Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Spike, spikes (1) Kortstondig stoorsignaal in een elektronisch circuit. Zie `
Glitch`.
(2) Conus vormig metalen object, maximale diameter ca. 3 cm, hoogte ca. 7 cm. Deze dingen worden aangeprezen om luidspreker(kasten) te `ontkoppelen` van de omgeving, of juist om een betere koppeling met de vloer te krijgen (Deze claims spreken elkaar tegen!).
Er zijn twee claims:
1- De geluidsoverlast naar de (beneden) buren zou er door verminderen.
2- Het geluid zou beter klinken doordat de luidsprekers niet meer vlak op de vloer staan.
1: Geluids overlast (naar de buren, of binnen je eigen woning) kan bijna nooit beduidend verminderd worden door zulke simpele maatregelen als spikes. In een enkel geval helpt het een beetje als je je luidsprekers opstelt op een verende, maar ook dempende ondergrond, zoals bijv. rubber tegels.
2: Het is absoluut nodig dat je vanuit je luisterplek vrij zicht hebt op de midden en hoge tonen luidsprekers. Daarvoor kan het wenselijk zijn om de luidspreker kasten wat hoger op te stellen. Je kunt dit realiseren met dure spikes, maar het zelfde effect kun je ook bereiken met zand-gevulde conserven-blikjes. (die van asperges zijn lekker dun) of ieder ander resonantie vrij onderstel.
Als je meer hoogte moet maken is een met zand gevulde houten kolom of een massief stuk boomstam bruikbaar. Het gaat erom dat zo`n kolom een flinke massa heeft en geen resonanties veroorzaakt. Je kunt ook marmeren zuilen gebruiken, dat kan erg mooi staan, maar het is wel veel duurder.
Splitter Meestal wordt er een kastje bedoeld waarmee je het signaal van een antenne of van de kabel-TV naar meerdere ontvangers kan leiden. Ze komen met 2 tot 4 uitgangen. Zet splitters bij voorkeur niet na elkaar, want bij elke splitter treedt er minstens 3 dB signaal verlies op.
Een evt. kabel-modem voor internet of digitale TV mag niet achter een splitter aangesloten worden.
Als je veel ontvangers wilt aansluiten kan het nodig zijn om een
Antenne versterker tussen te schakelen. Zet die dan voor de eerste splitter.
Antenne versterkers hebben vaak ook een splitter-functie.
Spoel: Zie
zelfinductie.
Spoelen recorder Andere benaming voor een bandrecorder of tape deck. De magneetband is op losse spoelen gewikkeld, in tegenstelling tot de casette recorder of -speler.
Spoorbreedte Bij bandrecorders is het de breedte van het magneetspoor. Standaard magneetband is 6.25 mm breed, en doorgaans worden er 2 of 4 sporen op geschreven.
Casette band heeft de helft van die breedte en er worden ook 4 sporen op geschreven.
In het algemeen geldt: hoe smaller het spoor, hoe slechter de signaal-ruisverhouding.
Squaker Engelse term voor een midden-toon luidspreker.
Staande golf, Standing Wave Een geluidsgolf of een elektromagnetische golf die op een zodanige afstand van de bron reflecteert dat de terugkomende golf de heengaande plaatselijk versterkt of juist verwakt.
Staande golven kunnen alleen optreden in ruimtes (of kabellengtes) vanaf 1-4 van de golflengte.
In de elektronica (met name bij zenders) kennen we de `staande golf verhouding` of SWR. Dit is bij zend antennes de mate waarin de energie van de zender niet door de antenne uitgestraald wordt, maar terug naar de zender (apparatuur) gestuurd wordt.
Het is duidelijk dat zender beheerders de SWR (Standing Wave Ratio) zo klein mogelijk willen houden.
In akoestische muziekinstrumenten spelen staande golven een uitermate belangrijke rol bij de opwekking van het geluid (blaas instumenten, orgel) en de klankvorming (resonanties op specifieke frequenties)
In de weergeef situatie willen we zo weinig mogelijk additionele klank. In luidsprekerkasten en HiFi huiskamers moeten we dan ook staande golven zien te voorkomen.
Stand by, sluimertoestand Een toestand waarin een apparaat kan verkeren, zodanig dat het minder energie verbruikt en (meestal ook minder slijt) maar wel snel weer volledig operationeel kan zijn.
Bij een TV-toestel bijv. wordt dan de gloeidraad van de beeldbuis op een matige temperatuur gehouden. Bij overschakelen naar normaal bedrijf is dan een opwarmtijd van een paar seconden nodig, terwijl dat vanuit de koude toestand ruim een halve minuut zou duren.
Bij audio apparatuur gelden zulke argumenten eigenlijk nooit. Zulke apparatuur is altijd binnen enkele seconden bedrijfsklaar.
Stap responsie De reactie van een systeem op een plotselinge stap in het ingangssignaal.
De stap responsie is verwant aan de
impuls responsie in die zin dat de stap responsie de geintegreerde is van de impuls responsie of, zo je wilt, de impuls responsie is de gedifferentieerde (1e afgeleide) van de stap responsie.
Bij het meten aan versterkers wordt er altijd naar de stapresponsie gekeken, men test met een blokgofsignaal. Een technicus kan aan de blokgolfweergave op een oscilloscope praktisch in 1 oogopslag zien of de amplitude-en fase karakteristiek in orde zijn of dat er (zelfs kleine) gebreken zijn.
Static In (Amerikaans) Engels: Het knisperende of knetterende geluid dat een ontlading in een onweersbui veroorzaakt in de (AM) radio ontvangst. Zie ook
Statische elektriciteit.
Statische elektriciteit O.m. de elektrische ontladingen (geknisper) die je merkt als je `s-winters een trui of zo uittrekt, of van een stoel opstaat bij droog, vriezend weer. In het donker kun je dan ook gemakkelijk de vonken zien overspringen. Hierbij zijn elektrische spanningen van vele duizenden volts in het geding.
In het vakgebied EMC wordt aandacht besteed aan de immuniteit van apparatuur voor zulke statische ontladingen. De overspringende vonk vertegenwoordigt nl. een zeer breedbandig signaal, dat op allerlei manieren de goede werking van elektrische apparaten zou kunnen verstoren.
Elektronische circuits kunnen ook permanent beschadigd raken door zelfs onmerkbaar kleine elektrische ontladingen. Met name bij het werken aan het inwendige van elektronische apparatuur dient men te zorgen dat er geen statische lading aanwezig is tussen de werker en het apparaat en evt. losse onderdelen. Een simpele handelwijze voorkomt al veel problemen: Als je bijv. een video kaart in je PC wilt stoppen pak die kaart eerst op bij het bevestigings blikje. Een evt. spannings verschil tussen jou en de kaart is dan al verdwenen. Pak dan met je andere hand eerst de PC-kast beet om de lading tussen jou en de kast te laten wegvloeien. Dan pas de kaart in de PC stoppen.
Een beter manier is het werken met een polsbandje dat verbonden is met het enigszins geleidende blad van de werktafel. Er zijn speciale zwak geleidende tafelbladen en werkmatten verkrijgbaar. Het is raadzaam, maar niet noodzakelijk om alles ook met een aardleiding te verbinden.
Steilheid Bij elektronenbuizen de variatie van de anodestroom t.g.v. de variatie van de roosterspanning: uitgedrukt in mA - V.
Idem bij (mos)Fets de variatie van de drain-stroom t.g.v. de variatie van de gate-spanning.
Bij luidspreker wisselfilters de mate van signaalverzwakking in het overgangs gebied tussen bijv. een bas luidspreker en een midden-toon luidspreker. In dat geval wordt de steilheid uitgedrukt in dB - octaaf.
Zie ook het artikel over
wisselfilters
Step-up Vaak wordt een impedantie transformator bedoeld waarmee een aanpassing bereikt kan worden tussen een zeer laag-ohmige signaalbron en een voorversterker die een veel hogere ingangs impedantie heeft.
Deze situatie komt nog wel eens voor bij bepaalde microfoon types en bij Moving Coil (elektro-dynamische) elementen voor het afspelen van vinyl-platen. Ook elektrostatische luidsprekers hebben een step-up trafo omdat er signaalspanningen tot een paar duizend volt nodig zijn.
Stereo Systeem waarbij een bepaalde mate van ruimtelijke geluidsweergave wordt geboden.
Typisch een systeem met twee nagenoeg onafhankelijke signaal kanalen.
Tegenstellingen - alternatieven:
Mono,
Multikanaal,
Quadrofonie,
Surround
Stijgtijd Eigenschap van een versterker(trap) of een filter De stijgtijd is een maat voor een laag-doorlaat filter. Het is de tijd waarin het uitgangssignaal tot 63% van de eindwaarde gekomen is, bij een stapvormig ingangssignaal.
Voor een eerste orde netwerk is het ook de RC-tijd of de L-R-tijd.
Zie ook
Slew-rate. Dit lijkt er erg op maar het is iets wezenlijk anders.
Storingsmarge Dit begrip is van toepassing op het transport van digitale signalen. De storings marge is de minimale hoeveelheid storing die nodig is om een digitaal signaal te verstoren.
Bij analoge signalen zal een klein stoorsignaal een beetje storing in het geluid opleveren.
Bij digitale signalen heeft een stoorsignaal dat kleiner is dan de storings marge geen enkel effect, ook niet een heel klein beetje.
Bij een S-Pdif verbinding is er een signaal van 500 mV. Een stoorsignaal moet tenminste de helft daarvan bedragen om het signaal te kunnen verstoren.
Bij een AES-EBU met een signaal nivo van 5 Volt verbinding is er een storingsmarge van ca. 2.5 volt.
Strippen, gestript Het verwijderen van een stukje isolatie materiaal aan het einde van een draad of kabel-ader, met het doel de draad of kabel ergens op aan te sluiten.
Meer in het algemeen: Bij een of ander apparaat alle overbodige c.q. niet-essentiele (bijv. cosmetische) onderdelen verwijderen.
Stroom Stel je bij elektrische stroom maar voor dat er dingetjes door een draad stromen. De hoeveelheid dingetjes per seconde is dan de stroomsterkte. De elektrische stroom wordt gemeten in Ampere.
Die dingetjes heten elektronen en er zijn er per seconde ongeveer 6.25 maal een 1 met 18 nullen nodig om 1 Ampere te maken.
De elektronen zelf bewegen maar uiterst weinig en langzaam in een elektrische draad (fracties van millimeters) maar ze duwen elkaar wel snel voort.
Het is alsof je een lange buis hebt die gevuld is met glazen knikkers. Stop je er aan het ene eind een nieuwe knikker in, dan rolt er aan het andere eind bijna onmiddelijk eentje uit. Het lijkt alsof de knikker razendsnel door de buis gegaan is, maar het is natuurlijk alleen het `knikkersignaal` dat snel gaat, niet de knikkers zelf.
Stroomdichtheid Het aantal ampere per vierkante millimeter draaddoorsnede.
Er zijn richtlijnen (vuistregels) voor de maximale stroomdichtheid in een draad. Het gaat erom dat de draad niet te warm wordt.
Voor transformator wikkelingen wordt ca. 4 A - mm2 gehanteerd, voor losliggende draden in de buizen van de elektrische huisinstallatie doorgaans 6 A - mm2
StroomspiegelEen schakeling met transistoren, fet`s of buizen waarbij een stroom gespiegeld wordt tegen GND of een voedingspanning.
Hieronder zie je een z.g. long-tailed-pair Q1 en Q2, waarvan de emittors gevoed worden door een stroomspiegel Q3 en Q4.
De clou is dat de transistoren Q3 en Q4 uiterst gelijke eigenschappen hebben. (In geintegreerde circuits is dat in hoge mate zo)
We gaan er van uit dat Q3 en Q4 een tamelijk grote stroomversterking hebben.
De stroom die via R2 aan Q4 geleverd wordt veroorzaakt een bepaalde basis-spanning bij Q4. Omdat Q3 bijna identiek is met Q4 loopt daar dezelfde collector stroom. Omdat de stroomversterking vrij hoog is vormen de basis-stromen slechts en fractie van de stroom die door R2 aangeleverd wordt.
Stroomverzadiging Er wordt hier en daar beweerd dat een kabel `verzadigd` kan worden door een elektrische stroom. Dit zou betekenen dat de weerstand van de kabel stijgt omdat er teveel elektronen doorheen moeten.
Dit soort verzadigings effecten bestaan inderdaad, maar treden pas op bij een stroomdichtheid waarbij de kabel in een fractie van een microseconde zou verdampen.
Stroomverzadiging wordt nog al eens verward met de vuistregels en wettelijke voorschriften voor de toegestane stroomdichtheid in kabels en transformator wikkelingen.
Zie
Stroomdichtheid.
Sub Woofer Een luidspreker systeem voor de weergave van zeer lage frequenties. Er wordt aangenomen dat de plaats van de subwoofer in de luisterruimte niet erg kritisch is.
In veel gevallen is er slechts 1 luidspreker(kast) met een eigen eindversterker, soms zitten basluidsprekers van links en rechts in 1 kast.
Dit klopt wel met de theorie want:
a- Een straler die klein is ten opzichte van de golflengte straalt altijd evenveel in alle richtingen.
b- Bij zeer lage frequenties is het menselijk gehoor niet meer richting gevoelig.
Subwoofers worden meestal gecombineerd met relatief kleine luidsprekers die de midden en hoge tonen weergeven. Deze moeten wel op de juiste manier opgesteld worden.
Subwoofers worden ook nog wel eens gebruikt in combinatie met `normale` luidsprekers waarvan men de laag-weergave te mager vindt.
Ik heb geen ervaring met zulke systemen. De voornoemde theorie over de manier waarop we horen (de geluidsperceptie) is heel wat softer dan de elektrische theorie, en ik wil dan ook nogal wat ruimte laten voor een subjectievere beoordeling. Graag reacties van mensen met zo`n systeem.
Super, Super-heterodyne Een type radio ontvanger waarbij het te ontvangen signaal eerst geconverteerd wordt naar een vaste frequentie.
De conversie gebeurt door een locale oscillator en een mengtrap. Het afstemmen op het gewenste station gebeurt door het verstemmen van de locale oscillator.
Radio -ontvangers voor lange, midden- en korte golf converteren naar 470 KHz. Ontvangers voor de FM-band converteren naar 10.7 Mhz en TV-ontvangers naar ca. 38 MHz.
Deze frequenties worden de midden frequenties genoemd. Het deel van de ontvanger dat deze frequenties verwerkt heet het middenfrequent gedeelte.
Alle hedendaagse radio- en TV- ontvangers zijn van dit type. Alternatieven zijn de `rechtuit` of de `superreg`, maar hiervan bestaan zo goed als geen commerciele producten.
Superreg Een ouderwets type radio ontvanger voor AM, waarbij er een grote kans is dat je ontvanger als een zender gaat werken. Er hebben bij mijn weten geen commerciele of consumenten uitvoeringen van bestaan. Het principe wordt niet meer gebruikt.
Supersoon Geluid met frequenties boven het voor mensen hoorbare gebied van 20KHz. Ook ultrasoon,
ultrageluid of eng: ultrasound genoemd.
In een andere betekenis bedoelt men met supersoon `sneller dan het geluid`. Het gaat dan om vliegtuigen die sneller gaan dan de geluidssnelheid in lucht, 330 m-sec of 1188 Km-uur, zoals de Concorde.
Surround Er zijn verschillende systemen op de markt (geweest) om een betere ruimtelijkheid te verkrijgen dan met de bekende twee kanalen stereo mogelijk is. Tot nog toe is het meeste mislukt (Bijv. quadrofonie) Tamelijk succesvol is
Dolby Surround, maar dat is niet geschikt voor hifi muziek weergave.
De SACD en de DVD bieden mogelijkheden voor multi-kanaal stereo, waarbij tot 5 onafhankelijke kanalen weergegeven kunnen worden. Deze systemen moeten zich wat betreft Hifi weergave nog bewijzen. De microfoontechniek die voor zulke opnames nodig is staat nog in de kinderschoenen en het is maar de vraag of de markt vijf of meer luidsprekerkasten in de woonkamer zal acceperen.
Sweet spot Aanduiding van de optimale luisterplek in je `home-studio`. De term smaakt mij wat teveel naar vanillesuiker.
Bij een goede installatie is dit gebied flink groot, net zoals in een fatsoenlijke concertzaal.
Symmetrisch Twee- (of meer-) zijdig spiegelbeeldig.
Het verdient aanbeveling om je luidsprekers symmetrisch op te stellen, c.q. je kamer enigszins symmetrisch in te richten.
Dus niet aan de ene kant een dempende boekenkast en aan de andere kant een reflecterende vlakke wand.
Bij symmetrische elektrische verbindingen hebben we het over tweedraads verbindingen, meestal afgeschermd. Zie
twisted pair.
Tegenstelling:
coaxiaal, of asymmetrisch.
Symmetrische verbindingen zijn gebruikelijk bij lange microfoon kabels, en andere lange analoge en digitale verbindingen in studio`s en in de PA sector. Als het ontvangende apparaat ook symmetrische ingangen met een voldoende common mode onderdrukking dan is de kans op storing door bijv. aardlussen een stuk minder.
Ta, Tantaal Chemische afkorting van het metaal Tantaal
Tantaal wordt gebruikt in bepaalde
elektrolytische condensatoren.
Tangens De tangens is een maat om een hoek te meten. Als je met de te meten hoek een rechthoekige driehoek maakt is de tangens de verhouding tussen de lengtes van de rechthoeks-zijden.
Tangens-delta De tangens delta is een gegeven van een praktische condensator. Condensatoren hebben in de praktijk ook altijd een beetje serie weerstand en zelfinductie. De tangens-delta geeft aan welk deel van de condensator impedantie eigenlijk weerstand is.
Zie het hoofdstuk over
condensatoren.
Teflon Een merknaam van een bepaalde kunststof, officieel bekend als PTFE: PolyTetraFluorEthyleen.
Het is een betrekkelijk duur, maar hoogwaardig isolatie materiaal. Het kan tegen de meeste chemische stoffen en hoge temperaturen, vuil hecht zich er moeilijk aan, het heeft een grote spanningsvastheid en het gedraagt zich goed bij hoge frequenties.
Teflon kan in allerlei kleuren gemaakt worden. Er bestaat geen typische teflon kleur. Elektrisch draad met teflon isolatie wordt volop gebruikt in vliegtuigen en militaire apparatuur. Een bekende huishoudelijke toepassing is de anti-aanbak laag in de koekenpan. Draad met teflon isolatie is wat lastig te strippen omdat het materiaal tamelijk taai en rekbaar is.
Voor Hifi apparatuur of kabels heeft het gebruik van teflon geen voordelen, de bijzondere eigenschappen spelen alleen bij zeer hoge frequenties of temperaturen een rol, of als er extreme eisen aan de lekstromen gesteld worden, zoals mogelijk bij de constructie van een condensator microfoon.
De milieu organisatie Greenpeace heeft een belangrijke grondstof van deze fluor verbindingen,
PFOA (perfluorooctanoic acid) op de zwarte lijst gezet (Q3-2005). Het is gebleken dat sporen van deze stof wereldwijd voorkomen in het bloed van mensen en dieren. Onderzoek bij mensen met een hoge blootstelling in fabrieken van dit spul hebben geen verband met kanker aangegeven. (bron: Volkskrant 2005-09-03)
Tegenkoppeling. Bij signaal- zowel als eindversterkers wordt vaak de volgende strategie toegepast: De eigenlijke versterker versterkt het signaal veel meer dan nodig is. Door vervolgens een deel van het uitgangssignaal terug te voeren naar een ingang die een tegengesteld effect heeft wordt de versterking terug gebracht tot de gewenste hoeveelheid.
De voordelen van deze truuk zijn vooral dat de eigenschappen van de uiteindelijke versterker minder afhankelijk zijn van die eigenlijke versterker, maar vooral bepaald worden door het -meestal zeer eenvoudige- tegenkoppelnetwerk.
Het op de juiste wijze toepassen van tegenkoppeling in versterkers leidt tot:
- minder vervorming
- vlakker frequentie bereik
- lagere uitgangs impedantie
- minder afhankelijkheid van spreiding in of veroudering van de eigenschappen van actieve componenten (transistoren, buizen) in de versterker,
- minder last van variaties in voedingsspanning e.d.
We spreken van een sterke tegenkoppeling als de eigenlijke versterker zeer veel meer versterkt dan wat er netto met tegenkoppeling overblijft.
Het op de juiste wijze toepassen van sterke tegenkoppeling vergt goed inzicht in het gedrag van de eigenlijke versterker, ook bij zeer hoge frequenties. (bij buizen versterkers ook bij zeer lage frequenties) Deze materie is net even te ingewikkeld om in deze website te bespreken. In het hoofdstuk over buizenversterkers ga ik er nog even op in.
Omdat sommigen door onkunde over de randvoorwaarden bij hoge of lage frequenties problemen ondervonden bij het toepassen van tegenkoppeling is er een een school ontstaan van lieden die tegenkopeling in het algemeen afwijzen.
Tetrode Zie
elektronen buis.
THD Afkorting van Total Harmonic Distortion. Zie
vervorming.
Er wordt mee aangegeven dat de totale productie van harmonischen minder is dan zoveel %.
Voor een (eind) versterker is een getal van 0.1 % prima. Je ziet vaak nog flink lagere getallen, maar je zult het verschil niet echt kunnen horen. Het menselijk oor kan door het maskerings effect vervormingen onder ca. 0.5% namelijk niet meer waarnemen. In het hoofdstuk `
Hoe klinkt elektronica` worden diverse vormen van vervorming besproken.
Theorie en praktijk De begrippen theorie en praktijk zijn in de volksmond ongeveer tegenovergesteld. Het woord `theorie` betekent daar `we denken dat het zus of zo in elkaar steekt, maar eigenlijk begrijpen we er nog geen snars van`, en het woord `praktijk` is de harde werkelijkheid zoals de leek die denkt waar te nemen en aan de borreltafel bespreekt.
In de (beta) wetenschap en de techniek is een theorie meestal een wiskundige beschrijving van de effecten die waargenomen zijn. Die beschrijving wordt vervolgens getoetst met praktische experimenten die de grenzen van de theorie proberen te verkennen. Indien daarbij afwijkingen gevonden worden zal men daarvoor verklaringen zoeken die ook weer getoetst worden met praktische experimenten.
Essentieel in deze `wetenschappelijke methode` is dat andere, onafhankelijke wetenschappers de publikaties nazien (peer review) en de experimenten moeten kunnen herhalen.
Zie ook een artikel over het
detecteren van wetenschappelijke fraude (engels)
In High-end hifi-kringen wordt nog wel eens getwijfeld aan de theorie van de elektronica die bijv. voorspelt dat de constructie van kabels zo goed als geen invloed heeft op het uiteindelijke geluid. In de volksmond heet het dan dat de praktijk heel anders zou zijn dan die theorie.
Helaas voor de high-enders, de theorie voorspelt hier met grote precisie wat er gebeurt. Als de praktijk echt zo anders was als sommige
Thevenin
Een samengesteld netwerk van een spannings- of stroombron en diverse weerstanden en-of impedanties kan volgens de stelling van Thevenin voorgesteld worden door een enkele spanningsbron en een enkele serie-impedantie. We noemen dat het Thevenin equivalent.
Thomson
Een samengesteld netwerk van een spannings- of stroombron en diverse weerstanden en-of impedanties kan volgens de stelling van Thomson voorgesteld worden door een enkele stroombron en een enkele parallel-impedantie. We noemen dat het Thomson equivalent.
THX, THX Certificaat
Een certificaat dat bepaalde kwaliteiten van een surround geluidssysteem (5, 6, 7 of idem.1) moet garanderen.
Het verhaal gaat dat het certificaat in het leven is geroepen door de filmmaker George Lucas die begin 1980 niet tevreden was met de geluidskwaliteit in de bioscoop waar hij zijn film `THX 1138`bekeek.
Er bestaan versies voor (grote) bioscopen, thuisbioscopen, (multimedia) PC geluidssystemen en geluid in de auto.
De eisen waaraan voldaan moet worden zijn niet openbaar, zodat het niet na te gaan is waar het nou precies om gaat. Bekijk www.thx.com Aanbeveling:
- Het THX certificaat of logo heeft niets te maken met surround sound en geluidsformaten als Dolby Digital of DTS.
- Beschouw het logo als `gehoord en goedgevonden door de experts van Lucasfilm`
- Apparatuur zonder THX logo kan best beter spelen dat spullen zonder het logo, of omgekeerd
- Dus: Wat doet het ertoe?
Kijk ook op naar het lemma
Multikanaal Top
Tijdversmering Uitsmeren van een signaal in de tijd. In (optische) kabels noemen we het ook
Dispersie. Bij analoge en digitale filters spreken we over fase verschuiving, fase fouten, groeplooptijden, of group delay. De essentie is dat signalen met verschillende frequenties verschillende vertragingen ondervinden als ze door het systeem lopen.
In de digitale techniek kunnen er filters gemaakt worden die geen last van time smearing hebben. Analoge filters kunnen dit slechts benaderen.
Zie ook de problematiek bij het anti-alias filter in het hoofdstuk over
A-D en D-A conversie
Timbre De (subjectieve) indruk van de klank van een geluid of een (muzikale) toon, soms van een muziek instrument. Het gaat dan om de hoogte van de grondtoon en de intensiteiten van de
boventonen of
harmonischen In verband met het begrip `Timbre` worden vaak termen gebruikt als `zwaar, donker, helder, licht, scherp, rijk, enz.` Zie ook `
Hoe klinkt Elektronica`
Time domain Een grafische of wiskundige voorstelling van een verschijnsel in de tijd.
In tegenstelling tot `Frequentie domein` waar e.e.a. bekeken wordt als het frequentie spectrum, evt gecombinerd met een fase diagram. Zie ook
Fourier transformatie.
Time smearing Zie
tijdversmering.
TimpaanMuziekinstrument: pauken; Menselijk gehoor: het trommelvlies.
Tin Chemische afkorting: Sn van Stannum
Tin wordt in combinatie met Lood gebruikt als
soldeer materiaal.
TinnitusTinnitus is een veel voorkomende kwaal van het menselijk gehoor, waarbij je geluiden hoort die er niet zijn. Meestal gaat het om vrij hoogfrequente tonen in het gebied van 8 tot 15 kiloHertz, maar ook het horen van zeer lage frequenties wordt gerapporteerd.Tinnitus komt niet alleen voor bij mensen die slechthorend zijn, maar ook bij mensen met een -voor de leeftijd- redelijk gezond gehoor.
Tinnitus is zo goed als ongeneeselijk. Kijk bij de
Nederlandse Vereniging Voor Slechthorenden voor meer informatie en links.
Tolerantie Toegestane afwijking. Als je honderd weerstanden van 100 Ohm koopt en je gaat ze nauwkeurig opmeten zul je vinden dat er geen 1 exact 100 Ohm is. Ze zitten wel allemaal binnen een bepaald percentage in de buurt.
Dit geldt voor alle onderdelen. Zie ook het lemma
E-reeks
ToontaalIn sommige talen, o.m. het Chinees, is de betekenis van een woord afhankelijk van de toonhoogte of de toonzwenking waarmee het uitgesproken wordt. Het is gebleken dat mensen die opgegroeid zijn met een toontaal vaker over een een
absoluut gehoor blijken te beschikken.
Topologie Lett: de leer van de (eigenschappen van) plaatsen. Een bepaalde tak van de wiskunde die zich bezig houdt met die eigenschappen van vormen en lichamen die juist of juist niet veranderen als men die vormen kneedt of uitrekt. Deze wiskunde is uitbreidbaar tot een willekeurig aantal dimensies.
In de techniek van elektronische filters bedoelen we ermee hoe de onderdelen gerangschikt zijn (het schema). Filters met gelijke topologie kunnen best heel verschillende eigenschappen hebben, en omgekeerd. Aan de topologie kun je meestal wel de `orde` van een filter aflezen. Zie ook
wisselfilters
Bij buizen-eindversterkerschakelingen moet je denken aan configuraties als Single-Ended, Balans (de klasse A, AB, B kun je niet aan de topologie zien, dat is een kwestie van instelling van de buizen) Ultralineair, Kathode gekoppelde balansschakelingen etc.
Bij halfgeleider versterkers is er een nog grotere varieteit aan topologieën. De meeste daarvan hebben hebben echter geen algemeen geaccepteerde naam gekregen.
Tos-link Een door Toshiba ingevoerde digitale audio verbinding, gebaseerd op een optische (plastic) fiber. Zie ook:
SP-DIF
Transcription Engels-Latijn voor `overschrijven`.
De term werd nog wel eens gebruikt in verband met vinyl platenspelers. De toevoeging `transcription` suggereert dat het ding geschikt is voor het overspelen naar bijv. magneetband of voor radio uitzendingen, waar een zeer goede geluidskwaliteit gewenst is. Meestal ging het echt wel over de betere spullen, maar soms was het niet meer dan loze woorden voor een veel te groot prijskaartje.
Transductor Een bepaald soort transformator waarbij de overdracht van primair naar secondair beinvloed wordt door de gelijkstroom door een hulpwikkeling. In het verleden werden transductoren wel gebruikt als vermogensversterker in de aandrijftechniek. (Grote elektro motoren en zo)
Tegenwoordig is het een achterhaalde techniek.
Transfer impedantie Een
eigenschap van kabels in verband met het
EMC gedrag.
Ruwweg geeft de transfer impedantie aan hoe een
common-mode (stoor) stroom- signaal zich vertaalt naar het gewenste
differential mode (spannings) signaal.
Hoe kleiner de T.I. hoe beter de kabel storende signalen zal onderdrukken of afschermen. Omdat deze eigenschap
reciprook is zal een kabel met een kleinere T.I. ook minder storing naar z`n omgeving afstralen; zulke kabels `lekken` minder.
Beneden ca. 100 kHz bestaat de T.I. vrijwel uitsluitend uit de mantel weerstand (bij een coaxiale of afgeschermde kabel) Bij (veel) hogere frequenties gaan zelfinducties de hoofdrol spelen. Ook wordt bij zeer hoge frequenties de `optische dichtheid` van de afscherm mantel belangrijk. Dat is de mate waarin je niet door het vlechtwerk kunt kijken.
Transformator, trafo De transformator bestaat uit twee of meer koperdraadspoelen gewikkeld rond een gemeenschappelijke ijzerkern.
Met een transformator kan een wisselspanning met weinig verliezen omgezet worden in een andere (grotere of kleinere) wissel spanning van de zelfde spanningsvorm en frequentie.
We spreken steeds over een primaire wikkeling waarop de ingangsspanning wordt aangesloten. Er kunnen meerdere secondaire wikkelingen zijn.
De spanning is evenredig met het aantal wikkelingen. Het totale afgegeven vermogen (product van Volt en Amperes) is steeds iets kleiner dan het opgenomen vermogen. Het rendement van transformatoren is doorgaans zeer hoog, vooral bij grotere transformatoren.
Transformatoren worden o.m. gebruikt in de energie techniek (vermogens van megawatts, en dan weegt zo`n ding tonnen).
In de audio techniek vinden we Voedingstrafo`s, Signaaltrafo`s en Uitgangs trafo`s (de laatste alleen bij buizenversterkers). Ook bij electostatische luidsprekers vinden we vaak een transformator om de vereiste hoge signaalspanning op te wekken. Dit heet dan een step-up trafo, net als die bij een vinyl-patenspeler met een Movong Coil element.
Uitgangs trafo`s worden alleen gebruikt bij de verouderde buizen techniek en in z.g. 100-Volt systemen. Enkele vervelende eigenschappen van de uitgangstrafo vormen bij buizenschakelingen de reden dat er geen sterke tegenkoppeling gebruikt kan worden, waardoor het moeilijk is om een lage vervorming te bereiken. Zie mijn hoofdstuk over
Transistor
Element waarmee energie versterking gerealiseerd kan worden.
We onderscheiden Bipolaire- en Veld effect- transistoren. (Engels: Fet: Field Effect Transistor)
Bij bipolaire transistoren veroorzaakt een geringe stroom in een stuurelectrode (basis) een veel grotere stroom in het hoofdstroom circuit (collector-emittor)
Bij de veld-effect transitoren wordt de stroom in het hoofdstroom circuit (source-drain) geregeld door een spanning op een stuurelektrode (gate)
De bipolaire transistoren worden geleidelijk aan verdrongen door de veldeffect transistoren. (deze laatste worden geleidelijk aan goedkoper omdat ze vaker gebruikt worden)
Voor de ontwerper van een audio versterker is het verschil tussen deze twee soorten van groot belang. Voor de uiteindelijke prestaties van een versterker maakt het niet uit of de ene dan wel de andere techniek gebruikt wordt.
Zie ook Halfgeleider.
Zowel de bipolaire als de veld-effect transistoren komen in twee versies die met tegengestelde spanning-stroomrichtingen werken. Dit maakt het mogelijk om z.g. complementaire versterkers te bouwen, vooral als eindversterker. Dit kan heel elegante symmetrische schakelingen opleveren. (Symmetrie is belangrijk voor lage even-harmonischen vervorming). In de buizen techniek hebben we geen variant die met tegengestelde polariteit werkt.
Bij bipolaire transistoren spreken we over PNP dan wel NPN, en bij veld effect transistoren over N-channel, dan wel P-channel.
Transport Een gewichtig klinkend woord, (want engels) voor het aandrijf- en afspeel mechanisme van een CD-speler.
Treble Engelse benaming voor het hoge tonen deel van de klank regeling
Tri-Amping Het toepassen van 3 eindversterkers (per luidspreker kast) voor lage, midden- en hoge tonen weergave. Zie:
Bi-Amping.
Tri-Wiring Zie:
Bi-Wiring.
Triode Zie
elektronen buis.
True RMS Kwalificatie van een meetinstrument dat een juiste weergave geeft van de vermogens-inhoud van een wisselspanning of stroom, ongeacht de golfvorm.
Gewone (niet-RMS) instrumenten geven bij wisselspannings-stroom metingen een foute uitlezing als de spannings-stroomvorm sterk afwijkt van de sinus.
Zie ook
RMS.
Tulp-stekker Meest gebruikte connector voor signaal kabeltjes bij huiskamer audio
Heet ook: Cinch of RCA
Er is in de High-end wereld nogal wat kritiek op deze stekkers en de standaard kabeltjes, en niet geheel onterecht. Ze maken nog wel eens slecht contact en ook de verbinding met de kabel wil nog wel eens defect raken. In dat laatste geval moet je gewoon een nieuw kabeltje kopen, ze kosten maar een paar euro.
Bij een slecht contact kun je de `tulp` een beetje ovaal buigen met een combinatietang of een waterpomptang (voorzichtig!).
Connectors met een verguld oppervlak geven op termijn (vele jaren) minder problemen met corrosie of oxidatie. Gebruik vergulde connectors alleen in combinatie met vergulde tegendelen.
Het type of merk connector - stekker heeft verder geen enkele invloed op de geluidskwaliteit, zolang de verbinding in tact blijft. Bij slechte verbindingen krijg je uitval verschijnselen (helemaal geen geluid van bijv. links of rechts) Géén verlies aan transparant hoog, strakke bas en `plaatsing`.
Tuner Een radio-ontvanger voor de FM-band. Veelal ook middengolf en soms lange golf. Een tuner levert een signaal op lijn-nivo, dat aan een versterker (met luidsprekers) gevoerd moet worden om hoorbaar te worden.
Tungsten Engelse naam voor het metaal
Wolfram. Chemische benaming: Wo. Dit metaal wordt wegens de zeer hoge smelttemperatuur gebruikt voor de gloeidraden van lampen en elektronen buizen.
Tussenwiel Bij platenspelers en -soms- bandrecorders een rubber wieltje dat tussen de getrapte motor-as en de draaitafel of de
capstan zit. Door het verplaatsen van het tussenwiel kan de draaisnelheid ingesteld worden.
Systemen met een tussenwiel hebben meestal meer rumble en-of jank dan systemen die met een snaar-aandrijving werken of d.m.v. direct drive.
Tweespoor Bij de bandrecorder of het tapedeck een opneem techniek waarbij 2 sporen op de band van 6.25 mm breed geschreven worden.
Hiermee is stereo mogelijk als beide sporen gelijktijdig geschreven worden, of mono, en dan heb je de dubbele speelduur door de bandhaspels aan het einde om te keren.
Zie ook
volspoor, halfspoor, vierspoor, kwartspoor.
Tweeweg systeem Een luidspreker systeem (kast) waarin twee luidsprekers gemonteerd zijn. De ene doet de lage frequenties, de andere de hoge.
Twinax Een afgeschermde kabel waarin zich een getwist aderpaar bevindt.
Voor gebalanceerde of symmetrische verbindingen zoals die met XLR connectoren moet twinax kabel gebruikt worden. In het geval van een digitale AES-EBU verbinding moet de kabel een karakteristieke impedantie van 110 Ohm hebben.
Twisted Pair Een type kabel waarbij één of meer aderparen onderling in elkaar gedraaid zijn. Zulke kabel kan afgeschermd (Twinax) zijn of niet.
Twisted pair kabels worden vooral toegepast in computernetwerken, analoge en digitale telefonie, microfoonkabels, en professionele analoge zowel als digitale audio verbindingen.
De tegenhanger van twisted pair is coaxiaal of simpel afgeschermd.
Twisted pair kabels zijn over het algemeen beter geschikt voor lange verbindingen, c.q. als er storing van buitenaf te verwachten is en bij zwakke signalen (microfoon)
Voorwaarde is wel dat zowel aan de bron als aan de bestemmings-kant een goede symmetrie en galvanische scheiding gewaarborgd is, Bij microfoons vaak met signaal-transformatoren.
De afgeschermde symmetrische microfoon kabel maakt ook fantoom voeding mogelijk. Dat is een truukje om een voorversterker die in de microfoon ingebouwd is te kunnen voeden zonder dat daarvoor extra aders in de kabel nodig zijn.
Uitgangs impedantie of -weerstand. Bij signaal bronnen en regelversterkers de inwendige weerstand of -impedantie van een signaal-uitgang van een apparaat. Meestal (veel) minder dan 1 KOhm.
Bij eindversterkers idem, maar dan ligt de waarde tenminste onder 1 Ohm, en meestal onder 0.01 Ohm.
Het begrip
dempingsfactor is gerelateerd aan deze uitgangs impedantie, maar op een zodanige manier dat er gemakkelijk een groot getal ontstaat dat niets meer met demping te maken heeft
Ultrageluid Geluid (dus mechanische trillingen in lucht of ander materiaal) met frequenties die (ver) boven datgene liggen wat door mensen gehoord kan worden (> 20 kHz).
Ultrasoon geluid wordt o.m. gebruikt in de medische diagnostiek (bijv. de `echo` om de baby in de baarmoeder te bekijken) en in de scheepvaart, bijv. om de diepte onder de kiel te bepalen (echolood) of om scholen vissen op te sporen.
Voor audio is het ultrasone gebied niet interessant omdat het menselijk gehoor dat niet kan horen (ook geen
Frequenties boven de gehoorgrens e.v., zoals vaak verondersteld wordt)
Upsampling In de digitale (audio) techniek een werkwijze waarbij de oorspronkelijke sample frequentie d.m.v. interpolatie verveelvoudigd wordt. De bedoeling is meestal om op deze hogere sample frequentie een goed werkend digitaal filter te kunnen bouwen.
Toepassing o.m. in de 1-bit D-A converter.
Zie
Analoog en Digitaal
USB Universal Serial Bus. Een manier ( kabel, stekker, software protocol) om rand apparaten te laten communiceren met een Personal Computer. USB is momenteel sterk in opkomst, en er zijn ook diverse audio-gerelateerde apparaten die via USB met een PC kunnen communiceren.
Zie ook
Fire Wire.
Valve Engels voor elektronen buis. Ook: klep, ventiel of regelkraan.
Varicap Variabele Capaciteit. Een condensator waarvan de capaciteit afhankelijk is van een DC stuurspanning.
Wordt voornamelijk gebruikt in radio - tv ontvagers, om het toestel op de gewenste ontvang frequentie af te stemmen.
VDR Voltage Dependant Resistor
Spannings afhankelijke weerstand. Meestal wordt een element bedoeld waarvan de weerstand boven een bepaalde spanning sterk afneemt. Zulke elementen worden nogal eens gebruikt om stoorspanningen te onderdukken die kunnen optreden bij het uitschakelen van inductieve belastingen, zoals motoren en transformatoren.
Vector Een begrip uit de wiskunde. Simpelweg een pijltje. Oftewel een ding met een lengte en een richting.
In de elektrotechniek stellen we de
sinusvormige wisselspanning (of stroom) graag voor door een pijltje met een lengte die de piekwaarde van de spanning - stroom voorstelt. Het pijltje draait rond met de snelheid van de frequentie. Hertz = omwentelingen per seconde.
Heel vaak kom je de term `omega` tegen als 2 maal pi maal de frequentie. Je kunt deze omega zien als de omtreksnelheid van de pijlpunt.
De `omega` wordt geschreven als de kleine griekse letter omega, die lijkt nogal op een kleine letter w, maar dan met rondingen.
Veldeffect transistor Zie
Fet,
Transistor.
Verbetering, verbeteren Technisch gesproken kan vrijwel alles in een hifi-keten verbeterd worden. Het is echter de vraag of zulke verbeteringen ook altijd bijdragen aan het hoorbare resultaat.
Veel `verbeteringen`, soms voor veel geld en-of moeite, spelen zich af in het zoveelste cijfer achter de komma en ik vrees dat dan alleen je fantasie je vertelt dat het anders of beter geworden is.
Een nuttige aanpak kan zijn om de betreffende eigenschap van je apparatuur eerst eens te
verslechteren. Als je zo`n verslechtering niet onmiddelijk en zeer overtuigend kunt waarnemen is het erg onwaarschijnlijk dat een verbetering op dat punt veel zoden aan de dijk zet.
Verhouding In de techniek bedoelen we daar niet meer en niet minder mee dan het op elkaar delen van twee getallen.
Ook het begrip Ratio wordt hiervoor gebruikt. Als het om waarden gaat die uitgedrukt worden in dB`s dan bedoelen we altijd het verschil tussen die getallen, ook al spreken we soms wel over de verhouding.
Verliesfactor Deze term kom je vooral tegen bij condensatoren. Het gaat om de mate waarin de condensator zich toch een beetje als weerstand gedraagt. Deze factor is afhankelijk van het dielectricum en neemt doorgaans toe met de frequentie. Bij de meeste condensatoren gaat het om een getal kleiner dan 1 promille in het gebied van de audio frequenties.
Vermogen Het
elektrische vermogen is het product van de stroom in Ampere en de spanning in Volt. De eenheid is de Watt.
Het elektrisch vermogen kan direct omgerekend worden naar het mechanisch vermogen: 1 Watt = 1 Nm-sec. (Newton-meter per seconde)
Bij wisselstroom-spanning moeten we ook rekening houden met de faseverschuiving tussen stroom en spanning.
Alleen die delen van de spanning-stroom die in fase zijn dragen bij aan het vermogen.
De delen die 90 graden in fase verschoven zijn vormen het z.g. schijnvermogen of blindvermogen.
Verre veld Situatie dat de waarnemer of een apparaat zich ver (in relatie tot de golflengte) van een stralingsbron bevindt.
Het begrip is van belang voor zowel geluidsstralers als voor
EMC aangelegenheden.
Essentieel is dat er in het verre veld een vaste verhouding bestaat tussen de geluidsdruk en de bewegingssnellheid van de lucht deeltjes (bij geluid) of een vaste verhouding tussen het elektrische en het magnetische veld (bij elektromagnetische velden)
Deze vaste verhouding is de `karakteristieke impedantie` van het medium: lucht bij geluid of vacuum bij EM velden (377 Ohm).
Het tegenoverstelde is het
nabije veld waarbij meestal de ene of de andere component overheerst. (bij radio zend-antennes meestal het E-veld, bij conus luidsprekers meestal de luchtdruk)
Verslechteren, verslechtering Het kan nuttig zijn om een eigenschap van je apparatuur eerst eens te verslechteren, voordat je veel geld of tijd aan een mogelijke verbetering gaat besteden. Als je van een verslechtering weinig merkt is het onwaarschijnlijk dat je enorme verschillen zult waarnemen bij een verbetering.
Zie ook:
verbeteren.
Versmeren, Versmering Zie
Tijdversmering.
Versterker Apparaat dat een elektronisch signaal versterkt. We onderscheiden Voorversterkers, Regelversterkers en Eindversterkers. Veelal zijn deze functies in 1 apparaat verenigd.
Er is een apart hoofdstuk over
versterkers.
Vervorming In het hoofdstuk `
Hoe klinkt elektronica` worden diverse vormen van vervorming besproken.
Video Alles wat met zichtbare beelden of elektronische signalen daarvoor te maken heeft. In het bijzonder Televisie en computer beelden. De term is afgeleid van het latijns werkwoord voor `zien`.
Video kanon Een wat achterhaalde term voor een apparaat waarmee video beelden (van TV of uit een computer) in het groot op de muur of op een scherm geprojecteerd kunnen worden.
Tegenwoordig spreken we over een `video projector` of een
Beamer.
Vierpool In de elektronica theorie een element met ingangs- en uitgangs specificaties.
Er worden de volgende eigenschappen gespecifieerd: Ingangs- en uitgangs impedantie, overdracht van ingang naar uitgang en overdracht van uitgang naar ingang (oftewel de terugwerking)
Meestal wordt een lineair, tijd-invariant systeem bedoeld, maar niet lineariteiten of tijd-varianties kunnen ook in rekening gebracht worden.
De h-, y- of s- parameters in allerlei elektroniche schakelingen zijn in feite (varianten op) vierpool specificaties.
Een vierpool wordt ook wel een tweepoort genoemd.
Vierspoor Bij de bandrecorder of het tapedeck een opneem techniek waarbij 4 sporen op de band van 6.25 mm breed geschreven worden. Voor stereo worden er twee zulke sporen tegelijk geschreven - gelezen.
Vierspoor stereo geeft de zelfde speelduur als halfspoor mono.
Zie ook
volspoor, halfspoor, tweespoor, kwartspoor.
Vinyl-plaat Zie
Grammofoonplaat. De term Vinyl-plaat is vooral na de komst van de CD in zwang gekomen.
Voeding, voedings-deel. Elektronische apparaten werken intern vrijwel altijd met gelijkspanning. Het lichtnet levert wisselspanning van 50 Hz in Europa en 60 Hz in o.m. de USA.
Het gedeelte van een apparaat dat die omzetting doet noemen we `de voeding` of het `voedingsdeel` In het engels `Power supply`.
Voedings circuits komen in drie smaken: Ongeregeld, Lineair geregeld of -gestabiliseerd, en schakelend.
Bij een ongeregelde voeding volgt de gelijkspanning de variaties van de lichtnetspanning en de variaties t.g.v.de belasting. Meestal is dit geen enkel probleem, want de meeste audio circuits zijn verregaand ongevoelig voor (langzame) variaties in de voedings spanning.
In een aantal gevallen hebben we (als ontwerper) voorkeur voor een stabielere voedingsspanning, en dan zijn er eenvoudige en relatief goedkope geintegreerde circuits te koop die dat kunnen doen. We noemen dit `lineaire` circuits, omdat ze de spanning verlagen d.m.v. een regelbare weerstand, oftewel een serie-transistor. Het nadeel van zulke voedingen is dat ze een hoeveelheid energie dissiperen of weggooien.
Bij schakelende voedingen wordt door middel van een slim en snel aan-en uitschakel systeem de uitgangsspanning geregeld en gestabiliseerd. Het voordeel is dat zulke voedingen met een hoog rendement, dus met weinig verliezen werken. Het nadeel is dat ze ingewikkelder en dus duurder zijn, en gemakkelijk
EMC problemen opleveren.
In de audio wereld worden zelden schakelende voedingen gebruikt, maar vrijwel uitsluitend lineaire circuits.
Voedings condensatoren In ieder voedings-deel wordt de wisselspanning van het lichtnet (evt. na transformeren naar een lagere spanning) gelijkgericht en tijdelijk opgeslagen in een condensator. Het lichtnet levert slechts 100 x per seconde de volle spanning, en in die tussentijd moet de energie ergens bewaard worden. Daarvoor is of zijn er de voedings condensatoren.
Hoe groter die condensatoren hoe kleiner de periodieke spannings variaties (rimpel) op de overblijvende voedingsspanning.
De vereiste grootte van de voedings condensatoren wordt vooral bepaald door de stroomsterkte die geleverd moet kunnen worden.
Een benaderings formule is: rimpelspanning (in Volts) = Opgenomen stroom (in Ampere) - (100 * C (in farad)) In de praktijk meestal gunstiger.
Voice coil Engels voor spreekspoel, het elektrische deel van een luidspreker.
Volspoor Bij de bandrecorder of het tapedeck een opneem techniek waarbij 1 spoor op de band van 6.25 mm breed geschreven wordt. Hiermee is alleen mono weergave mogelijk.
Zie ook
halfspoor,
tweespoor,
vierspoor,
kwartspoor.
Volt Eenheid van de elektrische spanning.
Volume In de audio techniek bedoelt men de geluidssterkte.
Voorkeurs richting Hier en daar wordt gesuggereerd dat kabels (i.h.b. luidspreker kabels) een voorkeursrichting zouden hebben. D.w.z. dat er een typische `luidsprekerkant` en een typische `versterkerkant` zou zijn. Zulke beweringen zijn klinklare onzin. Geen enkele kabel gedraagt zich anders als de stroom andersom loopt, ook niet als er een gelijkstroom component in het spel is.
Voorversterker Apparaat waarmee een signaal van een speciaal apparaat versterkt wordt tot aan lijnnivo. Vaak zijn voorversterkers speciaal gebouwd voor een bepaalde signaalbron en hebben de daarbij behorende speciale eigenschappen.
Bijv. voorversterkers voor een magneto-dynamisch pick-up element (MD) of een Moving Coil element(MC) hebben de z.g. RIAA correctie om de weergave van hoge en lage frequenties in orde te brengen.