Zie ook:
borrel

borrelen werkw. Uitspraak: [ ˈbɔrələ(n) ] Afbreekpatroon: bor·re·len Vervoegingen: borrelde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geborreld (volt.deelw.)
1) een drankje drinken Voorbeeld: 'voor het eten borrelen'
2) (van vloeistoffen) luchtbellen maken Voorbeeld: 'Kokend water borrelt.' Zie ook: borrel Synon...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/borrelen

1) Borreluur 2) Bubbelen 3) Bruisen 4) Pruttelen 5) Hoorbaar schuimen 6) Nippen 7) Zuipen 8) Wellen 9) Pruisen 10) Bitteren 11) Geborrel 12) Preutelen 13) Drijven 14) Drinken 15) Koken 16) Babbelen 17) Tetteren 18) Alcohol drinken 19) Paiten 20) Koking 21) Pimpelen 22) Slokken 23) Opwellen 24) Gebubbel
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Borrelen/1

opwellen; bellen vertonen (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op
https://etymologiebank.nl/trefwoord/borrelen
het geluid maken van opstijgende luchtbellen vb: als het water borrelt, kookt het
alcoholische drankjes drinken vb: voor het eten gaan we altijd een uurtje borrelen
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

Borrelen betekent een luchtbel maken van vloeistoffen.
[basiswoordenlijst groep 3]Gevonden op
https://wikikids.nl/Borrelen
Geen exacte overeenkomst gevonden.