uitsluiten werkw. Uitspraak: [ 'œytslœytə(n) ] Afbreekpatroon: uit·slui·ten Vervoegingen: sloot uit (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft uitgesloten (volt.deelw.) 1) (iemand) niet toelaten tot (iets) Voorbeelden: 'leidinggevenden uitsluiten van een bijeenkomst voor uitvoerend medewerkers' , 'een speler uitsluiten van deelnam... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/uitsluiten
niet toestaan dat hij meedoen vb: hij werd uitgesloten van de wedstrijd vinden dat het niet mogelijk is vb: ik sluit niet uit dat hij wint Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=uitsluiten