Medische woordenlijst
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Medisch
Datum & Land: 27/01/2014, NL
Woorden: 2212
Colon
Dikke darm.
Coloboom
Zeldzame aandoening waarbij een deel van het oog ontbreekt. De aandoening ontstaat door achterblijvende groei van een deel van het oog tijdens de zwangerschap. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Ontbreken van ooglid, iris, lens, netvlies en-of oogzenuw, verminderd, sterk verminderd (alleen waarneming van grote voorwerpen en fel licht) of - geen gezichtsvermogen, scheelheid, onwillekeurige oogbewegingen (= nystagmus), verhoogde oogboldruk (= glaucoom) of lenstroebeling (= cataract). - Mogelijke oorzaken (o.a.) De oorzaak is niet precies bekend. De aandoening kan worden veroorzaakt door een verwonding of oogchirurgie. Maar mogelijk spelen ook erfelijke factoren een rol. Het is niet bewezen dat geneesmiddelen, chemische stoffen of straling een rol spelen bij het ontstaan van de aandoening. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - verlichting van de verschijnselen door stimulering van het gezichtsvermogen, bijvoorbeeld met speciale bril , ondersteuning van het sociale functioneren , schade aan het oog, ontstaan door operatie of ongeluk kan soms gedeeltelijk worden hersteld
Colitis ulcerosa, behandeling
Mogelijke behandelingen van colitis ulcerosa (o.a.): , remming van de ontstekingsreactie in de darmwand met ontsteking-remmende middelen medicijnen, zoals mesalazine en de corticosteroïden cortison en prednison (zie ook hieronder) , onderdrukking van het afweer-systeem met (= immuno-suppressiva
Cognitieve vermogens
(kenvermogen, leervermogen) Het vermogen van de hersenen, psyche of geest om te leren, onthouden, onderscheiden en uitwisselen van kennis (= cognitie).
Coeliaki, verschijnselen
Mogelijke verschijnselen bij coeiaki (o.a.): , abnormale darmflora , bloedarmoede (= anemie) , bloeduitstortingen, snel blauwe plekken , botontkalking , botpijn , buikpijn , darmslijmvlies, glad in plaats van geborsteld oppervlak , diarree, chronische , gewichtsverlies , groei-achterstand en lange en gebogen botten bij jonge kinderen , lymfe-aandoeningen (reticulosen) , maagdarm-ontstekingen, , maagdarm-infecties met dierlijke parasieten (= infestaties) , menstruatie-stoornissen , moeheid, lusteloosheid , mondzweertjes (= aften) , ontlasting, overmatig en stinkend , opgezette buik- gebreksziekten (o.a. vitamine B-complex tekort), , tintelingen in armen en benen , verstopping (= obstipatie) , voedselopname, verminderd , zwellingen (= oedeem)
Cocaïne, verschijnselen
Mogelijke verschijnselen na gebruik van cocaïne (o.a.): , misplaatst gevoel van superioriteit en almacht , hyperalertheid , hyperactiviteit , hyperseksueel gedrag , schijnbaar geluksgevoel (= euforie) , zenuwachtigheid , angst , achtervolgingswaan (= paranoïde wanen) , hallucinaties , sterk verwijde pupillen , versnelde hartslag , verhoogde bloeddruk , hoge koorts , zware, vaak dodelijke hart-aanval , verstopping (= obstipatie) , darmbeschadiging , zenuwachtigheid, hevige , onderhuidse zenuw-aandoeningen (= gevoel van beestjes onder de huid) , epileptische aanvallen (= stuiptrekkingen) , zeer gewelddadig gedrag en andere psychosen , slapeloosheid , miskraam , beschadiging van de ongeboren vrucht (= foetus) , baby`s met voedings-, spiercoördinatie-, slaap- en gedragsstoornissen - NB. , De werking van een dosis cocaïne duurt maar 30 minuten, zodat steeds nieuwe doses moeten worden gebruikt. , Om de hevige nervositeit af te remmen wordt het gebruik van cocaïne vaak gecombineerd met alcohol of een kalmerend middel.
Cocaïne, ontwenningsverschijnselen
Mogelijke ontwenningsverschijnselen na stoppen met gebruik van cocaïne (o.a.): , hevige vermoeidheid , dperessiviteit , zelfdodingsgedachten (= su:icidale neigingen)
Coagulatie
Stolling van lichaamsvocht, waaronder bloed (= bloedstolling = coagulatio sanguinus).
Co-morbiditeit
Vóórkomen van meerdere aandoeningen (= morbus) tegelijk (= co-). Dit komt relatief vaak voor bij ouderen.
Co-medicatie
Gelijktijdig (= co-) gebruik van meerdere (zelfzorg)medicijnen. Dit komt vaak voor bij ouderen. - Bij gecombineerd gebruik van medicijnen bestaat de kans dat wisselwerkingen (= interacties) optreden die schadelijk kunnen zijn voor de gebruiker.
Couperen
Afbreken, stoppen.
Crohn, verschijnselen
Mogelijke verschijnselen bij de ziekte van Crohn (= enteritis regionalis) o.a.: , buikpijn , diarree (meestal zonder bloed) , slechte voedsel-opname (= malabsorptie) , gewichtsverlies , vermoeidheid , koorts , groei-achterstand (bij kinderen) , darmwand-verdikking en -verharding , vernauwde darm-doorgang (= darm-obstructie) , darmzweren (= ulcerosa) , bloedarmoede (= anemie) , gewrichtsontstekingen (= poly-artritis) , fistelvorming in en rond de anus en-of naar buikorganen, zoals de blaas en naar de vagina
Crohn, behandeling
Mogelijke behandelingen van de ziekte van Crohn (= enteritis regionalis) o.a.: , remming van de ontstekingsreactie in de darmwand met ontsteking-remmende middelen medicijnen, zoals mesalazine en de corticosteroïden cortison en prednison (zie ook hieronder) , onderdrukking van het afweer-systeem met immuno-suppressiva
Cranium
Schedel (= cranium)
Craniaal
De schedel (= cranium) betreffende.
Cryptorchisme
Niet indalen van de teelbal en bijbal (= testikels) in de balzak (= scrotum), waarbij deze nooit voelbaar (= palpabel) zijn geweest (bijvoorbeeld omdat ze in de buikholte liggen). - Mogelijke behandelingen (o.a.) - medicijnen: zie hieronder
CTD
(Connective Tissue Disease) - bindweefsel-aandoeningen
CTCL
(Cutaan T-Cel-Lymfoom) - T-cel-lymfoom van de huid
Cushing
(syndroom, ziekte van) Aandoening door een verhoogde productie van het cortisol door de bijnierschors. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Vollemaansgezicht, moeheid, emotionele labiliteit, bloeddrukverhoging (= hypertensie), vetzucht, botafbraak (= osteoporose = `botontkalking) en verhoogd glucose-gehalte van het bloed (= hyperglykemie). - Mogelijke oorzaken (o.a.) Tumor (= adenoom) van de bijnierschors of een tumor van de hypofyse-voorkwab (hypofyse = hersenaanhangsel), waardoor een overmatige hoeveelheid ACTH (= adrenocorticotroop hormoon) wordt geproduceerd door de bijnierschors. - Mogelijke behandelingen (o.a.) Behandeling van de bijnieren of hypofyse : , operatieve verwijdering van de bijnier (`cortisonkaart-ketting-dragers`) of hypofyse , (na)bestraling , corticosteroïden - NB. In ca. 5-10% van de gevallen ontstaat na verwijdering van de bijnieren het zogenaamde syndroom van Nelson , waarbij de hypofyse is vergroot en en grote hoeveelheden hormonen (o.a. ACTH en MSH) gaat produceren. Hierdoor kan de huid donker kleuren. Zo nodig kan de hypofyse bestraald of operatief verwijderd worden.
Curatief
Genezend (Eng. cure)
Cutaan
De huid (= cutis, derma) betreffende.
CVA
(cerebro-vasculaire aandoeningen) - hersen-doorbloedingsstoornissen
Cyto-
De cel(len) betreffende.
Cystoom
(kystoom) Hol gezwel, meestal van de eierstok(ken).
Cyclofosfamide-vergiftiging
Tegengif: Uromitexan® (zie hieronder)
Cytotoxiciteit
Beschadiging of vernietiging van lichaamscellen (= cyten), meestal door beschadiging van de cel-membraan. - Mogelijke oorzaken (o.a.) Medicijnen (met name bepaalde kanker-middelen) en vergiften.
Dauwworm
Vorm van atopisch of constitutioneel eczeem die bij zuigelingen en kleine kinderen voorkomt.
Darmslijmvlies-ontsteking
(enteritis) Chronische ontsteking (= itis) van het darm- slijmvlies (= entero-). - Colitis ulcerosa : de ontsteking beperkt zich tot de dikke darm (= colon) en is zwerend (= ulcerosa) - Ziekte van Crohn breidt de ontsteking zich uit over de dunne darm, de maag en de slokdarm en kan ook de dieper gelegen weefsels aantasten, waardoor fistels ontstaan.
Darm-verstopping
(obstipatie) - verstopping
Darm-ontsteking, infectueus
Aandoeningen van de darm als gevolg van een infectie met een micro-organisme (bacteriën, virussen, parasieten, schimmels, wormen).
Darm-ontsteking, niet-infectueus
Ontsteking van de wand van de darm zonder aantoonbare infectie (= niet-infectueus) met een micro-organisme.
Darm-kanker, behandeling
Mogelijke behandelingen van darmkanker (o.a.): , operatieve verwijdering (ca. 70% van de gevallen) van de darmtumor en het daaraan grenzende gedeelte van de darm, waarna de darmuiteinden indien mogelijk weer aan elkaar worden verbonden; indien dat niet mogelijk is krijgt de patiënt een kunstmatige uitgang voor de ontlasting via de buikwand (= colo-stoma) in een speciaal daarvoor bestemde zak (= colostoma-zak) , invasieve verwijdering van de darmtumor met een elektrocutieve endoscoop (meestal minder effectief dan operatieve verwijdering) , bestraling (= radiotherapie): met name bij rectumkanker , chemokuur : met name na uitzaaiing: o.a. fluorouracil en levamisol (= Ergamisol®): zie ook anti-kankermiddelen (= cytostatica, oncolytica) , combinatie van behandelingen
Darm-invaginatie
Instulping van de darm waarbij de darm over zichzelf is geschoven. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Verstoorde darmpassage (= stoelgang), verstoorde spijsvertering, verstoorde bloedvoorziening met weefsel-afsterving (= darm-necrose), diarree, darm-obstructie, darmverlamming (= ileus), darmkrampen, shock. - Mogelijke oorzaken (o.a.) Te sterke darm-beweging (= peristaltiek) in het bovenste deel van de darm. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - herstel van de normale darm-peristaltiek met medicijnen , operatieve ingreep
Darm
(intestinum) Hol, buisvormig orgaan met een lengte van vele meters dat de maaguitgang met de anus verbindt. - Bouw van de darm - De darm wordt onderverdeeld in: , dunne darm (= intestinum tenue) - Het eerste gedeelte van de dunne darm heet twaalfvingere darm (= duodenum). De blinde darm (= appendix) is een korte, doodlopende vertakking op de grens van de de dunne en de dikke darm. , dikke darm (= colon) bestaat uit een opstijgend deel (= colon ascendens), dwars verlopend deel (= colon traversum) en een dalend deel (= colon descendens) en het colon sigmoideum dat aansluit op de endeldarm (= rectum). De darm wordt afgesloten door een ringspier (= anus). - Functies van de darm , transport (= peristaltiek) van de voedselbrei en voedselresten richting anus (dunne en dikke darm) , vertering van voedsel (dunne darm) , opname van voedingsstoffen in het lichaam (dunne darm) , vorming van de ontlasting (= faeces) door opname van water uit de voedselresten (dikke darm) , verwijderen van de ontlasting via de anus (= defecatie) - Werking van de darm - De darmwand is gespierd, trekt ritmisch samen (= peristaltiek) en stuwt zo het voedsel (= darmpassage) van de maagportier (= pylorus) naar het poepgat (= anus), waar de voedselresten het lichaam verlaten als ontlasting (= faeces). - De darmwand scheidt spijsverteringsenzymen af voor de vertering van het voedsel (= spijsvertering). Ook de alvleesklier (= pancreas) scheidt haar spijsverterings-enzymen af in de darm. De galblaas scheidt gal af in darm voor de vet-vertering.
Darier, ziekte van
(dyskeratose follicularis) Huidaandoening met roodbruine, verhoornde (- hyperkeratose) verhevenheden, soms met korstvorming. Meestal over het hele lichaam.
Dagblindheid
(nyctalopie) Oog-aandoening waarbij het gezichtsvermogen bij verminderde lichtsterkte, zoals `s avonds en `s nachts, beter is dan overdag. - Oorzaak - Troebeling in het centrum van het hoornvlies, het netvlies of de ooglens.
Deterioratie
Verslechtering, verergering.
DES-dochters
(clear-cell-adeno-carcinoom) Aandoening bij dochters (= DES-dochters) van moeders die vroeger di-ethyl-stilbestrol (= DES) hebben gebruikt tijdens de zwangerschap. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) - vergrote kans op zwangerschapsproblemen, zoals spontane abortus, vroeggeboorte en uitenbaarmoederlijke zwangerschap , vergrote kans op een bepaalde vorm van vaginakanker (= clear-cell-adeno-cancer) en op voorstadia van baarmoederhalskanker. - NB. DES-dochters wordt aangeraden om regelmatig een uitstrijkje van de vagina en baarmoedermoedermond te laten maken.
Dermatoom
(1) Huidgedeelte dat door één bepaalde achterwortel-ruggemergszenuw van zenuwen wordt voorzien (= geïnnerveerd) (2) Huidgezwel (3) Medisch instrument om huidlappen te verkrijgen voor transplantatie
Dermatomycose
Huidschimmelziekte.
Dermatofytose
Huidschimmelziekte.
Dermatologie
Medische wetenschap die zich bezighoudt met onderzoek, diagnose en behandeling van huid-aandoeningen.
Dermaal
De huid (= derma of cutis) betreffende.
Derivaat
Middel dat is afgeleid van een bepaalde moederverbinding. Voorbeeld: sulfonylureum-derivaten.
Depressiviteit, in engere zin
(unipolaire depressiviteit) De meeste depressies zijn depressies in engere zin, d.w.z. dat ze niet worden afgewisseld door hyperactieve (= manische) perioden.
Depressiviteit, seizoensgebonden
Vorm van depressiviteit die afhankelijk is van het heersende type weer. Voorbeelden: najaarsdepressie, winterdepressie.
Depressiviteit, angst
Angst is een vaak voorkomend verschijnsel bij depressie (zie ook angst ).
Depressief
(gedeprimeerd) Aanhoudende, sombere en neerslachtige stemming.
Depressiviteit
Psychische aandoening waarbij de stemming aanhoudend abnormaal negatief is en het dagelijkse functioneren ernstig kan verstoren. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Aanhoudende, sombere en neerslachtige stemming met levensmoeheid, verlies aan interesse in zichzelf, anderen en-of werk, aanhoudende gespannenheid, verminderd concentratievermogen, vaak onredelijke schuldgevoelens, geremdheid, angst, levensmoeheid en zelfdodingsgedachten (= suïcidale gedachten). - Mogelijke lichamelijke verschijnselen (o.a.) - Slapeloosheid, lusteloosheid, vermoeidheid, eetstoornissen (te veel of te weinig eten), hartkloppingen, seksuele problemen en menstruatiestoornissen. - NB. - Depressieve klachten kunnen -wanneer ze niet of niet voldoende worden behandeld- maanden, jaren en zelfs levenslang aanhouden.
Denk-aandoeningen
(cognitieve aandoeningen) - psychische aandoeningen
Dementie, vormen
Mogelijke vormen van dementie (o.a.): (1) Gewone of primaire dementie (= `Alzheimer`) , ziekte van Alzheimer : geleidelijke achteruitgang van de bouw en functie van hersenweefsel door verouderingsprocessen. , seniele dementie : Alzheimer die is ontstaan na 65 jarige leeftijd (het senium is de leeftijdsfase vanaf het 65e levensjaar). , pre-seniele dementie : Alzheimer vóór het 65ste levensjaar. , kindsheid : verouderde naam voor geleidelijke en milde achteruitgang van de geestelijke functies, waardoor het gedrag kinderlijk kan lijken. (2) Secundaire dementie (= dementie als gevolg van een andere hersen-aandoening) , vasculaire dementie : de dementie wordt veroorzaakt door een vaat-aandoening in de hersenen (o.a. vaatvernauwing of herseninfarct of hersenbloeding). , ziekte van Binswanger : zeldzame vorm van dementie van zowel de grote (= cerebrum) als kleine hersenen (= cerebellum) als gevolg van verkalking van hersenvaten (= cerebrale atherosclerose). , dementie-verschijnselen als gevolg van Parkinson(isme), ziekte van Pick, ziekte van - Korsakov (door alcohol-misbruik), Creutzfeldt-Jakob, AIDS, hersen-abcessen of tumoren, tec. (3) Combinatie van primaire en secundaire dementie
Dementie, stadia en verschijnselen
Mogelijke stadia en verschijnselen bij dementie (o.a.): - Eerste stadium: , vergeetachtigheid (= korte termijn-geheugenverlies); meestal eerst achteruitgang van het korte-termijn en daarna van het lange-termijn geheugen , trager denken (= cognitieve stoornissen) , verminderd waarnemingsvermogen , verminderd beoordelingsvermogen (= agnosie) , verminderd sociaal aanpassingsvermogen (`decorum-verlies`): o.a. achterdocht , minder goed taalgebruik (= afasie) , trager handelen , verminderde oriëntatie in ruimte en tijd (= des-oriëntatie) , ontremming (bijv. verhevigde emoties en sentimenten) , lichamelijke achteruitgang - Tweede stadium: , verdere lichamelijke achteruitgang , algehele achteruitgang van het gevoelsleven , moeilijk-onmogelijk worden van doelbewust handelen , depressiviteit , angst , psychosen, waaronder hallucinaties - Derde stadium: , zelfdodingsgedachten--gedrag (= suïcidaliteit) , verdere lichamelijke achteruitgang
Dementie, oorzaken
Mogelijke oorzaken van dementie (o.a.): , primaire dementie (= kindsheid, `Alzheimer`) - Geleidelijk verlies van de geestelijke hersenfuncties door veroudering van het hersenweefsel. Mogelijk speelt hierbij ophoping van eiwitten in de zenuwcellen van de hersenen een rol. , secundaire dementie , vasculaire dementie: vernauwing van hersenvaten (= cerebrale atherosclerose), kleine herseninfarcten of - bloedingen (CVA`s) , hersen-abcessen , hersentumoren , bepaalde vitamine-tekorten (= a-vitaminosen) , vochtophoping in de hersenen (= hydrocefalie) , bijwerkingen van bepaalde medicijnen , langdurig alcohol-misbruik , AIDS , syfilis , syndroom van Wernicke-Korsakov , ziekte van Creutzfeldt-Jakob , ziekte van Huntington (= dementie van de kleine hersenen) , ziekte van Pick (= dementie van de frontaalkwab van de hersenen)
Dementie, behandeling
Mogelijke behandelingen van dementie (o.a.): , hersen-gymnastiek : regelmatige activering van de geestelijke functies , medicijnen : afhankelijk van de aard van de verschijnselen: , dementie-middelen (zie ook hieronder) , anti-depressiva , anti-psychotica , combinaties van bovengenoemde medicijnen , mantel-zorg en-of professionele zorg , verpleging - NB. Bij de behandeling van dementie wordt er naar gestreefd de patiënt zo lang mogelijk voor zichzelf te laten zorgen.
Delirium tremens
(dronkemanswaan) Lichamelijke en geestelijke reacties op langdurig en-of overmatig alcoholgebruik (= alcohol-intoxicatie). - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Rood en opgezet gezicht, voortdurend beven (= tremor), hevige onrust, slapeloosheid (= insomnia), zien van voorwerpen die er niet zijn (= gezichtshallucinaties) en achtervolgingswaan (= paranoia). - Mogelijke behandelingen (o.a.) - medicijnen: o.a. clomethiazol, clorazepaat, Distraneurine®, Tranxène®
Delier
(delirium) Delirium of delier is een bewustzijnsverandering die meestal snel ontstaat (binnen enkele uren tot dagen) en zich in sterk wisselende mate kan voordoen. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) - onvermogen om de aandacht vast te houden of te richten op iets anders , blijven herhalen van hetzelfde antwoord op een eerdere vraag , geheugen-stoornissen (= amnesie) , verward denken en praten , verminderd begripsvermogen , onredelijke verwachtingen (= illusies, waanideeën) , waanvoorstellingen (= hallucinaties) - Mogelijke oorzaken (o.a.) - dementie (`Alzheimer`) , bijwerking van bepaalde medicijnen (met name slaapmiddelen, angst-dempende middelen en kalmerende middelen, drugs) , na onthouding van bepaalde medicijnen, acohol of drugs (= abstinentie-verschijnselen)
Deleties
(chromosomale deleties) (1) Het ontbreken van een deel van één of meer chromosomen (2) Het ontbreken van de erfelijke informatie voor de codering van één of meer aminozuren
De-realisatie
(vervreemding van de werkelijkheid) - depersonalisatie-stoornis
Dissociatieve fugue
(vluchtgedrag) Plotseling, voor kortere of langere tijd verlaten van de eigen woning (`vlucht`) tijdens welke men het verleden geheel of gedeeltelijk is vergeten (= geheugenverlies), niet weet wie en waar men is en een nieuwe identiteit aanneemt. De patiënt laat letterlijk alles en iedereen voor een kortere (meestal) of langere tijd - soms zelfs levenslang- in de steek. In veel gevallen lijkt dissociatieve fuugue op een extreme vlucht voor echt of vermeend onheil en lijken de verschijnselen te zijn gesimuleerd. Pas wanneer de dissociative fugue zich herhaaldelijk voor doet, is sprake van een dissociatieve identiteiststoornis - Mogelijke verschijnselen (o.a.) - tijdens de periode van afwezigheid : lichte, niet altijd merkbare verwardheid, aangaan van onverantwoorde sociale verplichtingen (andere baan zonder de vorige op te zeggen, contractuele verplichtingen, hertrouwen, kinderen, etc.) , ná de periode van afwezigheid : verwarring, schaamte, verdriet, angst, wanhoop, depressiviteit, agressieve neigingen, zelfmoordneigingen. - Mogelijke oorzaken (o.a.) Branden, ernstige ongelukken, overstromingen, oorlogservaringen, dreigende echtscheiding of faillissement, zelfmoordneigingen, moorddadige neigingen. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - psychotherapie : o.a. om de ware identiteit (`zichzelf`) terug te vinden - vertrouwde en veilige omgeving , hypnose : o.a. om vergeten herinnering terug te halen en-of psychische pijn te verlichten , jicht
Dissociatieve amnesie, behandeling
Mogelijke behandelingen van dissociatieve amnesie (o.a.): , psychotherapie : geruststelling en veilige en vertrouwde omgeving creëren , hypnose : om vergeten herinnering terug te halen en-of psychische pijn te verlichten , psychofarmaca , waaronder angst-dempende middelen (= anxiolytica) en anti-depressiva , combinatie van bovengenoemde behandelingen
Discus
Tussenwervelschijf.
Discoïde lupus erythematodes
(DLE) Huidaandoening die op lupus erythematodes dissiminatus (= LED) lijkt, maar meestal minder ernstig is. DLE komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen en meestal tussen 30 en 40 jaar. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Regelmatig terugkerende, scherp omlijnde rode huidplekjes, mondzweren, pijnlijke gewrichten en vermindering van het aantal witte bloedlichaampjes. - De rode plekjes komen vooral voor op wangen, neus, oren en schedel, maar kunnen ook elders op het lichaam voorkomen. Onbehandelde vlekken kunnen gaan schilferen, puisten veroorzaken en tot haarverlies leiden. - Mogelijke oorzaken - De oorzaak van DLE is niet bekend.
Dis-
(zie ook dys-)
Diplopie
(dubbelzien) - scheelzien
Dipeptiden
Natuurlijke moleculen die zijn opgebouwd uit aan twee aminozuren en deel uit maken van de eiwitten.
Dilatatie
Verwijding.
Dikkedarm-kanker, behandeling
Mogelijke behandelingen van dikkedarm-kanker (o.a.): , voorkómen (= preventie): er zijn aanwijzingen dat lichaamsbeweging, voorkómen van overgewicht, eten van fruit, groente en ander vezelrijk voedsel, de kans op darmkanker vermindert (dit is nog niet bewezen) , operatief verwijderen van de darmtumor en van het omringende, aangetaste weefsel , chemokuur met anti-kankermidddelen (= cytostatica, oncolytica , bestraling (= radiotherapie) , combinatie van behandelingen
Difterie
Besmettelijke, bacteriële ontsteking van de slijmvliezen en amandelen (= tonsilitis) van mond of keel. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) - 1-4 dagen na de besmetting : - Loopneus, koorts, misselijkheid, braken, koude rillingen, hoofdpijn, gezwollen hals-lymfeklieren, amandelontsteking (= tonsilitis), ontsteking van neus of strottenhoofd (= laryngitis) en soms ook van de vagina-mond (= vulva) en huidwonden , 2-6 weken na besmetting : - Slikstoornissen, hartspierontsteking (= myocarditis) en pijnlijk ontstoken armen en benen. - Oorzaak - Besmetting met de difterie-bacil (= Corynebacterium diphtheriae). Deze scheidt een giftige stof (= toxine) af die de ziekteverschijnselen veroorzaakt. Besmetting vindt plaats via vochtdruppeltjes in de lucht na hoesten en niezen en soms via direct contact via speeksel of met besmette voorwerpen. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - voorkómen (= preventie, profylaxe) van besmetting , inenting ( vaccins ) , anti-biotica
Differentiële diagnose
Vaststellen van een aandoening, ziekte of klacht door uitsluiting van andere mogelijke aandoeningen op grond van de bevindingen uit de anamnese en het medisch onderzoek.
Diëncefalon
(tussenhersenen) - limbische systeem
Diathese
Bijzondere aanleg of vatbaarheid voor een bepaalde aandoening. Voorbeelden: hemorragische diathese: aanleg voor bloedingen (= hemorragie); reumatische diathese: aanleg voor reuma.
Diarree, oorzaken
Mogelijke oorzaken van diarree (o.a.): , ontsteking van het maagdarm-kanaal met micro-organismen, zoals bacteriën, parasieten of wormen (meestal via bedorven voedsel en-of drinkwater) , stress , onrust, schrik, spanning en angst (= nerveuze diarree) , opname-stoornissen van vocht en-of voedselbestanddelen (= malabsorptie), , voedsel-allergie , maagdarm-peristaltiek -aandoeningen (= motorische diarree) , bijwerking van medicijnen (waaronder ook overmatig gebruik van laxeermiddelen) , vergiftigingen
Diarree
(buikloop) Dunne, waterige ontlasting doordat de ontstoken darmwand meer vocht afgeeft aan dan opneemt uit de voedselbrei. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Brij-achtige tot waterdunne ontlasting, die moeilijk of niet kan worden op gehouden, buikkrampen, overgeven (vooral bij baby`s en peuters), overmatig vochtverlies, uitdroging (= dehydratie) - Mogelijke complicaties (o.a.) , uitdroging (= dehydratie) van het lichaam door overmatig vochtverlies, met name bij (zeer) kleine kinderen en ouderen. Uitdroging kan worden voorkomen door vaak en veel te drinken (bij braken in kleine slokjes!) of speciale vocht-aanvullende middelen te gebruiken ( = rehydratie).
Diagnostische handelingen
(medische diagnostiek) Medische diagnostiek bestaat uit: (1) Anamnese (= `herinnering`): vaststellen van de voorgeschiedenis van de patiënt en zijn familie wat betreft -al of niet aangeboren- ziekten en klachten (2) Lichamelijk onderzoek : vaststelling van de oorzaak en aard van de klachten, respectievelijk de ziekte (3) Aanvullend onderzoek : (zo nodig) vaststelling van de oorzaak en aard van de klachten (4) Evaluatie : definitieve vaststelling van de oorzaak van de klachten, resp. aard van de ziekte,
Diagnose, uitsluiting
Vaststellen van een aandoening, ziekte of klacht door uitsluiting van andere mogelijke aandoeningen op grond van de bevindingen van de anamnese en onderzoek.
Diagnose
(vaststelling) Vaststelling van een aandoening, ziekte of klacht door een arts op grond waarvan een bepaalde medische behandeling (= therapie) wordt voorgeschreven.
Diabetes insipidus, oorzaken
Mogelijke oorzaken van diabetes insipidus (o.a.): , (1) abnormaal geringe productie van ADH in de hypothlamus: zie hypothalamus-aandoeningen , (2) abnormaal geringe afgifte van ADH door de hypofyse: zie hypofyse-aandoeningen , (3) verminderde gevoeligheid van de nieren voor ADH (= nefrogene diabetes insipidus) , (4) combinatie van bovengenoemde oorzaken
Divertikel
Zakvormige uitstulping, bijv. van slokdarm, maag of darm.
Distributieve shock
Sterk verminderde doorbloeding van het lichaam (= circulatoire shock) door een verkeerde verdeling (= distributie) van het bloed over het lichaam. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Bleekheid, flauwvallen, bewusteloosheid en slecht functioneren van vrijwel alle organen.
DNA, genetische code
Alle erfelijke informatie ligt opgeslagen in het DNA van de celkern en bestaat uit reeksen van steeds drie basenparen (= tripletten). Elke groep van drie treden van de DNA-trap bevat de genetische code voor de prodcutie van één van de 20 verschillende aminozuren (= bouwstenen van de eiwitten) van het lichaam. Elk gen bestaat op haar beurt uit een reeks van tripletten, die zowel qua aard als aantal van elkaar kunnen verschillen. Elk chromosoom bestaat uit een reeks van genen. De plaats (= locus) van het gen op het chromosoom bepaalt de aard van de eigenschap die dat gen vertegenwoordigt (bijv. kleur van het haar).
Dosis
De dosis is de hoeveelheid medicijn die per keer moet worden ingenomen. - De dosering is de hoeveelheid medicijn die per 24 uur (= dag) moet worden ingenomen.
Dosering
(dagdosering) De dosering is de hoeveelheid medicijn die per 24 uur (= dag) moet worden ingenomen. Bijvoorbeeld: 3 x daags 2 tabletten. - De dosis is de hoeveelheid medicijn die per keer moet worden ingenomen.
Dorst
(dipsie) - droge mond
Dorsaal
Aan de kant van de rug; ruggelings.
Doping
Gebruik van middelen (= dope), waaronder medicijnen, die de geestelijke en-of lichamelijke prestaties kunnen vergroten.
Doorbloedingsstoornissen, hersenen
(cerebrale doorbloedingsstoornissen) Verminderde doorbloeding (= ischemie) van de bloedvaten (= cerebrale arteriën) van de hersenen.
Doorbloedingsstoornissen, ledematen
(perifere doorbloedingsstoornissen) Verminderde doorbloeding (= ischemie) van de bloedvaten handen, armen, voeten en benen.
Doorbloedingsstoornissen
Stoornissen van de doorbloeding van organen en lichaamsweefsels.
Doorbloedingsstoornissen, hart
(coronaire doorbloedingsstoornissen) Verminderde doorbloeding (= ischemie) van de kransslagaderen (= coronair arteriën) van het hart.
Doofheid
(hardhorendheid, surditas) Verminderd gehoor of totale afwezigheid van gehoor. - Mogelijke oorzaken van o.a.) , aangeboren (bijv. doof-stom) , dichte gehoorgang door oorsmeerprop , gehoor-afwijking , lawaai, overmatig (bijv. disco`s, orkest) , trommelvlies-beschadiging , verkoudheid , oor-ontsteking , ouderdom: zie ouderdomsaandoeningen - Mogelijke behandelingen (o.a.) De behandeling is sterk afhankelijk van de oorzaak, aard en ernst van de doofheid: , opheffen van de oorzaak (bijv. ooruitspoelen, antibiotica) , gehoor-apparatuur , (geh)oor-operatie
Doodswens
Een (steeds terugkerend) verlangen naar de eigen dood.
Dominant
Overheersend. - Voorbeeld: dominante eigenschap van de moeder = eigenschap van de moeder die tot uitdrukking (= expressie) komt ten koste van dezelfde eigenschap (= recessief) van de vader.
Down-syndroom, vaststelling
Mogelijke behandelingen van Down-syndroom (o.a.): - De aanwezigheid van Down-syndroom kan ruim voor de geboorte (= pre-nataal) worden vastgesteld door middel van: , vruchtwaterpunctie : een laag gehalte aan foeto-proteïnen in het bloed van de moeder kan op het Down-synroom wijzen. Deze test wordt aanbevolen voor zwangere vrouwen ouder dan 35 jaar. , echografie : vaststelling van typerende lichamelijke afwijkingen
Droge ogen
Het oog wordt aan de buitenzijde vochtig gehouden door het traanvocht dat door regelmatig knipperen van de oogleden over het oogoppervlak wordt verspreid. - Het traanvocht wordt geproduceerd door de traanklieren en bevat o.a. zouten en beschermende antistoffen tegen infecties. Het wordt via de traanbuis aan de neuszijde afgevoerd in de neusholte en dan doorgeslikt. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Oog-irritatie, brandende ogen, oogpijn, wazig zien en oog-oppervlak-beschadidiging. - Mogelijke oorzaken (o.a.) Verminderde functie van de traanklieren (= traanklier-degeneratie) bij het ouder worden, waardoor steeds minder traanvocht wordt geproduceerd. - Droge ogen kunnen ook ontstaan door te snelle verdamping van het traanvocht, bijvoorbeeld wanneer de ogen niet goed sluiten of tijdens verblijf in droge lucht. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - lucht-bevochtiging , traan-vervangende middelen
Droge mond, oorzaken
Mogelijke oorzaken van droge mond (o.a.): , fysieke inspanning , spanning en stress (bijv. tijdens voordracht of speech) , overmatig alcohol-gebruik (`kater`) , bepaalde ziekten: o.a. suikerziekte (= diabetes mellitus), syndroom van Sjögren en andere auto-immuunziekten , bestraling, met name van het hoofd- en halsgebied , bijwerking van bepaalde medicijnen: o.a. bepaalde spasmolytica, zoals oxyfenonium en propantheline, tricyclische antidepressiva (TCA`s), maprotiline, meeste anti-psychotica, bepaalde antiparkinson-middelen, middelen tegen kanker (= oncolytia, cytostatica)
Droge mond, behandeling
Mogelijke behandelingen van droge mond (o.a.): , behandelen van de onderliggende oorzaak (= causale-curatieve therapie), bijv. suikerziekte, stress , regelmatig slokje water (kortstondig werkzaam) , speeksel-productie-stimulerende middelen: zoetzure smaken (o.a. zuurtjes, `appeltje voor de dorst`, etc.), citroenglycerol en pilocarpine (= Salagen®): zie ook hieronder , kunstspeeksel met carboxymethylcellulose, mucine, poly-acrylzuur of xanthan (tot enkele uren werkzaam): o.a. Oral Balance®, Saliva Orthana®, Xialine®
Droge huid
Droge huid is meestal een gevolg van te weinig huidsmeer (= talg). - Mogelijke verschijnselen (o.a.) - droog en glad aanvoelen van de huid, rimpels, kloven, (`kapot-springen`) met bloedinkjes - Mogelijke oorzaken (o.a.) - geringe lucht-vochtigheid (vrieskou, hete lucht, centrale verwarming) , (veelvuldig) gebruik van zeep of organische oplosmiddelen , huid-aandoening (o.a. eczeem) - Mogelijke behandelingen (o.a.) - vermijden van droge lucht (o.a. cv, droog klimaat)) , (allergeen-vrije) vette zalven (o.a. vaseline) of crèmes
Draaiduizeligheid
(vertigo) - duizeligheid
Draadworm
(filariasis) Tropische worm-infectie met Filaria van het geslacht rondwormen (= nematoden), resp. draadwormen (filia = draad), die via muskietenbeten op de mens wordt overgebracht. - Mogelijke verschijnselen (o.a.) Olifantsbenen (= elefantiasis), rivierblindheid (= `river blindness`) en abnormaal grote gewrichten. Daarnaast doen zich nog vele andere verschijnselen voor, waaronder ernstige huid-aandoeningen. - Mogelijke behandelingen (o.a.) - oorzaak: diethylcarbamazine , verschijnselen: anti-histaminica en corticosteroïden . , bestriiding: ivermectine (= Stromectol®) (zie ook - worm-middelen )
Drukpijn
Pijn door druk op een bepaald orgaan of weefsel. - Mogelijke oorzaken (o.a.) Plaatselijke zwelling (= perifeer oedeem), vocht-ophoping, bloed-ophoping, weefsel-ontsteking, abces, orgaan-vergroting door overmatige groei (= hypertrofie) of gezwelvorming (= hyperplasie). - Mogelijke behandelingen (o.a.) - wegnemen van de oorzaak (= causale-curatieve behandeling) , pijnstillers (= analgetica)