Kennisconsult Managementwoordenboek
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274
nonstore retailing
Detailhandel die niet wordt gedreven vanuit een winkel
normale machinecapaciteit
Deze is gelijk aan het aantal machine-uren per week in een normale situatie en waarbij wordt uitgegaan van het werken met de machine door één ploeg met een werkrooster van 40 uur per week.
nodes
Een aanduiding personen of groepen in een sociaal netwerk.
norm
Een bepaalde hoedanigheid of niveau, beschouwd als doel of als maat van te bereiken resultaat of een hoedanigheid, die algemeen als maatstaf geldt. (voorbeelden: een samenvatting op een a4-tje, ISO 9000 kwaliteitsnormen).
notice of shipment
Een bericht aan een klant, dat een zending naar hem onderweg is. Het bericht bevat onder meer mededelingen over inhoud van de zending, de route, de planning en dergelijke.
nonprogrammed decision
Een besluit over een vaagomschreven probleem of een probleem dat nieuw is.
nonaspirational reference group
Een groep waarmee een persoon niet geassocieerd wil worden
nonmarketing-controlled information source
Een informatiebron die onafhankelijke informatie verschaft over een product of merk
normatief model
Een model, dat aangeeft hoe iets zou moeten zijn. Dit in tegenstelling tot een beschrijvend model dat aangeeft hoe iets werkelijk is.
nominale variabele
Een nominale variabele dient er voor om onderscheid te maken tussen personen of zaken. Voorbeelden: Jan, Piet, Klaas.
nomogram
Een nomogram is een tweedimensionaal diagram waarop de waarde van een wiskundige functie bij benadering kan afgelezen worden, zonder dat er een berekening aan te pas komt; men heeft enkel een potlood en een liniaal nodig.
normaalverdeling
Een ononderbroken, symmetrische functie die gekenmerkt wordt door een klokvormige grafiek.
nonprofit organization
Een organisatie die niet het maken van wist als doelstelling heeft
non-profitorganisatie
Een organisatie zonder winstoogmerk.
nominale groepstechniek
Een overlegtechniek waarmee het mogelijk is binnen een groep snel tot overeenstemming en prioritering te komen met betrekking tot ingebrachte onderwerpen. Ieder groepslid brengt zijn mening en ideeen schriftelijk in. Daarna wordt de oogst bediscussieerd en worden conclusies getrokken.
noodvoorziening treffen
Een risicomaatregel tegen een bedreiging, waarbij een noodplan wordt opgesteld met de acties die ondernomen zullen worden om de impact van de bedreiging te reduceren mocht het risico zich voordoen.
nonrivalrous consumption
Een situatie waarin het gebruik van een goed door een persoon het gebruik van datzelfde goed door een ander niet belemmert.
nonprobability sample
Een steekproef waarvan het niet aannemelijk is dat hij representatief is voor de te onderzoeken populatie
noodlotslus
Een vicieuze cirkel, waarbij elke denkbare oplossing het probleem alleen maar erger maakt. De lus ontstaat doordat men vanuit een bepaald kader blijft denken en redeneren.
nominale gegevens
Elementen die zijn beschreven door middel van een waardering, waardoor ze kenbaar zijn als behorend tot een bepaalde categorie zonder dat verder duidelijk wordt wat hun rang of volgorde is. Bijvoorbeeld een voetballer met rugnummer 16. We weten daardoor dat hij speler is van een bepaalde club, maar niet hoe goed hij een penalty kan nemen.
noteren
Engels voor: noteren. De quote is zowel de bied- als de laatprijs die de markt op een bepaald moment in een bepaald fonds of een bepaalde serie door de markt biedt en laat. Als op een bepaald moment gedurende de handelsdag het aandeel XYZ 40.10 - 40.30 noteert dan is dat de actuele quote.
noodzakelijke goederen
Goederen waarmee voldaan kan worden aan de primaire levensbehoeften. Ze worden daarom ook wel primaire goederen genoemd.
normale productie
Het aantal prestaties dat wordt gebruikt als deler van de vaste kosten.
Nouvelle Système de Cotation
Het elektronische handelssysteem dat in gebruik is voor de effectenhandel van Euronext. Bij Euronext Amsterdam is het NSC in de loop van 2001 ingevoerd. Het Nouvelle Système de Cotation geldt als een toonaangevend handelssysteem en is in gebruik bij effectenbeurzen op zes continenten.
non conformiteit
Het niet voldoen aan een afspraak, norm, specificatie of verwachting.
nomenclatuur
Het op systematische wijze geven van namen.
notatie
Het toevoegen van symbolen, afkortingen of codes, waarmee geclassificeerde items in een kennisbank kunnen worden gesorteerd.
nonrepudiation
Hiervan is sprake als de ontvanger van een boodschap zekerheid heeft omtrent identiteit van de afzender ervan.
normatieve invloed
Hiervan is sprake als men zijn gedrag laat beinvloeden door wat anderen er naar verwachting van zullen vinden.
normatief
Iets wat een norm stelt of aangeeft wat verwacht wordt.
normen
In een gemeenschap heersende opvattingen over hoe men zich wel of niet zou moeten gedragen in concrete omstandigheden.
nomad worker
Kenniswerkers die niet op een vaste plek zitten, maar de wereld als werkplek hebben.
noncumulatieve kwantumkorting
Korting op basis van de hoeveelheid goederen die bij een order is aangekocht. Aankopen bij meerdere orders of over een bepaalde periode worden dus niet bij elkaar genomen als basis voor de korting
nonprofit organization marketing
Marketing bedreven door non profit organisaties
normgradatie
Normgradatie is de mate waarin voldaan is aan de normen, in gevallen waarbij meerdere normen zijn gebundeld tot een overkoepelende indicator.
noemermanagement
Onder noemermanagement wordt verstaan het leveren van inspanningen om het resultaat te verbeteren door middel van bezuiniging, kostenreductie, afslanking, re-engeneering, e.d.
noodgeval
Onverwachte gebeurtenissen die kunnen leiden tot letsel of dood van medewerkers, klanten of publiek, tot onderbreken of stilvallen van processen of andere schades in uiteenlopende vorm en hoogte.
non-profit organisatie
Organisatie zonder winstoogmerk.
nonverbale schaal
Schaal waarbij men de waardes aangeeft door middel van cijfers, posities, symbolen, enz.
nonverbale communicatie
Uitwisseling van informatie door middel van tekens, signalen, gebaren, houding, gelaatsuitdrukkingen, e.d. zonder daarbij woorden of taal te gebruiken.
no claim-korting
verlaging van de verzekeringspremie bij schadeverzekeringen, indien gedurende bepaalde tijd geen aanspraak wordt gemaakt op schadevergoeding
notulen
Verslag van een vergadering, opgesteld door de secretaris of een ander daartoe aangewezen persoon.
normaal
Volgens de norm; overeenkomstig hetgeen mag worden verwacht.
nominale waarde
Waarde zoals die op een aandeel of een obligatie wordt aangegeven.
non-profit
Zonder winstoogmerk.
nominaal meetniveau
Bij een nominaal meetniveau bestaat de variabele uit verschillende waarden waar geen verschil zit tussen beide. Er zijn dus verschillende categorieën aan te duiden, maar er zijn geen verschillen tussen deze categorieën. Het gaat hier daarom slechts om het benoemen van de bijbehorende waarde. Voorbeelden: man/vrouw; provincies.
Np chart
Een grafische voorstelling van het aantal afwijkende (defecte) elementen uit een steekproef.
nulserie
Allereerste productieserie. De in deze serie gefabriceerde producten zijn meestal niet bestemd voor aflevering naar de consument of de afnemer(s). De producten, gemaakt in een 0-serie, worden op consistentie met de productspecificaties gecontroleerd terwijl de ervaringen opgedaan met de productie de werkvoorbereiders de gelegenheid biedt het productieproces bij te stellen, te modificeren of te consolideren.
nulvoorraden
Begrip dat wordt gehanteerd in een fabricagefilosofie die is gebaseerd op een geplande uitschakeling van al het wegwerpafval en een consequente verbetering van de productiviteit. Het omvat het met succes uitvoeren van alle fabricage-activiteiten nodig om het eindproduct te fabriceren vanaf het ontwerp tot aan de levering en alle daartussen liggende stadia. De belangrijkste kenmerken van deze filosofie zijn: - het hebben van voorraad slechts wanneer deze nodig is; - het verbeteren van de kwaliteit tot het niveau waarbij fouten afwezig zijn; - het verkorten van de doorlooptijden door het verminderen en waar mogelijk elimineren van insteltijden, wachtrijen en seriegroottes, dit alles te bereiken door het stapsgewijs herzien van de bewerkingen en het verwezenlijken van alle activiteiten tegen de laagste kosten.
nut
De bruikbaarheid van een product of dienst om in een bepaalde behoefte te voorzien.
nul fouten
De door Philip Crosby aanbevolen prestatienorm. Crosby gaat ervan uit dat dat men steeds dichter bij deze kwaliteitsdoelstelling kan geraken, als mensen zich in hoge mate verbonden voelen met hun werk en men zich daarnaast voortdurend en consequent richt op verbeteringsprocessen.
nulvoorraad
De hoeveelheid voorraad die men tekort komt om aan de vraag te kunnen voldoen.
nutstheorie
De nutstheorie stelt dat bij het maken van keuzes tussen alternatieven het nut dat elk der keuzes oplevert bruikbaar is als argument.
nul-uren contract
Een arbeidsovereenkomst waarbij de medewerker opgeroepen kan worden om te komen werken en vervolgens betaald wordt voor het aantal uren dat hij daadwerkelijk heeft gewerkt.
number defective chart
Een grafische voorstelling van het aantal afwijkende (defecte) elementen uit een steekproef.
nutsinnovatie
Een innovatiestrategie die er op is gericht concurrentievoordeel te behalen door de gebruikswaarde voor klanten ingrijpend te verbeteren.
nulenergiewoning
Een nul energie woning is een huis die met een normaal leefpatroon en normaal comfort over een heel jaar gezien evenveel energie gebruikt als dat het zelf opwekt. Voor dit type woning zijn er enorm veel termen in omloop die allen min of meer op hetzelfde neerkomen: Energieneutrale woning Balanswoning Energiebalanswoning Nul‐energiewoning CO2‐neutrale woning De definitie die door SenterNovem gehanteerd wordt voor een energie nul woning is: Een situatie waarbij over een jaar gemeten het energiegebruik van een woning ten minste nul is: er wordt niet méér energie uit het gas‐ en elektriciteitsnet betrokken dan er vanuit duurzame bronnen aan wordt toegeleverd.
nulcouponobligatie
Een obligatie die men uitgeeft onder de nominale waarde en die geen rente uitkeert. Op de aflossingsdatum keert men de nominale waarde uit, het verschil tussen uitgifteprijs en nominale waarde is het rendement. Nulcouponobligaties noemt men ook wel discontoleningen of zero bonds.
numerieke besturing
Het aansturen van machines (door computers) met gebruikmaking van numerieke codes.
nul speling
Hiervan is sprake indien er geen speling zit tussen twee activiteiten. Vertraging van de eerste activiteit leidt automatisch tot vertraging van de start van de volgende activiteit.
nudging
Stimuleren van gedragsverandering door mensen een vriendelijk duwtje (nudge) te geven in de gewenste richting.
obligatie
Een obligatie is een aandeel in een langlopende lening.
objectief criterium
Een onafhankelijk bepaalde norm waaraan met iets kan toetsen.
object oriented programming
Een manier van programmeren waarbij gebruik gemaakt wordt van modules die elk een bepaalde taak kunnen afhandelen.
obligatiekoersen
De koers van een obligatie stijgt als de rente daalt en andersom. De obligatiekoers is afhankelijk van de looptijd, het couponrendement, de kwaliteit van de debiteur en de marktomstandigheden.
object oriented modeling
Een analysetechniek om kennis aan het licht te brengen waarbij de interviewer een expert ondervraagt (in deze techniek met de bedoeling meer te weten te komen over relaties tussen objecten).
obligatielening
Een lening op lange termijn die is opgedeeld in kleine coupures, waardoor ook kleine beleggers kunnen deelnemen. Hierdoor wordt het voor een organisatie makkelijker om aan vreemd kapitaal te komen.
observeren
Het verkrijgen van informatie door bewuste zintuiglijke waarneming.
object
Iets wat denkbaar of waarneembaar is.
objectief bewijs
Informatie die als waar kan worden bewezen op grond van observaties, testen, metingen of anderszins.
obeya
Japans voor 'grote kamer': een ruimte, vergelijkbaar met een 'war room', waarin alle actuele informatie over de plannen en resultaten van een onderneming beschikbaar is. Zie verder: war room.
object-based knowledge
Kennis die is opgeslagen in een niet menselijke kennisdrager (bijvoorbeeld in een document, kaartenbak, electronisch bestand)
observatie
Observatie is een vorm van veldonderzoek, waarbij de onderzoeker zijn studieonderwerp gedurende een bepaalde periode bekijkt met het doel er bijzondere kenmerken of eigenschappen aan te ontdekken.
observationeel leren
observationeel leren, imiteren, leren door het nadoen van handelingen van anderen; dit gaat vaak vanzelf (kinderen!)
objectiviteit
Onbevooroordeeld, onpartijdigheid.
observatorisch onderzoek
Onderzoek dat bestaat uit het verrichten van observaties. Hierbij zijn vier typen te onderscheiden: (1) mensen die andere mensen observeren; (2) mensen die een bepaalde activiteit observeren; (3) machines die mensen observeren; (4) machines die een bepaalde activiteit observeren.
objectief
Onpartijdig, onbevooroordeeld.
octrooiregister
De administratie over verleende octrooien en octrooiaanvragen zoals bijgehouden door het Bureau Industriele Eigendom
octrooiraad
De afdeling van het Bureau voor de Industriele Eigendom die de nationale octrooiaanvragen behandelt
octrooihouder
De rechthebbende op een octrooi
octrooiliteratuur
De verzameling octrooidocumenten van het Bureau voor de industriele eigendom. Aan de hand van deze documenten wordt de nieuwheid van een vinding getoetst
octrooigemachtigde
Een onafhankelijke deskundige op het gebied octrooien met een aantal wettelijk toegekende bevoegdheden
octrooi
Een van overheidswege verleend recht, om gedurende een bepaalde tijd exclusief (met uitsluiting van anderen), een bepaalde vinding te exploiteren.
octrooi-aanvraag
Procedure die doorlopen moet worden om een octrooirecht te kunnen verkrijgen.
odd-even-pricing
Een manier van prijzen, waarbij oneven bedragen worden gehanteerd om de indruk te wekken dat iets goedkoop is en waarbij even bedragen worden gebruikt om kwaliteit te suggereren
oester
Een project, behorend bij een van de categorieen van een risico-rendement diagram. Oysters(oesters) zijn projecten voor de lange termijn, vermoedelijk met een hoge opbrengst, maar voorlopig technisch nog moeilijk haalbaar.
oerproducent
Eerste schakel in de productieketen, de producent van grondstoffen of agrarische of visserijproducten.
offerteprocedure
De wijze waarop het verwerven en beoordelen van offertes, alsmede het gunnen van opdrachten binnen een organisatie is geregeld.
offerte
Een aanbod van een leverancier met een overzicht van de door zijn organisatie te leveren producten en/of diensten, de condities waaronder de levering plaatsvindt en de tegenprestatie die daarvoor wordt verlangd. Het aanbod is gedurende een beperkte tijd geldig.
off-balance financiering
`Off-balance sheet financing` is een verzamelnaam voor financieringsvormen, vnl. huur- en leaseconstructies, die als eigenschap hebben dat de verplichtingen die hieruit voortvloeien niet (langer) op de balans van de onderneming komen.
officiële feestdag
Bank holiday is een beursvakantiedag.
offensieve strategie
Een aanvallende strategie bedoeld om het marktaandeel te vergroten of te versterken.
off-site storage
Een alternatieve locatie, waarin (kopieën van) vitale informatie of andere middelen beveiligd is opgeslagen.
offline
Een computerterm waarmee wordt aangegeven dat met een computer gewerkt wordt zonder daarbij een verbinding met een netwerk of het internet te hebben of te gebruiken.
Officiele Prijscourant
Een dagelijkse publicatie van Euronext Amsterdam die de gehandelde prijzen (noteringen) en volumes vermeldt van alle op de markten van Euronext Amsterdam verhandelde producten.
offerteaanvraag
Een vraag aan potentiële leveranciers om een leveringsvoorstel te doen.
officieel communicatiekanaal
Het door een organisatie geautoriseerd communicatiekanaal.
offshoring
Het verplaatsen van productieactiviteiten naar locaties in het buitenland.
off-line
Hiervan is sprake als gegevens vanaf de plaats waar ze worden ingevoerd in een systeem niet direct kunnen belanden op de plaats in het systeem waar ze moeten worden verwerkt.
offertemonster
Monsters die in het kader van een offerteprocedure door de aanbieders worden aangereikt om te worden beoordeeld op conformiteit met de offerte-eisen.