte- eenheid kan bestaan uit een desktop-PC, met inbegrip van hardware, software, licenties, documentatie, et cetera. Een andere uitgifte-eenheid kan de volledige loonapplicatie zijn, met inbegrip van de procedures voor IT-productie en gebruikerstraining.
uitfaseren(buiten gebruik stellen)
(ITIL Servicetransitie) Permanente verwijdering van de IT-dienst of ander configuratie-item uit de productie- omgeving. Uitgefaseerd is een fase in de levenscyclus van veel configuratie-items.
urgentie
(ITIL Service-ontwerp) (ITIL Servicetransitie) Een maatstaf die aangeeft hoe lang het duurt tot een incident, probleem of wijziging een significante impact op de bedrijfsvoering heeft. Zo kan een incident met een hoge impact een lage urgentie hebben, als de impact de bedrijfsvoering pas schaadt aan het eind van het financiële jaar. Impact en urgentie worden gebruikt om een prioriteit toe te kennen.
validatie
(ITIL Servicetransitie) Een activiteit die garandeert dat een nieuwe of gewijzigde IT-dienst, proces, plan of ander resultaat voldoet aan de behoeften van de bedrijfsvoering. Validatie garandeert dat aan de bedrijfsvereisten wordt voldaan, ook al zijn deze veranderd sinds het originele ontwerp. Zie ook acceptatie, kwalificatie, validatie en testen van een dienst, verificatie.
variabele kosten
(ITIL Servicestrategie) Kosten die afhangen van hoe vaak de IT-dienst wordt gebruikt, hoe veel producten worden gemaakt, het aantal en type gebruikers, of andere factoren die niet vooraf kunnen worden vastgesteld.
variantie
Het verschil tussen een geplande waarde en de uiteindelijk gemeten waarde. Wordt algemeen gebruikt door financieel beheer, capaciteitsbeheer en dienstenniveaubeheer. Kan worden toegepast op ieder gebied waarvoor plannen worden gemaakt.
vaste faciliteit
(ITIL Service-ontwerp) Een permanent gebouw, dat beschikbaar is voor gebruik wanneer het continuïteitsplan dat vraagt. Zie ook hersteloptie, verplaatsbare faciliteit.
validalitie en testen van een dienst
(ITIL Servicetransitie) Het proces dat verantwoordelijk is voor validatie en testen van een nieuwe of gewijzigde IT-dienst. Validatie en testen van een dienst garandeert dat IT-diensten overeenkomen met de ontwerp-specificatie en voldoen aan de behoeften van de bedrijfsvoering.
vaste activa
(ITIL Servicetransitie) Een tastbaar bedrijfs bedrijfsmiddel met een langetermijn economische levensduur, zoals een gebouw, een stuk grond, een server of een softwarelicentie. Zie ook dienstenbedrijfsmiddel; configuratie-item.
vaardigheid
(ITIL Servicestrategie) Het vermogen van een organisatie, persoon, proces, applicatie, IT-dienst of ander configuratie-item om een activiteit uit te voeren. Vaardigheden zijn ontastbare bedrijfsmiddelen van een organisatie. Zie ook middel.
vaste kosten
(ITIL Servicestrategie) Kosten die niet veranderen door het gebruik van een IT-dienst. Bijvoorbeeld de kosten van de serverhardware. Zie ook variabele kosten.
verklaring
(ITIL Servicestrategie) Een document dat details bevat van een nieuwe dienst, een belangrijke wijziging of een ander belangrijk project. Kenmerkend voor een verklaring is autorisatie door serviceportfoliobeheer of door een projectbeheerbureau. De term verklaring wordt ook gebruikt om het autoriseren van het vereiste werk te beschrijven om een servicewijziging of project te voltooien. Zie ook wijzigingsvoorstel; serviceverklaring; projectportfolio.
vertrouwelijkheid
(ITIL Service-ontwerp) Een beveiligingsprincipe dat vereist dat gegevens alleen toegankelijk is voor geautoriseerde personen.
verbeteringsdienst
(ITIL Servicestrategie) Een dienst die wordt toegevoegd aan een kerndienst om die aantrekkelijker te maken voor de klant. Verbeteringsdiensten zijn niet essentieel voor de levering van een kerndienst maar worden gebruikt om de klanten aan te moedigen de kerndienst te gebruiken of om de dienstenaanbieder te differentiëren van de concurrentie. Zie ook mogelijkmakende dienst; opwindingsfactor.
vervulling
Uitvoeren van activiteiten om aan een behoefte of vereiste te voldoen. Bijvoorbeeld door het leveren van een nieuwe IT-dienst of het voldoen aan een dienstverleningsverzoek.
verwacht dienstenuitval
(ITIL Servicetransitie) Een document dat het effect beschrijft van geplande wijzigingen, onderhouds- activiteiten en testplannen op afgesproken dienstenniveau’s.
veerkracht
(ITIL Service-ontwerp) Het vermogen van een IT- dienst of configuratie-item om weerstand te bieden tegen storingen of snel te herstellen na een storing. Bijvoorbeeld een beschermde kabel biedt weerstand op het moment dat er druk op wordt uitgeoefend. Zie ook fouttolerantie.
verificatie
(ITIL Servicetransitie) Een activiteit die garandeert dat een nieuwe of gewijzigde IT-dienst, proces, plan of ander resultaat compleet, accuraat en betrouwbaar is, en overeenkomt met de ontwerpspecificaties. Zie ook acceptatie validatie, validatie en testen van een dienst.
verificatie en controle
(ITIL Servicetransitie) De activiteiten die verantwoordelijk zijn voor de garantie dat de informatie in het configuratiebeheersysteem accuraat is en dat alle configuratie-items zijn geïdentificeerd en geregistreerd. Verificatie bevat routinecontroles die onderdeel zijn van andere processen, bijvoorbeeld het serienummer van een desktop-PC verifiëren als een gebruiker een incident registreert. Een audit is een periodieke, formele controle.
visgraatdiagram
Synoniem voor Ishikawa-diagram.
visie
Een beschrijving van wat de organisatie in de toekomst wil zijn. Hoger management formuleert de visie en gebruikt deze om de cultuur en de strategische planning te beïnvloeden. Zie ook missie.
volwassenheid
(ITIL Continue serviceverbetering) Een meting van de betrouwbaarheid, efficiëntie en effectiviteit van een proces, functie, organisatie, et cetera. De meest volwassen processen en functies worden formeel op een lijn gebracht met bedrijfsdoelen en –strategie, en worden ondersteund door een raamwerk voor continue verbetering.
volwassenheidsniveau
Een bepaald niveau in een volwassenheidsmodel zoals het Capability Maturity Model Integration van Carnegie Mellon.
vraagbeheer
(ITIL Service-ontwerp) (ITIL Servicestrategie) Het proces dat verantwoordelijk is voor inzicht in, anticiperen op, en het beïnvloeden van de klantvraag naar diensten. Vraagbeheer werkt samen met capaciteitsbeheer om te garanderen dat de dienstenaanbieder voldoende capaciteit heeft om te voldoen aan de vereiste vraag. Op strategisch niveau kan vraagbeheer een analyse van patronen in bedrijfsactiviteiten en gebruikersprofielen inhouden. Op tactisch niveau kan het gedifferentieerde doorbelasting betekenen (klanten aanmoedigen om op minder drukke momenten IT-diensten te gebruiken), of het eisen van korte-termijnactiviteiten om te reageren op een onvoorziene vraag of het falen van een configuratie-item.
waardering van een dienst
(ITIL Servicestrategie) Een maatstaf voor de totale leveringskosten van een IT-dienst, en de totale waarde van die IT-dienst voor de bedrijfsvoering. De servicewaardering wordt gebruikt om het bedrijf en de IT-dienstenaanbieder te helpen om de waarde van de IT-dienst overeen te komen.
waardeketen
(ITIL Servicestrategie) Een reeks van processen die een product of dienst creëert dat van waarde is voor een klant. Elke stap van de reeks bouwt voort op de vorige stappen en draagt bij aan het totale product of dienst. Zie ook waardenetwerk.
waardenetwerk
(ITIL Servicestrategie) Een complex geheel van relaties tussen twee of meer groepen of organisaties. Waarde wordt gecreëerd door uitwisseling van kennis, informatie, goederen en services. Zie ook partnerschap, waardeketen.
waarde van investering
(ITIL Continue serviceverbetering) Een maatstaf voor het verwachte voordeel van een investering. Waarde van investering houdt rekening met zowel financiële voordelen als niet in geld uit te drukken voordelen. Zie ook rendement op investering (ROI).
wederzijdse afspraken
(ITIL Service-ontwerp) Een hersteloptie. Een overeenkomst tussen twee organisaties om in geval van nood middelen te delen, zoals snelle drukfaciliteiten of een computerruimte.
werk in uitvoering
Een status die betekent dat activiteiten zijn gestart, maar nog niet voltooid. Het wordt algemeen gebruikt als status voor incidenten, problemen en wijzigingen.
werkinstructie
Een document met instructies die precies specificeren welke stappen worden gevolgd om een activiteit uit te voeren. Een werkinstructie is gedetailleerder dan een procedure en wordt alleen gemaakt als gedetailleerde instructie nodig is.
werkopdracht
Een formeel verzoek om een gedefinieerde activiteit uit te voeren. Werkopdrachten worden vaak gebruikt door wijzigingsbeheer en door uitgifte- en uitrolbeheer om verzoeken door te geven aan technisch beheer- en applicatie beheerfuncties.
wijziging
(ITIL Servicetransitie) De toevoeging, verandering of verwijdering van alles dat een effect kan hebben op IT-diensten. De scope is gericht op alle wijzigingen van alle architecturen, processen, instrumenten, meetwaarden en documentatie, en op wijzigingen van IT-diensten en andere configuratie-items.
wijzigingenadviescommissie
(change advisory board CAB) (ITIL Servicetransitie) Een groep mensen die het beoordelen, de prioriteitsstelling, de autorisatie en de planning van wijzigingen ondersteunt. Een wijzigingenadviescommissie bestaat veelal uit vertegenwoordigers van alle afdelingen binnen de IT- dienstenaanbieder, het bedrijf en derden (zoals toeleveranciers).
wijzigingsevaluatie
(ITIL Servicetransitie) Het proces dat verantwoordelijk is voor de formele beoordeling van een nieuwe of gewijzigde IT-dienst om te garanderen dat de risico’s onder controle zijn en om te helpen bepalen of de wijziging geautoriseerd wordt.
wijzigingsgeschiedenis
(ITIL Servicetransitie) Informatie over alle wijzigingen van een configuratie-item tijdens zijn levenscyclus. De wijzigingsgeschiedenis bestaat uit alle wijzigingsregistraties die op het configuratie-item van toepassing zijn.
wijzigingsbeheer
(ITIL Servicetransitie) Het proces dat verantwoordelijk is voor het beheersen van de levenscyclus van alle wijzigingen, om verbeteringen met minimale verstoring van de IT-diensten uit te voeren.
wijzigingsmodel
(ITIL Servicetransitie) Een herhaalbare manier om met een specifieke wijzigingscategorie om te gaan. Een wijziginsmodel definieert specifieke vooraf beschreven stappen die gevolgd worden bij een wijziging van deze categorie. Wijzigingsmodellen kunnen erg complex zijn met veel stappen die geautoriseerd moeten worden, zoals bij een grote uitgifte van software, of kunnen erg simpel zijn, zonder autorisatievereisten zoals een wachtwoordreset. Zie ook wijzigingsadviescommissie; standaardwijziging.
wijzigingsverzoek
Synoniem voor request for change (RFC)
wijzigingsplan
(ITIL Servicetransitie) Een document dat alle geautoriseerde wijzigingen en geplande implementatiegegevens met de geschatte datums van wijzigingen op langere termijn beschrijft. Een wijzigingsschema wordt soms een voorlopig wijzigingsschema genoemd, terwijl het ook informatie over reeds geïmplementeerde wijzigingen bevat.
wijzigingenvenster
(ITIL Servicetransitie) Een reguliere, afgesproken tijd waarop wijzigingen of uitgiftes worden geïmplementeerd met minimale impact op de diensten. Wijzigingenvensters zijn veelal gedocumenteerd in service level agreements.
wijzigingsverzoek
(request for change (RFC) (ITIL Servicetransitie) Formeel verzoek voor een wijziging. Een wijzigingsverzoek bevat details van de voorgestelde wijziging, en kan op papier worden geregistreerd of elektronisch. De term wijzigingsverzoek wordt vaak verkeerd gebruikt als wijzigingsregistratie of de wijziging zelf.