kwaadspreken werkw. Uitspraak: [ 'kwatsprekə(n) ] Afbreekpatroon: kwaad·spre·ken Vervoegingen: sprak kwaad (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft kwaadgesproken (volt.deelw.)
opzettelijk leugens vertellen over iemand waardoor hij of zij onbetrouwbaar of gemeen lijkt Synoniemen: belasteren kijven kletsen lasteren roddelen smaden uitvaren...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/kwaadspreken
1) Aanklagen 2) Achterklappen 3) Babbelen 4) Beklappen 5) Belasten 6) Belasteren 7) Commeren 8) Denigreren 9) Iemand zwart maken 10) Kakelen 11) Kijven 12) Kladden 13) Klappeien 14) Kletsen 15) Konkelen 16) Kwekken 17) Kwetelen 18) Labbekakken 19) Lasteren 20) Overbabbelen 21) Roddelen 22) Smaden 23) Uitvaren
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Kwaadspreken/1
1) Achterklappen 2) Belasteren 3) Klappeien 4) Kletsen 5) Konkelen 6) Kijven 7) Lasteren 8) Opstoken 9) Roddelen 10) Smaden 11) Uitvaren
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Kwaadspreken/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.
