
aansluiten werkw. Uitspraak: [ ˈanslœytə(n) ] Afbreekpatroon: aan·slui·ten Vervoegingen: sloot aan (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft aangesloten (volt.deelw.) 1) dicht achter elkaar komen of gaan staan Voorbeelden: 'De volgende stoptrein sluit goed aan op deze sneltrein.' , 'in de rij voor het loket aansluiten' 2)
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/aansluiten

1) Aanhaken 2) Aanknopen 3) Aanpassen 4) Aanschuiven 5) Bijvallen 6) Zich voegen 7) Bijvoegen 8) Instemmen 9) Voorzien van stroom 10) Verbinden 11) Telefonisch verbinden 12) Op elkaar volgen 13) Passen 14) Stekker in het stopcontact steken
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Aansluiten/1

Aansluiten is in een rij gaan staan om op je beurt te wachten.
[basiswoordenlijst groep 6]Gevonden op
https://wikikids.nl/Aansluiten
Geen exacte overeenkomst gevonden.