Soortenbank

Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401

Kalketrip
(Centaurea calcitrapa) -Kalketrip- RH. 0278 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Centaurea calcitrapa L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Centaurea solstitialis: Bloemen roze of purper, zelden wit. Bladen niet langs de stengel aflopend, de onderste afgebroken veerdeli

Kalkgraslanddikkopje
(Spialia sertorius) kalkgraslanddikkopje Spanwijdte vleugels 22-24 mm, mei-augustus -Kenmerken- Bovenzijde vleugels donkerbruin met witte vlekjes. Onderzijde steenrood en wit gevlekt (382 5 g). -Voorkomen- Op zeer warme en droge, schrale graslanden met stenige bodem. In Zuid-Limburg (NL) sinds 1981 verdwenen; in Zuidoost-België schaars, weinig verspreid. -Levensw...

Kalkgraslanddikkopje
(Spialia sertorius) (Hoffmannsegg, 1804) Kalkgraslanddikkopje -Beschrijving: - Het kalkgraslanddikkopje is een kleine vlinder van warme grazige tot ruige vegetaties. Behalve op kalkgraslanden komt hij ook voor op andere droge graslanden en ruigten, als zijn voedselplant er maar groeit: Sanguisorba minor (kleine pimpernel). De eitjes worden afgezet tussen de knoppen op...

Kalkhoornbloem
(Cerastium brachypetalum) -Kalkhoornbloem - RH. 0294 Volledige wetenschappelijke naam: Cerastium brachypetalum Pers. Diagnostische kenmerken t.o.v. Cerastium glomeratum: Stelen van de doosvrucht tenminste dubbel zo lang als de kelkbladen. Bladen langwerpig, grijsgroen. Helmdraden

Kalkraket
(Calepina irregularis) -Kalkraket- RH. 0177 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Calepina irregularis (Asso) Thell. Diagnostische kenmerken: Plant kaal. Stengel opstijgend. Wortelbladen in een rozet, bochtig-veerspletig; stengelbladen langwerpig, pijlvormig stengelo

Kalksponzen
(Klasse Calcarea) Sponzen waarvan de skeletnaalden zijn opgebouwd uit CaCO3. In Nederland hebben deze spicula een karakteristieke vorm van 3- en 4-assige naalden. Voor de kalksponzen, ga naar: pagina 325.

Kalkwalstro
(Galium pumilum) -Kalkwalstro- RH. 0553 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Galium pumilum Murray Diagnostische kenmerken t.o.v. Galium saxatile: Stengel onderaan lang afstaand behaard, rechtopstaand of opstijgend. Bladen van niet-bloeiende stengels niet zeer

Kalmoes
(Acorus calamus) -Kalmoes- RH. 0007 Volledige wetenschappelijke naam: Acorus calamus L. Diagnostische kenmerken: Plant bij kneuzing aromatisch geurend. Wortelstok kruipend. Stengel afgeplat, aan de ene zijde scherpkantig, aan de andere zijde met een groef waaruit de bloei

Kameelhalsvliegen
(orde) (Orde Raphidioptera) kameelhalsvliegen -Kenmerken- Kameelhalsvliegen zijn gemakkelijk te herkennen aan hun 'lange, beweeglijke nek' (de prothorax), waardoor de kop boven het lichaam kan worden gehouden. De kop heeft vooruitstekende, bijtende monddelen, groenig oplichtende facetogen en 3 of zonder ocellen en lange, draadvormige antennen die bestaan uit 35-75 segmenten. ...

Kameelhalsvliegen
(Raphidia soort) kameelhalsvliegen Spanwijdte vleugels 10-40 mm, april-augustus -Kenmerken- Zwarte insecten met een halsachtig verlengde prothorax. De vleugels worden in rust dakvormig gevouwen en hebben een netwerk van aders, die aan de rand gevorkt zijn. De lang gerekte kop is naar achteren toe versmald en heeft bij de meeste soorten achter de facetogen 3 ocellen...

Kameeltje
(Notodonta ziczac) kameeltje Spanwijdte vleugels 40-45 mm, april-september -Kenmerken- Roodbruine voorvleugels met in het midden van de voorrand een trapeziumvormige, grijze vlek (vlinder niet afgebeeld). -Voorkomen- Niet zeldzaam in lichte, vochtige bossen. -Levenswijze- De soort dankt zijn Nederlandse naam aan de paarsbruinige rups met de 2 opvallende, tandvormige ...

Kameleonwapenvlieg
(Stratiomys chamaeleon) kameleonwapenvlieg Lengte 12-16 mm, juni-september. -Kenmerken- Grootste wapenvlieg in Nederland en België, met een opvallend breed en afgeplat achterlijf, dat aan beide kanten duidelijk onder de opgevouwen vleugels uitsteekt (220 1a g). Grondkleur zwart met scherp afgetekende, helder gele bandtekeningen op het schildje en het achterlijf. -Voo...

Kamferalant
(Dittrichia graveolens) -Kamferalant- BB. 2483 Volledige wetenschappelijke naam: Dittrichia graveolens (L.) Greuter Diagnostische kenmerken: Plant kleverig klierharig, na kneuzing met een sterke kamfergeur. Hoofdjes 0,5-1 cm breed. Lintbloemen tot 3 mm lang, niet of weinig lange

Kamgras
(Cynosurus cristatus) -Kamgras- RH. 0386 Volledige wetenschappelijke naam: Cynosurus cristatus L. Diagnostische kenmerken: Bloeiwijze aarachtig, lijnvormig, de spil zigzag gebogen, op elke tand met 2 aartjes, het buitenste onvruchtbaar en kamvormig, het binnenste vruchtbaar. L

Kamille
(Genus Matricaria) -Kamille- Volledige wetenschappelijke naam: Matricaria L. Opm. Bloemhoofdjes zonder stroschubben.

Kamperfoelie
(Genus Lonicera) -Kamperfoelie- Volledige wetenschappelijke naam: Lonicera L.

Kamperfoeliefamilie
(Familie Caprifoliaceae) -Kamperfoeliefamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Caprifoliaceae Kruiden of heesters, soms windend, zelden kleine bomen. Bladen meestal tegenoverstaand, enkelvoudig of soms geveerd, meestal zonder steunblaadjes. Bloemen regelmatig of tweezijdig symm

Kamsalamander
(Triturus cristatus) Kamsalamander -Uiterlijke kenmerken- Krachtige salamander met brede kop. Lengte tot 18 cm, meestal een stuk kleiner. De vrouwtjes zijn groter dan de mannetjes. Grofkorrelige huid. De rug is bruin tot blauwzwart, met meer of minder duidelijke ronde zwarte vlekken. Het onderste gedeelte van de flanken met vele witte spikkels. De buik is oranje tot ge...

Kamvaren
(Dryopteris cristata) -Kamvaren- RH. 0420 Volledige wetenschappelijke naam: Dryopteris cristata (L.) A.Gray Diagnostische kenmerken: Vruchtbare bladen recht overeind staand, met de onderste deelblaadjes tot een kwart slag gedraaid ten opzichte van de bladspil, en met de bladst

Kanaaljuffer
(Cercion lindenii) kanaaljuffer Spanwijdte vleugels 40-50 mm, juni-september -Kenmerken- Mannetje met op het tweede segment een donkere streep, die onderaan rondachtig en sterk verbreed is. -Voorkomen- Bij langzaam stromende, rijk begroeide wateren. In Zuid-Nederland en België vrij zeldzaam, maar neemt in aantal toe mogelijk door de warmere zomers.

Kanaaljuffer
(Cercion lindenii) Cercion lindenii (Sélys, 1840) Kanaaljuffer -Omschrijving- laatste larvale stadium, (fig. Clindenl.tif)] (naar Aguesse, 1968; Conci & Nielsen, 1956; Heidemann & Seidenbusch, 1993) Bleek bruinige of gelige larven. Lengte exuviae 13-15 mm, waarvan 5-6 mm voor de caudale lamellen. -Kop:- Prementale setae 3 + 3 (soms 4 + 4), labiale palp...

Kanaaljuffers
(Geslacht Cercion) Genus Cercion Navás, 1907 -Omschrijving- Antennen met 7 segmenten. Caudale lamellen met één sterk gekromde rand, nodale lijn iets scheef en voorbij het midden [(fig. Clinden6.tif), mediane lamel; (fig. Clinden7.tif), laterale lamel]. (naar Askew, 1988) Dit genus wordt tegenwoordig ook wel als synoniem gezien van Erythromma. (zi...

Kanariegras
(Genus Phalaris) -Kanariegras- Volledige wetenschappelijke naam: Phalaris L.

Kanariezaad
(Phalaris canariensis) -Kanariezaad- BB. 1821 Volledige wetenschappelijke naam: Phalaris canariensis L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Phalaris arundinacea: Bloeiwijze eivormig of langwerpig-eivormig, ogenschijnlijk onvertakt, 1-6 cm lang, wit en groen gestreept. Kelkkafjes 6-1

Kandelaartje
(Saxifraga tridactylites) -Kandelaartje- RH. 1146 Volledige wetenschappelijke naam: Saxifraga tridactylites L. Diagnostische kenmerken: Stengel aan de voet zonder knolletjes. Onderste bladen spatelvormig, ongedeeld of 3-lobbig, de bovenste wigvormig-langwerpig, handvormig 3-5-sple

Kaneelkleurig breeksteeltje
(Conocybe tenera) -Nederlandse naam:- Kaneelkleurig breeksteeltje -Beschrijving- Hoed stomp kegelvormig, Ø 1-4 cm, mat, oker- tot kaneelbruin, geelbruin opdrogend. Lamellen aangehecht, dicht opeen, wittig tot kaneelbruin. Steel 5-10 cm x 4-7 mm, breekbaar, fijn bepoederd,

Kaneelkleurige melkzwam
(Lactarius quietus) -Nederlandse naam:- Kaneelkleurige melkzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd tot ondiep of vlak trechtervormig, Ø 3-8 cm, droog, mat, concentrisch gevlekt, bleek- tot grijzig-roodbruin met een kaneelkleurige tint. Lamellen iets aflopend, bruinig-wit tot bleek

Kaneelroos
(Rosa majalis) -Kaneelroos - RH. 1879 Volledige wetenschappelijke naam: Rosa majalis Herrm. Diagnostische kenmerken t.o.v. Rosa rugosa: Takken in het bovenste deel kaal, naast de bladen met 2 gekromde stekels; in het onderste deel ook met vele naalden borstelvormige ste

Kanoetstrandloper
(Calidris canutus) -Wetenschappelijke naam: - Calidris canutus (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Kanoetstrandloper -Vogelgroep:- Strandlopers -Veldkenmerken.- 24 cm. Gemakkelijk herkenbaar aan vrij forse formaat en stevige bouw met korte nek en relatief korte snavel en

Kantig hertshooi
(Hypericum dubium) -Kantig hertshooi- RH. 0647 Volledige wetenschappelijke naam: Hypericum dubium Leers Diagnostische kenmerken t.o.v. Hypericum maculatum: Kelkbladen meer dan tweemaal zo lang als breed, aan de top fijn onregelmatig getand. Bloeiwijzetakken onder een hoek v

Kantige basterdwederik
(Epilobium tetragonum) -Kantige basterdwederik- RH. 1642 Volledige wetenschappelijke naam: Epilobium tetragonum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Epilobium obscurum: Wortelstok met zeer korte uitlopers, deze in rozetten eindigend. Stengel hard. Bladen donkergroen, scherp getand

Kapjesmorielje
(Morchella semilibera) -Nederlandse naam:- Kapjesmorielje -Beschrijving- Vruchtlichaam 10-20 cm. Hoed in verhouding tot de steel meestal klein, 2-6 cm, conisch of klokvormig, sterk vertikaal geribd met weinig dwarsribjes, met ondiepe holtes. Holtes honing- tot olijfbruin, ribbe

Karbolchampignon
(Agaricus xanthoderma) -Nederlandse naam:- Karbolchampignon -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd of uitgespreid, Ø 5-15 cm, glad, wit, bij kneuzing sterk chroomgeel verkleurend. Lamellen wit of roze tot grijsbruin. Steel 5-15 x 1-2 cm, wit, met een witte ring en een ve

Kardinaalsmantel
(Pandora) (Argynnis pandora) (Denis and Schiffermüller, 1775) Kardinaalsmantel (Pandora) -Beschrijving: - De kardinaalsmantel is een soort van bosranden, zeer open bossen en van open plekken in bossen begroeid met struiken en kruidenrijke, grazige vegetatie. De vlinders zijn net als de keizersmantel vaak aan te treffen op plekken met veel forse nectarplanten, zoals distel...

Kardinaalsmuts
(Genus Euonymus) -Kardinaalsmuts- Volledige wetenschappelijke naam: Euonymus L.

Kardinaalsmutsfamilie
(Familie Celastraceae) -Kardinaalsmutsfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Celastraceae Bomen of heesters. Bladen tegenoverstaand of verspreid, enkelvoudig, met afvallende steunblaadjes. Bloemen regelmatig, twee- of eenslachtig. Kelk 4- of 5-spletig of -delig. Kroonbladen

Kardinaalsmutsvuurzwam
(Phylloporia ribis) -Nederlandse naam:- Kardinaalsmutsvuurzwam Phylloporia ribis f. evonymi -Beschrijving- Vruchtlichaam één- tot meerjarig, kurkachtig, schelp- tot waaiervormig, 3-15 x 2-10 cm, 1-2 cm dik. Bovenzijde concentrisch gezoneerd, fijnviltig, rood- tot zwartbruin,

Karinthische erebia
(Erebia stirius) (Godart, 1824) Karinthische erebia -Beschrijving: - De Karinthische erebia is vooral te vinden op rotsachtige, kalkstenen hellingen met stukken grazige vegetatie en bij puinhellingen. De rupsen voeden zich met grassen, o.a. met Sesleria caerulea en Poa alpina . -Leefgebied: - Sub-alpien grasland Puinhellingen Steile rotsen - binnenland -Sterk gelij...

Karmozijnbes
(Genus Phytolacca) -Karmozijnbes- Volledige wetenschappelijke naam: Phytolacca L.

Karmozijnbesfamilie
(Familie Phytolaccaceae) -Karmozijnbesfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Phytolaccaceae Kruiden, heesters of bomen. Bladen verspreid, gaafrandig, zonder steunblaadjes. Bloemen meestal tweeslachtig. Bloemdek 4- of 5-bladig, gekleurd. Meeldraden 4-20. Vruchtbeginsel(s) bove

Karpatenbergerebia
(Erebia sudetica) Staudinger, 1861 Karpatenbergerebia -Beschrijving: - Het leefgebied van de Karpatenbergerebia bestaat uit subalpiene en alpiene graslanden, met name graslanden rond de boomgrens. De vlinders komen het talrijkst voor in vochtige graslanden met hoge grassen en kruiden, maar ze planten zich ook in droge graslanden voort. Anthoxanthum odoratum (gewoon ...

Karpathosheivlinder
(Hipparchia christenseni) Kudrna, 1977 Karpathosheivlinder -Beschrijving: - De Karpathosheivlinder is te vinden op rotsachtige hellingen begroeid met open struweel en op open plekken in naaldbossen waar de vlinders vaak op de boomstammen zitten te rusten. De soort heeft één generatie per jaar. -Leefgebied: - Phrygana vegetaties Sclerofiele struikvegetatie -Ste...

Kartelblad
(Genus Pedicularis) -Kartelblad- Volledige wetenschappelijke naam: Pedicularis L.

Kartuizer anjer
(Dianthus carthusianorum) -Kartuizer anjer- RH. 0403 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Dianthus carthusianorum L. Diagnostische kenmerken: Bladscheden 1-2 cm lang. Schubben onder de kelk bruinvliezig, plotseling in een 2-4 mm lange spits versmald, korter dan de kelk

Karwij
(Genus Carum) -Karwij- Volledige wetenschappelijke naam: Carum L. Opm. Vrucht in vooraanzicht elliptisch, met slanke, weinig uitspringende ribben; deelvruchten op doorsnede 5-kantig. Kroonbladen wit.

Karwijselie
(Selinum carvifolia) -Karwijselie - RH. 1182 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Selinum carvifolia (L.) L. Diagnostische kenmerken: Stengel gevleugeld-kantig. Onderste bladen 3-voudig-, de bovenste dubbel geveerd. Blaadjes diep veerspletig, de slippen met witte

Karwijvarkenskervel
(Peucedanum carvifolia) -Karwijvarkenskervel- RH. 0928 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Peucedanum carvifolia Vill. Diagnostische kenmerken t.o.v. Peucedanum palustre: Wortelstok aan de voet door talrijke vezels omgeven. Stengel met merg gevuld. Onderste bladen e

Kaspische Plevier
(Charadrius asiaticus) -Wetenschappelijke naam: - Charadrius asiaticus Pallas, 1773 -Nederlandse naam: - Kaspische Plevier -Vogelgroep:- Plevieren -Veldkenmerken.- 22-25 cm. Groter dan Bontbekplevier. Adult mannetje heeft in broedkleed een kenmerkende roestkleurige borstband me

Kastanje
(Genus Castanea) -Kastanje- Volledige wetenschappelijke naam: Castanea Mill.

Kastanje-inktzwam
(Coprinus auricomus) -Nederlandse naam:- Kastanje-inktzwam -Beschrijving- < 1cm: loep Hoed ei- of klokvormig tot uitgespreid, Ø 15-45 mm, 10-25 mm hoog, glanzend, rimpelig gestreept, kastanje- of roestbruin tot grijsbruin, met een glad, donkerbruin centrum en met fijne afstaa

Kastanjeboleet
(Boletus badius) -Nederlandse naam:- Kastanjeboleet -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd, Ø 4-14 cm, donzig tot kaal en glanzend, okerbruin tot kastanje- of donker roodzwartbruin. Buisjes crème- tot citroengeel, blauwgroen na beschadiging. Poriën groot, crème- to

Kastanjeparasolzwam
(Lepiota castanea) -Nederlandse naam:- Kastanjeparasolzwam -Beschrijving- Hoed kegelvormig, dan uitgespreid met een bultje, Ø 2-4 cm, okergeel of oranjeoker tot roodbruin, met rood- tot zwartbruine, aangedrukte schubjes en een lichtere rand. Lamellen crème tot okergeel. Ste

Kastanjespinragschijfje
(Arachnopeziza aranea) -Nederlandse naam:- Kastanjespinragschijfje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam beker- tot schotelvormig, Ø 0,2-0,3 mm. Binnenzijde witgeel. Buitenzijde met spitse, kleurloze randharen, wit. Verspreid op een kleurloze, spinnenwebachtige hyfenmat zitt

Kastanjestromakelkje
(Rutstroemia echinophila) -Nederlandse naam:- Kastanjestromakelkje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam beker- tot vlak schotelvormig, Ø 2-10 mm. Binnenzijde mat, geel- tot kastanjebruin. Buitenzijde met wat getande rand, okerbruin, gesteeld. Steel okerbruin met donkere basis.

kaste
een van de drie of meer afzonderlijke vormen, die te zamen de populatie van een sociaal insect vormen. De drie gebruikelijke kastes zijn: koningin, mannetje (bij bijen: dar) en werkster. Bij de termieten en sommige mieren komen bovendien nog een of meer soldatenkastes voor. Alternatieven: kastes

Kaswittevlieg
(Trialeurodes vaporiorum) kaswittevlieg Lengte 1-2 mm, januari-december -Kenmerken- Kleine, geelwitte, motachtige insecten met dakvormig gevouwen vleugels, die met een wasachtige substantie zijn bestoven (witte vliegen- familie Aleyrodidae). -Voorkomen- In kassen en andere gebouwen op verschillende gewassen en sierplanten. In de zomer ook buiten de kas. -Levenswijze- Dit is...

katje
Een bloeiwijze met bijna of geheel zittende, eenslachtige bloemen langs de hoofdas.Zijn de bloemen manlijk, dan valt het katje na de bloei in zijn geheel af. Alternatieven: katjes

katjesschub
Schutbladen van de afzonderlijke bloemen van een katje. Alternatieven: katjesschubben

Kattendoorn
(Ononis repens subsp. spinosa) -Kattendoorn- RH. 0877 Volledige wetenschappelijke naam: Ononis repens subsp. spinosa Greuter Zie soort: Ononis repens Diagnostische kenmerken: Jonge takken met 2 rijen haren, deze per stengellid verspringend. Dorens stevig en meestal met 2 bijeen aangehe

Kattenkruid
(Genus Nepeta) -Kattenkruid- Volledige wetenschappelijke naam: Nepeta L.

Kattenstaart
(Genus Lythrum) -Kattenstaart- Volledige wetenschappelijke naam: Lythrum L.

Kattenstaartamarant
(Amaranthus caudatus) -Kattenstaartamarant- BB. 5013 Volledige wetenschappelijke naam: Amaranthus caudatus L. Diagnostische kenmerken: Schijnaren van de voet af overhangend, rood of soms groen, of gelig. Bloemdekbladen boven het midden het breedst, met de randen over elkaar li

Kattenstaartfamilie
(Familie Lythraceae) -Kattenstaartfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Lythraceae In Europa kruiden. Bladen meestal tegenoverstaand of in kransen, enkelvoudig, vaak met kleine steunblaadjes. Bloemen meestal regelmatig, tweeslachtig, meestal 4-6-tallig. Kelkbladen, kroon

Katwilg
(Salix viminalis) -Katwilg - RH. 1126 Volledige wetenschappelijke naam: Salix viminalis L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Salix dasyclados: Twijgen in de jeugd grijsachtig behaard, spoedig verkalend en geel. Bladen 7-20 maal zo lang als breed, 0,5-1,5 cm breed, 10-25 cm la

Kaukasische spar
(Picea orientalis) -Kaukasische spar - BB. 2239 Volledige wetenschappelijke naam: Picea orientalis (L.) Link Diagnostische kenmerken t.o.v. Picea abies: Bladen 6-10 mm lang, met stompe top. Kegel 6-9 cm lang. Twijgen kaal, witachtig tot lichtbruin. Tot 30,00. Mei. Fanerofyt

Kaukasische zilverspar
(Abies nordmanniana) -Kaukasische zilverspar - BB. 2204 Volledige wetenschappelijke naam: Abies nordmanniana (Steven) Spach Diagnostische kenmerken t.o.v. Abies veitchii: Twijgen kaal of iets behaard, grijsbruin. Knoppen zonder hars. Bladen 1,5-3,5 cm lang. Kegels 12-18 cm la

Kauw
(Corvus monedula) -Wetenschappelijke naam: - Corvus monedula Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Kauw -Vogelgroep:- Kraaien -Veldkenmerken.- 32 cm. Een bekende, levendige vogel. Komt vaak in grote aantallen voor, samen met Spreeuwen en Roeken. Loopt, in tegenstelling tot m

keel
De plaats waar de buis van vergroeide bloembekleedsels overgaat in de uit slippen bestaande zoom.

keel
Deel van de bovenhals, maar ook de doorgang tussen bek en slokdarm-luchtpijp.

keelschub
Schubben of andere uitsteekseltjes aan de keel van de bloemkroon.Vaak anders gekleurd dan de rest van de kroon.O.a. bij Boraginaceae (Ruwbladigen). Alternatieven: keelschubben

Keep
(Fringilla montifringilla) -Wetenschappelijke naam: - Fringilla montifringilla Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Keep -Vogelgroep:- Vinken -Veldkenmerken.- 15 cm. Lijkt qua vorm en formaat op Vink. Mannetje in zomerkleed met zwarte kop en mantel, oranje keel, borst, schouders en

kegel
De vrouwelijke kegel bij de Pinopsida (Naaktzadigen) is een schijnvrucht die bestaat uit een as met dicht opeengeplaatste houtige of leerachtige schubben (kegelschubben) . Elke schub bestaat uit een buitenste, al of niet duidelijk zichtbare dekschub en een binnenste, al of niet met de dekschub vegroeide, 1-vele zaden dragende zaadschub . Zijn de sc...

Kegelkopsprinkhanen
(Familie Pyrgomorphidae) kegelkopsprinkhanen -Kenmerken- De Mediterrane kegelkopsprinkhanen lijken op de zogenaamde neussprinkhanen uit de onderfamilie Acridinae (familie Acrididae), maar blijven aanzienlijk kleiner. Het naar voren stekende voorhoofd is onder de ogen duidelijk gebogen. -Behandelde taxa- Pyrgomorpha conica

Kegelmorielje
(Morchella elata) -Nederlandse naam:- Kegelmorielje -Beschrijving- Vruchtlichaam 8-17 cm. Hoed 4-10 x 2-8 cm, langwerpig conisch tot peervormig met spitse tot wat afgeronde top, bestaand uit door vertikale ribben, die door talrijke horizontale dwarsribben onderling zijn ve

Kegelpoederparasol
(Cystolepiota pulverulenta) -Nederlandse naam:- Kegelpoederparasol -Beschrijving- Hoed halfbolvormig, dan uitgespreid, Ø 5-9 mm, vlokkig wollig-viltig, wit tot beige of roomkleurig, met een wat rossig-oker centrum en met enkele vlokkige tandjes aan de rand. Lamellen dicht opeen, wit

kegelschub
De vrouwelijke kegel bij de Pinopsida (Naaktzadige) is een schijnvrucht die bestaat uit een as met dicht opeengeplaatste houtige of leerachtige schubben (kegelschubben) . Elke schub bestaat uit een buitenste, al of niet duidelijk zichtbare dekschub en een binnenste, al of niet met de dekschub vegroeide, 1-vele zaden dragende zaadschub . Zijn de sch...

Kegelsilene
(Silene conica) -Kegelsilene- RH. 1202 Volledige wetenschappelijke naam: Silene conica L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Silene vulgaris: Kelk groen of roodbruin, met 30 niet verbonden nerven, kort behaard; kelkslippen smal driehoekig. Plaat van de kroonbladen iets inges

Kegelzwammen
(Genus Strobilurus) -Nederlandse naam:- Kegelzwammen Tot het genus Strobilurus behoren de Kegelzwammen. -opgenomen taxa:- - Strobilurus esculentus, Sparrekegelzwam - Strobilurus tenacellus, Bittere dennekegelzwam

Keizerarend
(Aquila heliaca) -Wetenschappelijke naam: - Aquila heliaca Savigny, 1809 -Nederlandse naam: - Keizerarend -Vogelgroep:- Arenden -Veldkenmerken.- 72-83 cm, spanwijdte 180-215 cm. Een grote, zwaargebouwde arend met zwartbruin verenkleed en bleekgele kruin en achterhoofd; me

Keizerlibellen
(Geslacht Anax) Genus Anax Leach, 1815 -Omschrijving- Labium rijkt in rust tot voorbij de coxae van het tweede pootpaar [(fig. Aimper02.tif), habitus ventraal]. Ogen aan rugzijde afgevlakt; lengte van ogen (langs lengte as van lichaam gemeten) iets groter dan oogbreedte (haaks op lengte as); achterrand van ogen enigzins in elkaars verlengde. Kop gerond [(fig. Aimp...

Keizerskaars
(Verbascum phlomoides) -Keizerskaars- RH. 1341 Volledige wetenschappelijke naam: Verbascum phlomoides L. Diagnostische kenmerken: Bladen niet of kort aflopend; de bovenste eirond tot bijna cirkelrond, plotseling in een lange spits versmald, met afgeronde tot hartvormige voet. B

Keizerskroon
(Fritillaria imperialis) -Keizerskroon- BB. 5070 Volledige wetenschappelijke naam: Fritillaria imperialis L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Fritillaria meleagris: Stengel dicht bebladerd, veelbloemig. Bladen langwerpig tot lijnlancetvormig, vlak. Bloemen hangend, in schermen, met

Keizersmantel
(Argynnis paphia) keizersmantel Spanwijdte vleugels 55-65 mm, juni-september -Kenmerken- Grote vlinder. Mannetjes (406 1a g) roodbruin met 3 tot 4 strepen met geurschubben over de lengteaderen van de voorvleugel, vrouwtjes (406 1b g) bruin tot groenachtig bruin met donker vlekkenpatroon. Onderzijde variabel: van groenige tot lichtpaarse ondergrond met zilveren banen...

Keizersmantel
(Argynnis paphia) (Linnaeus, 1758) Keizersmantel -Beschrijving: - De keizersmantel is een grote en opvallende vlinder die vaak met hoge aantallen aanwezig kan zijn. Ze hebben veel nectar nodig en zijn daarom vaak te vinden op distels langs bosranden. Ook op ruige open plekken in bossen kan men hem vinden. Mannetjes hebben een opvallende geurstreep op de voorvleugel,...

Keker
(Cicer arietinum) -Keker - BB. 5040 Volledige wetenschappelijke naam: Cicer arietinum L. Diagnostische kenmerken: Gehele plant klierachtig behaard. Bladen oneven geveerd, met 13-17, soms minder, elliptische of omgekeerde eironde blaadjes, die aan de top gezaagd zijn. Bloem

kelk
De buitenste krans van bloembekleedsels, indien deze in vorm en-of kleur afwijkt van de binnenste (de kroon); zijn beide kransen ongeveer gelijk, dan spreekt men van bloemdek(bladen). Alternatieven: kelken kelkbladen vrij kelkbladen vergroeid

kelkbuis
Komt voor bij het bloemtype waarbij de bloembodem het vruchtbeginsel tot aan de top omgeeft; indien bloembodem en vruchtbeginsel niet vergroeid zijn (en het vruchtbeginsel dus bovenstandig is) wordt de bloembodem "kelkbuis" genoemd.Let op! Dit woord wordt ook gebruikt voor het vergroeide deel van een normale kelk. Alternatieven: "kel...

kelkkafje
Bij Poaceae (Grassenfamilie): schubvormig blaadje (meestal een onderste en een bovenste kelkkafje) dat de bloem(en) omgeeft. Alternatieven: kelkkafjes

Kempense heidelibel
(Sympetrum depressiusculum) Sympetrum depressiusculum (Sélys, 1841) Kempense heidelibel -Omschrijving- [laatste larvale stadium, (fig. Sdepresl.tif)] (naar Aguesse, 1968; Conci & Nielsen, 1956; Heidemann & Seidenbusch, 1993; Rousseau, 1909) Gelijkend op S. striolatum en S. sanguineum; gekenmerkt door opvallend lange laterale doornen op abdominale segmenten VIII...

Kempense waterranonkel
(Ranunculus omiophyllus) -Kempense waterranonkel - RH. 1054 Volledige wetenschappelijke naam: Ranunculus omiophyllus Ten Diagnostische kenmerken t.o.v. Ranunculus hederaceus: Bladlobben het smalst aan de voet; kroonbladen ongeveer dubbel zo lang als de kelkbladen; snaveltje op de

Kemphaan
(Philomachus pugnax) -Wetenschappelijke naam: - Philomachus pugnax (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Kemphaan -Vogelgroep:- Steltlopers -Veldkenmerken.- 23-29 cm. Vrouwtje ongeveer 25% kleiner dan mannetje. Mannetje in broedkleed onmiskenbaar, met uitzonderlijke, opvallen

kenmerk
Elke eigenschap van een organisme waardoor het vergeleken kan worden met een ander organisme. Kenmerken worden overgebracht op het nageslacht. Alternatieven: kenmerken

Kerkuil
(Tyto alba) -Wetenschappelijke naam: - Tyto alba (Scopoli, 1769) -Nederlandse naam: - Kerkuil -Vogelgroep:- Uilen -Veldkenmerken.- 34 cm. Een bleke uil met wit gezicht en lange poten. Bovendelen oranje-beige, onderdelen wit. Ogen donker, geen oorpluimen. Nachtelijke

Kerntrilzwam
(Tremella encephala) -Nederlandse naam:- Kerntrilzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam half kogel- tot kussenvormig, hersenachtig geplooid, Ø 1-3 cm. Buitenzijde glanzend, wittig of gelig tot rozebruin. Vlees gelatineus, doorschijnend, met een harde, witte kern. -Voorkomen- Op of

Kernwier
(Mastocarpus stellatus) Mastocarpus stellatus (Stackhouse) Guiry. -Nederlandse naam:- Kernwier -Beschrijving:- De steel van deze soort is gootvormig. Hij gaat geleidelijk over in het blad van de plant, dat zich dichotoom vertakt. De hoogte kan ca. 10 cm worden. De breedte van het blad wordt maximaal 1 cm. De kleur is donker bruinpaars, en de bladranden kunnen een paarsig ...

Kernzwamknopje
(Polydesmia pruinosa) -Nederlandse naam:- Kernzwamknopje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam tol- tot vlak kussenvormig, Ø 0,3-0,5 mm. Binnenzijde melig bestoven, wit. Buitenzijde fijn viltig, wit. -Voorkomen- Op en bij kernzwammen (Sphaeriales) op loofhouttakken. Herfst-

Kernzwammen
de groep van Ascomyceten, die hun sporen in zakjes in peritheciën, de in een korst of stroma verzonken voortplantingsorganen vormen.

Kerspruim
(Prunus cerasifera) -Kerspruim - RH. 1841 Volledige wetenschappelijke naam: Prunus cerasifera Ehrh. Diagnostische kenmerken t.o.v. Prunus domestica: Jonge takken kaal, glanzig. Bladen zeer spoedig kaal wordend, van boven kaal, van onderen eerst op de middennerf behaard, late

Kerstbalgal
(Andricus quercustozae) kerstbalgal -Kenmerken- Kogelronde, harde gal tot 4 cm in doorsnede; in het bovenste deel loopt een licht getande randlijn. In jonge toestand groen of roodachtig gekleurd, later verhout en bruin van kleur. Na het uitkruipen van de galwesp vormt deze gal een gewilde nestelplek voor tal van solitaire wespen en bijen. -Voorkomen- Aan de takken van alt...

Kervel
(Genus Anthriscus) -Kervel- Volledige wetenschappelijke naam: Anthriscus Pers. Opm. Vrucht (incl. het steriele deel) in vooraanzicht langwerpig-eirond tot lancetvormig, naar de top versmald, ongeribd; deelvruchten op doorsnede rond. Omwindselbladen 0 of 1; omwindselblaadjes