Kennisconsult Managementwoordenboek

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Management
Datum & Land: 25/08/2022, NL
Woorden: 27274


critical characteristics
Eigenschappen van een prodcut of proces waarvoor overheidsregels gelden ten aanzien van veiligheid. Hier is speciale aandacht vereist om er voor te zorgen dat aan die regels wordt voldaan.

credit rating
Engelse term voor een oordeel over de kredietwaardigheid van een bedrijf, bank, andersoortige instelling of land. Er is een aantal instellingen, de zogenaamde rating agencies, zoals Standard & Poor's en Moody's, die credit ratings afgeven. Zij doen dat met drieletterige codes, waarvan bijvoorbeeld de AAA de beste kredietwaardigheid aangeeft, BBB mindere kredietwaardigheid enzovoort.

creatieve destructie
Het begrip 'creatieve destructie' hebben we aan Schumpeter te danken. Het is het proces dat innovaties de plaats innemen van hetgeen er daarvoor bestond. Wat bestaat wordt verdrongen en raakt in onbruik.

crashing
Het bekorten van de duur van een activiteit door meer uitvoeringscapaciteit in te zetten.

cross docking
Het direct verwerken en doorzenden van ontvangen goederen in een distributiecentrum.

cross training
Het ontwikkelen medewerkers in de breedte zodat zij multifunctioneel inzetbaar zijn.

crisis sensing
Het opsporen en aanpakken van potentieel crisisgevaar.

creatief boekhouden
Het opzettelijk zodanig voeren van een financiele administratie dat er geen betrouwbare weergave ontstaat van de financiele ontwikkelingen en de werkelijk stand van zaken rondom de financien.

crash
Het plotseling en volledig falen van een computersysteem of component.

crisisbeheersing
Het proces en/of de activiteiten die op initiatief van het crisisteam worden uitgevoerd om een crisis te beheersen..

crowdsourcing
Het uitbesteden van taken die traditioneel binnen een bedrijf worden uitgevoerd aan een ongedefinieerde, doorgaans omvangrijke groep mensen in de vorm van een open oproep (Howe, 2009).

cryptografie
Het vakgebied dat zich bezighoudt met het versleutelen van informatie.

creativiteit
Het vermogen om werk tot stand te brengen dat zowel nieuw is als passend/doelmatig.

cross-cutting indicators
indicatoren waarmee diensten kunnen worden beoordeeld waarvoor twee of meer organisaties of organisatie-onderdelen verantwoordelijk zijn.

crisismanagement
Onder crisismanagement verstaan we het geheel aan organisatorische, procedurele en materiële voorzieningen met als doel de organisatie voor te bereiden op crises, deze zo mogelijk te voorkomen en, bij het manifest worden van een crisis, de gevolgen ervan te beheersen.

creditzijde
Rechterzijde van balans of grootboekrekening.

cryptographische sleutel
Reeks symbolen die wordt gebruikt om elektronische berichten te coderen of te decoderen.

crediteurenrekening
Rekening in de boekhouding waarop facturen aan en betalingen van crediteuren worden bijgehouden.

cruciaal kennisgebied
Specifieke kennis op een bepaald gebied die een onderneming concurrentievoordelen verschaft.

creatieve strategie
Strategie waarin staat aangegeven welke boodschap men wil communiceren en aan wie en in welke stijl of toon. De strategie dient als leidraad om reclame-uitingen verder te ontwikkelen en vorm te geven.

crisis sensing mechanism
Systematische wijze waarop het opsporen en aanpakken van potentieel crisisgevaar geregeld is.

crisismanagementteam
Team van personen die overeenkomstig het crisismanagementplan verantwoordelijk zijn voor het geven van leiding ingeval van een crisis of calamiteit.

cross-training
Training waarbij teamleden leren elkaars taken leren uit te voeren.

criteria
Uitspraken of standaarden die als norm worden gebruikt bij een beoordeling.

cruciale kennis
Unieke kennis waarmee een organisatie zich kan onderscheiden van de concurrentie.

cruciaal
Van doorslaggevende betekenis.

cross-over onderzoek
Vergelijkend onderzoek, waarbij twee of meer proefomstandigheden of behandelingen na elkaar (maar in willekeurige volgorde) worden toegepast op hetzelfde proefobject.

cross selling
Verkoopactiviteiten gericht op de verkoop van bijpassende accessoires en diensten.

criminele derving
Verlies dat ontstaat als gevolg van diefstal of vandalisme

credit spread option
Verschil in waarde van twee opties met dezelfde onderliggende waarde, waarbij de waarde van de geschreven optie de waarde van een gekochte optie overstijgt.

crawler
Zoekmachine op internet die op instructie van de gebruiker automatisch het internet afzoekt en de gevonden informatie geordend terugrapporteert.

curvilineaire relatie
Relatie tussen twee variabele grafisch weergegeven door een kromme.

curator
Iemand die door het gerecht wordt aangesteld om een faillissement af te wikkelen

cumulative available-to-promise
Beschikbaarheid om toe te zeggen, berekend over een bepaalde periode.

current estimated potential
Actuele inschatting van het groeipotentieel van een medewerker

cumulatief preferent aandeel
Als in enig jaar niet voldoende winst werd gemaakt om dividend uit te keren behouden cumulatief preferentie aandeelhouders hun recht op dividend. Zij krijgen het dividend bij voorrang betaald zodra de winstpositie van de vennootschap dit in een jaar toelaat.

cumulatief preferente aandelen
Aandelen die recht geven op een vast jaarlijks dividend. Indien een bedrijf in een bepaald jaar niet in staat is dividend uit te keren, dan blijft het recht daarop bij deze aandelen bestaan. Zodra het bedrijf hiertoe in staat is zal het uitstaande dividend met terugwerkende kracht uitbetaald worden. Preferente aandelen hebben voorrang op gewone aandelen (bv. bij uitbetaling dividend).

culturele waarden
Binnen een gemeenschap levende opvattingen over wat acceptabel, belangrijk, juist, enzovoort is en wat niet.

culturele diversiteit
Culturele diversiteit is de verscheidenheid aan culturen binnen een specifieke regio, of in de wereld in zijn geheel. De mate van culturele diversiteit binnen een regio of samenleving kan worden afgeleid van de mate van aanwezigheid van mensen met verschillende etnisch-culturele achtergronden.

culturele integratie
Culturele integratie is het overdragen of overnemen van de verschillende culturele entiteiten van culturele kenmerken op een zodanige manier dat deze beiden tot een uniforme cultuur worden omgevormd.

customer integration
Customer integration maakt het mogelijk om klanten met een hoge waarde voor de onderneming middels aantrekkelijke aanbiedingen aan zich te binden

culturele dimensietheorie van Hofstede
De culturele dimensietheorie van Hofstede beschrijft vijf dimensies waarin nationale culturen van elkaar kunnen verschillen: - de mate waarin ongelijkheid tussen (groepen van) mensen als acceptabel wordt beschouwd; - indivisualisme versus collectivisme; - mannelijk versus vrouwelijk; - de mate waarin men bereid is risico's te nemen; - de mate waarin men gericht is op de korte danwel de lange termijn.

culturele context
De culturele situatie die van invloed is op de interpretatie of bepaald gedrag of een bepaalde kijk op de zaak gepast is.

cumulatieve fabricagedoorlooptijd
De cumulatieve geplande doorlooptijd van het op voorraad zijn van alle ingekochte onderdelen.

current ratio
De current ratio geeft aan tot op welke hoogte de kortlopende schulden van een organisatie betaald zouden kunnen worden met op korte termijn beschikbare bezittingen van de onderneming. De current ratio wordt berekend door de vlottende activa te delen door de vlottende passiva.

customer marketing methode van Curry
De customer marketing methode is een techniek om marketing en verkoop te laten samenwerken in een kringloopproces van gegevensregistratie, analyse, planning en realisatie van het marketing- en verkoopproces.

cultural fit
De mate waarin een persoon past bij een bepaalde cultuur.

cumulatieve MRP
De planning van onderdelen en subsamenstellingen door middel van explosie van het hoofdplan volgens de MRP-methodiek waarbij de MPS-producten en hierdoor de geëxplodeerde behoeften in cumulatieve vorm in de tijd gefaseerd zijn. Gewoonlijk hebben deze cumulatieve aantallen betrekking op de planning van een jaar.

customer potential
De potentiële waarde die een klant vertegenwoordigt, ervan uitgaande dat de klant de goederen en diensten die hij nu in de markt koopt, voortaan zal aanschaffen bij onze onderneming.

cumuleren van opbrengstverliezen
De situatie waarbij opbrengstverliezen van meerdere bewerkingen of taken resulteren in een samengesteld opbrengstverlies.

cumulatieve doorlooptijd
De totale productietijd voor een eindproduct, berekend door de lead time van alle benodigdheden op het kritieke pad bij elkaar op te tellen, er van uitgaande dat alle grondstoffen, onderdelen en halffabrikaten die nodig zijn voor het eindproduct nog moeten worden gemaakt of aangeschaft.

customer ownership
De verantwoordelijkheid van een persoon of team binnen de organisatie voor het onderhouden van de relatie met een bepaalde klant.

customer capital
De waarde die besloten ligt in de relaties die een organisatie heeft met haar klanten. Deze waarde is ontastbaar en omvat ondermeer loyaliteit van de klanten en ook de mogelijkheid om er bepaalde kennis van te verwerven.

cumulatief dividend
Dividend dat bij gebrek aan winst in enig jaar niet kon worden uitgekeerd aan aandeelhouders met cumulatief preferente aandelen en dat wordt 'opgespaard' en bij winstherstel in latere jaren alsnog wordt uitgekeerd.

customer feedback
Door klanten verstrekte informatie over hun opvattingen met betrekking tot de organisatie en de kwaliteit van haar goederen en diensten.

curve van Gauss
Een klokvorminge curve die een normale verdeling weergeeft met de meerderheid in het midden.

cumulative quantity discount
Een korting voor de klant die wordt berekend over het totaal aan aankopen van de klant gedurende een bepaalde periode

customer surplus
Een manier om de waarde van een transactie voor de klant te beoordelen. Het surplus voor de klant is het verschilt tussen een redelijke prijs en de prijs die de klant werkelijk betaald heeft. Het surplus is positief als de klant minder heeft betaald dan een redelijke prijs. Heeft hij meer betaald, dan is het surplus negatief. Heeft hij een redelijke prijs betaald, dan is de uitkomst nul.

current awareness services
Een onderzoek in documenten zoals aantekeningen, samenvattingen, e-mails, en dergelijke om te achterhalen wat er in een bepaald onderzoeks- of werkgebied aan resultaten is behaald.

cumulatieve somtest
Een signaleringsmethode voor tijdreeksen waarbij een signaal wordt afgegeven als de som van afwijkingen tussen realiteit en voorspelling buiten bepaalde grenzen valt.

culpoos delict
Een strafbaar feit waarbij geen opzet in het spel is, maar wel sprake is van schuld.

customer specialization
Een strategie waarbij een onderneming zich met een productlijn specifiek richt op een bepaalde klasse van klanten.

cursus voor gevorderden
Een verdiepingscursus voor mensen met basiskennis over het onderwerp dat in de cursus wordt behandeld.

culturele intelligentie
Gevoelig zijn voor culturele verschillen en het vermogen met deze verschillen om te kunnen gaan.

cultuurtypologie van Harrison
Harrison onderscheidt vier soorten organisatieculturen: (1) Machtscultuur: Deze cultuur wordt gekenmerkt door de grote waarde die de leiding hecht aan macht. Er is weinig bureaucratie. (2) Rolcultuur: Deze cultuur kent de hoogste waarde toe aan orde en regelmaat. Beheersing vindt plaats door procedures, regels, normen en functiebeschrijvingen. (3) Taakcultuur: Bij deze cultuur is de hoogste waarde dat het werk zo goed mogelijk wordt gedaan. Men is pragmatisch ingesteld, en men laat zich wat betreft de coördinatie leiden door de eisen die het werk stelt. Deskundigheid weegt zwaar en men werkt samen in teams als dat tenminste bijdraagt aan de kwaliteit en effectiviteit van het werk. (4) Persoonscultuur: In deze cultuur wordt de hoogste waarde toegekend aan het individuele belang en de individuele ontwikkeling. Er is vaak een minimum aan regels en voorschriften, hetgeen tot moeilijkheden in de coördinatie kan leiden.

cumulatieve frequentie
Het aantal exemplaren of keren dat een waargenomen grootheid kleiner dan of gelijk is aan een gegeven waarde.

cultuurcyclus van Handy
Het betreft een organisatiecultuur ontwikkelingsmodel dat door voormalig professor Charles B. Handy van de Graduate School of Business Studies werd opgesteld op basis van de cultuurtypologie van Harrison.

cumulatieve ontvangsten
Het bijhouden van een cumulatief aantal (doorlopend aantal) door het tellen van ontvangen onderdelen die in serie of in een volgorde van zendingen zijn ontvangen. De cumulatieve ontvangsten leveren een aantal op dat kan worden vergeleken met de cumulatieve aantallen van een plan dat is ontwikkeld door de cumulatieve MRP.

culture lag
Het blijven gebruiken van verouderde methoden om de doelen van de organisatie na te streven.

customer operations performance center
Het Customer Operations Performance Center (COPC) is in 1995 opgericht door onder andere American Express, Dell Computer Corp., Microsoft, Novell als Amerikaans alternatief voor de ISOcertificeringsprogramma's die onvoldoende aansloten op de customer contact sector. Ontwikkelt en stimuleert initiatieven op gebied van certificering voor customer contact organisaties.

customer value management
Het door een onderneming systematisch doorvoeren van maatregelen die er toe leiden dat de klant een hogere waarde toekent aan de producten/diensten van die organisatie in vergelijking tot producten/diensten van concurrerende aanbieders.

cultuurschok
Het gevoel van onbehagen, verwarring en onzekerheid dat personen soms ervaren als ze in aanraking komen met onbekende culturele waarden.

cumulatieve afschrijvingen
Het totaal aan afschrijvingen op een goed vanaf het moment van ingebruikname van het goed.

cumulative capacity
Het totaal aan beschikbare capaciteit van een bepaald middel dat in ogenschouw wordt genomen om te bezien of men een situatie aan kan. Bijvoorbeeld: zijn er genoeg hotels in de buurt om alle congresbezoekers te kunnen huisvesten; hebben we genoeg productiecapaciteit om deze order op tijd uit te kunnen voeren.

cumulatieve penetratiegraad
Het totaal aantal personen dat over meerdere perioden werd bereikt, uitgedrukt als percentage van de doelgroep.

cumulatief bereik
Het totaal aantal personen dat via een enkele reclame-uiting wordt bereikt.

cultuurverschillen
Het verschil in gedrag, overtuigingen, waarden en normen, gewoonten, gebruiken en dergelijke tussen personen van verschillende achtergrond.

culturele afstand
Het verschil tussen twee culturen op grond van karakteristieken als taal, godsdienst, economie, tradities, geografische ligging, e.d.

cubage
Het volume in kubieke meters dat beschikbaar is voor opslag- of transportdoeleinden.

current reality tree
In de Theorie of Constraints (TOC) een relatiediagram, waarin problemen (of ongewenste gevolgen van een bepaalde situatie) met elkaar in verband worden gebracht.

cultuurgedreven innovatiestrategie
Innovatiestrategie die is gebaseerd op de cultuur binnen een organisatie. Afhankelijk van de cultuur binnen de organisatie (vernieuwend/behoudend) worden vernieuwingen in producten of processen doorgevoerd of juist tegen gehouden

cum dividend
Letterlijk: `met dividend`. De aanduiding dat een aandeel noteert respectievelijk verhandeling kent inclusief het betaalbaar gestelde dividend op een bepaalde datum in de nabije toekomst.

customer service representative
Medewerker van de helpdesk, die klanten telefonisch te woord staat als zij een hulpvraag hebben.

cultuur
Normen, waarden, omgangsvormen en dergelijke zoals die zich manifesteren in een groep of organisatie..

cumulatief systeem
Planning- of besturingsmethodiek die gebruik maakt van cumulatieve MRP, cumulatieve behoeften en cumulatieve aantallen.

cultuurverschillen
Regels, gewoonten, normen en waarden, gedragingen, opvattingen enzovoort die typisch zijn voor een bepaalde cultuur, en die zich daardoor onderscheiden van hetgeen in andere culturen gangbaar is.

cubic space
Ruimte beschikbaar voor transport- of opslagdoelstellingen, uitgedrukt in kubieke meters.

curriculum vitae
Samenvatting van iemands levensloop meestal opgesteld om te gebruiken in een sollicitatieprocedure.

culturele school
Theoretische stroming met betrekking tot strategievorming, die er van uit gaat dat strategievorming een proces is dat gestuurd wordt door krachten die besloten liggen in de cultuur van de organisatie.

customer solution profit
Verdienmodel dat gericht is op maken van winst op basis van investeren in klantrelaties. Na verloop van tijd rendeert deze investering en is de relatie met de klant zodanig hecht en vertrouwd, dat acquireren a.h.w. vanzelf gaat. Dit verdienmodel wordt veelvuldig gevonden bij leveranciers van arbeidsintensieve diensten, zoals accountants, advocaten, softwarebouwers, e.d.

cube
Volume aan vracht of voorraad (lengte x hoogte x diepte).

customer value
Voor de leverancier: de waarde die wordt toegekend aan het feit dat een bepaalde relatie klant is. Voor de klant: de waarde die wordt toegekend aan het feit dat men klant is bij een bepaalde leverancier.

cyclische aandelen
Aandelen van bedrijven die gevoeliger zijn voor ontwikkelingen in de economische cyclus of conjunctuur dan defensieve aandelen. Voorbeelden van cyclische aandelen zijn onder andere chemieen staalfondsen.

cyclische bedrijfstakken
Bedrijfstakken die erg gevoelig zijn voor conjunctuurbewegingen.

cyclus
De achtereenvolgende stappen, via welke een proces bij herhaling wordt doorlopen.

cybernetische haalbaarheid
De mate waarin systemen middels terugkoppeling bestuurbaar zijn.

cyclusproductie
De productie waarbij verschillende producten in een vaste volgorde worden geproduceerd. Die volgorde wordt regelmatig herhaald.

cybernetica
De studie van het gebruik van informatie bij terugkoppeling.

cyclisch
Een cyclus of tijdskring vormend.

cypher
Een manier om een document zodanig te versleutelen dat alleen de ontvanger voor wie het bedoeld is (en die dus beschikt over de juiste ontleutelcode) het kan lezen.