Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Phono van: Phonograph = platenspeler.
Op een versterker de aansluiting voor een vinyl-platenspeler.
Physiologische sterkte regeling Zie
Fysiologische sterkte regeling.
Pick-Up Apparaat voor het afspelen van Grammofoonplaten Zie
Grammofoon of vinyl platenspeler.
Pick-Up element Het onderdeel in een Pick-Up of Platenspeler dat de bewegingen van de aftast naald omzet in een elektrisch signaal.
pico Voorvoegsel voor 1-1000 van 1-1000 van 1-1000 van 1-1000, of 10E-12
Je komt het pico voorvoegsel eigenlijk alleen tegen bij de waarde van condensatoren.
Piëzo elektrisch effect Sommige kristallijne of keramische materialen vervormen onder invloed van een elektrische spanning. Die zelfde materialen wekken ook een elektrische spanning op als ze vervormd worden.
Dit effect wordt in tal van toepassingen gebruikt: Piezo-elektrische en keramische pick-up elementen en microfoons, gasaanstekers, sommige sigaretten-aanstekers, keramische luidsprekers (alleen hoge tonen lukt enigszins), micro positioneersystemen.
Medisch: ultrageluid (meest bekend: de pre-natale scan)
De meer algemen term voor dit verschijnsel is
elektrostrictie.
Er bestaat een magnetische tegenhanger:
Magnetostrictie, maar die heeft nog weinig toepassingen.
Pijngrens Het geluidsvolume waarbij pijn ervaren wordt. De pijngrens ligt bij een geluidsterkte van ca. 120 .. 130 dBa, enigszins afhankelijk van de aard van het geluid.
Bij aanzienlijk lagere geluidssterktes vanaf ca. 80dBa kan al een permanente beschadiging van het gehoor plaatsvinden bij voldoend lange blootstelling.
De ARBO-wet (Arbeids omstandigheden) schrijft voor dat vanaf 80 dBa gehoorbeschermende maatregelen genomen moeten worden in de werksituatie.
Geluiden op een nog veel lager nivo worden door veel mensen als hinderlijk of zelfs als een psychische belastig ervaren. Vooral als de noodzaak van zulk geluid afwezig is. Te denken valt aan de popmuziek die gedurende de hele werkdag door productie ruimtes schalt, de muzak waarmee winkels en winkelstraten besproeid worden, en de klakkeloosheid waarmee mensen de boxen buiten zetten bij de barbeque.
Zie ook het
hoofdstuk over het gehoor.
Piloottoon Een 19.000 KHz signaal met 10% amplitude dat meegestuurd wordt met een FM-stereo uitzending. (idem in het stereo TV-geluid). Deze toon is nodig om de stereo informatie te kunnen decoderen.
In het kort komt het hierop neer: In de basisband (20 Hz .. 15 KHz) wordt de som van links en rechts uitgezonden (het M-signaal). Een mono-ontvanger levert dus de som, en niet slechts 1 stereo kanaal.
Het verschil signaal Links minus Rechts, (ook wel S-signaal genoemd) wordt amplitude gemoduleerd op een draaggolf van 38 Khz en beslaat dan het gebied 23..53 KHz. De draaggolf zelf wordt onderdrukt.
Uit de 19 KHz piloottoon wordt die draaggolf met de juiste fase afgeleid, en daarmee kan het S-signaal gereconstrueerd worden. De zuivere L en R signalen ontstaan door optellen en aftrekken van M en S.
Mensen onder de 30 jaar kunnen de piloottoon soms horen, vooral met een oudere mono-ontvanger (maar die zijn tegenwoordig schaars) Bij stereo ontvangers wordt de piloottoon onderdrukt. Het moge duidelijk zijn dat FM-stereo en TV-geluid geen audio frequenties boven ca. 15 kHz doorgeeft.
Pimp, Pimpen, Pimpte, GepimptEnig ding (bijv. een auto of een hifi installatie, maar eigenlijk kan alles gepimpt worden) voorzien van een extravagante overdaad aan accesoires die veelal niet erg functioneel zijn, maar vooral dienen om op te vallen, indruk te maken enz. Een `Statement` te maken.
Top
Ping-pong stereo Een opneem techniek voor 2-kanaals stereo, waarbij het verschil tussen links en rechts zeer nadrukkelijk aanwezig is.
Bij demonstratie platen uit de begintijd van stereo, werd het geluid van ping-pong wedstijden nog wel eens gebruikt om de nieuwe mogelijkheden te demonstreren.
Bij sommige muziek opnames vind je het geluid van bepaalde instrumenten bijna uitsluitend in het linker kanaal en dat van andere instrumenten bijna uitsluitend in het rechterkanaal.
Bij weergave via luidsprekers is dat meestal niet zo`n probleem, maar als je zo`n opname met een hoofdtelefoon beluistert is het erg onaangenaam.
In het hoofdstuk
Hoe klinkt elektronica vertel ik er iets meer over.
Pitch, pitch-control eng. voor toonhoogte.
Een pitch control is op een platenspeler een knopje om de snelheid en daardoor de toonhoogte iets te veranderen, zodat je met een muziekinstrument thuis kunt samenspelen met een opname.
CD-spelers met een pitch control bestaan wel maar zijn schaars en waarschijnlijk duur. Ze worden soms door dj`s gebruikt.
Plaatsing De mate waarin je in het geluidsbeeld van afzonderlijke instrumenten of stemmen kunt bepalen waar ze zich bevinden. We spreken over links-rechts plaatsing en over plaatsing in de diepte.
Deze plaatsing is vrijwel volledig bepaald door de omstandigheden bij de opname en de mixage. Bij de apparatuur thuis hebben alleen (de afstraal eigenschappen van) de luidsprekers en de kamerakoestiek er invloed op. De elektronische apparaten (CD-spelers, versterkers) en zeker de kabels hebben geen effect op de ruimtelijkheid of de plaatsing.
Hoe komt dat?
De stereo localisatie ontstaat door kleine tijdsverschillen, volume verschillen en ook klankverschillen tussen hetgeen het linker en het rechter oor waarneemt.
De ruimtelijkheid (gewaarwording van een grote of kleine ruimte) vindt z`n oorzaak in verschillen in looptijd, volume en klank van het directe geluid en het gereflecteerde geluid.
Zie ook het
hoofdstuk over gehoor en akoestiek Bij stereo weergave is het de bedoeling dat de luisteraar zo goed mogelijk hoort wat `ie in de concertzaal gehoord zou hebben (en dan liefst nog wel op de beste plek)
Nou gaat dat nogal moeizaam, want stel je maar voor dat je huiskamer een geluiddichte kist is die ergens in de concertzaal hangt, en waarin slechts twee openingen zitten (je luidsprekerkasten). Ik verzeker je dat dat niet echt goed klinkt.
In kringen van geluidstechnici is dan nog steeds veel discussie over de te prefereren microfoon opstellingen, om tegemoet te komen aan de `sleutelgat` effecten van de stereo luidsprekers.
Plasma, PlasmaluidsprekersEen plasma is een gas in volledig ge-ioniseerde toestand. Het wordt ook wel de vierde agregatie toestand genoemd (Vast, Vloeibaar en Gasvormig zijn de klassieke eerste 3)
Het is met relatief eenvoudige middelen mogelijk om lucht in een min-of-meer plasma toestand te brengen, en je kunt daarmee een hoge-tonen weergever bouwen die iedere andere tweeter ver achter zich laat voor wat betreft de geluidskwaliteit.
Er zijn een paar problemen: De stabilitiet van de ionistaie, de ozon productie en de vervorming die kan optreden. Ook is het maximaal haalbare vermogen niet erg groot.
Platenspeler Zie
Grammofoon.
Poederijzer
Een mengsel van fijn verdeelde ijzer korreltjes in een elektrisch isolerende vulstof. Het wordt vooral gebruikt als regelbare kern in afstemspoelen voor midden- en lange golf ontvangers.
De achtergrond is dat er in massief ijzer bij deze frequenties zeer veel
wervelstroomverliezen of
eddycurrents zouden optreden, waardoor zo`n afstemkring niet goed werkt. Door de fijn verdeelde ijzerdeeltjes op te sluiten in een isolerende vulstof worden die wervelstromen voorkomen. Dit werkt doorgaans prima voor frequenties van pakweg 100 Khz tot een paar MHz.
Voor audio transformatoren (bijv. de uitgangstransformator in een buizenversterker) is poederijzer volstrekt ongeschikt. Zulke transformatoren vragen een kernmateriaal met een zeer hoge magnetische
permeabiliteit. Bij poederijzer is dat getal erg laag, en zou je een gigantisch grote kern nodig hebben om een fatsoenlijke transformator te krijgen.
Polarisatie In de elektronica techniek bedoelen we meestal dat iets een (voorkeur voor een) bepaalde richting heeft. Er is enige verwantschap met het begrip
polariteit.
Zo hebben bijv. FM-Radio en TV-zenders een bepaalde polarisatie, dat is de richting waarin het elektrische veld trilt. Bij FM-radio is dat vertikaal, en bij TV is het horizontaal (in Nederland) Je kunt dat zien aan de manier waarop antennes geplaatst (moeten) worden.
N.B. In Ned. is de polarisatie richting van FM-radio aanvankelijk horizontaal geweest. Vanaf ca. 1992 tot 1996 is dat geleidelijk omgeschakeld naar vertikaal, vooral t.b.v. het toenemend belang van mobiele ontvangst (autoradio) waarbij een horizontale polarisatie richting nogal eens tot ontvangst problemen leidt.
Als je een eigen FM-antenne hebt moet je die dus in het vertikale vlak opstellen, dus met alle dwarsstaven en zo vertikaal.
Polariteit Meestal wordt er gedoeld op de luidspreker polariteit.
Zie:
bekabeling, luidspreker kabels
Over de absolute polariteit van het geluidssignaal (dus of de conus van je luidspreker naar voor- of naar achter gaat bij die klap op de basedrum) is er een AES standaard.
Hierover meer.
Pole checker Een schroevendraaier-achtig instrumentje met een LCD-schermpje dat erg behulpzaam kan zijn bij het inspecteren van elektrische installaties en apparaten.
Je kent wellicht de klassieke `spannings-zoeker`, het schroevendraaiertje met het neon-lampje. Je kunt daarmee eenvoudig vaststellen of er 230 Volt op een draad staat
De pole-checker is wat veelzijdiger, hij werkt ook bij veel lagere spanning, tot 12 Volt DC van de auto, en hij geeft bij benadering de spanning aan.
Je kunt een `m kopen bij de betere HiFi-shop, maar dan betaal je er wellicht enkele tientjes voor (dan staat er wel een dure merknaam op) of bij Conrad onder bestelnummer 13.37.28-60 en dan kost `ie een paar euro, incl. BTW en excl. verzendkosten.
De pole-checker is niet geschikt om de luidspreker
polariteit te bepalen.
Polymeer Een stof waarbij de moleculen die oorspronkelijk mogelijk een vloeistof vormden zich zodanig aaneen geregen hebben dat er een min-of-meer vaste stof is ontstaan.
De meeste plastic`s of kunststoffen zijn polymeren. Er bestaan polymeren met de meest uiteenlopende mechanische en elektrische eigenschappen. Recente ontwikkelingen geven bijv. zicht op kunststoffen die aanzienlijk van vorm veranderen n.a.v. een elektrische spanning. Zoek op internet maar eens met de zoekterm `artificial muscles`
Post Engels woord voor een paaltje met schroefdraad waarop een draad of kabelader aangesloten kan worden d.m.v. een moerschroef.
Je vindt ze nogal eens aan luidsprekerkasten.
Power Engels voor `vermogen`.
Power Factor, -correction Soms wordt de `
Vormfactor` bedoeld.
De
fase verschuiving tussen stroom en spanning. Zie: Cosinus-phi
Bij power factor correction wordt er gedoeld op maatregelen om te zorgen dat apparaten zo goed mogelijk sinusvormige stroom in fase met de spanning opnemen uit het lichtnet.
De meeste elektronische apparatuur neemt alleen op de top van de sinusvormige netspanning stroom op, en de energie distributie bedrijven vinden dat niet fijn. (ze moeten dikkere kabels leggen dan strikt nodig)
Er is regelgeving in de maak die ook voor consumenten- en ICT apparatuur zulke correctie verplicht stelt. Voor zware industriele toepassingen zijn er al zulke regels.
In verband met condensatoren wordt de term Power Factor wel gebruikt voor de verlies factor of de
ESR
Praktijk Zie
Theorie en praktijk
Pre-emphasis Zie
De-emphasis
Product In de rekenkunde het resultaat van een vermenigvuldiging.
Protocol Een stelsel van afspraken, of een voorschrift over hoe iets gedaan moet worden.
In de elektronica meestal om te zorgen dat een ontvanger het signaal van een zender correct kan ontvangen.
Zo kennen we de relatief eenvoudige protocollen voor de ontvangst van AM en FM zenders.
Bij de overdracht van digitale signalen is een veel gedetaileerder protocol nodig om een correcte ontvangst te waarborgen. Zulke protocollen bevatten meestal mechanismes voor het detecteren en corrigeren van fouten in de overdracht, en vaak coderings technieken, die bedoeld zijn om te zorgen dat alleen gebruikers met een geldige licentie de signalen kunnen decoderen.
Voorbeelden: kabeldecoders en sateliet ontvangers.
Pseudo techniek, pseudo technici Een veel voorkomend fenomeen in de high-end audio wereld.
Het is voor een leek erg moeilijk om na te gaan of je met pseudo techniek of met echte techniek te maken hebt. Zelfs technisch geschoolde mensen tuinen nog wel eens in de warboel van drogredenen en halve waarheden die de pseudo techniek kenmerkt.
Pseudo technici gebruiken technische termen om je te overtuigen dat bepaalde producten echt een beduidende verbetering van de geluidskwaliteit geven. (Dat doen echte technici soms ook, maar bij de pseudo`s rammelt het verhaal aan alle kanten.)
Het gaat vaak om kabels en accessoires, maar steevast om dingen die (veel) duurder zijn dan wat een weldenkend mens ervoor zo willen uitgeven.
Bijna altijd komen ze met de bewering dat andere mensen het `in 100% van de gevallen ook zo hoorden`. Geconfronteerd met de algemeen bekende elektronica techniek die in veel van zulke gevallen voorspelt dat er geen enkel merkbaar effect kan zijn zullen ze de geldigheid van die techniek in twijfel trekken met een beroep op het verschil -zoals de volksmond dit ervaart- tussen
`theorie` en `praktijk`.
Steevast kunnen ze geen logische verklaringen of getalsmatige informatie geven over de beweerde `verbeteringen`, of hoe erg het `probleem` wel is. Bij doorvragen hierover komt er nog meer pseudo-techniek, wordt het stil, of ze verschuilen zich achter `fabrieksgeheimen` of beweren dat de effecten door de hedendaagse wetenschap niet verklaard kunnen worden omdat `de meetapparatuur nog niet zo ver ontwikkeld is`.
Puntstraler Zowel voor elektromagnetische golven als voor geluid geldt dat een stralend lichaam dat klein is t.o.v. de golflengte altijd een rondom-straler is.
Alleen stralers met afmetingen die (veel) groter zijn dan de golflengte kunnen sterk gericht zijn.
Deze eigenschap is
reciprook, d.w.z. het geldt ook voor ontvangers zoals als radio-tv- antennes en microfoons.
Puur, Purisme, Purist, Puritein Puur = zuiver. Purisme = het streven naar zuiverheid. Purist, Puritein = iemand die dat doet.
In religieuze betekenis: proberen zo zuiver mogelijk volgens de leer van het betreffende geloof te leven. Soms wordt dit tot in het absurde doorgetrokken.
Het woord Puritein heeft een tamelijk negatieve betekenis in de religieuze kontekst.
Met betrekking tot hifi geluidsweergave: het streven om een zo perfect mogelijke geluidsweergave te bereiken door op elk slakje kilo`s zout te leggen, zelfs al is een theelepeltje genoeg.
Op zich is er niets mis met purisme, - in veler ogen ben ik er misschien ook wel 1 - maar sommigen bestrijden de kleinste slakjes, terwijl ze een paar heel grote vrijuit laten gaan. Dan ben je natuurlijk raar bezig.
Quadrofonie Systeem om een vierkanaals (vier luidsprekers) weergave mogelijk te maken d.m.v. twee onafhankelijke geluidskanalen (zie
Stereo), of met iets extra`s bij
vinyl platen.
Het systeem dateert uit de 70-er jaren en is volledig geflopt, want het werkte van geen kant.
De luidsprekers voor links - en rechts achter moesten tegenfasig tussen de `hete` aansluitingen voor de linker en rechter vooraan aangesloten worden.
Bij een andere variant werd er een signaal gecodeerd op een frequentie ruim boven het hoorbare. Met behulp van een speciale decoder kon dat gedecodeerd worden. Ook dit werkte niet wegens gebrek aan signaal-ruisverhouding, te veel vervorming, en te veel afhankelijkheid van de kwaliteiten van het afspeel-element.
Quantiseren Iets uitdrukken in een benoemde hoeveelheid of een getal.
Zie de rubriek
Analoog en Digitaal.
Quantiserings ruis Een principiele ruisbron bij o.m. A-D conversie. Zie het hoofdstuk
Analoog en Digitaal
Quantum purifierEen ding dat pretendeert bepaalde ruis uit het audio signaal te kunnen filteren bij je luidspreker. De naam van ene Jack Bybee is eraan verbonden.
Het wordt aan de man gebracht met een bijeen gegrabbeld technisch verhaal dat verder niets uitlegt. Geen wonder, want het is principieel onmogelijk om een signaal dat met ruis behept is daar achteraf van te ontdoen, zonder ook het signaal zelf aan te tasten.(en dat is het laatste dat we willen)
Let wel: Er zijn mogelijkheden om een audio signaal te transporteren - op te slaan via een ruisend kanaal of op een ruisend medium en daarvan niet al te veel last te hebben. Denk aan ruisonderdrukkings systemen zoals bij de Compact Casette. Dit is echter een totaal andere situatie, want daar worden er al vóór de ruisbron maatregelen genomen.
Kortom: Lartiekoek en boerenbedrog.
Radiaal, radialen Lett: de straal (van een cirkel)
In de wiskunde (van de elektrotechniek) worden hoeken vaak gemeten in radialen i.p.v. graden. Een hoek van 1 radiaal ontstaat als je de straal van een cirkel krom afpast op de omtrek. Omdat de omtrek van een cirkel 2 * pi * de straal is gaan er dus 2 * pi radialen in een hele cirkel van 360 graden.
In de elektrotechniek en de elektronica kom je regelmatig de term 2 * pi * de frequentie tegen in allerlei formules. Dit is dus de hoeksnelheid of omtreksnelheid van de
vector die de sinusgolf produceert.
RCA Radio Corporation of America. Groot Amerikaans concern op het gebied van elektronica. RCA heeft in de loop der tijd een aantal standaards gesteld op het gebied van audio techniek.
De RCA stekker kennen we ook als Cinch of
Tulp stekkers. Meest gebruikte signaal connector in huiskamer audio techniek.
Receiver Combinatie van een Versterker en een FM-tuner. Soms ook middengolf en lange golf ontvanger. Er is een beperkte mogelijkheid om andere apparaten zoals CD-speler aan te sluiten.
Vroeger noemden we zo`n ding een radiotoestel, maar bij de receiver worden geen luidsprekers meegeleverd.
Er is een trend dat vooral `receivers` met de mogelijkheid van `Dolby Surround` komen.
Ik heb die combinatie nooit begrepen. Ik wil wel video`s of TV-films met Dolby Surround Sound bekijken-beluisteren, maar geen radio programma`s.
Recensent Iemand die een deskundige en onafhankelijke beoordeling geeft van een product. (Zo zouden we het willen)
In de High-end hifi-wereld zijn zowel deskundigheid als onafhankelijkheid schaars. Het auditief beoordelen van apparatuur wordt veelal als doorslaggegevend aangevoerd, ook als er op grond van technische eigenschappen geen of slechts uiterst geringe auditieve verschillen mogelijk zijn (bijvoorbeeld bij kabels)
Zelfs daar waar er klankverschillen mogelijk zijn gebeurt het testen nooit `blind` door een luisterpanel, maar bijna altijd door de recensent alleen en thuis.
Het verhaal gaat meestal zo: Beschrijving volgens de fabrikant folders, Een sitcom verhaal over wat de recensent allemaal meemaakte met dit ding (altijd beter dan wat `ie al in huis had), Enkele willekeurig gekozen muziekfragmenten die beluisterd zijn en die niemand anders kent, een onbeduidend minpuntje, want anders lijkt het verhaal niet objectief, en een uitgebreide lijst van apparatuur waarmee `getest` is, zodat de recensent kan etaleren wat voor dure spullen dat `ie al in huis heeft, want dat is nu eenmaal de graadmeter voor je competentie.
Een recensent van elektronische audio apparatuur hoeft blijkbaar geen snars van elektronica te weten, evenmin als van de perceptie mogelijkheden van het menselijk gehoor, de fysica van het geluid, de akoestiek en microfoontechnieken, want dan zou `ie wel eens kritisch kunnen worden ten opzichte van het
pseudo technisch gebrabbel dat nog al eens in de glimmende foldertjes of op het web staat.
Rechtuit Een ouderwets type radio ontvanger voor AM, waarbij het ontvangen signaal zonder frequentie omzetting versterkt en gedetecteerd wordt. Er zijn geen comerciele uitvoeringen van dit type ontvanger op de markt.
Tegenhanger:
Super ontvanger
Reciprook Omgekeerd. In de wiskunde: de reciproke waarde van X is 1-X.
In de elektronica bedoelen we vaak eigenschappen die omkeerbaar zijn. Zo zijn bijv. antennes reciprook. Een gerichte zend antenne heeft, indien als ontvang antenne gebruikt, die zelfde richting gevoeligheid.
Ook transformatoren zijn reciprook. Je kunt de primaire en de secondare verwisselen (wel rekening houden met de spanningen en de stromen) en dan gedraagt `ie zich precies eender.
Versterkers, bijvoorbeeld zijn meestal niet reciprook. Als je op de uitgang van een versterker die 10 x versterkt een signaal zet zul je op de ingang meestal niet een tiende terugvinden.
Red Book De door Sony en Philips ontwikkelde standaard voor de audio CD is vervat in een boek met een rode kaft.
Deze standaard beschrijft de methode waarop het signaal is vastgelegd op de CD, met name ook de fout-detectie en reparatie techniek die daarbij hoort.
De CD-ROM en -(re)writable, de CD-I en de DVD zijn afgeleid van het Red Book, en worden beschreven in anders gekleurde boeken. Voor de SACD zal er ook wel zo`n boek bestaan.
Redundantie Lett: Overtolligheid. Meer informatie versturen dan strikt nodig is.
We gebruiken redundantie vooral bij digitale systemen voor het versturen of vastleggen van informatie. Als je dat op een slimme manier doet kan de informatie veel betrouwbaarder overgebracht worden. Bij de muziek-CD wordt bijv. minder dan 10 % extra informatie meegestuurd, maar daarmee is het wel mogelijk om veruit de meeste fouten die bij het afspelen kunnen ontstaan perfect te repareren.
Bij zo goed als alle digitale transmissie technieken wordt redundantie gebruikt om de betrouwbaarheid van de overgedragen informatie te verifieren of te corrigeren.
Bij het analoog opslaan of overdragen van informatie zijn er zo goed als geen mogelijkheden voor fout detectie c.q. fout-reparatie.
Reed - Solomon code, encryption Een techniek die o.m. bij de audio-CD gebruikt wordt om foutcorrectie te verwezenlijken.
Aan elk digitaal sample (bij de CD een bepaalde groep van samples) worden enkele extra bits toegevoegd, op een zodanige manier dat er bij het afspelen niet alleen gedetecteerd kan worden of er een fout opgetreden is, maar ook welk bitje er fout was. Het oorspronkelijke sample kan zodoende exact en volstrekt onmerkbaar gerepareerd worden.
Er zijn wel beperkingen aan de correctie mogelijkheden: Als er in het totaal van sample + extra info slechts 1 bitje fout is kan dat altijd perfect gerepareerd worden. Bij twee bits fout kan er niet altijd gerepareerd worden, maar wel altijd gezien worden dat er een fout was. Bij meer dan twee bits fout is er een gerede kans dat de fout onontdekt blijft.
Bij het CD-systeem wordt er dan ook mede een
Interleave techniek gebruikt, waardoor een opeenhoping van foute bitjes (door bijv. een stofdeeltje) verspreid wordt over een groot aantal samples die dan ieder slechts 1 fout bitje hebben.
Regelversterker Apparaat waarmee volume- en klank regeling mogelijk is. Meestal ook de keuze van de signaalbron.
Regio code Regio code is een systeem om bij DVD`s te voorkomen dat je bijv. een in de USA gekochte DVD in NL afspeelt. Nederlandse spelers zouden zo`n DVD moeten weigeren.
Het systeem is inmiddels alom gekraakt en je kunt overal DVD spelers kopen die alle regio codes accepteren.
Rein, reine stemming Een manier om een toetsinstrument zoals een piano of een klavecimbel te stemmen, zodat belangrijke toon-intervallen zoals de quint en de terts de zuivere frequentie verhouding van 2:3 en 4:5 hebben. Het probleem hierbij is dat zo`n instrument slechts in enkele toonaarden gebruikt kan worden, want de andere klinken vals, c.q. het instrument moet opnieuw gestemd worden om in andere toonaarden te kunnen spelen. Met de uitvinding van de
gelijkzwevende stemming is dit probleem doorgaans bevredigend opgelost.
Resolutie Lett: Oplossend vermogen. In de (digitale) audio techniek bedoelen we meestal het aantal bitjes waarmee een signaal gecodeerd is. Bij het CD-systeem is dat bijv. 16 bit. D.w.z. dat het analoge signaal in ruim 65000 verschillende nivo`s opgedeld wordt.
Het is natuurlijk wel zo dat een heel zwak geluid maar een klein deel van die 65000 nivo`s toegewezen krijgt.
Zie ook
dit hoofdstuk.
Resonantie, resonantie frequentie Resonantie is het verschijnsel dat iets meetrilt. De Resonantie-frequentie is de frequentie waarop zo`n ding graag meetrilt.
Bij luidsprekers is de resonantie frequentie een belangrijk gegeven, aangezien ze bij frequenties onder de R-frequentie nagenoeg geen geluid meer afstralen.
Er bestaan
elektronische circuits die graag elektrisch meetrillen.
RGxxxx Waarbij xxxx een twee, drie of viercijferig nummer is.
Het gaat om een min-of-meer gestandaardiseerde aanduiding van een type coax kabel.
Via de website epanorama (zie mijn linkpagina) kun je uitvinden wat het precies betekent.
Rheostat, rheostaat Ouderwetse benaming van een potentiometer = regelbare weerstand.
Rho De kleine griekse letter rho wordt in de elektrotechniek gebruikt om de
soortelijke weerstand van een materiaal aan te geven.
De rho wordt uitgedrukt in Ohm meter, oftwel de weerstand van een kubus van 1 kubike meter van het betreffende materiaal, gemeten tussen twee tegenover elkaar liggende vlakken. Verondersteld wordt dat die vlakken aangesloten zijn met een materiaal dat geen weerstand heeft.
In de natuurkunde wordt de rho ook wel gebruikt voor de soortelijke massa (soortelijk gewicht, in verhouding met dat van water)
RIAA Record Industry Association of America. Een organisatie van de Amerikaanse platenmaatschappijen.
M.b.t. HiFi hebben ze o.m. een frequentie correctie systeem vastgelegd voor vinyl platen.
Alle vinyl platen worden gesneden met wat extra versterkte hoge tonen. Bij de weergave moet dit op de juiste wijze verzwakt worden, zodat de muziek weer klopt, maar de ruis verzwakt is.
De RIAA curve definieert hoe dit moet gebeuren.
Er zijn kantelfrequenties op 50, 500 en 2120 Hz.
N.B. Bij Opnames van voor ca 1960 en zeker bij 78 toeren platen kunnen opgenomen zijn met afwijkende karakteristieken.
Richteffect Bij luidsprekers wordt het geluid doorgaans sterker in een bepaalde richting gestuurd, naarmate de frequentie hoger is. E.e.a. hangt erg samen met de afmetingen van de straler (meestal de conus of de dome) ten opzichte van de golflengte die bij de betreffende frequentie hoort.
E.e.a. heeft te maken met een paar wetjes in de natuurkunde die aangeven dat een straler die klein is t.o.v. de golflengte ALTIJD rondomstraalt. Stralers die groot zijn t.o.v. de golflengte kunnen gericht zijn. (maar dat hoeft niet per se)
Voor bassen (100 Hz = 3 meter) is bijna iedere luidpreker+kast klein t.o.v. de golflengte. Voor lage tonen hebben luidsprekers dan ook geen richteffect, ze stralen in alle richtingen ongeveer evenveel geluid af.
Bij middentonen (1000 Hz = 30 cm) worden de richteffecten al merkbaar.
Bij nog hogere frequenties (6 KHz = 5 cm) is het gebied waarin het hoog nog goed gehoord wordt vaak sterk beperkt.
E.e.a. kan er toe leiden dat de z.g. `sweet spot` erg klein wordt.
Een belangrijk aspect bij het ontwerpen van luidsprekers en -kasten is dan ook om voor het midden en het hoog die richteffecten te beperken. Dat kan door ervoor te zorgen dat het stralend oppervlak kleiner wordt bij toenemende frequentie: vandaar de dome tweeter voor het hoog. De grote hoek waaronder dome tweeters stralen komt dus niet door de bolvorm, maar door de kleine doorsnede. De bolvorm zorgt slechts voor stijfheid.
Richting effect Er wordt hier en daar beweerd dat (luidspreker) kabels een richting effect zouden hebben of dat door langdurig gebruik zouden krijgen. D.w.z. dat als je de kabel andersom legt er een ander geluid zou ontstaan.
Zulke beweringen zijn klinklare onzin. Er bestaat bij elektrische kabels geen enkel mechanisme dat zoiets zou rechtvaardigen.
Ringkern, Ringkern transformator. (De kern van) een transformator die gewikkeld is op een ringvormige kern van ijzerband.
Alternatief: de E-kern trafo
De ringkern trafo is -bij gelijk vermogen- duurder maar is kleiner en heeft een geringer uitwendig magneetveld.
De ringkerntrafo heeft vaak een grote inschakelstroom. (het licht knippert even als je zo`n apparaat inschakelt) In sommige apparaten wordt er een speciaal circuit gebruikt om de inschakelstroom te beperken.
Ringtong Een ringvormig dingetje dat aan het einde van een draad of kabel gemonteerd kan worden. (meestal crimp-verbinding)
Hiermee kan de draad netjes aangesloten worden op een schroef of een draadeind. Het nadeel van de ringtong is dat de schroef of moer geheel los moet voor het maken of losnemen van een verbinding. Bij de vorkklem of eng. `spade` hoeft dit niet.
Rinkel, rinkeltjes Eigenschap van versterkers en filters.
Kleine, uitstervende resonanties of oscillaties bij zeer hoge frequenties. Het verschijnsel is te zien op een oscilloscoop als het te testen circuit aangestuurd wordt met een blokgolf met voldoend korte stijgtijd.
Meestal is er niets aan de hand, maar bij eindversterkers wijst het wel op potentiele stabiliteits problemen.
Rip, Rippen van het Eng: losscheuren. Het copieren van een CD of DVD naar je harddisk. De vergelijking gaat niet goed op, want het blijft natuurlijk gewoon op het origineel staan.
Zie
een paar opmerkingen over het copieren van CD`s.
Rise Time Zie
Stijgtijd.
RMS Afkorting van Root-Mean-Square, Wortel uit het Gemiddelde van de Kwadraten. Een meetmethode voor het echte effectieve vermogen.
Veel eenvoudige meetinstrumenten meten bij wisselstroom of -spanning in feite de gemiddelde waarde of de piek-waarde. Ze zijn echter allemaal geijkt in effectieve waarde, maar die ijking is alleen correct voor een zuiver sinusvormig signaal. Bij andere golfvormen treedt er een meetfout op.
Alleen meetinstumenten waar op staat `TRUE RMS` houden ten alle tijde rekening met de golfvorm.
Zie ook:
effectieve waarde en het hoofdstuk
basis-elektronica.
Soms wordt het uitgangs vermogen van een eindversterker opgegeven in `watts RMS continu` Dit is de meest `eerlijke` opgave. Andere mogelijkheden zijn `piek vermogen` of `muziek vermogen` Bij de zelfde versterker levert dit een groter getal op, maar daar heb je niets aan.
`Piek vermogen` is vaak 3 x het RMS vermogen, en `Muziek vermogen` vaak 6 x het RMS vermogen.
RoHSRestriction of Hazardous Substances.
Een stukje
Europese wetgeving dat het gebruik van potentieel gevaarlijke stoffen aan banden legt. Voor de elektronica industrie is het belangrijkste gevolg dat er geen lood meer gebruikt mag worden in soldeerverbindingen.
Het meest in het oog springende alternatief voor het klassieke lood-tin-soldeer is een zilver-tin legering.
Overigens, veel elektronische onderdelen worden al jarenlang met loodvrij vertinde aansluitdraden of pootje geleverd. Nieuw is dat ze nu ook bestand moeten zijn tegen de hogere temperatuur die bij de loodvrije soldeerprocessen nodig is.
Ruimtelijkheid De mate waarin we in het weergegeven stereo geluid de akoestiek van de opname ervaren en de ruimtelijke opstelling van de instrumenten kunnen identificeren.
De ruimtelijkheid wordt vooral bepaald door de manier van opnemen (microfoon opstelling en mixage) Belangrijkste factoren zijn de verschillen in tijd en volume tussen het directe en het indirecte geluid en tussen het geluid uit de linker en de rechter luidspreker.
In een concertzaal komt het directe geluid via de kortste weg naar de luisteraar. Het indirecte geluid is 1 of meer keren weerkaatst tegen plafond of wand. Het is meestal zwakker en in ieder geval enkele 10-tallen milliseconden later.
Met je elektronische apparatuur thuis kun je hier niets meer aan doen. Alleen de eigenschappen en de opstelling van de luidsprekers, en de akoestiek van de kamer hebben hier invloed op.
Ruisafstand, ruisvloer Het ruisnivo dat aanwezig is als er geen signaal overgebracht wordt. Het wordt meestal uitgedrukt in
dB, maar het is niet altijd duidelijk ten opzichte van wat. (De dB is een verhoudignsmaat)
Bij een CD-speler zal men meestal de volle uitsturing van de CD als referentie gebruiken. Je mag dan -96 dB verwachten bij het afspelen van een CD (dat is de principiele ruisafstand van het CD-systeem) maar men geeft ook vaak getallen van -110 tot -130 dB. Dat is dan de ruis die uit de CD-speler komt in de pauze tussen twee nummers, of als er geen CD in zit.
Die -96 dB hoor je al nooit, dus die -110 is helemaal onhoorbaar. Zie ook het begrip
Dynamiek
Kijk ook in het hoofdstuk over
basis elektronica.
Rumble Een onregelmatig stommelend geluid (lage tot zeer lage frequenties) Komt vooral voor bij het weergeven van
vinylplaten.
Het vindt z`n oorzaak in trillingen die het aftast element bereiken van buitenaf, vanuit de aandrijfmotor, onregelmatigheden in de lagering van de draaitafel, hobbels in de plaat en musici die meestampen met de muziek of de metro die toevallig onder de concertzaal doorging tijdens de opname..
Afgezien van de laatste 2 hebben CD`s en andere digitale media er geen last van.
Ruststroom De stroom die in een (klasse AB of B) eindversterker door de eind transistoren-buizen loopt als het volume nul is. Een te kleine ruststroom is de oorzaak van
Cross-over vervorming of overneemvervorming
SACD De Super Audio CD is ca 1999 geintroduceerd en reeds lang daarvoor door de (high-end) hifi wereld gedoodverfd als de opvolger van de CD die de luisteraars `nu eindelijk kan verlossen van het belabberde geluid van die ordinaire CD`.
Er zijn claims over het frequentie bereik tot wel 100 KHz (dat kan niemand horen), en een
ruisafstand van 120 dB.
Nou, van die 96 dB ruisafstand van de CD heb je al nooit last, en in je huiskamer wil je geen
dynamiek van meer dan zo`n 50 dB, want dan kun je OF de zachtste passages niet horen vanwege het omgevingsgeluid, OF de buren komen klagen bij de luidste passages.
De SACD heeft ook mogelijkheden voor multikanaal stereo of
surround = geluid rondom. Hiervoor gelden dezelfde overwegingen als voor de
DVD.
Ik durf de volgende voorspelling aan: De SACD is binnen twee jaar na nu (medio 2002) van het toneel verdwenen. De redenen? 1. De betere geluidskwaliteit? Die is zo marginaal dat niemand daar op zit te wachten, behalve een handje vol hifi freaks. Multikanaal stereo? Dat kan de DVD ook, en die heeft er video bij, en nu al een aardige markt penetratie. Kortom: SACD is een doodgeboren kindje.
Of toch niet?
Na een luister ervaring in juni 2003 moet ook deze skepticus erkennen dat er een merkbaar verschil is. Zij het op grond van het vergelijk tussen twee platen die na elkaar op Super- dan wel gewone CD afgespeeld werden via zeer uitgekiende apparatuur.
Sample & Hold circuit Een elektronisch circuit dat samples neemt (zie hierboven) van een (analoog) elektrisch signaal en die waarde gedurende enige tijd vasthoudt.
Een SH circuit is een essentieel onderdeel van een A-D converter. Zie
Analoog en Digitaal
Sateliet, Sateliet-luidspreker Een sateliet is een klein ding dat om een veel groter ding cirkelt. Bijv. een apparaat met radio en TV-zenders dat om de aarde cirkelt. Satelieten op ongeveer 40.000 Km boven de evenaar draaien even snel rond als de aarde om z`n as draait (24 uur). Daardoor schijnt zo`n sateliet stil te staan t.o.v. de aarde.
Deze satelietbaan heet Geostationair, en wordt ook wel de Clark Belt genoemd, naar de Science Fiction schrijver en wetenschapper Arthur C. Clarke die zich als eerste, en lang voordat we raketten kenden, gerealiseerd heeft dat er zo`n geostationaire baan moet bestaan en dat je daar zenders in zou kunnen `ophangen` die een flink deel van de wereld kunnen bestrijken.
Een steeds groter deel van de Nederlandse bevolking kijkt TV en luistert radio via `de schotel`
Een sateliet-luidspreker is een meestal zeer klein luidsprekerkastje dat onopvallend in een ruimte geplaatst kan worden. Zo`n kastje kan alleen midden- en hoge tonen weergeven.
Het gebrek aan lage tonen weergave wordt dan gecompenseerd door een woofer of sub-woofer, een flink wat grotere kast die uitsluitend lage tonen weergeeft, maar die op een onopvallende plaats (bijv. onder de bank) geplaatst kan worden.
De fabrikant Bose is bekend om zulke systemen, en niet in het minst omdat `ie meer dan eens door de reclame code commissie berispt is wegens het verzwijgen van de subwoofers in z`n agressieve reclame voor de `melkpak- kleine` luidsprekertjes.
Ik heb zelf geen enkele ervaring met zulke sateliet-subwoofer systemen en ik hou me aanbevolen voor ervaringen van anderen.
SAW, SAW-filter Surface Acoustic Wave filter. Een filter waarvan de werking berust op een akoestische golf die over het oppervlak van een piezo-elektrisch materiaal loopt. Door middel van aftakkingen in het traject dat de golf doorloopt worden de filter eigenschappen vastgelegd.
In feite wordt er een convolutie in het tijdsdomein uitgevoerd.
Filters volgens dit principe worden gebruikt bij frequenties van 10-tallen tot honderden MHz, vooral in communicatie apparatuur.
Scart Een aansluitmogelijkheid (type connector en bijbehorende kabel) voor verbindingen tussen video-recorders, Tv-toestellen, en sateliet-ontvangers of kabel decoders.
De scart verbinding verenigt video en audio (analoog) in 1 kabel, maar er bestaan ook kabels en connectors waar die signalen uitgesplitst zijn met tulpstekers.
Als je de TV via een scart verbinding aansluit op je Video Recorder (VCR) heb je altijd een betere beeldkwaliteit dan waneer dat via de antenne kabel gaat. De TV moet uiteraard ook zo`n aansluiting hebben. Deze wordt ook vaak AV-ingang genoemd.
De Scart-aansluiting geeft meestal ook een goede mogelijkheid om het TV-geluid (stereo) naar je versterker te leiden. Dit geeft bijna altijd een beter geluid dan de TV zelf.
Bestudeer de documentatie van je apparatuur.
Schakelende voeding Een voedings circuit waarbij de lichtnetspanning d.m.v. een hoge frequentie (10 KHz of meer) omgezet wordt in de gewenste voedingsspanning.Tegendeel:
lineaire voeding.
Het voordeel van een schakelende voeding is dat `ie een hoog rendement, dus weinig warmte ontwikkeling heeft.
Nadelen zijn het veel complexere circuit, en de benodigde filtering om te zorgen dat de schakelfrequenties niet in het lichtnet of in het te voeden circuit komen.
Schijnvermogen Zie
blind vermogen
Selectief, selectiviteit Een eigenschap van een radio ontvanger. De mate waarin er onderscheid gemaakt wordt tussen het gewenste station en ongewenste stations of storing.
Septode Zie
elektronen buis
Serie regelaar Zie
lineaire voeding.
Serie, serieschakeling Elektrische elementen kunnen in serie geschakeld worden. Dat wil zeggen dat één en dezelfde elektrische stroom achtereenvolgens door al deze elementen moet lopen
Het alternatief is
parallel schakeling.
Kijk in het hoofdstuk
basis-elektronica.
Serieresonantie Treedt op als een
zelfinductie en een capaciteit in serie geschakeld zijn. Bij de frequentie waarop de schijnbare weerstand van de capaciteit en de zelfinductie gelijk zijn treedt resonantie op. De spanning over de zelfinductie c.q. de capaciteit kan dan zeer veel groter worden dan de signaalspanning die dit alles veroorzaakte.
De impedantie van een netwerk in serieresonantie is bijzonder laag; Er kan een grote stroom gaan lopen.
Zie ook:
Opslingeren.
Servo Een systeem waarbij een mechanische beweging bestuurd wordt door een elektronisch systeem EN er ook een terugkoppeling is van het mechanische resultaat naar de elektronische aansturing.
Voorbeelden in de audio-wereld o.m.:
- In een CD-speler het mechanisme waardoor de lens van de afspeelkop gefocusseerd wordt en op het spoor blijft.
- Sommige vinyl-platenspelers hebben een servo-systeem om het toerental van de draaitafel constant te houden
- Sommige
Actieve luidsprekers hebben een servo systeem dat de bewegingen van de conus meet en die ter correctie terug voert naar de versterker.
Sextode Zie
elektronen buis.
Siemens Behalve een Duits elektro-concern ook de eenheid van
elektrische geleiding. 1-Ohm. In Am. literatuur ook wel aangeduid met Mho.
Sigma-delta Een bepaalde implementatie van een 1-bit A-D of D-A- converter.
Zie
Analoog en Digitaal
Signaal Een elektrische wisselspanning die representatief is voor het door ons gewenste geluid. Ongewenste signalen (geluiden) noemen we doorgaans ruis, vervorming of storing.
Signaal-ruis afstand, -verhouding De verhouding tussen het nominale (veelal maximaal onvervormde) signaal en de
ruis van een systeem. Deze verhouding wordt meestal uitgedrukt in
dB.
Signaalpad De weg die hat audio signaal aflegt door bijv. een versterker. Zo`n weg kan veel of weinig elektronische componenten (weerstanden, condensatoren, transistoren, buizen, etc.) bevatten.
Er heeft zich in High-end audioland een dogma genesteld dat het signaalpad zo kort mogelijk zou moeten zijn, c.q. dat er zo weinig mogelijk componenten in zouden moeten voorkomen. Er is echter geen automatisme dat een kort signaalpad ook altijd beter zou zijn dan een wat langer. Het enige dat telt is de KWALITEIT van het signaalpad.
Significant, significantie Vreemd woord voor: Nadrukkelijk, Doorslaggevend, Duidelijk.
Begrip in de wetenschap van de statistiek, ook bekend als de Sigma (aangeduid met de kleine griekse letter sigma)
Bij bijv. een `blinde test` moet je altijd nagaan hoe significant de uitslag is. D.w.z. hoe sterk de uitslag afwijkt van hetgeen er met een dobbelsteen bereikt zou zijn.
De belangrijkste toets daarbij is die van de `Standaard Deviatie` (deviatie = afwijking)
Stel, je gooit 100 x met een dobbelsteen. De kans is het grootst dat je 50 keer even hebt, en 50 x oneven. Maar natuurlijk zelden precies zo. Er zal meestal een afwijking zijn, bijv 55 even en 45 oneven. Is er dan iets aan de hand met die dobbelsteen?
Waarschijnlijk niet. Maar als je maar twee keer even hebt en 98 oneven is er beslist iets mis. Waar ligt die grens?
De statisticus zegt hier dat de standaard deviatie voor het even gooien gelijk is aan de wortel uit het gemiddelde wat je verwacht, dus de wortel uit 50, oftewel 7.
Een afwijking van plus of min 7 is hier dus volledig door het toeval verklaarbaar. Bij een afwijking van 2 of drie keer de standaard deviatie is er waarschijnlijk wel iets aan de hand, en bij meer dan 5 keer de standaard deviatie zeer beslist.
Omdat de standaard deviatie gelijk is aan de wortel uit het aantal experimenten kun je zien dat de betrouwbaarheid van de test groter wordt naarmate je meer experimenten doet. Als je 5 experimenten doet is de sigma 2,2 en kan een uitkomst van 1 op de 4 nog best door het toeval verklaard worden.
Sinus, sinusvormige signalen Het woord sinus betekent: golf. Het begrip is in de wiskunde gedefinieerd als de projectie van een eenparige cirkel beweging op een rechte lijn.
Voor audio toepassingen is het belangrijk te weten dat:
- een zuiver sinusvormig signaal heeft geen boventonen. Het klinkt een beetje als een lange`oe` of `uu`.
- alle signalen (dus ook de meest ingewikkelde muziek) kunnen voorgesteld worden als optellingen van sinusvormige signalen met verschillende frequenties en
fase.
Kijk in het hoofdstuk
basis-elektronica.
Skew Bij parallelle digitale data overdracht komen de signalen van de diverse bitjes nooit exact tegelijkertijd aan. De tijd-verschillen hiertussen noemen we data-skew. Bij seriele overdracht (zoals bij SP-dif en AES-EBU) speelt dit verschijnsel geen rol.
Skin effect Het skin effect heeft te maken met de manier waarop een elektrische (wissel-) stroom door een draad gaat. Bij hogere frequenties gaat de stroom meer aan de buitenkant van de draad lopen.
Bij luidsprekerkabels wordt er nog wel eens ophef gemaakt over het skin-effect. In het
technische artikel over bekabeling vind je een grafiek over de ernst van het skin-effect bij diverse draaddoorsneden en frequenties.
Slew-rate Eigenschap van een versterker of een versterkertrap.
De maximale snelheid waarmee het uitgangssignaal kan stijgen of dalen. Het wordt uitgedrukt in volts per seconde (of microseconde)
Een slew-rate begrenzing kan optreden bij een sterke uitsturing met veel hoog. Er ontstaat een aanzienlijke intermodulatie vervorming in de hoogste frequenties.
Een versterker die slew-rate begrensd raakt bevat een wezenlijke ontwerpfout want hij kan het volle vermogen niet bij de hoogste frequenties leveren.
Wat er in feite gebeurt is dat een bepaalde versterkertrap (transistor) overstuurd raakt. Meestal niet de eindtrap zelf, maar de stuurtrap daarvoor.
Tegenkoppeling verbetert de slew-rate niet. In geval van slew-rate begrenzing zal een sterk tegengekoppelde versterker meer vervorming produceren dat dan een minder sterk tegengekoppeld exemplaar.
Voor de berekening van de benodigde slew-rate bepaal je eerst de piek spanning (1.4 x de effectieve waarde) en de hoogste frequentie die er door moet.
De minimaal vereiste slew rate is dan 2 * pi * freq(Hz) * spanning (Volts) = volts - seconde, maar zet je design-eis ca. 5 x hoger.
De slew-rate van bijv. een 50 Watt versterker moet minimaal zo`n 20 Volt-microseconde zijn. Voor meer vermogen moet de slewrate evenredig met de wortel uit het vermogen stijgen.
Een slew-rate die beduidend groter is dan wat er nodig is verbetert het geluid niet meer.
Zie ook
Stijgtijd. Dit lijkt er erg op, maar het is iets wezenlijk anders.
SMD Eng: Surface Mount Device(s). Elektronische componenten die direct op de oppervlakte van de printplaat gesoldeerd worden, dus zonder draadjes of pennen die door gaten in de printplaat steken. Met deze techniek kan een veel grotere componenten dichtheid bereikt worden, evt. zelfs aan beide kanten van de printplaat.
Bovendien is de techniek beter geschikt voor het automatisch bestukken van de printplaten.
Sn De chemische afkorting van Stannum, de chemische of latijnse naam voor Tin
Zie
solderen.
Snaar-aandrijving Bij een platenspeler als de aandrijving van de draaitafel via een rubber-achtige snaar gaat. Dit in tegenstelling tot de tussenwiel-aandrijving, waarbij er een rubber wieltje tussen de motor-as en de draaitafel zit.
Een alternatief is de direct drive, waarbij de draaitafel direct aangedreven wordt door een speciaal type elektro motor.
Voor HiFi doeleinden is de snaar-aandrijving favoriet, maar ook de direct-drive kan goede kwaliteiten hebben.
De tussenwiel-aandrijving heeft een verplaatsbaar tussenwiel tussen de getrapte motor-as en de draaitafel. Door het tussenwiel op een andere trap te zetten wordt de draai-snelheid ingesteld. (16, 33, 45 of 78 toeren per minuut) De tussenwiel aandrijving geeft altijd veel meer motor-lawaai in de weergave (rumble) dan de snaar-aandrijving of de direct drive.
Snubber, snubber circuit Een snubber-circuit is bedoeld om de nadelige effecten van snelle transienten te onderdrukken.
Snubbers worden veelvuldig toegepast bij schakelende voedingen en verwante elektronica, zoals licht dimmers, o.m. om te voldoen aan EMC eisen.
In audio eindversterkers wordt nogal eens een circuitje in de luidsprekerleiding opgenomen dat moet bewerkstelligen dat de versterker bij zeer hoge frequenties niet meer `in de luidspreker kabel kijkt` maar belast is met een goed gedefinieerde impedantie. Dit voorkomt o.m. instabiliteit bij lange luidspreker kabels.
Soldeer, solderen Methode om metalen voorwerpen aan elkaar te bevestigen door toevoeing van een vloeibaar metaal(mengsel). De te verbinden delen smelten zelf niet.
In de elektronica wordt veelvuldig een lood-tin legering gebruikt in de verhouding 60% tin en 40% lood (Sn60Pb40)
Vroeger werd er ook een beetje koper (Cu) aan toegevoegd om te voorkomen dat de koperen punt van de soldeerbout te snel oplost. Tegenwoordig hebben soldeerbouten een verijzerde punt, en moet er in het soldeer juist geen koper zitten, want dat vreet het ijzer aan.
Er wordt vaak ca. 2% zilver toegevoegd (bijv. Sn59Pb39Ag2), vooral voor SMD werk. De achtergrond is dat dit op de lange duur (vele jaren) corrosie problemen met de te solderen componenten voorkomt. Voor de geluidskwaliteit heeft zilversoldeer geen enkel effect.
Tengevolge van steeds strengere milieuwetgeving moet de elektronica industrie vanaf ca. 2007 loodvrije soldeer technieken toepassen. Een goede kandidaad hiervoor lijkt de zink-zilver legering Sn96Ag4.
Solid State Engels voor `Vaste toestand` of `Vaste stof`. In de elektrotechniek wordt er gedoeld op Halfgeleiders. In ieder geval geen elektronen buizen en geen bewegende delen.
SOTA Afkorting van `State Of The Art`. Een
transmissionline luidspreker ontwerp van ene meneer Atkinson Schrijver dezes heeft zoiets eens gebouwd en je
vindt hier bouwtekeningen en wat tips.
SP, SPL Sound Pressure Level, oftewel de geluidsdruk.
SPL wordt gemeten in dBa, waarbij 0dBa overeen komt met 0.2 nano Bar, ongeveer het zwakste geluid dat het menselijk oor nog net kan waarnemen.
Zie
dB en het hoofdstuk over
het gehoor.
SP/DIF Afkorting van Sony Philips Digital Interface ??? weet ik even niet.
Een (momenteel DE) standaard voor de overdracht van digitale audio signalen. SP-Dif (het wordt op verschillende wijzen geschreven) gebruikt een signaal nivo van 0,5 volt in 75 Ohm coax kabel met tulp-stekkertjes.
Een variant is de AES-EBU versie, die gebruikt 5 volt op een 110 Ohm symmetrisch aderpaar met XLR connectoren. Dat zijn dezelfde kabels en connectoren die in die sector al vele jaren standaard zijn voor analoge microfoon kabels en zo meer...
Een andere variant is de TOS-link. Deze werkt met een optische fiber kabel (plastic fiber)
De standaard laat ruimte voor een verscheidenheid aan overdracht snelheden (bits of bytes per seconde) en formaten (mono, stereo, aantal bits per sample, etc.) De meest gebruikte is de 44.1 kHz, stereo, 16 bits per sample. Dat is compatibel met het CD-formaat.
Spade Een Engelse (dus duur klinkende) naam voor een tweetandig vorkje dat aan het eind van een draad of kabel gemonteerd kan worden (meestal crimp verbinding).
Met zo`n vorkje kun je de draad gemakkelijk bevestigen onder een schroefklem.
Zie ook `
ringtong`.
Spanning De
elektrische spanning kun je je voorstellen als de `druk` die nodig is om een elektrische stroom te laten lopen.
De spanning wordt gemeten in Volt.
Spectrum Meestal wordt het frequentie spectrum bedoeld.
Dat is een grafiek die aangeeft welke frequenties in een signaal voorkomen, en hoe sterk die frequenties zijn.
Zie ook:
Fourier, Fourier transformatie.
Spiegel, Spiegel frequentie Zie Alias.
Bij radio of TV-ontvangst het signaal van een ongewenst station dat op een bepaalde manier toch doorkomt.