Kennisconsult Managementwoordenboek
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274
bloedvast
Beursterm voor scherp stijgende koersen.
blogosphere
De 'gemeenschap' van webloggers.
black box
De kleinste eenheid van een systeem wordt de black box genoemd. Een black box is een systeem, of subsysteem, waarvan de interne elementen en relaties de onderzoeker (nog) niet bekend zijn of die hij (vooralsnog) buiten beschouwing laat. Een black box bestaat uit één element.
blauwe boorden
Een benaming voor een handarbeider in een fabriek of werkplaats. Zo genoemd naar de kleur van werkkleding (overall).
blue pages
Een database met daarin de profielen van externe dienstverleners.
black-scholes option pricing model
Een door Fischer Black en Myron Scholes ontwikkeld rekenmodel om opties te waarderen.
blister packaging
Een doorzichtige verpakking, waardoor de klant het artikel kan zien voordat hij het koopt.
blokkenschema
Een grafische weergave van een systeem of subsysteem dat inzicht geeft in de relatie tussen de verschillende systeemdelen.
blitz
Een intensieve reclamecampagne waarbij kosten noch moeite gespaard zijn.
blind copy
Een kopie van een document zonder dat op het origineel staat aangetekend dat er een kopie van is gemaakt.
blended learning
Een mix van leervormen, met betrekking tot distributie van leerinhouden, vormen van communicatie en didactische methoden.
blog
Een mogelijkheid op het internet, waarmee een individu zijn ideeën, gedachten en meningen rechtstreeks kan delen met anderen. Dit gebeurt dan gewoonlijk in de vorm van een dagboek/logboek.
blockaded entry
Een omstandigheid die het toetreden van nieuwe spelers op een markt verhindert.
block stacking
Een opslagmethode waarbij met geen rekken of legplanken gebruikt maar de goederen in dozen of kisten verpakt op elkaar stapelt
blind ad
Een personeelsadvertentie zonder dat er bij vermeld wordt wie de werkgever is.
black-coated worker
Een persoon in een administratieve functie.
blokkenplanning
Een planningsschema dat gebaseerd is op perioden (bijvoorbeeld een week) en niet op een aantal beschikbare uren aan productiecapaciteit (b.v. 40 uur). Het schema wordt gebruikt in geval er sprake is van vaststaande termijnen, bijvoorbeeld droogtijd van een product of levertijd van een leverancier.
bleeding edge
Een proces of technologie die zijn tijd ver vooruit is en die zich nog moet bewijzen. Het kan een concurrentievoordeel opleveren maar het is ook mogelijk dat het uiteindelijk op een concurrentienadeel uitdraait.
blijven hangen strategie
Een situatie waarin je er niet toe komt een concurrentiestrategie te ontwikkelen op basis van de analyse van de externe omgeving van je organisatie. Je gaat dan niet voor lege kosten, differentiatie of focus, maar je doet feitelijk niets en komt dan ook niet tot een concurrentievoordeel.
blindevlek-analyse
Een techniek om het besluitvormingsprocess te controleren op blinde vlekken bij de besluitvorming.
blind test
Een test waarbij de gebruiker geen enkele informatie krijgt over het testproduct.
blind trust
Een trust waarbij de trusthouder volledige zeggenschap heeft over het vermogen van de trust, terwijl de rechthebbenden in de trust niet op de hoogte zijn van de samenstelling van het trustvermogen. De bedoeling van deze constructie is te voorkomen dat rechthebbenden invloed kunnen uitoefenen.
blue tooth
Een verbinding voor netwerkapparaten gebaseerd op een radioverbinding voor korte afstanden.
blootstellingen
Het aantal malen per jaar dat het systeem het risico loopt van het niet meer op voorraad hebben van een bepaald type onderdeel of product. Het aantal blootstellingen wordt geschat door de seriegrootte te delen door het jaarlijkse verbruik.
blokbereik
Het aantal personen dat met een reclameblok wordt bereikt.
blocking
Het neutraliseren van achtergrondvariabelen bij een statistisch onderzoek.
blokdominantie-theorie
Hoe dominanter de aanwezigheid van een direct response commercial in een reclameblok, hoe groter de kans op respons.
blogger
Iemand die een blog bijhoudt.
black-boxed know-how
Kennis die met behulp van uiteenlopende methoden en tactieken moeilijk te imiteren is gemaakt.
blauwdruk
Oorspronkelijk een copie van een bouwtekening die gemaakt werd met carbonpapier (blauwe kleur was daarbij standaard). Nu: een bestaand plan dat zonder aanpassing kan worden overgenomen.
blockbuster
Oorspronkelijk een film die boven verwachting presteert qua bezoekersaantallen. Tegenwoordig staat de term voor kassucces/kaskraker: een product dat zeer goed verkoopt.
blanket purchase order
Overeenkomst tussen een klant en een leverancier waarbij is geregeld dat de leverancier gedurende een bepaalde periode op gezette tijden goederen of diensten levert tegen vooraf bepaalde condities.
black box testspecificatietechniek
Procedure om testgevallen af te leiden of te selecteren, gebaseerd op een analyse van de specificatie, functioneel dan wel niet-functioneel, van een component of systeem, zonder referentie naar zijn interne structuur.
blinde producttest
Producttest waarbij aan mensen gevraagd wordt producten te keuren zonder dat zij worden geinformeerd over de fabrikant of de merknaam van het product met de bedoeling te voorkomen dat hun beoordeling wordt beinvloed door hun mening over een bepaalde fabrikant of merk.
blauwe oceaan strategie
Strategie die er op gericht is tot op heden niet bestaande behoeften te ontdekken en te vervullen.
black-boxed technologies
Technologie die met behulp van uiteenlopende methoden en tactieken moeilijk te imiteren is gemaakt.
bluetooth
Technologie waarmee apparaten draadloos met elkaar kunnen communiceren.
black-box test
Test waarbij gekeken wordt naar de input, de output en de uitvoeringscondities van een systeem of component, terwijl het interne mechanisme of de structuur van het syteem of de component buiten beschouwing wordt gelaten. Andere termen hiervoor zijn functional testing en input/output driven testing.
blockbuster profit
Verdienmodel dat gericht is op maken van winst op basis van kaskrakers.
blanket bond
Verzekering voor met name financiële instellingen tegen de risico's van schades veroorzaakt door kwaadwillende medewerkers. Denk hierbij aan schades ten gevolge van diefstal, verduistering, valsheid in geschrifte en dergelijke.
Black & Scholes formule
wiskundig model voor het berekenen van een theoretische waarde van een call-of putoptie.
Black-Scholes-Martin model
wiskundig model voor het berekenen van een theoretische waarde van een call-of putoptie. Synoniem voor: Black-Scholes option-pricing model
boete
(1) Algemeen: een schuld die te wijten is aan een verkeerde handeling en die moet worden betaald om dat weer recht te zetten. (2) Straf die wordt opgelegd of van rechtswege ontstaat als niet wordt voldaan aan een bepaalde voorwaarde.
bot
(1) Afkorting van robot; (2) Via digitale netwerken met een bepaald doel verspreide stukjes software.
boekhoudcode
(1) Codenummer voor elke grootboekrekening in een boekhouding. (2) Een nummer voor elk onderdeel van een hiërarchische indeling van taken (WBS), waarmee de kostengegevens van dat onderdeel kunnen worden geïdentificeerd en bijgehouden.
bottom line
(1) De laatste regel op de verlies- en winstrekening, waar je kunt zien of er sprake is van winst of verlies. (2) De definitieve beslissing over een kwestie.
boost
(1) Een vorm van aanmoediging of hulp die aanzet tot hogere of betere prestaties. (2) Plotseling optredende aanmerkelijke verbetering van het prestatieniveau.
borgsom
(1) Garantstelling in geld ter dekking van eventuele beschadiging of het verloren gaan van een ter beschikking gesteld goed. (2) zekerheidstelling bij de schorsing van voorlopige hechtenis (80,3 Sv)
body of knowledge
(1) Het totaal aan wetenschappelijke kennis. (2) Verzameling expliciete en toegankelijk gemaakte kennis op een bepaald terrein.
borderel
(1) Lijst van stukken in een dossier; (2) Een uittreksel uit een financieel document waarin een overzicht wordt gegeven van de voornaamste cijfers.
borgstelling vooraf
Aanbetaling met als doel de verkoper of verhuurder enige zekerheid te verschaffen. Op het moment van levering wordt het resterende bedrag voldaan. Mocht de koper/huurder toch afzien van de deal, dan vervalt de aanbetaling ter dekking van de door verkoper/verhuurder gemaakte kosten/gederfde winst.
boekhoudafdeling
Afdeling binnen de organisatie die belast is met de (fianciele) administratie.
bottom fisher
belegger die zich richten op effecten, waarvan zij verwachten dat de koers op een dieptepunt is en snel weer zal gaan stijgen.
bottom up
Benadering waarbij beleid e.d. vanuit de basis (de werkvloer, de lagere overheden, e.d.) wordt geïnitieerd.
box option
Bij beleggen in opties: Een box-spread is een zodanige combinatie van posities dat koersrisico's tegen elkaar wegvallen.
bottom-up benadering
Bij het ontwerpen van een succesvol Opleidingsplan wordt in toenemende mate rekening gehouden met de behoeften, wensen en omstandigheden van de individuele medewerkers. Dit is de bottom-up benadering, die voornamelijk wordt toegepast in de benadering van opleiden en leren in een lerende organisatie. Belangrijkste kenmerk is dat opleiden niet van bovenaf wordt gestuurd vanuit een strategisch vooropgesteld plan, m aar dat medewerkers ondernemers zijn van hun eigen talenten. Er bestaat een motiverende combinatie tussen werken en leren als onderdelen van één geïntegreerd proces. Meer algemeen is de bottom up benadering een benadering waarbij men iets opbouwt van van beneden naar boven te beginnen met elementaire functie en zo verder tot het hele systeem is gerealiseerd.
boeterente
Boete die men verschuldigd wordt bij het te vroeg terugbetalen van een lening, als vergoeding aan de geldverstrekker voor de misgelopen rente en de te maken kosten om het geld weer te beleggen..
borgstelling bij offerte
Borgsom die een aanbieder bij een derde partij deponeert en die hij verspeelt als hij zijn bod tussentijds of bij aanvaarding intrekt.
bouw- en sloopafval
Bouw- en verpakkingsmaterialen die overblijven bij het bouwen of vrijkomen bij het slopen. Sinds het stortverbod van Bouw- en Sloopafval in Nederland zijn deze materialen in feite geen 'afval' meer, maar 'grondstof voor materiaalrecycling'.
bovenmatig
Buitensporig, overdadig.
boekhouding
De administratie van financiele feiten van een persoon of organisatie.
boven de vouw
De bovenste helft van de voorpagina van een krant. Tegenwoordig ook dat gedeelte van een website dat meteen zichtbaar is als een bezoeker er op terecht komt.
boekhoudcyclus
De kringloop van werkzaamheden die jaarlijks nauwgezet en in samenhang moet worden doorlopen om aan het einde van het boekjaar een jaarrekening te kunnen presenteren.
boekingsmethode
De manier waarop het boeken van financiele feiten in een boekhouding is geregeld en bestendig en consequent wordt toegepast.
boekingssysteem
De manier waarop het boeken van financiele feiten in een boekhouding is geregeld met inbegrip van procedures met betrekking tot het vastleggen, controleren en het opstellen van rapportages.
bouwbaarheid
De mate van gemak waarmee iets in elkaar te zetten is.
bovengrens
De maximale waarde van een item.
boekhoudmethode
De methode die wordt gehanteerd bij het administreren van inkomsten en uitgaven en het waarderen van bezittingen en schulden.
boekhoudkundig jaar
De periode van 12 maanden waarover een organisatie middels haar jaarrekening verslag doet en rekening en verantwoording aflegt.
boekjaar
De periode waarover een jaarstuk wordt gemaakt. Gewoonlijk is dit het kalenderjaar, maar een andere start- en einddatum is ook mogelijk. Veel amerikaanse bedrijven kennen een boekjaar van juli tot en met juni, veel japanse bedrijven hebben een boekjaar van april tot en met maart.
boegbeeld
De persoon die gezichtsbepalend is voor een organisatie.
bonusregeling
De regeling binnen een organisatie met betrekking tot bonussen of extra loon.
boundary object theory
De theorie gaat uit van boundary objects (grensobjecten), een sociologisch concept om kennis te beschrijven die tussen uiteenlopende gemeenschappen/milieus wordt uitgewisseld. Het gaat om kenniselementen die meerdere partijen gemeenschappelijk hebben, maar waar men verschillend tegen aankijkt. Bijvoorbeeld de uitbreiding van Schiphol zal de een bekijken als mogelijkheid voor economische groei, terwijl een ander dat ziet als bedreigend voor het milieu. Omdat men de elementen gemeenschappelijk heeft zijn ze wel vatbaar voor discussie, onderhandeling en kennisuitwisseling.
boekwaarde
De waarde van de activa en de passiva zoals ze op enig moment in de boekhouding staan.
bogus degree
Diploma van een niet erkende onderwijsinstelling.
boedelschulden
Dit zijn, in beginsel, de schulden die noodzakelijkerwijs moesten worden gemaakt om het faillissement af te kunnen wikkelen. Hieronder vallen onder meer de kosten van de curator, gemaakte taxatiekosten, huurtermijnen na de faillissementsdatum, kosten van levensonderhoud van de gefailleerde en het salaris dat werknemers gedurende de opzegperiode ontvangen.
bonusaandeel
Dividend in de vorm van aandelen ten laste van de reserves.
boekhoudnorm
Door de globalisering van de economie is het noodzakelijk om de boekhoudingen van internationale ondernemingen te onderwerpen aan uniforme regels om ze zo beter te kunnen vergelijken met elkaar. Deze regels (bv. IFRS:International Financial Reporting Standards of IAS-normnen) vormen algemeen aanvaarde boekhoudnormen.
bouwstenen van de organisatie
Drucker onderscheidt op basis van hun bijdrage aan de totale doelstelling van de onderneming vier typen activiteiten, bouwstenen, voor de organisatie: - resultaat genererende eenheden (eenheden die meetbare resultaten opleveren die bijdragen aan het resultaat van de hele onderneming); - support eenheden (zoals stafdiensten); - topmanagement; - huishoudelijke en hygiëne eenheden.
boekhoudkundig informatiesysteem
Een (boekhoud-)systeem dat kan voorzien in de informatiebehoefte met betrekking tot de kostenstructuur en de winstgevendheid van een organisatie en haar onderdelen.
boomstructuur
Een `boomstructuur` is een hiërarchische structuur, die onder andere gebruikt wordt om taxonomische kennis mee in te delen. Als hij schematisch wordt getekend doet het aan een boom denken; dit wordt een 'dendrogram' genoemd.
bounce back
Een aanbieding die wordt meegestuurd in de verpakking van een besteld product. Vaak in de vorm van krantje, folder of catalogus.
bolt on
Een applicatie/uitbreiding welke kan worden toegevoegd aan een product dat er daardoor een functionaliteit bij krijgt. Bijvoorbeeld een terreinwagen die kan worden voorzien van een lier
boekhouding op transactiebasis
Een boekhoudmethode waarbij een financieel feit wordt toegerekend aan de periode waarin een vordering of een verplichting is ontstaan.
boekverlies
Een boekverlies ontstaat als iets wordt verkocht tegen een lagere prijs dan de boekwaarde (het bedrag waarvoor het in de boeken stond).
boekwinst
Een boekwinst ontstaat als iets wordt verkocht tegen een hogere prijs dan de boekwaarde (het bedrag waarvoor het goed in de boeken stond).
bootstrapping
Een bootstrap is een lus boven aan een laars waaraan men kan trekken om de laars aan te trekken. Bootstrapping in economische zin betekent dat de ontwikkeling van een bedrijf wordt gefinancierd uit de eigen winsten. De uitdrukking is ontleend aan Baron van Münchhausen die naar eigen zeggen in staat was zichzelf aan zijn eigen laarzen uit het moeras te trekken.
boekstuk
Een document waaruit blijkt dat er financiele feiten hebben plaatsgevonden. Bijvoorbeeld een rekening van een leverancier
borgstellingskrediet
Een door de overheid verstrekte kredietgarantie, waarmee makkelijker krediet kan worden verkregen om het bedrijfskapitaal te vergroten of bedrijfsmiddelen aan te schaffen.
Box-Behnken ontwerpmodel
Een driedimensionale statistische experiment ontwerpmethode, aan de hand waarvan de experimentele grenzen kunnen worden bepaald, zodat extreme behandelingscombinaties kunnen worden voorkomen.
Box-Jenkins techniek
Een extrapolatiemethode waarbij een tijdreeks op een zodanige wijze voortschrijdend wordt gemiddeld dat men de getallen uit de reeks minder zwaar laat wegen naarmate de getallen meer in het verleden liggen.
boxcar
Een gesloten treinstel dat voornamelijk wordt gebruikt voor verpakte vracht.
bolle curve
Een grafiekvorm waarbij de curve eerst omhoog loopt, in het midden zijn top bereikt en uiteindelijk weer omlaag gaat. De vorm is typisch voor een normaalverdeling. Als je bijvoorbeeld van een grote groep mensen hun lichaamslengte opmeet, zie je een ophoping rondom een gemiddelde. Datzelfde zie je wanneer je hun IQ of levensverwachting meet, maar ook wanneer je bijvoorbeeld van producten hun prijs over een tijdsperiode in kaart brengt.
botnet
Een groot aantal computers, die - gewoonlijk zonder medeweten van de eigenaars - worden gebruikt om hack-aanvallen uit te voeren.
bottom up test
Een incrementele benadering van integratietesten waarbij de componenten op het laagste niveau eerst worden getest, en dan worden gebruikt om het testen van componenten op een hoger niveau mogelijk te maken. Dit proces wordt herhaald tot de component aan de top van de hiërarchie is getest.
bonuskorting
Een korting die achteraf wordt verleend, bijvoorbeeld wegens het realiseren van een omzetprestatie.
bottom-up management
Een manier van managen waarbij ook lagere niveaus in de hiërarchie kunnen participeren.
bookbuilding
Een methode om de uitgifteprijs van een nieuw te noteren aandeel of obligatie te bepalen. Binnen een vooraf vastgestelde bandbreedte kunnen beleggers inschrijven op de uit te geven aandelen of obligaties. Hierbij kan de belegger zelf de prijs en het gewenste aantal aandelen en obligaties aangeven. Op grond van de omvang van de orders bij elk prijsniveau stelt men de uiteindelijke uitgifteprijs vast.
box behnken designs
Een methode van experimentontwerp, waarbij extreme waarden worden buitengesloten.
boxpallet
Een pallet voorzien van opstaande zijkanten geschikt voor de opslag en het transport van losse goederen