Breem - HiFi techniek en de elektronica in het algemeen

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Elektrotechniek en Elektronica
Datum & Land: 15/02/2007, NL
Woorden: 629


Fase, Faseverschuiving
Als het over het lichtnet gaat wordt de fasedraad bedoeld, de bruine draad van de huisbedrading. Dat is de spanningvoerende draad. De blauwe is de nul en voert slechts een geringe spanning t.o.v. aarde.
In sommige oudere wijken en binnensteden ligt er een z.g. `oud net`, waarbij zowel fase als nul ieder ongeveer 130 Volt t.o.v. aarde voeren. Doordat deze spanningen 120 graden uit fase zijn is de spanning tussen die twee toch 230 Volt. In de meterkast vind je dan twee zekeringen (stoppen) per groep.
Alle elektrische apparatuur (en dus ook geluidsapparatuur) is zodanig gebouwd dat het niet uitmaakt hoe de steker in het stopcontact zit. Als dat wel uitmaakt moet je ermee terug naar de winkel want dan hebben ze je rommel verkocht.
Faseverschuiving houdt in dat bij een wisselstroom de stroom en de spanning niet tegelijk door nul gaan, zoals dat bij een zuivere (Ohmse) weerstand gebeurt.
Bij zelfinducties loopt de stroom achter bij de spanning, bij condensatoren gaat de stroom voor de spanning uit.
Bij zuivere zelfinducties en condensatoren is dat 90 graden, oftewel een kwart van de periodetijd van de wisselstroom.
We spreken van een `Ohms` circuit, of van de `Ohmse` weerstand als de stroom en de spanning in fase zijn. (gebruikelijk is de lettere R)
Als we nadrukkelijk ook de faseverschuiving in aanmerking willen nemen spreken we over `impedantie` van een circuit (er wordt dan de letter Z gebruikt)
De fase wordt gemeten in graden of in radialen. In de elektrotechniek wordt meestal de cosinus van de hoek opgegeven, men spreekt dan van de cosinus-phi of cos-fi.

Ferriet
Onder ferrieten verstaan we keramische (dus bij hoge temperatuur gebakken) mengsels van ijzer en veel andere materialen. Soms zit er zelfs geen ijzer in. Deze materialen worden gebruikt om hun magnetische eigenschappen.
In de audio techniek worden ferrieten soms gebruikt in hoogfrequent filters en sporadisch in wisselfilters in luidsprekerkasten.
Alle permanente magneten in bijv. luidsprekers zijn tegenwoordig van een ferriet materiaal vervaardigd.

Fet
Field effect transistor
Halfgeleider element waarbij de geleiding in de hoofdstroomweg (source-drain) bepaald wordt door de elektrische spanning op een stuurelektrode, de gate. (Deze benaming heeft niets te maken met Microsoft`s topman Bill Gates)
De werking lijkt in sommige opzichten op die van een elektronenbuis. De Fet kan gezien worden als de opvolger van de Bi-polaire transistor. Alhoewel deze laatste nog lang niet afgedaan heeft wordt `ie op steeds meer plaatsen verdrongen door veld-effect transistoren.
Alle digitale apparaten werken tegenwoordig met Fet`s, omdat fet`s erg klein gebouwd kunnen worden en erg weinig energie gebruiken. De computer waarop je nu dit bericht ziet bevat waarschijnlijk meer dan een miljard van zulke fet`s.
Ook in analoge apparaten worden ze steeds vaker toegepast.
Voor de geluidskwaliteit van bijv. een versterker maakt het niet uit of er Fet`s in zitten dan wel bi-polaire transistoren. Het onderscheid is wel van groot belang voor de ontwerper, omdat een aantal technische mogelijkheden en beperkingen anders zijn.

Fi, cosinus-fi
De griekse letter Phi, wordt gebruikt voor de hoek van Faseverschuiving. De faseverschuiving wordt veelal gemeten in graden, maar ook nog al eens uitgedrukt in radialen, of in de cosinus van de verschuivings hoek.

Fiber, Glasfiber, Plastic fiber
Een kabel waarin digitale signalen overgedragen worden door lichtflitsjes.
Plastic fibers hebben nogal wat lichtverlies en flink wat dispersie, zodat ze bij lengtes van meer dan enkele 10-tallen meters niet goed bruikbaar zijn.
Glasfibers hebben een veel geringer lichtverlies en sommige kunnen signalen over tientallen kilometers overbrengen met snelheden van gigabits per seconde, maar ze zijn wel veel duurder.
Voor audio toepassingen is de Toslink (ODT) de meest bekende, maar er schijnt ook een 3.5 mm stekker in zwang te zijn.

FIFO
engels: First In First Out.
Een type digitale geheugen(chip), waarbij de informatie uitgelezen wordt in dezelfde volgorde als waarin het er in gezet is. Er kan echter een tijdsverschil zijn tussen het uitlezen en het beschrijven. Gemiddeld moet er even snel geschreven worden als gelezen. Maar tijdelijk kunnen de lees- en schrijfsnelheden uiteen lopen.
Het FIFO wordt o.m. toegepast in een CD-speler. De informatie die van de plaat komt wordt in dat tempo in het FIFO gezet. Het wordt eruit gehaald in een zeer constant tempo bepaald door de klok van de CD-speler. De vulligsgraad van het FIFO stuurt de snelheid van de plaat: Als het FIFO vol dreigt te raken gaat de plaat langzamer, bij een leger FIFO gaat `ie sneller.

Filter
Een elektrisch circuit dat bepaalde frequenties doorlaat en andere tegenhoudt.
We kennen de varianten: Laagdoorlaat, Hoogdoorlaat, Banddoorlaat en Bandsper -filters. In het engels: Low-pass, High-pass, Band-pass en Band-stop filter.
In een luidspreker kast zitten meestal filters die er voor zorgen dat de lage, midden- en hoge tonen naar de juiste luidsprekers gaan.
Zie ook het artikel over wisselfilters en het hoofdstuk Basis-elektronica

FIR - filter
Finite Impulse Response filter.
In de digitale filter techniek een filter met een eindige impuls responsie. In de zuivere vorm berusten ze op een convolutie berekening. Er is geen terugkoppelterm.
Zulke filters kunnen een vlakke fase karakteristiek hebben. De tegenhanger, het IIR-filter kan dit slechts benaderen.
Analoge filters (met condensatoren, zelfinducties en weerstanden) zijn altijd van het IIR type.

Fire Wire
Een manier (aansluit mogelijkheid, kabel, stekker en protocol) om digitale rand apparaten te laten communiceren met een Personal Computer. Fire wire is momenteel sterk in opkomst, en er zijn ook diverse audio-gerelateerde apparaten die via Fire Wire met een PC kunnen communiceren.
Zie ook: USB.

Floating Point
Ned: Drijvende komma.
In de digitale techniek een methode om getallen met cijfers achter de komma te noteren. Er bestaan diverse formaten.

FM
Frequentie modulatie.
De audio informatie wordt bij een FM-zender bewerkstelligd door variaties in de frequentie van de draaggolf. Dit in tegenstelling tot AM, amplitude modulatie.
Het voordeel van FM (t.o.v. AM) is dat het minder gevoelig is voor storing door andere zenders. Het nadeel is dat FM meer bandbreedte vereist, en daarom zitten FM-zenders op veel hogere frequenties dan AM-zenders.
FM radio zit in het gebied 80 .. 105 MHz. Bij alle TV-zenders wordt het beeld in AM uitgezonden en het geluid in FM. Bij digitale radio en TV is dat allemaal heel anders. Voor optimale ontvangst van FM radio stations in Nederland moet je -als je een eigen antenne hebt- die in het vertikale vlak opstellen. De FM-radio zenders in Ned. zijn sinds ca. 1990 vertikaal gepolariseerd.

FM-band
Hiermee wordt het frequentie gebied van ca. 80 tot 100 MegaHertz bedoeld. Wereldwijd is dat gebied in gebruik voor publieke en commerciele radio omroepzenders, meestal met twee-kanalen stereo geluid.

Formant
In de muziek theorie worden boventonen nog wel eens formanten genoemd. In het bijzonder in de orgelbouwkunst spreekt men vaak van formanten, evenals in de wetenschap die de menselijke stem bestudeert.
Bijna altijd wordt er een frequentie gebied bedoeld waarin resonantie optreedt.

Frequentie
Hoe vaak iets voor komt, aantal trillingen per seconde. Zie ook Hertz.
Voor mensen hoorbaar geluid bestrijkt het gebied 20 Hertz to 20.000 Hertz.
Het frequentie bereik van elektronische en elektromagnetische signalen is vele malen groter dan dat van geluids-frequenties. Zie het overzicht.

Gain
De versterking van 1 of ander circuit. Soms wordt de gain aangegeven als een factor, soms wordt het aangegeven in dB of decibel.

Gain-Bandwidth-Product (GBW)
Een gegeven van een Operationele Versterker. Het is doorgaans de frequentie waarbij de open-lus versterking (dus zonder tegenkoppeling) gelijk is aan 1.
In het algemeen kan bij een opamp met een grotere GBW een sterkere tegenkoppeling toegepast worden, waardoor vervormingen afnemen.
Het GBW is slechts een indicatief gegeven, d.w.z. dat er nog meer gegevens over het frequentie-gedrag nodig zijn om uit te maken of een opamp geschikt is voor een bepaalde taak.

Galm
In een wat grotere ruimte kan een geluid vrij lang uitklinken op een min of meer gelijkmatige manier.
We noemen dat galm of nagalm, in tegenstelling tot echo, als er een geprononceerd vertraagd geluid optreedt.

Galvanische scheiding
We spreken van galvanische scheiding als twee (of meer) apparaten met elkaar verbonden zijn zonder dat er een elektrische stroom van het chassis van ene apparaat naar het chassis van het andere kan lopen.
Deze scheiding kan bereikt worden door koppeltransformatortjes, door optische elementen (fiber verbinding of opto-coupler) of (alleen voor HF-apparaten) door scheidings condensatortjes. Ook iedere vorm van draadloze verbinding geeft een galvanische scheiding.
Het aanbrengen van galvanische scheiding heeft soms zin als je aantoonbaar last hebt van storing van buitenaf, bijv. van lichtdimmers of brom door een aardlus.
Als je aantoonbaar last hebt van een zeer hoogfrequente stoorbron zoals een naburige radiozender, geeft galvanische scheiding veelal geen oplossing. Onder bepaalde omstandigheden kan het probleem zelfs erger worden.
Zie ook: het hoofdstuk over storing

Ge-anodiseerd, ge-eloxeerd.
Zie eloxeren.

Geintegreerd
Zie Integrated.

Gelijkloop
Bij audio apparatuur de mate waarin de volume- en klank regelaars voor de beide kanalen links en rechts gelijk lopen.

Gelijkstroom, Gelijkspanning
Elektrische stroom die altijd in de zelfde richting loopt, c.q. spanning die altijd in dezelfde richting staat. Dit in tegenstelling met wisselstroom of -spanning. Ook de engelse term DC voor Direct Current wordt veel gebruikt.

Gelijkzwevend
Een manier van stemmen van muziekinstrumenten met vaste toonverhoudingen (zoals de piano) waarbij de fouten evenredig verdeeld zijn over de intervallen.
Het komt op het volgende neer:
Als je een piano gaat stemmen zodat de quint intervallen (c-g, g-d, d-a, enz) zwevingsvrij klinken, dan klinkt de laatste quint (die waarmee je terug komt op de c) vreselijk vals Ook bij het stemmen in reine kwarten of reine tertsen hou je een onbruikbaar interval over.
Door die fout evenredig over het oktaaf te verdelen klinkt het aanvaardbaar. Het interval tussen twee opvolgende tonen op de piano wordt dan de twaalfdemachts-wortel uit 2.
De gelijkzwevende stemming wordt in nagenoeg alle westerse muziek gebruikt. Maar bijv. een strijkkwartet (dus zonder piano) speelt meestal rein. De gelijkzwevende stemming is rond de tijd van J.S.Bach uitgevonden, en Bach heeft dan ook een serie composities gemaakt waarin hij de mogelijkheden van die stem-methode uitbuitte. (Das Wohltemperierte Klavier)
Ik heb van ene Ruud Janssen een commentaar en een uitgebreidere verhandeling over dit onderwerp ontvangen.

Gemiddelde waarde
Bij sinusvormige wisselstroom of spanning is de gemiddelde waarde gelijk aan 0.64 maal de piekwaarde.
Zie ook: Effectieve waarde, RMS en TRUE-RMS en het hoofdstuk Basis-elektronica.

Geometrie
Letterlijk `aard meetkunde`
Het woord geometrie wordt vaak ge-mis-bruikt voor `het complex van afmetingen` of `de onderlinge verhoudingen van afmetingen` van 1 of ander ding.

Glasvezel
Zie Fiber, Optische verbindingen, Tos-link.

Glitch, ook wel spike
Een kortstondige verstoring van een signaal. In de audio-techniek wordt er meestal gedoeld op verstoringen bij de D-A omzetting.
Berucht is de MSB-glitch, die op kan treden rond de nul-doorgang van het audio signaal in sommige types D-A converter, die praktisch niet meer voor audio gebruikt worden..
Zie het hoofdstuk Analoog en Digitaal

Golflengte
De lengte in meters van een golf die zich voortplant in een medium. De golflengte is simpelweg de voortplantings snelheid gedeeld door de frequentie.
Voor geluid in lucht, met een voortplantingssnelheid van ongeveer 330 meter per seconde, heeft een toon van 300 Hertz een golflengte van 1 meter. 20 KHz, de hoogste frequentie die mensen nog kunnen horen heeft een golflengte van ca. 1.5 cm.
Bij elektrische verschijnselen is de voortplantingssnelheid flink wat hoger, n.l gelijk aan de lichtsnelheid. In lucht is dat ca. 300.000 Km per seconde (ja, 7 x de aarde rond in 1 seconde) en in kabels altijd (flink) wat langzamer, tot 150.000 Km-s.
In de natuurkunde, en dus ook in de elektronica moet je altijd rekening houden met de vraag of een golflengte klein of groot is ten opzichte van het apparaat of de kabel waarover je spreekt. Als de golflengte klein is moet je er altijd nadrukkelijk rekening mee houden.
Zo moet je bij een S-PDIF of AES-EBU signaal van ca. 6 Mhz en dus een golflengte van 48 meter een kabel gebruiken met de juiste karakteristieke impedantie als je dat signaal over meer dan een meter of tien wilt transporteren. Bij een kabeltje van een meter komt het er niet op aan, want dat is kort en dan heb je geen last van reflecties die in een langere kabel zouden optreden.
Een ander voorbeeld: Bij een geluidsfrequentie van 100 Hz (golflengte 3 meter) is de luidspreker kast bijna altijd klein t.o.v. de golflengte. Dat resulteert er in dat geluiden van zulke lage frequenties altijd rondom gestraald worden.

Goud
Edel metaal (dat wil zeggen dat het niet oxideert)
Chemisch symbool: Au, van Aurum. Elektrische soortelijke weerstand: 32 E-9 Ohm meter.
Het wordt nogal eens in een zeer dun laagje aangebracht op schakelaar-contacten en contactvlakken van connectoren voor signaal kabels.
Omdat er geen oxide vorming plaats vindt is de bedrijfs zekerheid van zulke contacten beter, vooral als het om kleine spanningen of kleine stromen gaat.

Grammofoon
Apparaat waarmee Grammofoonplaten (Vinylplaten) kunnen worden afgespeeld.

Grammofoonplaat
Ronde plaat waarop geluidsinformatie is vastgelegd in de vorm van een spiraalvormige groef die de geluidstrillingen volgt.
Voor 1940 waren er veel verschillende formaten in zwang. De bekendste was de 78-toeren plaat met een speelduur van ca. 3 minuten. Na ca. 1950 kennen we alleen nog de Single, de EP en de LP.
De 78-toeren plaat is altijd van een zodanige kwaliteit dat er van HiFi geen sprake kan zijn. Hiet telt alleen de muzikaal-historische waarde. Er zijn recentelijk digitale technieken ontwikkeld om allerlei bijgeluiden (ruis, tikken en krassen) weg te werken. Hierdoor zijn veel opnames van historisch belang met een acceptabele geluidskwaliteit beschikbaar gekomen.
De Single had een speelduur van ca. 3 minuten en ging op 45 omw-min. Op dit systeem werd bijna uitsluitend populaire of jazz muziek uitgebracht. De Single heeft bestaan totdat de CD populair werd.
De EP speelde op 33 omw-min ca. 15 minuten. Dit systeem is slechts korte tijd in zwang geweest, meestal voor wat langere pop-jazz nummers en wat kortere klassieke nummers. Voor zover mij bekend verdween de EP ongeveer toen de stereo platen kwamen.
De LP speelde met een diameter van 30 cm 20..30 minuten per kant op 33 omw-min. Voor vele jaren is dit DE standaard geweest voor muziek van alle genres. De Single en de LP zijn vanaf eind 50-er jaren ook in stereo uitgevoerd.
Ter onderscheiding van de CD is na de 80-er jaren de term vinyl-plaat ingeburgerd geraakt, naar het materiaal waaruit de grammofoonplaat gemaakt werd.

Grid
Engels voor Rooster.

Groeplooptijd, Group-delay
De vertraging die een signaal ondergaat in een elektronisch apparaat of een verbinding.
In sommige systemen is de vertraging afhankelijk van de frequentie. We spreken dan van niet lineaire fase of ongelijke group-delay.
Zie fase, fase-lineair.

Ground
Engels voor aarde, massa, retour leiding van een signaal verbinding.
Als het om een veiligheids aard aansluiting gaat is DE term: Protective Earth, of PE.

Ground loop
Zie aardlussen

Gyrator
De Gyrator is een passieve vierpool waarvoor geldt dat de ingangsspanning evenredig is met de uitgangsstroom en omgekeerd.
Voor audio toepassingen geeft de gyrator de mogelijkheid om betrekkelijk eenvoudig een grote zelfinductie te realiseren voor bepaalde actieve filterschakelingen. (Niet van toepassing voor passieve luidspreker wisselfilters)
Een gyrator kan betrekkelijk eenvoudig gerealiseerd worden met twee OpAmps`s, maar er bestaat ook een schakeling met 1 transistor. Deze laatste wordt nogaleens gebruikt in equalizers.

Halfgeleider
Elektronisch element gemaakt van vaste stof (dus geen vacuum, gassen of vloeistoffen)
Het basis materiaal is meestal silicium. Typische halfgeleiders zijn transistoren en geintegreerde circuits.
Zie Transistor en Diode.

Halfspoor
Bij de bandrecorder of het tapedeck een opneem techniek waarbij 2 sporen op de band van 6.25 mm breed geschreven worden. Hiermee is stereo mogelijk als beide sporen gelijktijdig geschreven worden, of mono, en dan heb je de dubbele speelduur door de bandhaspel aan het einde om te keren.
Zie ook volspoor, tweespoor, vierspoor, kwartspoor.
Het bekende compact casette systeem gebruikt een viersporen techniek. Twee heen en twee terug.

Handgemaakt
Als het om artistieke producten gaat mag je van een `handgemaakt` product een bepaalde eigenheid, authenticiteit, originaliteit, uniciteit e.d. verwachten.
Voor technische producten als audio elektronica mag je van `handgemaakt` niet meer verwachten dan dat het veel duurder is en dat het met veel grotere toleranties (= variaties in de eigenschappen) gemaakt is. Bij apparatuur die in kleine aantallen gemaakt wordt is de kwaliteits controle naar verhouding extreem duur. Bij grote aantallen is die controle goed te automatiseren tegen geringe kosten-per-apparaat.

Harmonische vervorming
Vervorming van het signaal waarbij er harmonischen gevormd worden.
Er is een apart hoofdsuk over allerlei soorten vervorming.
Harmonische vervorming gaat altijd samen met intermodulatie vervorming, want de mechanismes zijn hetzelfde.

Harmonischen
Ook genoemd boventonen. Frequenties die een heel veelvoud zijn van de grondtoon.
Zo is de tweede harmonische de dubbele frequentie, de derde is drievougig enz. In meer muzilale termen uitgedrukt: De tweede harmonische is het octaaf, de derde een octaaf plus een quint, de vierde twee octaven enz.
Heel vroeger werd er wel een andere nummering gebruikt: De eerste boventoon is dan het octaaf, de tweede een octaaf plus quint enz. Dit is erg verwarrend maar je komt het in oudere literatuur nog wel eens tegen.
Zie ook klankkleur

Heatgun
Een soort fohn, alleen wordt deze veel heter.
Wordt in de elektronica gebruikt om krimpkous te krimpen, soms ook voor bepaalde soldeerverbindingen.

Hermetisch (dicht)
Geheel gesloten, bestand tegen een bepaalde (gas-of vloeistof)druk.
Sommige behuizingen van elektronische apparatuur of -componenten zijn hermetisch dicht. Dat is vooral vereist als die spullen onder barre klimatologische omstandigheden moeten functioneren. (nautisch, diepzee, ruimtevaart, om er maar een paar te noemen)
De bekende snelkookpan is een voorbeeld van een hermetisch gesloten vat, nouja, tot een bepaalde druk, want dan gaat het ventiel wel open.

Hertz
De eenheid van frequentie. Het aantal Hertz geeft het aantal trillingen per seconde aan.
Vaak worden voorvoegsels gebruikt: KiloHertz (KHz) voor 1000, MegaHertz (MHz) voor miljoen, en GigaHertz (GHz) voor miljard.
Het voor mensen hoorbare gebied van geluidstrillingen loopt van 20 Hz tot 20 Khz
Om een idee te geven: 50 Hz (de frequentie van het lichtnet) is een zeer lage bromtoon. 440 Hz is de a` (1-gestreept) ongeveer bij het sleutelgat van het pianoklavier, en de hoogste toon op de piano (en het hele orkest) is ongeveer 4500 Hz. Hogere frequenties zijn altijd boventonen die de specifieke klank aan een toon geven.
Zie ook het hoofdstuk Hoe klinkt elektronica.

Hexadecimaal
Een voor mensen beter leesbare notatie van binaire of digitale getallen. Behalve de cijfers 0 t-m 9 kent de hexadecimale notatie de extra cijfers `A` t-m `F`
Zie de paragraaf over binare getallen.

Hexode
Zie elektronen buis.

HiFi
Afkorting van van het engelse High Fidelety: Geluidsreproductie met een zeer goede getrouwheid aan het origineel.
Hifiction
De planeet waar de dromen van high-enders werkelijkheid worden. Helaas zijn de mogelijkheden voor interplanetair reizen nog erg beperkt. High-enders moeten het voorlopig nog doen met wat op aarde (beide benen op de grond) mogelijk is, al zijn er heel wat die al proberen wat te zweven.

High-Pass
Een filter-circuit dat alleen (relatief) hoge frequenties doorlaat.
Alternatieven: Low-Pass, Band-Pass, Band-Stop filters. Zie ook het hoofdstuk Basis-elektronica

Hold, hold-circuit.
Zie Sample & hold.

Honderd Volt systeem
Bij omroep installaties zoals op stations en sportvelden zijn de luidspreker leidingen meestal zo lang dat er grote leiding verliezen zouden optreden als je met 8 Ohm luidsprekers zou werken. In zulke gevallen gebruikt men bij iedere luidspreker een transformator, terwijl het signaal op de distributie-leiding op ca. 100 Volt gehouden wordt.
Ik vermoed dat de vroegere `Radio Distributie` ook gebaseerd was op een 100 Volt systeem.

Hoofdtelefoon
Een ding om op je hoofd te zetten. Twee schelpen bedekken de oren en laten het geluid horen. Er bestaan z.g. open en gesloten types. De `gesloten` types dempen omgevingsgeluiden tamelijk sterk, maar leveren doorgaans een matige geluidskwaliteit. De `open` types laten het omgevingsgeluid bijna ongehinderd door, maar geven meestal een beter geluid. In dit segment vind je ook hoofdtelefoons met een zeer goede geluidsweergave die je kunt gebruiken als referentie voor de klankbalans, en om naar muziek te luisteren als je huisgenoten niet willen meewerken.. Er bestaan ook elektrostatische types met een uitzonderlijk goede geluidskwaliteit, en er zijn op dat gebied ook zelfbouw mogelijkheden. Zie elektrostaten. De z.g. `oordopjes` zijn heel kleine elementjes die met een rubber flensje in het gehoorkanaal gedrukt worden. Bijna per definitie zijn ze van het `gesloten` type. Sommige produceren een uitermate goed geluid. Niet iedereen apprecieert echter het gevoel van die dingen. Dan zijn er de `draadloze` hoofdtelefoons. Het signaal wordt hier overgedragen door infra-rood licht (net zo iets als de afstansbediening van allerlei apparatuur) of via een radio verbinding. Sterk in opkomst is de z.g `blue tooth` techniek die berust op digitale overdracht via een radio verbinding over een betrekkelijk korte afstand (enkele 10-tallen meters) De Infra-Rood verbindingen willen nog wel eens uitvallen doordat er iemand of iets in de weg staat.

Hysteresis
Een niet lineair verschijnsel, waarbij het gevolg enigszins - maar niet proportioneel- achterblijft bij de oorzaak ervan.
In mechanische systemen kennen we het als `stilstaande wrijving` en `speling`.
In de elektrotechniek kennen we hysteresis o.m. bij de magnetische eigenschappen van ijzer. Hysteresis kan een bron van vervorming zijn in (luidspreker) transformatoren en wisselfilter-spoelen met een ijzerkern. I
In de elekronica techniek het symbool voor de elektrische stroomsterkte.
In de wiskunde wordt I gebruikt voor de `Imaginaire Eenheid` het denkbeeldige getal waarvoor geldt dat I2=-1 In de elektronica techniek gebruiken we daarvoor de letter J om niet in de war te raken met de elektrische stroomsterkte.

IJzer
Algemeen bekend metaal. Chemisch symbool Fe voor Ferrum. Ijzer wordt alom gebruikt in een grote varieteit aan legeringen.
In de elektrotechniek wordt ijzer vooral gebruikt om de magnetische eigenschappen. Veel ijzer legeringen geleiden het magnetische veld erg goed. Zie ook : mu-metaal. en Permeabiliteit. We noemen deze eigenschappen `ferromagnetisch`
Sommige ijzer legeringen geleiden het magnetische veld erg slecht, bijv. de meeste vormen van `roestvrij staal`

Impedantie
Eigenschap van een elektrisch component of circuit.
Als de (wissel) stroom in een circuit niet in fase is met de spanning spreken we van impedantie in plaats van weerstand. Fase verschuiving treedt op als er capaciteiten en-of zelfinducties in het spel zijn.
De impedantie duiden we aan met de leter Z en ze is altijd afhankelijk van de frequentie. De waarde van Z is altijd een complex getal, of er wordt aangeduid hoe groot de Ohmse weerstand en de capaciteit of zelfinductie zijn.

Impuls, Impuls responsie
De impuls responsie van een systeem is de manier waarop dat systeem reageert op een zeer kort durende impuls. Mathematisch gezien gebruiken we daarvoor liefst de z.g. Dirac puls. De Dirac puls is gedefinieerd als een puls met een oppervlakte 1, en een pulsduur die nadert tot 0. De consequentie is dat de puls amplitude nadert tot oneindig hoog.
In de praktijk van het meten aan- of specifieren van elektronische circuits gebruiken we vrijwel nooit de pure impuls responsie, maar altijd de stap-responsie. De stap responsie meten we met een doorgaans laagfrequente blokgolf. (zie noot)
(noot) Voor de fijnslijpers: Een equidistante reeks Dirac-pulsen (ook wel genoemd een kam-functie, naar analogie van de kam voor het haar) bevat volgens Fourier de grondfrequentie en alle even en oneven harmonischen met gelijke amplitude. Als je daarvan een soortgelijke puls-reeks met dubbele frequentie en halve amplitude aftrekt dan is het resultaat een serie Dirac pulsen die om-en-om positief en negatief staan. Als deze functie geintegreerd wordt ontstaat de blokgolf, oftewel een repeterende stap-functie.
De blokgolf bevat dan ook alle oneven harmonischen (de even harmonischen zijn ge-elimineerd door de bovenstaande aftrekking) met een amplitude die evenredig met de frequentie afneemt (dat komt door het integreren)

Inductie, inductief
Zie Zelfinductie.

Ingang
Een plaats (elektrische aansluiting) waar een signaal kan binnen komen in een apparaat.

Ingangs gevoeligheid
Het minimum signaal dat op een ingang nodig is om (met de volume regelaar op maximum) het maximale uitgangssignaal te verkrijgen.

Ingangs impedantie
De schijnbare weerstand die een ingang van een versterker vertegenwoordigt.
Bij ingangen op lijnnivo is dat meestal 100 Kohm of hoger.
Bij bijzondere ingangen (microfoon, platenspeler) is het soms beduidend lager.

Inschakelvertraging
Een voorziening in een eindversterker die er voor zorgt dat de luidsprekers pas enkele seconden na het inschakelen op de versterker aangesloten worden. Dit voorkomt onaangename geluiden uit de luidspreker, zoals de beruchte BWWOEP. Het heeft niets te maken met opwarmen of zo.

Inspelen
Naar analogie met het inrijden van auto`s (bij de hedendaagse auto techniek al zo goed als achterhaald) heeft iemand bedacht dat je ook audio apparatuur of onderdelen daarvan zou moeten `inspelen`. De gedachte hierbij is dat de apparatuur:
- door het gebruik verandert in sommige eigenschappen,
- dat die verandering een verbetering inhoudt,
- en dat de verandering stopt als de verbetering optimaal is. (en wat is optimaal? Hoe weet dat ding dat?)
Voor geen van deze beweringen is ook maar de geringste technische grond aan te voeren.
Uitzondering: Bij (bas)luidsprekers kan het gebeuren dat de veerkracht van de ophanging in de loop van het gebruik vermindert. Daardoor zal de resonantie frequentie dalen. Vooral bij luidsprekerkasten van het type `basreflex` kan dit leiden tot een verslechterde basweergave. De fabrikant dient m.i. een intril procedure uit te voeren als z`n product daar gevoelig voor is. Wat er wèl het geval is: Als je een ingreep in je apparatuur gedaan hebt -ook al valt daarvan geen enkele verandering in het geluid te verwachten- ga je een tijdje kritischer luisteren dan op andere momenten als je alleen maar van mooie muziek wilt genieten. Bij dat kritischer luisteren ontwaar je vaak pas na enige tijd dingen die je als nieuw of veranderd ervaart, maar die er altijd al waren. Je bent geneigd het toe te schrijven aan de wijziging in de spullen, en -omdat je het niet onmiddelijk hoorde- aan een inspeel periode.
Als er al iets `ingespeeld` is dan zijn het je oren, maar niet de apparatuur.

Integer
In de digitale techniek een groep van 16 bits waarmee getallen van -32535 t-m +32535 mee aangegeven kunnen worden. Als er alleen positieve getallen weergegeven moeten worden gebruiken we meestal de term `word`. Dat gaat met dezelfde 16 bit`s, alleen de afspraak over de betekenis is anders : het getalbereik is dan 0 t-m 65535.
Voor C-programmeurs: Het gaat over de types _int of _unsigned_int.

Integrated
Systeem waarbij veel Actieve en Passive elementen van verschillende aard ondergebracht zijn in een compacte behuizing.
In de elektronica wordt er meestal mee bedoeld dat complexe elektronische circuits onder gebracht zijn in een klein doosje met veel aansluitingen.

Interconnect
Duur klinkend woord voor een verbinding. Zie ook Interlink.

Interference
Het engelse begrip interference duidt op storing die `van buitenaf` komt. Dat kan overigens best een apparaat zijn dat dicht bij je apparatuur staat of er deel van uit maakt.
Een veel gebruikt begrip is `radio interference`, storing veroorzakend op de radio-ontvangst, of omgekeerd door een nabijgelegen radio- of TV zender. Zie ook het begrip EMC. Zie ook het nederlandse woord Interferentie.

Interferentie
Het nederlandse woord interferentie heeft een beperktere betekens dan het engelse `interference`. Het duidt op de situatie dat als er twee verschillende tonen tegelijk hoorbaar zijn je -onder omstandigheden- de verschiltoon kunt horen, een toon van de verschilfrequentie. In de natuurkunde bedoelen we met interferentie het verschijnsel dat als golven van gelijke golflengte vanuit verschillende richtingen komen, ze elkaar plaatselijk uitdoven, dan wel versterken. Er ontstaan zg. interferentie patronen.
Verwante begrippen zijn Moiré effect en Aliassing

Interleave
eng: door elkaar heen weven.
De digitale informatie op een CD wordt op een bepaalde manier `door elkaar geweven` om te bereiken dat als er door een stofje of zo een aantal opeenvolgende bitjes beschadigd raakt, dit doorgaans nooit bitjes betreft die in het zelfde audio sample zitten. Met behulp van de Reed Solomon codering kunnen doorgaans alle samples perfect gerepareerd worden.
Zie ook het hoofdstuk over de CD-speler.

Interlink
(signaal) verbinding(-s kabel) tussen twee apparaten.
Duur klinkend woord dat uitgevonden is om mensen over de honderd gulden te laten betalen voor een kabeltje dat niets meer doet dan dat van een paar gulden.
Zie het hoofdstuk over bekabeling.

Intermodulatie -vervorming
Moduleren betekent in de elektronica techniek dat een signaal in amplitude (sterkte) beinvloed wordt door een ander signaal. De wiskundige uitwerking van dit proces geeft aan dat er frequenties ontstaan van de som en het verschil van de beide ingangs- frequenties.
Dit gebeurt ook als er twee zuivere sinus tonen tegelijk door een niet linear systeem gaan. Ze beinvloeden dan elkaars amplitude.
We vinden aan de uitgang behalve de oorspronkelijke tonen ook tonen met de som en met de verschilfrequentie. Bovendien ontstaan er ook harmonischen.
IM vervorming wordt ook vaak aangeduid als THD, Total Harmonic Distorsion. Voor iedere versterker dient de THD beneden 0.1% te liggen. Nog lagere waardes zijn mooi en gebruikelijk, maar je zult het verschil niet meer horen.
N.B. Vervorming wordt steeds als een percentage van de uitgangsspanning aangegeven. Als je dit omrekent naar dB moet je de `20 dB per factor tien` regel gebruiken. Een vervormingspercentage van 0.1% levert dan een nivo op van -60 dB. Dat is ruim onder maskeringsgrens van het menselijk oor, oftewel, we kunnen dat niet meer horen.
Zie het hoofdstuk over vervorming

Iteratief
Stapsgewijs naar een optimum gaan.
In sommige gevallen moet je twee of meer regelaars bedienen die elkaar onderling beinvloeden. Je kunt de ene regelaar verstellen , en je moet dan met de andere regelaar kijken of er nu een beter optimum bereikt is.
Bij twee regelaars is dit een een werkbare methode. Als er meer dan twee regelaars in het spel zijn is het zeer twijfelachtig of er ooit een optimum bereikt kan worden.

Jitter
Jitter komt voor bij digitale signalen. Het is een variatie in de preciese tijd waarop (de flanken van) digitale signalen bij de bestemming arriveren. Het wordt veroorzaakt door ruis van de clock-oscillator die de timing van de originele signalen verzorgt, of door ruis of storing van buitenaf in een digitale signaalverbinding. In alle digitale audio signalen is jitter aanwezig, maar steevast zo gering dat je er geen enkele last van hebt.
Jitter manifesteert zich door een gering verhoogd nivo van de achtergrond ruis. Deze ruistoename is proportioneel met de signaalsterkte. Jitter heeft geen effect op de vervorming (THD) of op de ruimtelijkheid van de weergave.
Omdat er in High-end land nogal wat ophef over jitter gemaakt wordt (en onzin verkocht) heb ik er een apart technisch artikel aan gewijd.

Joule
De eenheid van arbeid of energie.
1 Joule is de hoeveelheid arbeid die nodig is om een gewicht van 98.1 gram een meter op te tillen. (Die energie komt weer vrij als je dat gewicht op je tenen laat vallen)
1 Joule is ook gelijk aan 1 Watt seconde, een vermogen van 1 watt gedurende 1 seconde.
1 KWh (het kilowattuur op je elektriciteits rekening) bevat dus 3600000 (3 komma 6 miljoen) Joule.
1 calorie (een ouderwetse maat voor energie) is 4.19 Joule. Let op! De calorie zoals die in de voedingsleer gebruikt wordt is vrijwel altijd de kilocalorie of de `Grote Calorie`.

Kaapstander
Zie Capstan.

Kantelfrequentie
Bij een filter: de frequentie waarbij de signaalsterkte 3 dB zwakker geworden is t.o.v. de waarde in de doorlaatband.
3 dB verzwakking komt overeen met een signaalspanning van 71%.
eng: Corner frequency.
Kijk ook in het hoofdstuk Basis-elektronica.

Karakteristiek
Meestal wordt een grafiek bedoeld die een eigenschap van een circuit of apparaat beschrijft. Bijvoorbeeld de frequentiekarakteristiek.
We zien dan op de x-as de frequenties uitgezet en op de y-as de sterkte waarmee die frequenties doorgegeven worden.

Karakteristieke Impedantie
Een eigenschap van kabels. Iedere kabel heeft een karakteristieke impedantie. Bij huiskamer audio heb je er alleen in de volgende gevallen mee te maken:
Bij een digitale SP-DIF verbinding van meer dan een enkele meter en voor het aansluiten of verlengen van TV- en FM- antennes (Kabel-TV) moet je een coaxiale kabel gebruiken met een K.I. van 75 Ohm.
Bij een digitale AES-EBU verbinding hoort een afgeschermde twee-aderige kabel; het aderpaar moet een K.I. van 110 Ohm hebben.
In alle andere gevallen van huiskamer audio hoef je je over de K.I. geen zorgen te maken.
Als het gebruik van een kabel met een bepaalde K.I. nodig is moet die aan het begin zowel als aan het eind met de juiste impedantie belast worden. We noemen dat afsluiten. Bijna altijd zorgen de aan te sluiten apparaten daarvoor. Ook mag je zulke kabels niet zomaar aftakken om bijv. meerdere apparaten van het zelfde signaal te voorzien.
In het hoofdstuk over kabeltechniek vind je meer informatie.

Kirchhoff, wetten van-
Kirchhoff heeft twee wetten geformuleerd over elektrische stromen en spanningen:
1e wet: In een knooppunt van geleiders is de totale stroomsterkte nul. D.w.z. er gaat altijd even veel weg als er bij komt.
2e wet: In elke stroomkring is de som van de producten van stromen en weerstanden (ook impedanties) gelijk aan de som van de aanwezige spanningsbronnen.
Samen met de wet van Ohm vormen de wetten van Kirchhoff het fundament van de elektrotechniek, maar er valt wel wat op af te dingen.
Kirchhoff houdt n.l. geen rekening met de invloed van elektrische of magnetische velden, en er is de implictiete vooronderstelling dat alles tegelijk gebeurt.
Vooral bij een systeem dat niet zeer klein is t.o.v. de golflengte moet de invloed van elektromagnetische velden en looptijden in rekening gebracht worden. Bij de beschouwing van het hoogfrequente EMC gedrag van systemen speelt dit aspect een zeer belangrijke rol.
Veel misverstanden die over storen, ontstoren en zo bestaan, ook bij geschoolde technici, zijn terug te voeren op dit aspect.

Klasse A, AB, B
Het gaat hier om de ruststroom instelling van een eindversterker. De termen komen uit de buizentechnologie, maar zijn ook van toepassing op transistor schakelingen.
We spreken van klasse A als de ruststroom in de eindtransistoren groter is dan de piekstromen van het signaal. Klasse A komt voort uit enkelvoudige eindtrappen, dus met 1 buis of transistor. Deze schakeling heeft een zeer slecht rendement. De versterker neemt altijd even veel stroom op, dus juist als je zacht speelt wordt `ie heet.
Klasse A kan ook in een balansschakeling uitgevoerd worden.
De klassen AB en B kunnen alleen met balans schakelingen uitgevoerd worden. Bij de zuivere B klasse levert de ene helft van de balans de positieve delen van het signaal, en de andere helft de negatieve delen.
Klasse AB is een tussenvorm, waarbij voor kleine signalen beide helften van de balans werken, en voor grotere signalen de B-situatie ontstaat.
Vrijwel alle in de handel verkrijgbare (eind)versterkers zijn klasse B, waarbij altijd een klein beetje AB aanwezig is voor een goede overgang.
Als de ruststroom te klein is treedt de zeer hinderlijke cross-over vervorming op (ned: overneem vervorming), vooral te horen bij een zeer zacht signaal.
Er bestaan ook nog de klassen C en D, maar die worden niet in de audio techniek gebruikt.

Klok, Klok-oscillator
Alle digitale apparaten verwerken de informatie in een tempo dat bepaald wordt door een klok circuit. Zo`n circuit wekt een bepaalde frequentie op waarmee alle activiteiten in het apparaat `op tijd` gebeuren.
In sommige gevallen heeft een digitaal apparaat geen eigen klok(oscillator) maar wordt de timing afgeleid van een binnenkomend digitaal signaal. (bijv. bij een losse A-D converter)

Koelen, Koeling
Goed ontworpen audio apparatuur functioneert binnen de specificaties bij omgevings temperaturen die normaal in een woonhuis voorkomen. (Veelal 0 tot 40 graden C)
Vooral als er apparaten op elkaar gestapeld staan moet je de temperatuur eens controleren als het spul een uurtje of zo aan staat. Als de bovenkant van een kast meer dan handwarm wordt moet je de koeling verbeteren. Je kunt dit doen door de afstand tussen de apparaten te vergroten, of door ze op aparte schappen in een rek te zetten. Let er op dat de warme lucht aan de bovenzijde kan ontsnappen, maar ook dat er koele lucht aan de onderzijde kan toestromen.
Voorkom dat er voorwerpen op de apparatuur komt te liggen. Let daarbij ook op de kat, want die is soms gek op een warm plekje.
In het bijzonder video-recorders en satelliet tuners willen nog wel eens flink heet worden.

Koolcompositie
Aanduiding van een bepaalde constructie van een weerstand. Het weerstands materiaal bestaat uit een mengsel van koolstof en andere stoffen dat in een keramisch buisje aangebracht is.
Koolcompositie weerstanden zijn nu wat ouderwets, de ruis-eigenschappen waren matig tot slecht, maar een voordeel t.o.v. kool-metaal film weerstanden is dat ze erg goed bestand zijn tegen zeer kort durende extreme overbelasting. Het kool composiet heeft een veel grotere thermische massa dan de extreem dunne film van koolfilm- of metaalfilm weerstanden.

Koolfilm
Aanduiding van een bepaalde constructie van een weerstand. Het weerstands materiaal bestaat uit een dunne koolstof-film die op een keramisch buisje aangebracht is.
Koolfilm weerstanden zijn geleidelijk aan verdrongen door metaalfilm weerstanden die doorgaans een geringere tolerantie hebben, en een beetje minder ruis produceren.
De bewering dat koolfilmweerstanden in audio apparatuur beter zouden klinken is volstrekt ongegronde lariekoek.

Koper
Niet edel metaal dat een goede geleiding voor de elektrische stroom biedt. Soortelijke weerstand 17.5 E-9 Ohm meter.
Chemisch symbool: Cu, van Cuprum
Koper wordt alom gebruikt in elektrische kabels en snoeren. Het normale koperdraad heeft een zuiverheid van ca. 99.9%.
In de Hifi wereld wordt er alom gezeurd over zuurstofvrij koper (eng: oxigen free copper of OFC) De gedachte hierachter is dat het oxide slecht geleidt (dat klopt) en dat er daardoor een slechtere weergave zou ontstaan. Dit berust op louter fantasie. Nergens in de wereld van elektrotechniek en elektronica zijn er geleidings problemen bekend met normaal koperdraad. (Als dat wel zo was zouden er al lang geleden overal alarmbellen zijn afgaan)
Hier heeft de handel in kleren van de keizer z`n kansen gezien en vaste voet aan grond gekregen; er worden volop kabels met OFC aangeprezen voor audio toepassingen. OFC is een puur commerciele kreet, niet anders dan `Nat Water` oftewel: al het koperdraad in de wereld is nagenoeg vrij van zuurstrof. Zie ook een bijdrage van een metaaldeskundige.

Koppelcondensator
In elektronische circuits is het regelmatig nodig om een wisselspannings signaal door te geven (bijv. aan een volgende versterkertrap) zonder het gelijkspannings nivo van dat signaal mee te nemen. (gelijkspanning heeft geen betekenis voor audio, maar is vaak nodig voor de goede werking van versterker trappen.)
We gebruiken dan een koppelcondensator die de gelijkspanning blokkeert, maar het audio signaal doorgeeft.

Koptelefoon
Zie `hoofdtelefoon`

Krimpen, aankrimpen
Methode van aansluiten van een draad.
Zie Crimp.

Krimpkous
Isolatie kous dat onder invloed van hitte sterk krimpt en zo een hechte afsluiting vormt.
Het wordt veel gebruikt bij het afwerken van kabel-aders die aan een connector gesoldeerd moeten worden.

Kring
In de elektronica techniek meestal een serie- of paralellschakeling van een zelfinductie en een capaciteit. Deze vormen samen een resonantiekring, een circuit dat bij een bepaalde frequentie een zeer hoge of juist zeer lage impedantie vertoont.
Zie ook de begrippen resonantie en opslingering
Zie ook het artikel over wisselfilters

Kristal
In zo goed als alle digitale apparaten zit een oscillator die de klok van het betreffende systeem opwekt. Meestal maakt die gebruik van een kristal, dat is een dun schijfje van (kristal) glas, met opgedampte metaallaagjes dat de eigenschap heeft om op een zeer bepaalde frequentie te trillen (resoneren).
Het materiaal vertoont het piezo-electrische effect, waardoor deze resonantie in een elektronische schakeling gebruikt kan worden.
Kristal-oscillatoren hebben een zeer goede stabiliteit en nauwkeurigheid van de frequentie. In alle elektronische horloges is een kristal het tijdsbepalende element.
De term `Kristal-element` slaat op een verouderd en slecht presterend aftast-element voor vinyl-platen.

Kruismodulatie
Het zelfde als intermodulatie vervorming, maar dan in hoogfrequente systemen zoals kabel-TV systemen, antenne versterkers en het antenne ingangs circuit van radio en TV- ontvangers.
Kruismodulatie leidt tot allerlei som- en verschil frequenties, waardoor informatie van ongewenste zenders soms terecht komt in het frequentie gebied van de zender die we wel willen ontvangen. Dit uit zich in allerlei bijgeluiden zoals lispelen en pruttelen. Soms is de (muziek van) de meest storende zender herkenbaar.
Het probleem treedt vooral op als een nabijgelegen zender veel sterker doorkomt dan de verafgelegen gewenste zender.
Je kunt er wat aan doen door het signaal van nabije zenders met een speciaal filter te verzwakken, en-of door betere antenne versterkers te gebruiken. Soms ook door je antenne te verdraaien.
Als je meer dan 1 antenne versterker achter elkaar geschakeld hebt is er een gerede kans op kruismodulatie, aangezien antenne versterkers alleen voor kleine signalen ontworpen zijn.

Kwaliteit
Het begrip kwaliteit (van een of ander apparaat) heeft een aantal verschillende aspecten die vaak niets met elkaar te maken hebben.
Zo is er de mate waarin apparaat het voldoet aan essentiele specificaties. Voor audio spullen: hoe goed is het geluid dat eruit komt.
Een ander aspect is de betrouwbaarheid: Hoe vaak of lang werkt het ding goed, of zijn er vaak storingen en kunnen die gemakkelijk verholpen worden.
En weer iets anders is de levensduur. Wanneer komt er echt een einde aan.
Bij hedendaagse elektronica is dit laatste zelden een probleem. De technische levensduur (hoe lang blijft het werken volgens de oorspronkelijke specificaties) overtreft bijna altijd de economische levensduur: wanneer komt er nieuw apparaat dat voor minder geld meer of beter presteert. In een geheel andere betekenis gaat het om de mate waarin een afgestemde kring het signaal opslingert.

Kwantiseren, kwantiserings-ruis
Zie de rubriek Analoog en Digitaal.

Kwartspoor
Bij de bandrecorder of het tapedeck een opneem techniek waarbij 4 sporen op de band van 6.25 mm breed geschreven worden.
Zie vierspoor.

Laagfrequent
In de elektronica techniek noemen we het audio frequente gebied vaak het Laag Frequente, in tegenstelling tot het hoogfrequente gebied van radio- zend- en ontvangst frequenties.
Zie ook het overzicht van frequnties van elektromagnetische verschijnselen.

Lak
In High-End Hi-Fi land worden er lak-soorten (soort verf) aangeboden die je op de geintegreerde circuits (die zwarte blokjes met veel pootjes) in je apparatuur zou kunnen smeren. De bewering is dat het geluid er beter van zou worden.
Dit soort spul is pure oplichterij. Het lakken of op andere manier `behandelen` van elektronische onderdelen heeft geen enkel effect op de geluidskwaliteit. Wel vervalt de garantie op je apparatuur.
Hier en daar wordt ook gesproken over lak-soorten waarmee je de luidspreker conus zou kunnen behandelen.
Van zulke smeersels is een aanzienlijke invloed op de geluidsweergave te verwachten, vooral in het midden en hoog. De doorsnee HiFi-hobbyist beschikt echter niet over de meetapparatuur om na te gaan wat het effect hiervan is.
Een verbetering is niet uitgesloten, maar een verslechtering is veel waarschijnlijker, want anders had de luidspreker fabrikant zelf al zoiets toegepast.
Experimenteer hier alleen maar mee als je (voldoende geld hebt om) een onbehandelde set luidsprekers achter de hand te kunnen houden voor als het mislukt.
Zie ook Modificeren.

Lead, Lead-free
Lead is het engelse woord voor lood, een bestanddeel van het gebruikelijke soldeer.
Ten gevolge van milieu wetgeving moet er vanaf 2007 loodvij gesoldeerd worden in de elektronica.
Zie ook: soldeer.

Legering
Klemtoon: legering. Mengsel van verschillende metalen, teneinde bepaalde mechanische, magnetische, elektrische of corrosie-bestendigheids- eigenschappen te verkrijgen.
Vrijwel alle praktisch toegepaste metalen zijn legeringen.

Leslie , Leslie-box
Misschien is het wel Lesly of Lesley. Het gaat om een luisprekerkast waarin de luidspreker recht omhoog straalt en een gebogen hoorn het geluid opzij stuurt. Die hoorn kan om een vertikale as draaien, waardoor het geluid a.h.w. rondgestrooid wordt. De draaisnelheid is regelbaar van 0 to ca. 5 omwentelingen per seconde.
de Leslie box werd en wordt vaak gebruikt als weergever bij een Hammond orgel. De langzame draaisnelheid geeft een associatie met de akoestiek van bijv. een grote kerk. De hogere snelheden geven een soort vibrato.

Limiter
Lett: begrenzer. Een elektronisch apparaat of circuit dat er voor zorgt dat een bepaald signaal nivo niet wordt overschreden.
Limiters kunnen het volume geleidelijk-aan of plotseling verminderen. Het eerste kun je goed horen op de radiozender Classic-FM, waar alles even hard klinkt, zonder plotselinge overgangen.
Plotselinge overgangen hoor je zo af en toe wel eens op andere FM-stations, of op TV, als er bij een life-uitzending iets mis dreigt te gaan.
Zie ook `compressor` en `expander`.

Line
Engelse term. Als het gaat om een lichtnet aansluiting dan wordt de spanning voerende draad bedoeld. In het Ned. de fase-draad. In huisinstallaties de bruine draad. (heel vroeger groen)
De tegenhanger is dan de `Neutral` of Ned: de nul, de blauwe draad, vroeger de rode.
In Nederland maken we voor apparaten die op het lichtnet aangesloten kunnen worden geen onderscheid tussen fase en nul. De stekker past altijd op twee manieren en er is geen voorschrift dat zegt of het linker, dan wel het rechter gat van het stopcontact nul of fase moet zijn.
In Amerika schijnt dat anders te zijn, maar ik heb geen gegevens over hoe men daar echt mee om gaat.
In Nederland komt in oudere wijken en binnensteden nog regelmatig de situatie voor dat zowel de bruine als de blauwe draad ca. 130 Volt t.o.v. aarde voeren.
Je kunt dat in je stoppenkast zien als er steeds twee stoppen recht onder elkaar zitten.
Als het gaat om een signaalverbinding dan mag je een nominaal signaal van 0.1 tot 1 Volt verwachten.
Een line-uitgang heeft meestal een zodanig lage uitgangs impedantie dat er zonder problemen een kabel van vele meters lengte op aangesloten kan worden.
Een line-ingang heeft meestal een ingangs impedantie van 50 kOhm of meer. Geen probleem voor welke line-uitgang dan ook.