Soortenbank
Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen.
De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd.
We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401
Laksteeltje
(Catapodium marinum) -Laksteeltje- RH. 0275 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Catapodium marinum (L.) C.E.Hubb. Diagnostische kenmerken: Onderste kelkkafje 2-3 mm lang, bovenste kelkkafje 2-3,5 mm lang. Bloeiwijze een onvertakte of onderaan weinig vertakte aar
lamel
een dunne, bladachtige uitgroeiing, met name gebruikt voor de structuur van bepaalde antennen. Alternatieven: lamellen
lamellaat
voorzien van lamellen.
Lamellen
of plaatjes, zoals ze zich dat aan de onderkant van de hoeden van Plaatjeszwammen bevinden, waarop het kiemvlies zich bevindt waarop de sporen worden gevormd.(33.jpg) (24.jpg) (764B.jpg) (759B.jpg)
Lamelsnede
de vaak steriele, soms anders dan de lamel gekleurde, gladde of vlokkige, gewimperde, getande of gezaagde rand van de lamel.
Lammergier
(Gypaetus barbatus) -Wetenschappelijke naam: - Gypaetus barbatus (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Lammergier -Vogelgroep:- Gieren -Veldkenmerken.- 100-115 cm, spanwijdte 245-272 cm. Verschilt van andere grote gieren door langere en smallere vleugels en lange wigvormige
Lampionplant
(Genus Physalis) -Lampionplant- Volledige wetenschappelijke naam: Physalis L.
Lamsoor
(Limonium vulgare) -Lamsoor- RH. 0738 Volledige wetenschappelijke naam: Limonium vulgare Mill. Diagnostische kenmerken: Stengel rolrond of iets kantig. Bladen 1,5-3 cm breed, in de steel versmald, stomp, stekelpuntig, gaafrandig, leerachtig, kaal. Schutbladen stomp of spits
Lancetbladige basterdwedrik
(Epilobium lanceolatum) -Lancetbladige basterdwedrik- RH. 0453 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Epilobium lanceolatum Sebast. & Mauri Diagnostische kenmerken t.o.v. Epilobium montanum: Bladen aan de voet versmald en daar gaafrandig. Onderste stengelbladen tegenov
Landkaartje
(Araschnia levana) landkaartje Spanwijdte vleugels 28-40 mm, april-september -Kenmerken- Vliegt in 2 tot 3 generaties, waarvan de vlinders zeer verschillen in kleur en tekening. De voorjaarsvorm (402 4a g) is aan de bovenkant roodbruin met zwarte vlekken, de zomervorm (402 4b g) is zwart met witte band en enkele fijne bruine lijnen. Onderkant als een landkaartachtig ...
Landkaartje
(Araschnia levana) (Linnaeus, 1758) Landkaartje -Beschrijving: - Het landkaartje is een algemene vlinder van bosranden, kapvlakten, heggen en houtwallen. Hij komt voor in twee generaties. De vlinders van de lentegeneratie zijn oranje, die van de zomergeneratie zijn zwart. In warme jaren kan een partiële derde generatie vliegen met vlinders die qua kleur tussen d...
Langarige zeekraal
(Salicornia procumbens) -Langarige zeekraal - RH. 1636 Volledige wetenschappelijke naam: Salicornia procumbens Sm. Diagnostische kenmerken t.o.v. Salicornia europaea: Helmhokjes 0,60-0,90 mm lang. Bloemdragende leden in 0,5-15 cm lange schijnaren verenigd. Zijtakken afstaand of
Langbaardgras
(Genus Vulpia) -Langbaardgras- Volledige wetenschappelijke naam: Vulpia C.C.Gmel. Opm. De lengte van het onderste kelkkafje is vaak nogal variabel; onderzoek verscheidene aartjes!
Langbladige druifhyacint
(Muscari armeniacum) -Langbladige druifhyacint- BB. 5093 Volledige wetenschappelijke naam: Muscari armeniacum Baker Diagnostische kenmerken t.o.v. Muscari botryoides: Volwassen vruchtbare bloemen omgekeerd-eivormig tot langwerpig urnvormig. Bladen (2 of) 3-5 (-7), 10-30 cm la
Lange ereprijs
(Veronica longifolia) -Lange ereprijs- RH. 1353 -Rode Lijst 4. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Veronica longifolia L. Diagnostische kenmerken: Trossen eindelings. Bladen eirond tot lancetvormig, 4-12 cm lang, tegenoverstaand of in kransen van 3 of 4, spits, scher
Lange zeedraad
(Obelia dichotoma) Obelia dichotoma (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam:- Lange zeedraad -Beschrijving:- Vertakte stelen van ongeveer 5 cm hoogte, maar soms ook dichte struiken van 20 tot 35 cm hoog. De naam 'dichotoma' lijkt te wijzen op een tamelijk regelmatig verlopend vertakkingspatroon, maar daarvan is nauwelijks sprake bij deze soort. De hydrotheca zijn vrij ond...
Lange zonnedauw
(Drosera longifolia) -Lange zonnedauw - RH. 0416 -Rode Lijst 1. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Drosera longifolia L. Diagnostische kenmerken: Bladen opgericht; bladschijf langwerpig tot lancetvormig, meestal boven het midden het breedst; bladsteel kaal. 0,05-0,
Langpootmuggen
(Familie Tipulidae) langpootmuggen -Kenmerken- Langpootmuggen danken hun naam aan hun lange poten en zijn te herkennen aan een V-vormige groeve (sutuur) op het borststuk en het onbreken van ocellen (puntogen) op de kop. Van de families Limoniidae en Pediciidae over het algemeen te onderscheiden door de aanwezigheid van een neusvormige verlenging van de snuit (rostrum)...
Langpootvliegen
(Familie Dolichopodidae) langpootvliegen -Kenmerken- Langpotige, kleine vliegen, ca. 5 mm lang. Kop met korte, niet stekende proboscis. Arista met 2 segmenten. Lichaam metaalkleurig, groen, blauw of brons-bruin. Vleugel met slechts één opvallende dwarsader in de buitenste helft. -Voorkomen- Soortenrijke familie met enige honderden soorten in Nederland en Belg...
Langsporige korstvuurzwam
(Phellinus ferreus) -Nederlandse naam:- Langsporige korstvuurzwam -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam meerjarig, hard, korstvormig, enkele cm tot meerdere dm lange stroken vormend, 5-15 mm dik, met een licht geelbruine, viltige randzone. Met meerdere buisjeslagen. Buisj
Langspriet
(Corophium volutator) Corophium volutator (Pallas, 1766) -Nederlandse naam:- Langspriet -Beschrijving:- Slank, nogal afgeplat lijf, met in verhouding enorme onderste antennes, die bovendien nog een haakje aan het einde hebben. Lengte 8 tot 10 mm (1,5 cm is ooit gevonden). Kleur vuilwit of lichtbruin, met een fijn donkerbruin lijnenpatroon. Voor op de kop een vooruitstek...
Langsprieten
(Onderorde Ensifera) langsprieten -Kenmerken- Alle hoofdkenmerken gegeven in de orde Orthoptera. Ensifera hebben lange, draadvormige voelsprieten vaak met meer dan 30 segmenten, behalve in de Australische, ondergronds levende cooloola monsters (familie Cooloolidae), die korte antennen hebben. De voelsprieten kunnen bij sommige soorten wel drie keer zo lang zijn als het...
Langsteelfranjehoed
(Psathyrella conopilus) -Nederlandse naam:- Langsteelfranjehoed -Beschrijving- Hoed kegel- tot klokvormig, Ø 2-4 cm, glad, vochtig glanzend, doorschijnend gestreept, roodbruin, met een okerkleurige tint in het centrum, droog vuil- tot grijsbeige. Lamellen lichtbruin tot donker p
Langstekelige distel
(Carduus acanthoides) -Langstekelige distel- RH. 0207 Volledige wetenschappelijke naam: Carduus acanthoides L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Carduus crispus: Vleugels van de stengel en de toppen der bladslippen met tot 5 mm lange stekels. Bladen van onderen zonder eencellige
Langstelige olijfwilg
(Elaeagnus multiflora) -Langstelige olijfwilg- BB. 5061 Volledige wetenschappelijke naam: Elaeagnus multiflora Thunb. Diagnostische kenmerken: Schijnbes sappig, roodbruin met zilverachtige of bruine schubben. Zonder dorens. Jonge takken bruin beschubd. Bladen eirond of langwerp
Langstengelig fonteinkruid
(Potamogeton praelongus) -Langstengelig fonteinkruid - RH. 1001 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Potamogeton praelongus Wulfen Diagnostische kenmerken t.o.v. Potamogeton perfoliatus: Bladen lancet- tot lijnlancetvormig, met afgeronde voet stengelomvattend, gaafran
Lannervalk
(Falco biarmicus) -Wetenschappelijke naam: - Falco biarmicus Temminck, 1825 -Nederlandse naam: - Lannervalk -Vogelgroep:- Valken -Veldkenmerken.- 40-50 cm, spanwijdte 95-115 cm. Bovendelen blauwbruin, stuit en staart bleker; bovenstaart met donkere strepen en witte punt. K
Lansvaren
(Polystichum lonchitis) -Lansvaren- RH. 1618 Volledige wetenschappelijke naam: Polystichum lonchitis (L.) Roth Diagnostische kenmerken: Bladen enkel geveerd, stijf, leerachtig, 's winters overblijvend. Bladsteel niet meer dan 0,15 van de lengte van de bladschijf. Blaadjes in omt
Lantaarntje
(Ischnura elegans) lantaarntje Spanwijdte vleugels 35-45 mm, april-augustus -Kenmerken- Beide seksen met zwarte rugzijde, alleen het achtste segment is lichtblauw gekleurd. Uitgekleurd vrouwtje is heel moeilijk van mannetje te onderscheiden bij jonge vrouwtjes, tot 1 week oud, is het borststuk nog opvallend violet of rosse van kleur. -Voorkomen- Algemeen, vooral in p...
Lantaarntje
(Ischnura elegans) Ischnura elegans (Vander Linden, 1820) Lantaarntje -Omschrijving- [laatste larvale stadium, (fig. Ieleganl.tif) (fig. Ielegant.tif)] (naar Conci & Nielsen, 1956; Gardner, 1977; Heidemann & Seidenbusch, 1993; Lucas, 1930) Lengte 21,5-25 mm (exuviae 13-15 mm), waarvan 5-6 mm voor de caudale lamellen. Slanke lichtgroene, weinig getekende larve...
Laphria flava
Lengte 17-25 mm, juli-september. -Kenmerken- Zeer opvallende grote, krachtige roofvlieg met een hommelachtig geel en bruin behaard lichaam. -Voorkomen- Bij zonnige bosranden en langs paden op zandgronden. Plaatselijk algemeen in Nederland en België. -Levenswijze- Deze gevaarlijk uitziende roofvlieg (niet gevaarlijk voor de mens) is vaak zitten...
Laplanduil
(Strix nebulosa) -Wetenschappelijke naam: - Strix nebulosa Forster, 1772 -Nederlandse naam: - Laplanduil -Vogelgroep:- Uilen -Veldkenmerken.- 70 cm. Ongeveer zo groot als Oehoe, maar zonder oorpluimen en met ronde kop, langere staart, opvallende gezichtssluier en grijs, n
Larikskankerviltkelkje
(Lachnellula willkommii) -Nederlandse naam:- Larikskankerviltkelkje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam beker- tot schotelvormig, Ø 1-5 mm. Binnenzijde dooiergeel tot oranje. Buitenzijde en rand dicht bezet met witte haren, kort gesteeld. -Voorkomen- Op larikstakken en bij e
Lariksviltkelkje
(Lachnellula occidentalis) -Nederlandse naam:- Lariksviltkelkje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam beker- tot schotelvormig, Ø 1-5 mm. Binnenzijde dooiergeel tot oranje. Buitenzijde en rand dicht bezet met witte haren, kort gesteeld. -Voorkomen- Op takken en twijgen van larik
Larix
(Genus Larix) -Larix- Volledige wetenschappelijke naam: Larix L.
larve
jong stadium van een insect met volledige metamorfose. Alternatieven: larven
Lasioglossum pauxillium
Lengte 5-6 mm, januari-december. -Kenmerken- Kleur zwartbruin, spaarzaam behaard. Aan de basis van segment 2 en 3 aan beide zijkanten met een kleine, witte haarvlek. -Voorkomen- Op schrale plekken, meestal op lössbodems en langs rivieren. In Nederland en België beperkt tot het zuidoosten.. -Levenswijze- Deze groefbij behoort tot de eusoci...
Lasiosphaeria ovina
-Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kogelvormig met papil, 0,4-0,6 mm. Peritheciën zwart, door een, de zwarte papil vrijlatende, vuilwitte vacht van hyfen omgeven. -Voorkomen- In groepen op rottend loofhout. Saprofiet. -Status- Matig algemeen.
Late guldenroede
(Solidago gigantea) -Late guldenroede- RH. 1221 Volledige wetenschappelijke naam: Solidago gigantea Aiton Diagnostische kenmerken t.o.v. Solidago canadensis: Omwindsel 3-5 mm lang. Stengel kaal tot aan de bloeiwijze, daar behaard. Bladen van onderen blauwgroen, kaal of de mi
Late stekelnoot
(Xanthium strumarium) -Late stekelnoot - RH. 2469 Volledige wetenschappelijke naam: Xanthium strumarium L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Xanthium spinosum: Stengel ongestekeld. Bladen in omtrek ongeveer rond, getand tot ondiep gelobd, van onderen groen. Vruchtomhulsel 12-30 m
lateraal
betreffende de zijkanten. Alternatieven: laterale
Lathyrus
(Genus Lathyrus) -Lathyrus- Volledige wetenschappelijke naam: Lathyrus L.
Lathyruswikke
(Vicia lathyroides) -Lathyruswikke- RH. 1371 Volledige wetenschappelijke naam: Vicia lathyroides L. Diagnostische kenmerken: Rank onvertakt. Bloemen 5-8 mm lang, eerst roodachtig, spoedig blauwachtig paars. Vrucht 1,5-3 cm lang, met 5-8 wrattige zaden (loep!). Bovenste blade
Lathyruszwever
(Neptis sappho) (Pallas, 1771) Lathyruszwever -Beschrijving: - De lathyruszwever kan worden gevonden in vochtige loofbossen, met name in bossen in rivierdalen. De vlinders zitten vaak in de toppen van de bomen te rusten of te zonnen. Net als de spireazwever heeft de lathyruszwever een karakteristieke glijvlucht. De rupsen voeden zich met Lathyrus vernus en L. nige...
Laurierwilg
(Salix pentandra) -Laurierwilg - RH. 1122 Volledige wetenschappelijke naam: Salix pentandra L. Diagnostische kenmerken: Bladen 2-4 maal zo lang als breed, 5-12 cm lang, van boven sterk glanzend. Twijgen en knoppen bij wrijven naar balsem geurend. Meeldraden (4 of) 5-10. To
Lavas
(Levisticum officinale) -Lavas- BB. 5084 Volledige wetenschappelijke naam: Levisticum officinale Koch Diagnostische kenmerken: Onderste bladen dubbel-, de bovenste enkel geveerd. Blaadjes ruitvormig omgekeerd eirond, met wigvormige voet, meestal ingesneden. Schermen met 8-20 str
Lavendelhei
(Andromeda polifolia) -Lavendelhei- RH. 0055 Volledige wetenschappelijke naam: Andromeda polifolia L. Diagnostische kenmerken: Bladen lancet- tot lijnvormig, met sterk naar beneden omgerolde rand, van onderen iets blauwgroen of wit berijpt. Bloemen in eindelingse, armbloemige,
Leathesia difformis
Leathesia difformis (Linnaeus) Areschoug -Beschrijving:- Merkwaardig soort bruinwier, bestaande uit een soort klontjes bruin weefsel van enkele centimeters in doorsnede, die op hogere leeftijd hol worden. Ze zijn onregelmatig bolvormig, met diverse lobben, tot ca. 5 cm in diameter en voelen slijmerig aan. Een deel ervan kan bijvoorbeeld om een sten...
Lebia crux-minor
Lengte 5-7 mm, januari-december. -Kenmerken- Dekschilden iets verkort en rood met zwarte vlekken die tezamen een kruis vormen. Halsschild donkerder rood. Antennepoetser aanwezig. -Voorkomen- Op droge en vochtigere, vooral zonnige terreinen. Zeldzaam in Nederland, onder andere in Oost-Brabant (Eindhoven) en Limburg -Levenswijze- Klimt in de grazige ...
Lederkoralen
(Klasse Octocorallia) Kolonievormende bloemdieren, waarvan de poliepen met precies acht tentakels zijn uitgerust. In ons land komt één soort lederkoraal voor: de dodemansduim (Alcyonium digitatum ).
Lederloopkever
(Carabus coriaceus) lederloopkever Lengte 30-40 mm, januari-december. -Kenmerken- Grootste, inheemse loopkever. Lijkt wat op Carabus violaceus. Kleur dofzwart. Dekschilden met grove stippen en rimpels. -Voorkomen- In allerlei typen niet te droog bos, maar ook op kalkgraslanden. In Nederland tamelijk zeldzaam in Limburg, in de Ardennen (België) wat algemener. -Lev...
leeftijd
De gemiddelde leeftijd of levensverwachting verschilt per vogelsoort. Doorgaans worden zangvogels (onderorde Oscines) minder oud dan niet-zangvogels. Zangvogels worden gemiddeld maar 1 tot 3 jaar oud. Bij niet-zangvogels loopt de gemiddelde leeftijd uiteen: hoenderachtigen worden enkele jaren oud, steltlopers en meeuwen (orde Charadriiformes) 5 tot...
Leemhoeden
(Genus Agrocybe) -Nederlandse naam:- Leemhoeden Een groep van in graslanden en op humus, grof strooisel of op hout levende, saprofiete Plaatjeszwammen, met witte, crème tot oker- of (donker) rossig-bruine hoeden. Sporeekleur is tabaksbruin, donkerbruin. In Nederland komen
Leemputmelkzwam
(Lactarius hemicyaneus) -Nederlandse naam:- Leemputmelkzwam -Beschrijving- Hoed vlak gewelfd met een wat verdiept centrum, Ø 4-7 cm, wit berijpt, bleek roodachtig tot donkerbruin, met een gezoneerde, ingerolde rand. Lamellen dicht opeen, aflopend, grauw oranjerood. Steel 3-6 x 1
Leerkaalkopje
(Psilocybe horizontalis) -Nederlandse naam:- Leerkaalkopje -Beschrijving- Hoed schelp- tot waaiervormig, vlak uitgespreid, excentrisch of centraal gesteeld, Ø 6-17 mm, leerachtig, harig-viltig, later vanuit het centrum kaal wordend, rossig bruin of bruin tot lichtbruin, jong met
Leeuwenbek
(Genus Antirrhinum) -Leeuwenbek- Volledige wetenschappelijke naam: Antirrhinum L.
Leeuwenklauw
(Genus Aphanes) -Leeuwenklauw- Volledige wetenschappelijke naam: Aphanes L.
Leeuwentand
(Genus Leontodon) -Leeuwentand- Volledige wetenschappelijke naam: Leontodon L. Opm. Bloemhoofdjesbodem vlak, zonder stroschubben.
Leeuwentandbladvlo
(Trioza dispar) leeuwentandbladvlo Lengte 2-2,5 mm, juli-mei -Kenmerken- Bruine, tamelijk kleine bladvlo met doorzichtige of geel getinte vleugels, lijkt op Psylla alni (volwassen dier niet afgebeeld). -Voorkomen- Vooral op leeuwentand en verwante composieten, niet zo algemeen. -Levenswijze- De nimfen (122 3 g) ontwikkelen zich aan de onderzijde van leeuwentandbla...
leeuweriken
(Deel van de) Triviale naam voor soorten behorend tot de familie Alaudidae (Passeriformes, onderorde Oscines) en in het meervoud gebruikt voor alle leden van deze familie. Anatomisch gezien zijn de leeuweriken een duidelijk herkenbare groep binnen de Oscines. Het zijn overwegend bruine vogels, de sexen zijn identiek gekleurd. Vanwege hun cryptische...
Lelie
(Genus Lilium) -Lelie- Volledige wetenschappelijke naam: Lilium L.
Leliefamilie
(Familie Liliaceae) -Leliefamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Liliaceae Kruidachtige, overblijvende planten, met bollen, knollen of wortelstokken. Bladen enkelvoudig. Bloemen regelmatig, doorgaans tweeslachtig, in tros- of schermvormige bloeiwijzen, of alleenstaand. B
Lelietje-van-dalen
(Convallaria majalis) -Lelietje-van-dalen- RH. 0349 Volledige wetenschappelijke naam: Convallaria majalis L. Diagnostische kenmerken: Bloeistengel onbebladerd. Bladen meestal 2, gesteeld, elliptisch tot lancetvormig, spits. Bloemen hangend, in een eenzijdige tros, welriekend,
lemma
Bij Poaceae (Grassenfamilie): onderste schubvormige blaadje van een afzonderlijke grassenbloem (bovenste = palea) Alternatieven: lemma's
Lente-erebia
(Erebia epistygne) (Hübner, 1824) Lente-erebia -Beschrijving: - De lente-erebia vliegt in het vroege voorjaar op grazige, rotsige, open plekken in lichte bossen. De Spaanse populaties in de Montes Universalis komen voor op vlakke, open plekken in lichte dennenbossen op een kalkrijke bodem; de open plekken worden gekenmerkt door een vegetatie van korte grassen en...
Lenteklokje
(Leucojum vernum) -Lenteklokje- RH. 1625 Volledige wetenschappelijke naam: Leucojum vernum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Leucojum aestivum: Stengel 1-, zelden 2-bloemig, 10-30 cm hoog. Zaad witachtig, met een wit aanhangsel. Bloemdekslippen wit, vlak onder de top met e
Lentetepelkogeltje
(Rosellinia aquila) -Nederlandse naam:- Lentetepelkogeltje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kogelvormig met een tepeltje, Ø 1-2 mm. Peritheciën donkerbruin tot zwart, met papil, meestal dicht opeen op een bruine, dichte hyfenmat. -Voorkomen- Op dode loofhouttakken (e
Leocarpus fragilis
-Beschrijving- < 1cm: loep Sporangia alle of ten dele dicht opeen, een verzameling van kleine groepjes vormend, kort gesteeld of zittend, 2-4 mm hoog, Ø 0,5-1,5 mm, bol- of eivormig tot kort cylindrisch, van boven afgerond, glanzend geel, bruingeel, kasta
Lepelaar
(Platalea leucorodia) -Wetenschappelijke naam: - Platalea leucorodia Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Lepelaar -Vogelgroep:- Lepelaars -Veldkenmerken.- 86 cm. De witte kleur en de opmerkelijke spatelvormige snavel maken de Lepelaar onmiskenbaar. Adult in zomerkleed met gele
lepelaars
(Deel van de) Triviale naam voor alle soorten behorend tot de subfamilie Platalinae (familie Threskiornithidae, onderorde Ciconiae), zonder verdere toevoegingen in het Nederlands gebruikt voor de Lepelaar Platalea leucorodia, in het meervoud gebruikt om de subfamilie mee aan te duiden. Het meest opvallende kenmerk van de lepelaars (6 soorten) is hu...
Lepelblad
(Genus Cochlearia) -Lepelblad- Volledige wetenschappelijke naam: Cochlearia L. Opm. Kroonbladen wit, soms lila.
Lepismachilis y-notata
Lengte 8-10 mm, januari-december -Kenmerken- Aan het achterlijf worden 3 dicht naast elkaar ingeplante staartdraden gedragen. Lichaam met een dicht, bont gekleurd schubbenkleed. De grote ogen raken elkaar op de rugzijde, voor de ogen is een kenmerkende, donkere Y-vormige tekening te zien (030 3b g). De kaaktasters steken ver naar voren uit. -Voorko...
Leptophlebia marginata
Spanwijdte vleugels 14-22 mm, mei-oktober -Kenmerken- Imago met 3 staartdraden, lijkt op Habrophlebia-soorten, maar is groter en heeft ook duidelijk grotere achtervleugels (familie Leptophlebidae). De tracheekieuwen van de nimfen (032 4 g) zijn gesplitst in twee bladvormige structuren die elk draadvormig uitlopen. -Voorkomen- Bij stilstaand of lang...
Leptosphaeria doliolum
-Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kogel- tot kegelvormig met een tepeltje, Ø 0,3-0,5 mm. Peritheciën zwart, glad, met een ringzone om de centrale papil. -Voorkomen- Op brandnetelstengels en stengels van schermbloemigen. Saprofiet. -Status- Vrij alg
Letterzetter
(Ips typographus) letterzetter Lengte 4-5 mm, mei-juli. -Kenmerken- Donkerbruine, cilindrisch gebouwde, duidelijk behaarde soort. Dekschilden aan het uiteinde met een uitgehold gedeelte, aan de randen daarvan staan 4 uitstekende tanden (198 1b g). -Voorkomen- In verzwakte en dode sparren. Algemeen in Europa; in Nederland in Drenthe en Noord-Brabant. -Levenswijze- De...
Leucostoma niveum
-Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kussenvormig op een vlakke basis, Ø 1-2 mm, zwart. Peritheciën flesvormig, zwart, met tot een tiental tegelijk vanuit een stroma door de schors brekend. Stroma in de vorm van een vuilwit schijfje of kraagje omhoog
Leuctra soort
Lengte 5-14 mm, april-oktober -Kenmerken- De kleur van deze soorten is overeenkomstig met die van Nemoura-soorten, maar ze missen de typische schuinstaande, X-vormig figuur in de bovenste hoek van de vleugels. De vleugels zijn in rust sigaarvormig opgerold. De staartdraden zijn gesegmenteerd en niet haakvormig bij de mannetjes (familie Leuctridae)....
Levant bruin zandoogje
(Maniola telmessia) (Zeller, 1847) Levant bruin zandoogje -Beschrijving: - Het Levant bruin zandoogje is een soort van open bossen (eikenbos, gemengd bos of naaldbos) en van open, gevarieerde struweelvegetaties. De vlinders worden ook in olijfboomgaarden, wijngaarden en soms in dorpen gezien. Ze vliegen meestal laag boven de grond in de schaduw van bomen en struiken. ...
Levendbarende hagedis
(Zootoca vivipara) Levendbarende hagedis -Uiterlijke kenmerken- Weinig afgeplat. Kleine ronde kop, korte poten. Lichaamslengte 4-7 cm. Kopromplengte bij vrouwtjes groter dan bij mannetjes. Originele, niet geregenereerde staart 1,4-2 keer de lichaamslengte. (Hagedissen kunnen hun staart loslaten wanneer deze wordt vastgepakt. Deze groeit weer aan, maar minder lang en ...
Levensboom
(Genus Thuja) -Levensboom- Volledige wetenschappelijke naam: Thuja L.
Levermelkzwam
(Lactarius hepaticus) -Nederlandse naam:- Levermelkzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd tot vlak trechtervormig, Ø 3-7 cm, droog, mat, leverkleurig tot grijzig-kastanjebruin. Lamellen iets aflopend, geelbruin tot bleek oker, met een paarse gloed. Steel 3-7 cm x 4-8 mm, roodbruin.
Levermostrechtertje
(Omphalina marchantiae) -Nederlandse naam:- Levermostrechtertje -Beschrijving- < 1cm: loep Hoed vlak tot verdiept trechtervormig, Ø 3-6 mm, glad, vettig glanzend, oranjebruin, met een golvende, getande rand. Lamellen ver aflopend, wit tot crème. Steel 15-20 x 1 mm, glanzend, lic
Levertraanzwam
(Macrocystidia cucumis) -Nederlandse naam:- Levertraanzwam -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd, Ø 2-4 cm, fluwelig tot glad, rood- tot donkerbruin, met een vosrode tot gelige, doorschijnend gestreepte rand. Lamellen bochtig met een tandje aangehecht, wittig-crème tot v
Libellen
(Orde Odonata) libellen -Kenmerken- De volwassen dieren zijn jagers, met krachtige, getande kaken (vandaar hun van het Griekse woord voor 'getand' afgeleide naam). Middelmatig tot grote insecten met vaak een opvallende en-of bonte tekening. De grote kop met holle achterrand is zeer beweeglijk. De samengestelde ogen, soms uit meer dan 30.000 lensjes samengesteld, ...
Libelloides coccajus
Spanwijdte vleugels 42-55 mm, mei-juli -Kenmerken- Voorvleugels aan de basis lichtgeel (zelden wit) en zwart gevlekt, naar de rand toe transparant met een zwart adernet. Achtervleugels basaal zwart met geelzwart gevlekt centraal deel. Mannetje met gebogen achterlijfstangen (134 1a g). -Voorkomen- Op warme, stenige berghellingen. Niet zeldzaam in he...
Libelloides longicornis
Spanwijdte vleugels 38-58 mm, juni-augustus -Kenmerken- Voor- en achtervleugel vertonen een geel tot goudkleurig net van aderen. De zwarte basale vlek van de achtervleugel stopt duidelijk voor de anale hoek (134 2a g). -Voorkomen- In dezelfde biotopen als Libelloides coccajus, maar prefereert nog warmere plekjes. Soort met een typische zuidwestelij...
Libelloides macaronius
Spanwijdte vleugels 38-55 mm, mei-augustus -Kenmerken- Lijkt wat op Libelloides longicornis doch heeft duidelijk 2 zwarte vlekken in de voorvleugel. Aan het uiteinde van de achtervleugel zit een duidelijk afgetekende ronde, gele vlek. -Voorkomen- In dezelfde biotopen als Libelloides coccajus en Libelloides longicornis. Soort met een zuidoostelijke ...
Lichenen
zie Korstmossen. Alternatieven: gelicheniseerd
Lidrus
(Equisetum palustre) -Lidrus - RH. 0466 Volledige wetenschappelijke naam: Equisetum palustre L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Equisetum arvense: Wortelstok kaal. Takomhulsels donkerbruin tot zwart, glanzend, ca. 1 mm lang. Eerste lid der zijtakken ongeveer half zo lang als d
Lidsteng
(Hippuris vulgaris) -Lidsteng- RH. 0630 Volledige wetenschappelijke naam: Hippuris vulgaris L. Diagnostische kenmerken: Stengel rechtopstaand, boven het water uitstekend, zelden drijvend, buisvormig, dicht bebladerd. Bladen meestal 6-12 in een krans, lijnvormig, gaafrandig,
Lidstengfamilie
(Familie Hippuridaceae) -Lidstengfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Hippuridaceae Water- of moerasplanten. Bladen kransstandig, enkelvoudig, lijnvormig, zonder steunblaadjes. Bloemen zeer klein, alleenstaand in de bladoksels, regelmatig, tweeslachtig. Kelk zeer onduideli
Liefdegras
(Genus Eragrostis) -Liefdegras- Volledige wetenschappelijke naam: Eragrostis Wolf
liervormig
Een veerdelig of veerspletig blad waarbij de eindslip vele malen groter is dan de zijslippen. Alternatieven: liervormige
Liesgras
(Glyceria maxima) -Liesgras- RH. 0585 Volledige wetenschappelijke naam: Glyceria maxima (Hartm.) Holmb. Diagnostische kenmerken: Bladscheden rolrond of naar boven zwak afgeplat, zwak gekield. Tongetje breed afgerond en meestal in een lange punt toegespitst ('accoladevormig
Lieveheersbeestjes
(Familie Coccinellidae) lieveheersbeestjes of kapoentjes -Kenmerken- Lieveheersbeestjes hebben, op enkele uitzonderingen na, een breed-ovale tot bijna cirkelronde, hoog gewelde lichaamsvorm. De meeste soorten zijn opvallend en kleurig getekend. De voelsprieten zijn aan het uiteinde knopvormig verdikt. De tarsen 4-ledig, waarvan het derde bijna verzonken is in het tweede t...
Lievevrouwebedstro
(Galium odoratum) -Lievevrouwebedstro- RH. 0110 Volledige wetenschappelijke naam: Galium odoratum (L.) Scop. Diagnostische kenmerken t.o.v. Galium glaucum: Vrucht met haakvormige haren bezet. Bladen (6-)8-15 mm breed. Stengel vierkantig. Bloemkroon wit. Bij verwelking welr
ligament
Slotband van tweekleppigen. Elastische band, die op de plaats van het slot de twee schelpkleppen bij elkaar houdt. Het ligament kan in- of uitwendig liggen.
Liggend bergvlas
(Thesium humifusum) -Liggend bergvlas- RH. 1278 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Thesium humifusum DC. Diagnostische kenmerken: Bloemdek in de vruchttijd tot aan de voet opgerold, veel korter dan de rest van de vrucht. Bloeiwijze trosvormig, al of niet vertak
Liggend hertshooi
(Hypericum humifusum) -Liggend hertshooi- RH. 0646 Volledige wetenschappelijke naam: Hypericum humifusum L. Diagnostische kenmerken: Stengels dun, haast draadvormig, liggend of opstijgend, zelden rechtopstaand, met 2 onduidelijke lijsten. Bladen lancetvormig tot langwerpig, vr
Liggend walstro
(Galium saxatile) -Liggend walstro- RH. 0549 Volledige wetenschappelijke naam: Galium saxatile L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Galium pumilum: Stengel ook onderaan kaal, de niet-bloeiende takken liggend en met dicht opeenstaande bladen; bloeiende takken opstijgend met ve