ontcijferen werkw. Uitspraak: [ ɔntˈsɛifərə(n) ] Afbreekpatroon: ont·cij·fe·ren Vervoegingen: ontcijferde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ontcijferd (volt.deelw.) door inspanning ontdekken wat is geschreven Voorbeeld: 'de tekst op een oude grafsteen ontcijferen' Synoniem: decoderen Synoniemen: dechiffreren decoderen ontwarre...
1) Dechiffreren 2) Decoderen 3) Ontraadselen 4) Ontwarren 5) Oplossen 
met moeite lezen wat er staat vb: hij probeerde de slordige brief te ontcijferen
•qua betekenis duiden.