Kennisconsult Managementwoordenboek
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274
buffermanagement
Een centraal begrip in Critical Chain Projectmanagement is de buffer. Waar men gebruikelijk stuurt op overeenkomst tussen (tijd)planning en realisatie, stuurt men bij Critical Chain Projectmanagement op de omvang van de buffers.
butterfy spread
Een combinatieorder bij opties die is gericht op een beperkte beweging van de koers. Bijvoorbeeld het schrijven van een straddle en het gelijktijdig kopen van een putoptie met een lagere uitoefenprijs en een calloptie met een hogere uitoefenprijs. Ook andere optiecombinaties met een vergelijkbaar resultaat duidt men aan als een butterfly spread.
buitenlandse dochtermaatschappij
Een dochteronderneming in het buitenland die geheel of gedeeltelijk eigendom is van de moedermaatschappij.
business imperative
Een doelstelling waarvan de verwezenlijking essentieel is voor de toekomst van een organisatie.
bureaucratisch model van de organisatie
Een door de bureaucratie geregelde organisatie die draait op routine en discipline.
bulletin board system
Een elektronisch trefpunt op het internet of op een intranet, waarmee mededelingen kunnen worden gedaan en waarmee mensen gedachten, informatie en bestanden kunnen delen.
buffer overloop
Een fout in de geheugentoegang toe te schrijven aan een poging van een proces om gegevens op te slaan groter dan de voorgeschreven bufferlengte resulterend in het overschrijven van aangrenzende geheugengebieden of het geven van een overflow melding.
bug
Een fout in de software waardoor een computerprogramma niet goed werkt.
business angel
Een investeerder die startende ondernemingen van kapitaal en ondersteuning (advies, netwerk, e.d.) voorziet
buitentarief
Een invoertarief voor producten uit het buitenland.
buiten-vooraadpercentage
Een maatstaf voor de effectiviteit die aangeeft in welke mate een bedrijf voldoet aan de werkelijke vraag. Het buiten-voorraad percentage kan een maat zijn van de totale hoeveelheid buitenvoorraad producten op de totale orders of het percentage orderregels waarin buiten-voorraden optreden gedurende een bepaalde periode op het totaal aan bestelde orderregels.
bullet-lenig
Een obligatielening die aan het einde van de looptijd in één keer aflost.
bureaucratische orientatie op het werk
Een opvatting over werken, waarbij een individu werk ziet als een langdurig dienstverband dat hij heeft met zijn werkgever in ruil voor financiele veiligheid en gestage groei in welvaart en status.
budgetafhankelijke organisatie
Een organisatie die voor haar bestaan afhankelijk is van een begroting die moet worden ingediend en goedgekeurd.
bureaucratische organisatie
Een organisatie, waarbinnen het werk vergaand is opgesplitst, gedifferentieerd, gestandaardiseerd en gereglementeerd. Binnen de organisatie geldt een strakke hiërarchie. Dit alles levert een efficiënte, maar ook starre omgeving op, waarbinnen geen plaats is voor afwijkende behandeling van uitzonderingsgevallen.
business continuity program
Een programma dat er voor zorgt dat een organisatie in het geval dat zich een ramp voordoet haar productie en dienstverlening kan blijven voortzetten in een vooraf bepaalde omvang en kwaliteit.
bucketed
Een rapportagesysteem dat een overzicht samenstelt van resultaten uit meerdere dagrapporten, verzameld over een door gebruiker gespecificeerde periode.
budget veiligheidsmarge
Een reserve in een budget ter bescherming tegen de gevolgen van onvoorziene omstandigheden.
buying cards
Een soort creditcard waarmee vaste klanten onderdelen kunnen aanschaffen. Het voordeel van dergelijke kaarten is dat de (administratieve) afhandeling goedkoper is dan werken met bestelbonnen en facturen.
bull straddle
Een straddle waarbij een lange positie wordt ingenomen zowel een put- als een calloptie.
buzzword
Een term om managementhypes mee aan te duiden.
bureaucratie
Een uitdruking , oorspronkelijk afkomstig van Max Weber, om een organisatie aan te duiden met: - een hierarchische indeling; - top-down autoritair management; - uitgewerkte functies, taken en verantwoordelijkheiden; - zware nadruk op het naleven van reglementen en procedures.
Buggin's turn
Een uitdrukking die gebruikt wordt in gevallen dat iemand (hier symbolisch Joe Buggin genaamd) promotie maakt, niet op grond van zijn kwaliteiten of prestaties, maar omdat hij al zo lang rondhangt in de organisatie.
bubble chart
Een vairant op de scatterplot, waarbij ook de grootte van de punten een betekenis heeft
bureaucratisch besturingsmechanisme
Een van de besturingsmechanismen van Ouchi, waarbij het management prestaties beoordeelt op basis van regels, procedures en normen.
bullwhip effect
Een verhoogde vraag naar goederen die door de leveringsketen stroomt (van detaillist, via tussenhandel naar fabrikant en grondstoffenleveranciers) als gevolg van een verandering in de vraag van de consument. Het effect treedt op als de vraag naar goederen is gebaseerd op prognoses van bedrijven in plaats van op de werkelijke vraag van de consument.
business game
Een vorm van managementtraining, waarbij praktijkcases worden nagespeeld.
buzz marketing
Een vorm van marketing, waarbij mensen uitgelokt worden een bericht te verspreiden, zodat er veel mensen met de boodschap geconfronteerd worden. Meestal komt er sensatie of humor of erotiek bij te pas, waardoor de boodschap spraakmakend is.
buffering
Een vorm van productie waarbij de output van de ene afdeling wordt gebruikt als input voor de volgende afdeling. Er wordt dan een (kleine) voorraad aangelegd tussen die twee afdelingen, zodat de afdelingen wat minder van elkaar afhankelijk zijn en minder kans op conflicten.
bulletin board service
Een webdienst die het mogelijk maakt software of bestanden te downloaden en berichten uit te wisselen met anderen.
budget eenheid
Eenheid waarop de financiële berekeningen rondom budgetten worden gebaseerd, zoals prijs per uur, per meter, per kilo, per gebruik.
buy and hold strategie
Engelse term voor een beleggingsmethode waarbij de belegger nauwelijks nieuwe aandelen in portefeuille neemt en dividendopbrengsten gebruikt om te herbeleggen in aandelen die hij al heeft.
bullish
Engelse term voor een positief beurssentiment. Vergelijkbaar met de term à la hausse.
bull market
Engelse term voor een positief gestemde markt waarin de koersen over een breed front stijgen.
business drivers
Externe gebeurtenissen en ontwikkelingen die leiden tot koersveranderingen van een organisatie.
bulkgoederen
Goederen die niet verhandeld worden in aantallen (stuks) maar in gewicht of inhoud, zoals aardolie, graan, kunstmest enzovoort.
budgetherziening
Goedgekeurde aanpassing van een begroting.
budget presentation
Het aanbieden van de begroting,gewoonlijk in het kader van het verwerven van goedkeuring voor de geraamde bestedingen.
budgetbeheer
Het analyseren en in voorkomende gevallen zodanig bijsturen van de uitgaven dat begrotingsdoelstellingen worden behaald;
business assurance
Het bewaken en veiligstellen van de projectresultaten binnen de afgesproken kaders van geld en tijd.
business day
Het gedeelte van de werkdag waarin de meeste ondernemingen actief zijn.
business process mapping
Het in kaart brengen van bedrijfsprocessen, hun onderlinge samenhang, wat ze moeten opleveren en wie er verantwoordelijk voor zijn.
bulkmailing
Het mailen van meerdere relaties ineens.
budgetverlaging
Het naar beneden bijstellen van een begrotingspost.
buiten-voorraad
Het niet meer op voorraad hebben van een bepaald normaal op voorraad aanwezig type product.
bufferbeheer
Het onderhouden en beheersen van de processen die er voor zorgen dat actieve werkstations altijd kunnen beschikken over voldoende voorraden aan onderdelen en hulpmaterialen om ongestoord door te kunnen werken..
business model-fixatie
Het onverkort blijven vasthouden aan een eenmaal ontwikkeld bedrijfsmodel.
budget at completion
Het oorspronkelijk geraamde totaalbudget voor een project.
budgettering
Het opstellen van een kwantitatief en/of financieel plan voor een bepaalde periode waarin alle of een deel van de activiteiten en plannen van een organisatorische eenheid op een consistente wijze zijn gerangschikt.
buyout
Het overnemen van een controlerend belang in een onderneming.
business resumption plan
Het plan waarin staat aangegeven hoe bedrijfsprocessen, die als gevolg van ongelukken, rampen of andere voorvallen onverwacht zijn stilgevallen weer moeten worden opgestart.
budgeting & cost management
Het proces van plannen van kosten en het beheersen van uitgaven.
buyer's right of routing
Het recht van de koper om de vervoerder te kiezen als hij zelf de vrachtkosten betaald.
business baseline
Het referentiekader van het project. Dit wordt gedefinieerd door: - betrokken partijen; - doelen; - resultaten; - tijdpad; - budgetten; - aanpak; - organisatie.
buiten-voorraadrisico
Het risico dat wordt geaccepteerd om een voorraadtekort aan magazijntypes te hebben. Het wordt gebruikt bij de berekening van de veiligheidsvoorraad. Zie ook magazijntypes.
business failure
Het sluiten/beeindigen van een onderneming of een bedrijfsonderdeel, omdat er te weinig winst wordt gemaakt om de kosten te dekken.
business interruption
Het stilvallen van de commerciele activiteiten van een bedrijf als gevolg een van buiten komende oorzaak, zoals stroomuitval, staking en dergelijke.
business excellence
Het streven van een organisatie om voortdurend uitstekend te functioneren.
bureaucontrole
Het testen van software of specificaties door handmatige simulatie van de uitvoering.
buying-in
Het tijdelijk inhuren van externe deskundigen in plaats van zelf personeel aanstellen in een staffunctie.
business critical point
Het tijdstip in de toekomst waarop een organisatie niet meer normaal kan functioneren, als gevolg van het uitvallen van een van haar wezenlijke functies of processen.
business value orientation
Het toetsen van strategieën, plannen, activiteiten en inzet van middelen op basis van de te verwachten toegevoegde waarde voor de onderneming.
business function costs
Het totaal van de vaste en variabele kosten van een bepaalde bedrijfsfunctie
budgetoverschrijding
Het totaalbedrag aan meerkosten dat nodig is (of dat inmiddels uitgegeven is) om het project af te ronden boven het bedrag dat is afgesproken
bulktransport
Het transport van onverpakte goederen, zoals meel, ruwe olie, ijzererts
business scope creep
Het uitbreiden van de overeengekomen projectresultaten die wordt ingegeven door voortschrijdend inzicht of door ontwikkelingen in de bedrijfsomgeving van de klant
buy in
Het vanwege andere dan financiële belangen offreren tegen een niet realistisch lage prijs.
business model-replicatie
Het verfijnen van een bestaand bedrijfsmodel en/of het gaan toepassen van een bestaand bedrijfsmodel in nieuwe markten.
business process interoperability
Het vermogen om de diverse bedrijfsprocessen zodanig gestandaardiseerd en op elkaar afgestemd te krijgen dat er in elk proces gewerkt kan worden zonder dat de processen elkaar onderling hinderen.
business agility
Het vermogen van een organisatie om zich snel en zonder onnodige kosten aan te kunnen passen aan de ontwikkelingen in haar omgeving.
bulk packing
Het verpakken van een aantal dozen in een grotere doos om daarmee de kans op beschadiging of diefstal te verkleinen.
business model-vernieuwing
Het vervangen van een bestaand bedrijfsmodel door een nieuw.
business activity monitoring
Het verzamelen van (actuele) operationele gegevens zodat zo snel mogelijk gereageerd kan worden op gebeurtenissen die daar aanleiding toe geven.
business rule mining
Het verzamelen van in een organisatie aanwezige 'huisregels' (business rules) met de bedoeling de toepassing van de in deze regels vervatte kennis en ervaring te systematiseren.
business resumption
Het weer opstarten van bedrijfsprocessen, die als gevolg van ongelukken, rampen of andere voorvallen onverwacht zijn stilgevallen.
business process improvement
Het zodanig aanpassen van processen binnen een organisatie dat een beter resultaat kan worden bereikt met minder kosten.
business network transformation
Hiervan is sprake als een organisatie de bestaande netwerken waarin men verkeert en de positie die men daarin inneemt gaat aanpassen met het oogmerk hierdoor hogere rendementen en een betere marktpositie te behalen.
buy local
Hiervan is sprake als men een voorkeur heeft voor lokale leveranciers.
burn out
Hiervan is sprake wanneer een functionaris niet meer normaal kan presteren als gevolg van structurele en/of langdurige overbelasting.
bureaucratische aansturing
Hiervan is sprake wanneer medewerkers van hogerhand worden gecontroleerd en gesanctioneerd op het al dan niet naleven van voorschriften en procedures.
bureaucraat
Iemand die strikt volgens het boekje werkt.
bumping rights
In een CAO vastgelegd recht van bepaalde medewerkers om anderen te verdringen als er sprake mocht zijn van een ontslagronde.
business advocate
Interne controller die in zijn functie de taak heeft het management te ondersteunen bij de bedrijfsvoering.
buddy systeem
Introductie van een nieuwe medewerker door hem te koppelen aan een werknemer die al langer in dienst is.
business stealing
Introductie van een nieuwe technologie waardoor bestaande producten minder interessant worden voor de consument met als gevolg dat de winstcapaciteit van die producten afneemt
burst node
Knooppunt in een netwerkdiagram waar het pad na een voltooide activiteit splitst, omdat daarna meerdere activiteiten naast elkaar starten.
bull
Letterlijk: stier. Engelse term voor een belegger die uitgaat van een positief beurssentiment.
budgetteren op activiteitenbasis
Methode van budgettering die zich met name richt op de gebudgetteerde kosten van de activiteiten die nodig zijn om producten en/of diensten te maken en te verkopen.
buying in
Offreren tegen een te lage (of zelfs verliesgevende) prijs met de bedoeling de order te verwerven en daarna het verlies te compenseren door prijzig meerwerk of vervolgorders.
bureauonderzoek
Onderzoek gebaseerd op beschikbare gegevens uit bestaande informatiebronnen. Dit in tegestelling tot veldonderzoek, dat gericht is op het verzamelen en genereren van nieuwe informatie.
bulkmaterialen
Onverpakte grondstoffen, zoals cement, zand, grind, steenkool, ertsen, enz. die in grote hoeveelheden worden verhandeld en vervoerd.
buitengewone baten en lasten
Opbrengsten en kosten die niet terug te voeren zijn op de normale bedrijfsactiviteiten van een organisatie, maar die voortkomen uit incidentele activiteiten of voorvallen.
bulkopslag
Opslag van grote hoeveelheden materialen.
buy and write
Optiestrategie waarbij men een optie schrijft terwijl men de onderliggende waarde in bezit heeft.
bull spread
Optiestrategie, die winstgevend is als de onderliggende waarden stijgen. Bull spread is er in drie varianten: - verticale spreiding; - kalender spreiding en - diagonale spreiding.
business assurance coordinator
Persoon binnen het project die verantwoordelijk is voor het bewaken en veiligstellen van de projectresultaten binnen de afgesproken kaders van geld en tijd.
bulletin board
Platform op internet met berichten en artikelen over een bepaald onderwerp.
business leaders
Populaire term om de leiders van top-ondernemingen mee aan de duiden. Zie ook: captains of industry.
business to nobody
Productie van een goed waar eigenlijk geen doelgroep voor is (of is gedefinieerd). Dit leidt dan vaak tot b2p: back to parents, oftewel je kunt weer van voren af aan beginnen als ondernemer. (3093)
burn rate
Prognose van het tempo waarop het eigen vermogen wordt opgebruikt. De prognose wordt gebruikt bij startende ondernemingen en bij ondernemingen die in moeilijkheden verkeren om te bepalen hoe lang de onderneming kan overleven. Binnen die periode moet dan een omslag naar winstgevendheid worden bereikt.