Kennisconsult Managementwoordenboek

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274


beveiligingstest-tool
Een tool dat ondersteuning biedt voor het testen van beveiligingsattributen en kwetsbaarheden.

beveiligingstool
Een tool dat ondersteuning biedt voor operationele beveiliging.

bedrijfsstructuurmodellen
Een type bedrijfsmodel dat betrekking heeft op het inrichtingsvraagstuk en refereert aan de architectonische configuratie van een organisatie.

belastbaarheidstest
Een type performancetesten uitgevoerd om het gedrag te meten van een component of systeem bij toenemende belasting, door bijvoorbeeld toename van het aantal gelijktijdige gebruikers en / of aantallen transacties, om te bepalen welke belasting de component of het systeem nog aankan.

besturingsmechanisme op basis van marktwerking
Een van de besturingsmechanismen van Ouchi, waarbij het management zich bij haar sturing richt op de transacties tussen organisatorische eenheden.

beïnvloeden
Een van de kerntaken van leiderschap, het er voor zorgen dat mensen, processen en activiteiten gericht worden in de richting van doelverwezenlijking.

Bell-LaPadula model
Een veiligheidsmodel waarbij gegevens en instructies over personen en objecten zijn opgeslagen in een database. Toegang tot informatie wordt alleen verleend als dat in overeenstemming is met de richtlijnen en gegevens uit de database.

beschrijving activiteit
Een veld in een computerprogramma, waarin een activiteit kort kan worden getypeerd.

belastinglatentie
Een verborgen belastingverplichting die veroorzaakt wordt doordat er in de loop van de tijd verborgen reserves zijn ontstaan waarover ooit met fiscus moet worden afgerekend.

beursverkenning
Een vergunning afgegeven door de Minister van Financiën. Zonder beurserkenning is het in Nederland niet toegestaan om een effecten- of optiebeurs te organiseren en te onderhouden.

beta-versie
Een versie van een nieuw ontwikkeld product, dat nog wel niet helemaal af is, maar dat toch al aan een aantal geselecteerde klanten wordt geleverd om uit te proberen. Vaak wordt het gratis verstrekt met het verzoek om commentaar

bestelcategorie
Een verzameling producten waarvoor dezelfde regels gelden ten aanzien van het bestellen, bijv. dezelfde bestelfrequentie.

bewerking
Een verzameling van activiteiten, die gezamenlijk leiden tot een afgerond resultaat van complexe aard.

bestand
Een verzameling van met elkaar verband houdende gegevens dat toegankelijk is onder één naam of identificatietechniek. Bij de automatische gegevensverwerking is een bestand vastgelegd in een geheugenmedium.

beroepsaansprakelijkheidsverzekering
Een verzekering die de vermogensschade dekt die door een ondernemer of professional in de uitoefening van zijn beroep is aangericht.

bedrijfsschadeverzekering
Een verzekering ter dekking van schades als gevolg van het stilvallen van de commerciele activiteiten van een bedrijf als gevolg van een buiten komende oorzaak, zoals stroomuitval, staking en dergelijke.

bestelniveau
Een vooraf bepaald niveau van de voorraad. Zodra de voorraad tot onder dit niveau daalt dient bijbesteld te worden.

bedrijfsregel
Een voorschrift waaraan men zich binnen een organisatie dient te houden en dat door een organisatie is gegeven om de realisatie van de doelen van de organisatie te bevorderen.

beschermingsconstructie
Een voorziening in de organisatiestructuur van een onderneming die moet voorkomen dat de organisatie ten prooi kan vallen aan een vijandige overname.

beschrijvend casusonderzoek
Een vorm van casusonderzoek voor gevallen waarbij men een onderzoek doet naar de eigenschappen van een verschijnsel in een concrete situatie.

beleggingsadvies
Een vorm van dienstverlening waarbij een 'belegger'of `investeerder` die een bepaald vermogen belegd heeft of wil beleggen wordt voorzien van terzake deskundige raad.

below the line advertising
Een vorm van promoten van producten door middel van direct mail campagnes, speciale aanbiedingen, kortingen en dergelijke, kortom zonder gebruik te maken van reclamemedia als krant, tv en radio.

behaviorally anchored rating scale
Een waarderingsschaal voor medewerkers of sollicitanten op basis van hun score op specifieke gedragsaspecten.

besmettelijke ziekte
Een ziekte die door besmetting direct of indirect wordt overgebracht.

becquerel
Eenheid van (kern)activiteit. 1 bq is gelijk aan 1 radioactief verval per seconde.

beheersbaarheid
Eigenschap van een systeem dat wijziging van de input leidt tot voorspelde wijziging in de output of de status van het systeem.

besluitvormingsmodel
Elk model dat in een gegeven geval gebruikt kan worden om op een gestructureerde manier te komen tot een besluit.

bedrijfsrisico
Elke kans op verlies of schade voor een bedrijf, verband houdend met haar bedrijfsactiviteiten of met invloeden uit haar omgeving.

bedreiging
Elke omstandigheid in de omgeving van de organisatie die een negatieve invloed kan hebben op de realisatie van de organisatiedoelstellingen.

beursgang
Engelse term voor de eerste uitgifte van aandelen of obligaties op een effectenbeurs.

bear market
Engelse term voor een markt waarin de koersen over een breed front dalen.

bearish
Engelse term voor een negatief beurssentiment. Vergelijkbaar met de term à la baisse.

bear rally
Engelse term voor een periode waarin de aandelenmarkt of een enkel fonds sterk daalt.

beschikbaarheidspremie
Extra beloning voor medewerkers die in hun vrije tijd opgeroepen kunnen worden voor hun werk.

benefit drivers
Feiten of omstandigheden die een organisatie is staat stellen om zich te onderscheiden van haar concurrenten, zoals kwaliteit, servicegraad, snelheid van leveren, imago, enz.

benchmark positions
Functies die in de meeste organisaties voorkomen, ongeacht grootte of branche. Bijvoorbeeld boekhouder, directeur.

bestandstoezichthouder
Functionaris die in opdracht van de bestandshouder toezicht houdt op het beheer en het gebruik van bestanden met persoonsgegevens.

bestandshouder
Functionaris die overkoepelend verantwoordelijk is voor de aard, de samenstelling en het gebruik van een gegevensverzameling.

bedrijfsbeheerder
Functionaris die verantwoordelijk is voor de huishoudelijke aangelegenheden van een onderneming zoals het onderhoud van gebouwen, de aanschaf en het onderhoud van het meubilair en andere middelen, de bewaking en beveiliging van het gebouwencomplex en het inventaris, het interne post- en telefoonverkeer, aanschaf en distributie van klein inventaris, het regelen van interne verhuizingen enz.

beleidsmakers
Functionarissen in organisaties en (overheids-) instellingen die zich bezighouden met het ontwikkelen van plannen om in de toekomst gewenste situaties te bewerkstelligen.

bestelsysteem
Geautomatiseerd systeem dat aan de hand van bestelregels het beste besteltijdstip en de meest gunstige bestelhoeveelheid aangeeft.

betongranulaat
Gebroken, steenachtig materiaal uit bouw- en sloopafval (BSA) dat tenminste 90% beton bevat. Betongranulaat voor beton moet volgens NEN 5905 voor meer dan 90% bestaan uit gebroken beton met een volumieke massa (dichtheid) van de droge korrels van tenminste 2100 kg/m3.

bestek
Gedetailleerde beschrijving van het te maken werk en de voorwaarden waaronder het moet worden uitgevoerd.

beschikbaar werk
Geproduceerde eenheden die gereed zijn om verder verwerkt te worden.

bedrijfsresultaat
Gerealiseerde omzet van een onderneming verminderd met de gemaakte kosten uit de gewone bedrijfsvoering (dus zonder financiele kosten, incidentele baten en lasten en belastingen).

betekenisstructuur
Gestructureerde manier waarop een consument een product ervaart. Een betekenisstructuur is een schema met attributen, gevolgen en waarden. Produkten hebben concrete, fysieke attributen. Deze attributen leiden tot functionele en psycho-sociale gevolgen. Gevolgen zijn in feite interacties tussen het produkt en het consumentengedrag. Deze gevolgen zijn belangrijk, als ze aansluiten op waarden van de gebruikers. Bijvoorbeeld, een auto heeft een econometer (attribuut). Het gevolg daarvan is dat je zuiniger kunt rijden. En dit is belangrijk, als je energieen milieubewust bent (waarde). Theoretisch gezien is de betekenisstructuur samengesteld uit elementen uit drie verschillende gebieden. De attributen komen uit het produktaanbod. De gevolgen hqbben meestal betrekking op gedrag. En de waarden komen uit het gebied van de evaluatie.

belastbare goederen
Goederen die in aanmerking komen om belasting of accijns over te heffen.

bevolkingspiramide
Grafiek of diagram van de leeftijdsopbouw van een bevolking.

beroepsgroep
Groep van personen met hetzelfde of een verwant beroep, bv. advocaten en notarissen.

belangengroepen
Groepen mensen die ergens verontrust over zijn en die op grond daarvan proberen besluitvorming en gedrag van overheid, bedrijven, instellingen of beroepsgroepen te beinvloeden.

bevolkingsonderzoek
Grootschalig onderzoek waarbij niet wordt gewerkt met steekproeven. Er wordt naar gestreefd alle in aanmerking komende personen in het onderzoek te betrekken.

belastingvoordelen
Gunstige belastingomstandigheden die slechts gelden voor belastingplichtigen die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Voorbeeld: extra belastingaftrek vanwege ziekte, studie, hebben van kinderen, zijn van ondernemer, enz.

beeldmerk
Herkenningsteken van een organisatie of van een product of dienst.

best alternative to negotiated agreement
Het - voorafgaand aan onderhandelingen - onderzoeken welke alternatieven er zijn voor het geval de onderhandelingen mochten mislukken. Als er goede alternatieven voorhanden zijn, dan versterkt dat de onderhandelingspositie aanzienlijk.

beheren
Het aansturen van organisaties en/of processen.

bestelfrequentie
Het aantal malen dat binnen een bepaalde periode wordt besteld.

bewerkingen
Het aantal malen dat een werkstuk een behandeling ondergaat gedurende het productieproces.

bereik
Het aantal mensen dat wordt bereikt met een (reclame-) boodschap. Bereik wordt meestal uitgedrukt als percentage van het aantal personen dat bereikt had kunnen worden.

bestandsverrijking
Het aanvullen van een bestand met ontbrekende informatie op recordniveau.

bedrijfsadvisering
Het adviseren van een onderneming door een terzake kundige consultant.

belastbaar bedrag
Het bedrag dat overblijft nadat aftrekposten er op in mindering zijn gebracht. Over dit bedrag, verminderd met de toepasselijke vrijstellingen, word vervolgens belasting geheven.

bedrijfspotentieel
Het bedrijfspotentieel beschrijft wat de bedrijfssituatie is, wat een onderneming aan mogelijkheden heeft, en dit zowel op materieel als 'immaterieel' vlak.

beslechten
Het beëindigen van een kwestie door een beslissing te nemen.

beperkte aansprakelijkheid
Het begrip beperkte aansprakelijkheid betekent dat de vennoten in principe slechts persoonlijk aansprakelijk zijn voor hetgeen in naam van de vennootschap wordt verricht tot het bedrag dat op hun aandeel behoort te worden gestort.

behandelen van klantenorders
Het behandelen van klantenorders vanaf de eerste order of offerte- aanvraag tot en met de verzending van het eindproduct.

behoefteberekening
Het berekenen van de behoefte voor een bepaalde periode op basis van bijv. ontvangen en/of verwachte orders of van de voorraadpositie.

behoefte-explosie
Het berekenen van de vraag naar onderdelen van een samenstelling door deze vervolgens te vermenigvuldigen met het aantal samenstellingen zoals gespecificeerd in de stuklijst.

bedrijfskennisveiligheid
Het beschermingsbeleid dat binnen een organisatie wordt toegepast ten aanzien van de materiele en immateriele kennisactiva.

bewaarbedrijf
Het bewaarbedrijf (custodian) is een bancaire of trustorganisatie die verantwoordelijk is voor het bewaren en administreren van de effecten die een fonds bezit. Soms is het bewaarbedrijf ook verantwoordelijk voor de afwikkeling van transacties van het fonds.

bevestiging van binnenkomst
Het bijwerken van de status van de binnenkomende goederen. Hierna kan de betaling worden vrijgegeven.

behoeftewijziging
Het bijwerken van een herzien hoofdproductieplan door de MRP om de invloed van de wijzigingen te kunnen overzien. Dit moet niet worden verward met de netto MRP wijziging die, behalve wijzigingen in het MPS, ook wijzigingen in voorraadafstemmingen, stuklijsten enz. door de gehele MRP doorberekent.

belastingontwijking
Het binnen de de grenzen van de wet realiseren van belastingbesparingen.

belastingverschuiving
Het budgettair neutraal verplaatsen van de belastingheffing. Bij belastingverschuiving zijn diverse mogelijkheden denkbaar, b.v. van Nederland naar Europa, van rijk naar provincie, van arbeid naar kapitaal, van werkgelegenheid naar milieu, van arm naar rijk, van korte termijn naar lange termijn.

beheerscyclus
Het cyclische proces om een project te beheersen. Vaak gedefinieerd in de termen van Deming: Plan, Do, Check, Act (Deming cycle).

bezettingsplanning
Het deel van de productieplanning, waarbij de productiestroom wordt gekoppeld aan de productiecapaciteit.

beoordeelde waardevaststelling
Het door een overheidsinstantie bepalen van de waarde van onroerend goed met als doel het heffen van een aantal belastingen.

belastingfraude
Het door het plegen van fraude verminderen van fiscale verplichtingen

belastingconcurrentie
Het door het verlenen van belastingfaciliteiten proberen een gunstig vestigingsklimaat te scheppen voor buitenlands kapitaal of bedrijvigheid

bezitsvorming
Het door spaarzaamheid tot stand brengen van een vermogen aan duurzame goederen en beleggingen.

belastingvlucht
Het door verhuizing van natuurlijke personen of rechtspersonen naar het buitenland ontgaan van belastingen in het land van herkomst

betrouwbaarheidsinterval
Het gebied dat gemarkeerd wordt door twee uitersten waartussen de werkelijke waarde waarschijnlijk zal zitten.

berekend gebruik
Het gebruik van onderdelen of ingrediënten in een fabricageproces dat wordt berekend door vermenigvuldiging van het aantal samenstellingen van een ontvangen bestelling met de hoeveelheid van onderdelen/ingrediënten in de stuklijst per samenstelling. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de standaarduitval.

bediende markt
Het gedeelte van de beschikbare markt waar de aanbieder zich met zijn producten en/of diensten op richt.

bestelgedrag
Het gedragspatroon dat zichtbaar wordt zodra een consument meerdere malen een bestelling heeft geplaatst.

bewaren
Het gedurende een voorgeschreven termijn in goede orde opslaan en beschikbaar houden van documenten en overige gegevensdragers.

beslissingsanalyse
Het gefaseerde proces waarbij een probleem in deelproblemen wordt ontleend en vervolgens langs expliciet-kwantitatieve weg wordt geananlyseerd en opgelost.

bedrijfsfinanciering
Het geheel aan financiele middelen (eigen vermogen en vreemd vermogen) van een bedrijf of organisatie

bedrijfsleven
Het geheel van bedrijven in onze samenleving. Het bedrijfsleven staat daar naast de overheid en de huishoudens. In de economische kringloop wordt het bedrijfsleven aangeduid als bedrijfshuishouding.

bestandsbeveiliging
Het geheel van maatregelen en voorzieningen die er voor moeten zorgen dat gegevens niet onbedoeld worden vernietigd, overschreven of anderszins verloren gaan en alleen bevoegde personen toegang hebben tot een bestand.

betalingsverkeer
Het geheel van ontvangsten en betalingen van en/of binnen een bepaalde onderscheiden eenheid (bijv. gezinnen, huishoudens, bedrijven, branches, landen, werelddelen).

besturingspunt
Het gewenste procesresultaat weergegeven als een prestatie-indicator. Deze indicatoren worden gebruikt om te controleren of het proces naar wens verloopt, als het praktisch niet haalbaar is om tijdens een proces alle resultaten in detail te beoordelen.

begrijpen
Het igterpreteren van informatie vanuit een consistent overkoepelend inzicht op een zodanige wijze dat de aan de informatie ontleende betekeniselementen en het overkoepelend inzicht een duidelijk en volledig beeld opleveren, zonder dat daarbij sprake is van optredende tegenstrijdigheden, noch tussen de betekeniselementen onderling, noch tussen de betekeniselementen en het overkoepelend inzicht

belastingontduiking
Het in strijd met de wet ontgaan van fiscale verplichtingen.

beschikbaar inkomen
Het inkomen na aftrek van belastingen plus uitkeringen, dat besteed wordt aan consumptie en besparingen.

belastbaar inkomen
Het inkomen waarover belasting dient te worden betaald. Het belastbaar inkomen bestaat o.a. uit inkomen uit arbeid, eigen woning, bijtellingen (zoals auto van de zaak en eigenwoningforfait) en aftrekposten (zoals betaalde (hypotheek)rente en betaalde alimentatie. Voor de vaststelling van het inkomen waarover belasting wordt betaald spelen behalve het inkomen uit arbeid (loon, salaris, enz.) nog andere factoren een rol. Dit kunnen optelposten zijn (bijverdiensten, ontvangen rente, enz.) of aftrekposten (betaalde rente, studiekosten, enz.). Op het belastbaar inkomen mag een Belastingvrije som in mindering worden gebracht.

betekenisgeving
Het interpretatieproces dat individuen doormaken om te begrijpen wat er om hen heen gebeurt terwijl ze proberen betekenis te geven aan gebeurtenissen en ervaringen.

behavioral risk management
Het inventariseren en analyseren van risico's die het gevolg zijn van gedrag op de werkplek en het treffen van maatregelen, die leiden tot gedragsverandering en het elimineren van deze risico's.

belenen van vorderingen
Het lenen van geld, waarbij de vorderingen op debiteuren worden overgedragen ter garantie dat men aan zijn betaalverplichtingen zal voldoen.

benchlearning
Het leren door te kijken naar de manier waarop een vooraanstaande organisatie in je vakgebied of branche het aanpakt.

besturingsmodel
Het model dat weergeeft hoe de anturing binnen de organisatie plaatsvindt en welke de plannings- en controleprocessen, organisatiestructuur en overleg- en coordinatiemechanismen zijn