de bezigheid zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈbezəxhɛit ] Afbreekpatroon: be·zig·heid Verbuigingen: bezigheden (meerv.) iets waar je aan werkt Voorbeeld: 'veel bezigheden hebben' Synoniem: activiteit leuke bezigheden () bezigheden buitenshuis hebben (werkzaamheden hebben die je niet thuis verricht) Synoniemen: activiteit ambacht arbeid...
1) Actie 2) Activiteit 3) Ambacht 4) Arbeid 5) Bedrijvigheid 6) Beslommering 7) Besogne 8) Dienst 9) Emplooi 10) Hobby 11) Inspanning 12) Liefhebberij 13) Occupatie 14) Taak 15) Vak 16) Verrichting 17) Werk 18) Werkzaamheid 1) Activiteit 2) Affaire 3) Ambacht 4) Arbeid 5) Bedrijf 6) Bedrijvigheid 7) Beslommering 8) Besogne 9) Doening 10) Emplooi 11) Gedoe 12) Hobby 13) Inspanning 14) Karweitje 15) Liefhebberij 16) Occupatie 17) Spel 18) Sport 19) Taak 20) Vak 21) Verrichten 22) Verrichting 23) Vertier 24) Werk 25) Werkzaamheid 
ergens mee bezig zijn vb: televisiekijken is zijn voornaamste bezigheid Synoniem: activiteit
•iets waarmee men bezig is.
activiteit, werk