verrekken werkw. Uitspraak: [ vərˈɛkə(n) ] Afbreekpatroon: ver·rek·ken Vervoegingen: verrekte (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft verrekt (volt.deelw.) 1) (een spier) te ver uitrekken waardoor hij pijn gaat doen Voorbeeld: 'een spier verrekken' Synoniem: ontwrichten 2) door beroerde omstandigheden sterven V...
1) Barsten 2) Creperen 3) Dislokeren 4) Hongeren 5) Hongerlijden 6) Luxeren 7) Ontwrichten 8) Schelen 9) Verhongeren 10) Verroesten 11) Verstuiken 12) Verzwikken 13) Weigeren 14) Zieltogen 1) Creperen 2) Disloceren 3) Hongeren 4) Hongerlijden 5) Luxeren 6) Omkomen 7) Ontwrichten 8) Schelen 9) Sterven 10) Verhongeren 11) Verstuiken 12) Verwringen 13) Verzwikken 14) Zieltogen 
lichaamsdeel ontwrichten (toon de herkomst via de etymologiebank)
te ver uitrekken vb: door het hardlopen heb ik een spier verrekt
lichaamsdeel ontwrichten; barsten, sterven
sterven