10 letters |
| nijdigheid ∙ nuffigheid ondiepheid ∙ ongansheid ∙ onguurheid onrijpheid ∙ onvrijheid ∙ onwijsheid ∙ raddigheid ∙ rappigheid ∙ rebelsheid ∙ reinigheid ∙ rondigheid ∙ rossigheid rouwigheid ∙ sleetsheid sleeuwheid smeuïgheid soliedheid ∙ stadigheid ∙ struisheid subeenheid tuttigheid ∙ valsigheid ∙ verhitheid vrijigheid ∙ vromigheid ∙ warrigheid ∙ weinigheid ∙ welligheid ∙ wittigheid wonderheid ∙ zieligheid ziltigheid zinvolheid |
11 letters |
| apartigheid ∙ balsnelheid bedomptheid ∙ bedruktheid ∙ beduusdheid beladenheid ∙ berooidheid ∙ beruchtheid bestandheid bitsnelheid ∙ bochtigheid boertigheid bolrondheid ∙ complexheid corruptheid dakloosheid denkluiheid ∙ dingsigheid ∙ drabbigheid drassigheid drolligheid ∙ dwarsigheid eenogigheid ∙ eetbaarheid ernstigheid flauwigheid ∙ flinkigheid ∙ fraaiigheid ∙ fruitigheid ∙ garstigheid ∙ gassnelheid gebetenheid gebogenheid ∙ gedeeldheid ∙ geduchtheid gedurfdheid gegevenheid ∙ gehorigheid geladenheid ∙ gelijndheid ∙ gelovigheid genadigheid ∙ gevleidheid ∙ gevlektheid ∙ gladdigheid ∙ godloosheid ∙ grijzigheid groenigheid grommigheid ∙ heidoofheid ∙ jachtigheid jeugdigheid ∙ kenbaarheid ∙ knulligheid koploosheid ∙ kruidigheid kunstigheid kwaaiigheid ∙ kwalijkheid ∙ lassnelheid leesluiheid ∙ maateenheid ∙ manlijkheid ∙ massiefheid ∙ modieusheid motechtheid ∙ navrantheid ∙ nerveusheid ∙ normaalheid ∙ oerwaarheid ∙ ondergeheid ∙ onklaarheid ∙ ontdaanheid overmoeheid ∙ overvolheid ∙ passendheid passiefheid ∙ railruwheid redzaamheid ∙ richtigheid ∙ rijsnelheid ∙ roestigheid rolvastheid ∙ schoolsheid slappigheid ∙ smalligheid ∙ smijdigheid ∙ snelligheid ∙ snuggerheid ∙ spekkigheid ∙ spijtigheid ∙ stijvigheid ∙ stilligheid ∙ stoffigheid taaleenheid ∙ talrijkheid ∙ tankeenheid telbaarheid temerigheid tijdeenheid ∙ tiksnelheid ∙ tolvrijheid ∙ trulligheid ∙ tweeeenheid ∙ uitgescheid uursnelheid ∙ vakwijsheid ∙ veeleenheid ∙ verruktheid ∙ versuftheid ∙ verwendheid vezeligheid viereenheid ∙ vormeenheid ∙ vulsnelheid ∙ waterigheid wegvastheid ∙ werkeenheid ∙ winbaarheid witbontheid ∙ zinlijkheid ∙ zwartigheid ∙ |
12 letters |
| aanvaardheid ∙ abstractheid ∙ achtzaamheid ∙ adequaatheid afgepastheid ∙ afwezendheid ∙ afzijdigheid almogendheid ∙ alzijdigheid amechtigheid armelijkheid ∙ baanloosheid bandsnelheid ∙ basiseenheid ∙ bedwelmdheid beslotenheid ∙ bezwaardheid ∙ bijhorigheid blijvendheid ∙ bloksnelheid ∙ bootsnelheid botdichtheid bouwsnelheid briljantheid ∙ bronstigheid ∙ brutaligheid ∙ buigbaarheid buigvastheid ∙ concreetheid daalsnelheid ∙ dadelijkheid ∙ dadeloosheid ∙ dansbaarheid datasnelheid degelijkheid ∙ denkvrijheid desolaatheid dierbaarheid dierlijkheid ∙ dodelijkheid ∙ drachtigheid ∙ |
