Kennisconsult Managementwoordenboek

Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274

productie
(1) De fabricage van voorwerpen. (2) Het veranderen van de vorm, de samenstelling of de combinatie van materialen, onderdelen, grondstoffen of subsamenstellingen met het doel deze in waarde toe te doen nemen. (3) De hoeveelheid geproduceerde goederen.

productiebesturing
(1) De besturing van de fabricage en de daarbij behorende goederenstroom. Het is de besturing van het gehele productieproces waarbij het bestellen van de onderdelen en materialen, het verstrekken van opdrachten aan de fabriek(en) en het afleveren van de producten zodanig geschiedt dat het in overeenstemming is met het hoofdproductieplan. Productiebesturing omvat de capaciteitsplanning, de hoofdproductieplanning, de detailplanning, de werkuitgifte, de voortgangscontrole en de controle op de bezettingsgraad van mensen en machines, alsmede het nemen van corrigerende maatregelen. (2) Het fysiek besturen van het productieproces.

productmodel
(1) Aanwezige verzameling gegevens in een bestand of database dat een bepaald product representeert en op basis waarvan berekeningen en simulaties over dat product kunnen worden uitgevoerd. (2) Fysiek model van een product (vaak op veel kleinere schaal) waarmee proeven kunnen worden gedaan en waarmee metingen kunnen worden verricht.

premie
(1) De periodiek verschuldigde kosten van een verzekering; (2) Een extra beloning als blijk van waardering voor verrichte inspanningen en/of behaalde resultaten; (3) Een extraatje dat bij een bepaald product wordt aangeboden om een kandidaat-koper over te halen om tot kopen over te gaan.

prognosecyclus
(1) de stappen die achtereenvolgens worden doorlopen om te komen tot een prognose; (2) de periode die ligt tussen het maken van elkaar opvolgende prognoses.

procedure
(1) Een bepaalde manier om iets te doen. (2) reeks van met elkaar samenhangende taken die leiden tot een afgerond resultaat.

promoveren
(1) Een beursfonds wordt meer waard dan voorheen. (2) Het aanpassen van de bedrijfsformule door een hogere toegevoegde waarde te gaan bieden tegen hogere prijzen

proces
(1) Een geheel van met elkaar samenhangende activiteiten, waarbij een bepaalde input wordt getransformeerd in output en zodoende een bepaalde toegevoegde waarde (resultaat) ontstaat. (2) Een karakteristieke wijze om een bepaald resultaat te bereiken.

prestatie-indicator
(1) Een kengetal, waarmee getracht wordt een beeld te geven van het (gewenste) niveau van presteren van personen, bedrijfsonderdelen, productiemiddelen ten aanzien van specifieke aspecten van de bedrijfsprocessen. (2) Een kengetal aan de hand waarvan de prestaties van een nieuw product in de markt kan worden geevalueerd.

prestatienorm
(1) Een norm waaraan een prestatie moet voldoen wil zijn worden aangemerkt als correct vervuld. (2) Een norm voor het percentage correcte prestaties.

productengroep
(1) Een verzameling producten die naar één of meer kenmerken zijn gegroepeerd. (2) Een samenhangende verzameling van commerciële producttypen en/of versies daarvan die zijn bestemd voor een bepaald marktsegment.

produceren
(1) Het creëren van goederen of het verhogen van de waarde en/of de bruikbaarheid van goederen met behulp van productiefactoren zoals arbeid, grond, kapitaal en onderneming. (2) Het leveren van diensten. (3) Het met behulp van technische middelen omzetten van grondstoffen, materialen, (samengestelde) onderdelen enz. in producten.

productiecyclus
(1) Het geheel aan opeenvolgende activiteiten in het productieproces vanaf het accepteren van een order tot en met de uiteindelijke aflevering van het bestelde product. (2) Een zich regelmatig herhalende kringloop in de productie van verschillende typen producten die binnen deze kringloop in een vaste volgorde worden vervaardigd.

programma-management
(1) Het management dat verantwoordelijk is voor de uitvoering van een programma dat door de organisatie als geheel aanvaard is en waarvoor in principe alle capaciteiten inzetbaar zijn. (2) Het management van een aantal met elkaar verband houdende projecten. De afzonderlijke projecten leveren deelresultaten op die samen het programmaresultaat vormen.

projectinrichting
(1) Het opstellen van het projectplan en de diverse deelplannen, het bepalen van de binnen het project te hanteren methoden en procedures en het ontwerpen van de projectorganisatie en het opstarten van het project en de organisatie. (2) Het compleet meubileren en stofferen van 'projecten' (gebouwen). Vaak geschiedt dit overigens geheel niet projectmatig

primaire proces
(1) Het proces waaraan de organisatie haar bestaansrecht ontleent. (2) Het proces dat het meest bijdraagt aan de verwezenlijking van de organisatiedoelstelling.

projectbureau
(1) Ondersteunende eenheid binnen de projectorganisatie belast met administratieve en secretariële werkzaamheden ten behoeve van een project. (2) Een eenheid binnen de organisatie die is samengesteld om diensten te verlenen aan meerdere projecten.

preferente aandelen
Aandelen die een vast percentage dividend uitkeren voordat houders van gewone aandelen dividend ontvangen. Preferente aandelen noemt men ook wel 'prefs'. Er bestaan ook cumulatief preferente aandelen ('cumprefs').

privatisering
Aanduideing voor de ontwikkeling dat activiteiten van de publieke sector (overheid of door de overheid gecontroleerde uitvoeringsinstellingen) worden overgeheveld naar de private sector (profit en not-for-profit-organisaties welke onafhankelijk van de overheid opereren).

priorities
Aangelegenheden waarvan men vindt dat ze urgenter zijn dan andere en die dus met voorrang aangepakt zouden moeten worden.

prototype-ontwikkeling
Aanpak voor de ontwikkeling van een systeem of product waarbij eerst een eenvoudig prototype wordt ontwikkeld. Dit prototype wordt, indien het voldoet, in latere stadia verder uitgebouwd en verbeterd. In die latere stadia spelen de eisen en/of wensen van gebruikers een belangrijke rol.

productaansprakelijkheid
Aansprakelijkheid die bestaat ten aanzien van gebreken of fouten in geleverde goederen of diensten.

preventieve actie
Acties om te voorkomen dat prestaties onder een gewenst niveau gaan komen, of situaties ontstaan die men niet wenst.

prijsafspraken
Afspraak tussen twee of meer organisaties over de prijzen die ze zullen hanteren voor hun producten/diensten.

productiebesturingssysteem
Algemene naam voor een geautomatiseerd systeem dat de productiebesturing verzorgt.

productiemiddelen
Alle (hulp)middelen die in een productieproces nodig zijn (mensen, machines, gebouwen, energie, water enz.).

productinformatie
Alle informatie betreffende een bepaald product: (technische) productdocumentatie, in het product aanwezige programmatuur, digitale gegevensbestanden afkomstig uit de computer-ondersteunde processen, kwaliteitsgegevens enz.

prestatie-informatie
Alle informatie met betrekking tot het presteren van de organisatie met inbegrip van informatie over de context waarin dit presteren plaatsvindt.

productkenmerken
Alle kenmerkende eigenschappen van een product, zoals lengte, gewicht, vorm, toepassingsmogelijkheden, e.d.

pre-transactiekosten
Alle kosten die samenhangen met de aanschaf van een goed of dienst tot en met de implementatie er van binnen de organisatie.

productcategorie
Alle producten die in een bepaalde behoefte voorzien

predictive analytics
Analyses om te komen tot een aantal denkbare besluiten met een behoorlijke succeskans.

proactief
Anticiperen op mogelijke kansen of bedreigingen en niet wachten tot het laatste moment om tot actie over te gaan.

productplatform
Basisarchitectuur voor een productgroep. Vanuit de architectuur kan gevarieerd worden met betrekking tot het eindproduct.

prestatiemanagement systeem
Bedrijfsintern informatiesysteem met betrekking tot het verzamelen, opslaan, bewerken en distribueren van prestatie-informatie.

productiviteitsratio
Behaald resultaat in verhouding tot ingezette middelen.

procesfinanciering
Bekostiging van een rechtszaak met behulp van een derde partij die het financiële risico op zich neemt en bij winst meedeelt in de opbrengst.

provisie
Beloning voor de uitvoering van een opdracht door een opdrachtnemer. De fee heeft betrekking op de geleverde arbeidsinspanning, de gemaakte kosten, overhead, winstopslag en dergelijke.

primaire inkomens
Beloning voor het ter beschikking stellen van productiefactoren, dus loon, rente, pacht en eventueel een gedeelte van de winst

prikkel
Beloning welke boven op het loon of de overeengekomen prijs voor een product of dienst wordt toegekend, voor een bijzonder goede prestatie. De beloning wordt vaak toegekend in een aantrekkelijke vorm (reis, uitje, cadeau, en dergelijke) en men beoogt ermee voortreffelijke prestaties in de toekomst te stimuleren.

probleem van de handelsreiziger
Bepaling van de kortste weg of de kleinste reistijd tussen een groot aantal locaties.

profielschets
Beschrijving van kennis, vaardigheden, ervaring, persoonlijkheidskenmerken en dergelijke, waaraan een kandidaat voor een bepaalde functie zou moeten voldoen

projectdefinitie
Beslisdocument als product van de definitiefase.

productbestand
Bestand met alle relevante gegevens van een product. Deze gegevens worden gebruikt bij het opstellen van de stuklijst van een samenstelling of eindproduct en zijn van belang voor het gehele technische, logistieke en administratieve proces dat bijdraagt aan de realisatie van een product.

prijshoudend
Beursterm voor stabiele koersen.

prisma-analysemethode
Bij de prisma-analysemethode voor ongevallen vindt de analyse van ongevallen plaats in drie stappen: (1) opsporen van oorzaken; (2) classificeren van oorzaken; (3) ontwikkelen van structurele maatregelen om herhaling te voorkomen.

precies-op-tijd II
Bij precies-op-tijd II zijn er vertegenwoordigers van de leverancier aanwezig bij de klant die voor die klant de bestellingen regelen bij deze leverancier. Vaak zijn deze vertegenwoordigers ook betrokken bij andere bedrijfsfuncties van de klant, bijvoorbeeld bij productontwikkeling of bij productieplanning.

projectstartbijeenkomst
Bijeenkomst van projectopdrachtgever en -nemer die een probleem onderkennen, een beeld hebben van de mogelijke oplossing en de weg waarlangs deze oplossing kan worden bereikt en die de intentie uitspreken om elk in zijn eigen rol het probleem aan te gaan pakken in de vorm van een project

projecteinde-bijeenkomst
Bijeenkomst van projectopdrachtgever en -nemer, waarbij beide partijen formeel vaststellen, dat het project is beeindigd

product layout
Binnen een Product Layout zijn alle processen die benodigd zijn om het product te maken in lijn opgesteld. Het product volgt hierdoor een op voorhand vastgelegde route.

proportionaliteitsclausule
Clausule in een verzekering die bepaalt dat als een bepaald risico door meerdere verzekeringen gedekt is, de betreffende verzekering slechts bijdraagt naar evenredigheid.

programmatuur
Computerprogramma‟s, procedures en mogelijk bijhorende documentatie en gegevens die relevant zijn voor de uitvoering van een computersysteem. [IEEE 610].

projectmanagement software
Computerprogramma's, waarmee een project gepland en beheerd kan worden

prijsconcurrentie
Concurrentie met het accent op de prijs van het product.

productvormconcurrentie
Concurrentie tussen aanbieders van eenzelfde soort producten met verschillende verschijningsvormen. Voorbeeld: computer vs laptop.

produktdifferentiatie
Concurrentiestrategie waarbij men zich door het aanbieden van een uniek product wil onderscheiden van de concurrenten.

procesconflict
Conflict tussen groepsleden over de organisatie van het proces van de taakvervulling.

productdienst systeem
Consumenten hebben niet noodzakelijkerwijs behoefte aan producten, maar zoeken naar het gebruiksgemak dat de producten bieden. Door gebruik te maken van een service in plaats van een fysiek product om in deze behoefte te voorzien kunnen materiaal en energie uitgespaard worden.

principaal-agent theorie
De agency theorie heeft betrekking op situaties, waarbij opdrachtgevers tussenpersonen inschakelen om voor hun rekening bepaalde diensten te verrichten. Deze tussenpersonen kunnen van alles zijn: bestuurders, managers, medewerkers, handelsagenten, enz. Het probleem kan hier ontstaan dat de belangen van de opdrachtgevers en die van zijn tussenpersonen strijdig zijn en er mogelijkerwijs dus niet gehandeld wordt in de beste belangen van de opdrachtgever.

productieserievoorraad
De berekende voorraad die ontstaat vanwege het feit dat een product in series wordt vervaardigd.

projectdoel
De bestaansreden van een project. Het project wordt doorgevoerd om een bepaald probleem op te lossen of een bepaalde kans te grijpen. Het projectdoel wordt niet bereikt door het realiseren van het projectresultaat, maar door het projectresultaat te gebruiken

productmix
De combinatie van individuele producttypen die tezamen het totale assortiment omvatten.

prestatiedoelen
De doelen die het plan nastreeft wat betreft tijd, kosten, kwaliteit, scope, benefits en risico's.

procesdoelstelling
De doelstelling die ten grondslag ligt aan een bepaald bedrijfsproces, de bestaansreden van het proces

projectopdracht
De door de projectopdrachtgever aan projectopdrachtnemer verstrekte opdracht om het project verder ter hand te nemen. De opdracht wordt verstrekt als beide partijen het eens zijn over het bestaan van een probleem, de wijze waarop het probleem kan worden opgelost en de kaders waarbinnen dit zal plaatsvinden

projectschifting
De eerste beslissing om tijd en geld te steken in een project. Dit is het ontstaansmoment voor een project: men beoordeelt een idee goed genoeg om er een project van te maken

probleemherkenning
De eerste stap in het consumentenkoopproces: vaststellen dat er een behoefte is waaraan niet kan worden voldaan.

primaire kosten
De eigen kosten van een kostenplaats.

productiekosten
De fabricagekosten van een product die ontstaan door het directe gebruik van mensen en machines.

projectbudget
De financiële taakstelling van het project. Er wordt voor-af bepaald hoeveel het project mag kosten. Binnen het kader van dit budget moet vervolgens het eindresultaat worden bereikt.

proceseigenaar
De functionaris die verantwoordelijk is voor een proces, de procesprestatie en de middelen die daarvoor worden ingezet.

productiviteit van het menselijk kapitaal
De gerealiseerde hoeveelheid toegevoegde waarde per gewerkt uur die is toe te rekenen aan de inzet van menselijk kapitaal.

prijsgrenzen
De grenswaarden waarboven of waaronder consumenten een prijs niet meer redelijk of geloofwaardig vinden. Prijzen die niet tussen de grenswaarden liggen zullen niet makkelijk verkopen.

prince2-principes
De grondbeginselen voor goed projectmanagement, die de basis vormen voor het managen van een project op basis van PRINCE2.

projectprofijt
De in de toekomst te verwachte voordelen in termen van opbrengst, efficiency, effectiviteit en marktkansen voor de organisatie als gevolg van het doorvoeren van een project.

product-marktmengsel
De in een bepaalde periode door een leverancier gehanteerde combinatie van welke markten met welke producten worden voorzien.

program budgetting
De integratie van een aantal technieken, waarmee met name overheidsbeleid kan worden ontwikkeld, gepland, gebudgetteerd en beheerst.

preventiekosten
De kosten van alle handelingen voor het onderzoeken, voorkomen en verminderen van de kans op fouten en falen, alsmede het verbeteren van de kwaliteit door correctieve maatregelen. Preventieve kosten omvatten ook de kosten voor het ontwerpen, opzetten, onderhouden en verbeteren van het kwaliteitssysteem..

product obsolescence
De laatste fase in de productlevenscyclus. Het product wordt overschaduwd door nieuwere producten en het wordt tijd het uit de markt te halen.

programmaperiode
De lengte van de perioden waarin de totale tijdsduur van het (productie)programma is opgedeeld.

primaire markt
De markt waarop de emissie van nieuwe effecten plaatsvindt.

prijsacceptatie
De mate waarin afnemers de prijs voor een product of dienst redelijk vinden.

prijselasticiteit
De mate waarin bij een verandering van de prijs de gevraagde en/of aangeboden hoeveelheden veranderen.

prijsbewustzijn
De mate waarin een consument op de hoogte is van de prijzen van een bepaald product zoals die door de verschillende aanbieders worden gehanteerd.

produceerbaarheid
De mate waarin een nieuw product gemakkelijk en effectief geproduceerd kan worden tegen een minimum aan kosten en met een maximum aan betrouwbaarheid.

procesbegrensdheid
De mate waarin een proces in staat is output te leveren die aan bepaalde specificaties voldoet.

precisie/nauwkeurigheid
De mate waarin een waargenomen waarde de referentiewaarde (of norm) benaderd.

programmaflexibiliteit
De mogelijkheid om een productiesysteem automatisch te laten verlopen.

productflexibiliteit
De mogelijkheid verschillende producten te maken met de beschikbare productiecapaciteit en te variëren tussen producten al naar gelang de vraag daartoe aanleiding geeft..

procesopbrengst
De nuttige output van een proces.

projectomgeving
de omgeving waarbinnen het project zich afspeelt. Deze omgeving wordt onder meer gevormd door de organisatie waarbinnen het project wordt uitgevoerd, de organisaties van waaruit de projectmedewerkers en de hulpmiddelen vandaan komen, de organisatie voor wie het projectresultaat bedoeld is, de thuisomgeving van degenen, die bij het project betrokken zijn, e.d.

productieniveau
De omvang, uitgedrukt in standaard perioden, van de productie van een product in een bepaald tijdsbestek.

primaire onderneming
De onderneming die de basis vormt van de organisatie.

productbeheer
De organisatorische functie in een product/marktcombinatie van een productdivisie in een onderneming en/of een nationale (verkoop) organisatie verantwoordelijk voor het op de markt brengen en het verkopen van de door die divisie of (verkoop)organisatie gevoerde producten.

procesresultaat
De output van een proces.

projectopdrachtnemer
De partij (persoon of organisatie) die een projectopdracht heeft aangenomen en op grond daarvan binnen de afgesproken kaders van geld en tijd verantwoordelijk is voor het bereiken van het projectresultaat

projectopdrachtgever
De partij (persoon of organisatie) die opdracht heeft gegeven voor een project en voor wiens rekening het project wordt uitgevoerd binnen afgesproken kaders.

productlevenscyclus
De periode die verloopt tussen de introductie van een product en het uit de markt nemen ervan. Men onderscheidt hierbij de volgende fasen: introductie, groei, volwassenheid, verzadiging, afbouw.

projectlevenscyclus
De periode vanaf het opstarten van een project tot de acceptatie van het projectproduct.

principal
De persoon die bevoegd is om in een onderhandelingsproces namens een partij beslissingen te nemen.