Soortenbank

Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401

Kleine Zwartkop
(Sylvia melanocephala) -Wetenschappelijke naam: - Sylvia melanocephala (J. F. Gmelin, 1789) -Nederlandse naam: - Kleine Zwartkop -Vogelgroep:- Grasmussen -Veldkenmerken.- 13 cm. Mannetje met zwarte kopkap die tot op oorstreek doorloopt. Bovendelen donkergrijs, vleugels met smal

Kleinsporige kogelzwam
(Hypoxylon howeianum) -Nederlandse naam:- Kleinsporige kogelzwam Anamorf -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kussenvormig, Ø 2-4 mm, roodbruin tot bruinzwart, ruw, regelmatig met papillen bezet. Soms ontstaand, op en tussen een wortelachtige struktuur, de anamorf of het i

Kleinsporige trechterzwam
(Clitocybe ditopa) -Nederlandse naam:- Kleinsporige trechterzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd tot vlak trechtervormig, Ø 2-5 cm, glad, vochtig grijsbruin, droog grijs-beige, met een doorschijnend gestreepte rand. Lamellen breed aangehecht tot aflopend, grijsbruin. Steel 2-5

Kleinst Waterhoen
(Porzana pusilla) -Wetenschappelijke naam: - Porzana pusilla (Pallas, 1776) -Nederlandse naam: - Kleinst Waterhoen -Vogelgroep:- Rallen -Veldkenmerken.- 17-19 cm. Kleiner dan Spreeuw. Beide sexen lijken sterk op Klein Waterhoen, maar zijn iets kleiner met rossiger bovendel

Kleinste egelskop
(Sparganium natans) -Kleinste egelskop - RH. 1230 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Sparganium natans L. Diagnostische kenmerken: Bladen vlak, niet gekield. Mannelijk hoofdje 1 (of hoofdjes 2). Vruchten kort gesteeld (steel hoogstens 1 mm lang), omgekeerd ei-

Kleinste Jager
(Stercorarius longicaudus) -Wetenschappelijke naam: - Stercorarius longicaudus Vieillot, 1819 -Nederlandse naam: - Kleinste Jager -Vogelgroep:- Jagers -Veldkenmerken.- 48-53 cm (staartveren 13-20 cm). Een slanke jager, ongeveer zo groot als een Kokmeeuw. Donkere vorm zeer zeldzaam.

kleur
De kleuren van een vogelveer kunnen op twee manieren tot stand komen: a) op een chemische manier, in de vorm van pigment, of b) door de aard van het reflecterend oppervlak van de veer (structuurkleur). Sommige kleuren ontstaan door een combinatie van beide. Pigmenten komen niet alleen voor in de veren, maar ook in naakte delen als de snavel of de h...

Kleurige wolfsmelk
(Euphorbia epithymoides) -Kleurige wolfsmelk- BB. 5069 Volledige wetenschappelijke naam: Euphorbia epithymoides L. Diagnostische kenmerken: Planten overblijvend, met vele takken vanuit de basis. Zaden met een uitstekende honingraatstruktuur. Bladen behaard, groen, in de bloeiwijz

kleurpatroon
Het kleurpatroon van een vogel moet altijd gezien worden in relatie tot zijn gedrag en tot het effect daarvan op een waarnemer en is dus (meestal als regel) adaptief. Kleurpatronen kunnen onderscheiden worden in twee belangrijke groepen: ’cryptische’, waarmee onopvallendheid bewerkstelligd wordt, en ’fanerische’, waarmee een...

Kleverig kaalkopje
(Psilocybe muscorum) -Nederlandse naam:- Kleverig kaalkopje -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd met een bultje, Ø 5-14 mm, vochtig kleverig, glanzend, donker gestreept, roodbruin, droog mat, okerkleurig-beige tot bleek beige-bruin. Lamellen vuilcrème tot donkerbruin

Kleverig koraalzwammetje
(Calocera viscosa) -Nederlandse naam:- Kleverig koraalzwammetje -Beschrijving- Vruchtlichaam vanaf een wortelende stam meervoudig vertakt en gevorkt, koraalvormig, 1-8 cm hoog, kleverig, dooier- tot oranjegeel. Vlees gelatineus, taai. -Voorkomen- Op sterk vermolmde naaldhou

Kleverig kruiskruid
(Senecio viscosus) -Kleverig kruiskruid- RH. 1191 Volledige wetenschappelijke naam: Senecio viscosus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Senecio sylvaticus: Plant kleverig, in de bloeiwijze nagenoeg uitsluitend met zeer talrijke klierharen bezet, deze tot ca. 0,25 mm lang. Bl

Kleverige aardtong
(Geoglossum glutinosum) -Nederlandse naam:- Kleverige aardtong -Beschrijving- Vruchtlichaam knotsvormig, 3-6 cm hoog. Bovenste, tot 5 mm verbrede deel glibberig-klevend, glanzend zwart. Steel glibberig, glanzend zwart, 2-4 cm x 2-3 mm. -Voorkomen- Op droog zand in weinig of niet

Kleverige knolamaniet
(Amanita virosa) -Nederlandse naam:- Kleverige knolamaniet -Beschrijving- Hoed kegelvormig, dan gewelfd tot uitgespreid, soms met een verhoogd centrum, Ø 5-12 cm, glad, wat kleverig, zuiver wit. Lamellen dicht opeen, wit. Steel 9-12 x 1-2 cm, wit, vaak wat gebogen, rafeli

Kleverige ogentroost
(Parentucellia viscosa) -Kleverige ogentroost- RH. 1717 Volledige wetenschappelijke naam: Parentucellia viscosa (L.) Caruel Diagnostische kenmerken: Plant met klierharen bezet, geelgroen. Bladen langwerpig of lancetvormig, met vrij stompe tanden. Bloemkroon ca. 2 cm lang, 2 maal

Kleverige reigersbek
(Erodium lebelii) -Kleverige reigersbek- RH. 0481 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Erodium lebelii Jord. Diagnostische kenmerken t.o.v. Erodium cicutarium: Bladen aan de bovenzijde vrijwel uitsluitend bezet met ca. 0,2 mm lange klierharen. Planten ook overi

klierhaar
Haren die aan het uiteinde een klierbolletje hebben. Alternatieven: klierharen klierknophaartjes

Klierkamille
(Genus Tripleurospermum) -Klierkamille- Volledige wetenschappelijke naam: Tripleurospermum Schultz-Bip. Opm. Bloemhoofdjes zonder stroschubben.

klierpuntjes
In het blad ingebedde klieren die vaak doorschijnend zijn. Alternatieven: puntjes

klif
Steile rotswanden, meestal aan de kust. Alternatieven: kliffen

Klimop
(Hedera helix) -Klimop - RH. 0598 Volledige wetenschappelijke naam: Hedera helix L. Diagnostische kenmerken: Stengel kruipend of klimmend, met hechtwortels. Bladen kaal, glanzig, leerachtig, 3-5-lobbig, die der bloeiende takken eirond, ongedeeld. Bloemen in schermen. Bl

Klimopbremraap
(Orobanche hederae) -Klimopbremraap- RH. 0899 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Orobanche hederae Duby Diagnostische kenmerken t.o.v. Orobanche major: Bloemkroonbuis aan de buikzijde boven het midden ingesnoerd en daarna weer sterk verwijd. Kelkhelften zeer sm

Klimopereprijs
(Veronica hederifolia) -Klimopereprijs- RH. 1352 Volledige wetenschappelijke naam: Veronica hederifolia L. Diagnostische kenmerken: Kelkslippen hartvormig, de randen in de vruchttijd tegen die van de naburige kelkbladen aandrukkend en elkaar naar buiten buigend. Bladen in omtre

Klimopfamilie
(Familie Araliaceae) -Klimopfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Araliaceae Heesters. Bladen verspreid, vaak handvormig ingesneden of -samengesteld of tot 2- of 3-voudig geveerd, met of zonder steunblaadjes. Bloemen regelmatig, meestal tweeslachtig. Kelk klein, 4- of 5-

Klimopklokje
(Wahlenbergia hederacea) -Klimopklokje- RH. 1394 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Wahlenbergia hederacea (L.) Rchb. Diagnostische kenmerken: Stengel slap, draadvormig liggend, vertakt, op de knopen wortelend. Bladen langgesteeld, 5-hoekig, met hartvormige voet, ka

Klimoptaailing
(Marasmius epiphylloides) -Nederlandse naam:- Klimoptaailing -Beschrijving- < 1cm: loep Hoed halfbolvormig tot gewelfd, met een wat verlaagd centrum, Ø 2-5 mm, radiair gevoord, glad, mat, wit, soms met een okerkleurig centrum en met een scherpe rand. Lamellen aangehecht tot iets a

Klimopwaterranonkel
(Ranunculus hederaceus) -Klimopwaterranonkel - RH. 1050 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Ranunculus hederaceus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Ranunculus omiophyllus: Alle bladen ondiep 3-5-lobbig, de lobben het breedst aan de voet. Kroonbladen weinig langer da

Klit
(Genus Arctium) -Klit- Volledige wetenschappelijke naam: Arctium L. Opm. Bloemhoofdjesbodem met stijve haarachtige schubben bezet. Pappus uit korte stijve geelachtige haren bestaand.

Klokje
(Genus Campanula) -Klokje- Volledige wetenschappelijke naam: Campanula L. Opm. -Campanula rhomboidalis- L. - -Bergklokje- - BB. 0197 is vroeger in beschaduwd, bevloeid grasland in het Kempens district bij Bergeijk gevonden, voor 't laatst in 1950 [Atlas van de Nederlandse

Klokjesdikpoot
(Melitta haemorrhoidalis) klokjesdikpoot Lengte 11-13 mm, juli-september. -Kenmerken- Lijkt wat betreft uiterlijk op een zandbij, Vrouwtje (296 1a g) echter zonder haarflosje aan de basis van de achterpoten. Kop en borststuk bruin behaard. Achterlijf met zeer smalle witte haarbandjes op het eind van de segmenten en met een opvallende, oranjegeel behaarde achterlijfspunt. La...

Klokjesfamilie
(Familie Campanulaceae) -Klokjesfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Campanulaceae Meestal kruiden. Bladen verspreid, enkelvoudig, zonder steunblaadjes. Bloemen regelmatig of tweezijdig symmetrisch, tweeslachtig. Kelk 3-5-slippig of ongedeeld. Bloemkroon 5-spletig, soms tw

Klokjesgentiaan
(Gentiana pneumonanthe) -Klokjesgentiaan - RH. 0568 Beschermd! Volledige wetenschappelijke naam: Gentiana pneumonanthe L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Gentiana cruciata: Bladen lijn- tot lancetvormig, 1-3-nervig; de onderste niet tot een lange schede vergroeid. Bloemen alleens

Klontjestrilzwam
(Myxarium nucleatum) -Nederlandse naam:- Klontjestrilzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam onregelmatig kussen- tot kogelvormig, Ø 0,5-1,5 cm. Buitenzijde slijmerig, glanzend, waterig wit met roze of violette tinten. Vlees doorschijnend, met een witte kristalkern van 1-2 mm, vaak

Kluut
(Recurvirostra avosetta) -Wetenschappelijke naam: - Recurvirostra avosetta Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Kluut -Vogelgroep:- Steltlopers -Veldkenmerken.- 43 cm. Overwegend witte verenkleed met scherpe zwarte tekening, de opvallende omhooggebogen snavel en de lange blauwe po

Kluwenhoornbloem
(Cerastium glomeratum) -Kluwenhoornbloem - RH. 0295 Volledige wetenschappelijke naam: Cerastium glomeratum Thuill. Diagnostische kenmerken t.o.v. Cerastium brachypetalum: Stelen van de doosvrucht ongeveer even lang als de kelkbladen. Bladen rondachtig-eirond tot elliptisch, gee

Kluwenklokje
(Campanula glomerata) -Kluwenklokje- RH. 0191 -Rode Lijst 1. Beschermd!- Volledige wetenschappelijke naam: Campanula glomerata L. Diagnostische kenmerken: Bloemen zittend in hoofdjes. Plant meestal kort behaard, soms grijsviltig. Onderste bladen eirond tot lancetvormig, met af

Kluwenzuring
(Rumex conglomeratus) -Kluwenzuring- RH. 1097 Volledige wetenschappelijke naam: Rumex conglomeratus Murray Diagnostische kenmerken t.o.v. Rumex sanguineus: Stelen der vruchtdragende bloemdekken hoogstens even lang als de vruchtkleppen. Bloemdek steeds met 3 knobbels. Pluimtakk

Knarkruid
(Genus Polycnemum) -Knarkruid- Volledige wetenschappelijke naam: Polycnemum L. Dit geslacht wordt ook wel tot De familie Amaranthaceae gerekend.

Knautia
(Genus Knautia) -Knautia- Volledige wetenschappelijke naam: Knautia L.

Knautiabij
(Andrena hattorfiana) knautiabij Lengte 16-18 mm, april-juni. -Kenmerken- Grootste zandbij in Noordwest-Europa. Eerste deel achterlijf rood gekleurd met wit behaarde segmentranden. Relatief zwak ontwikkelde beharing, opvallend geelrood haarbosje op het eind van het achterlijf. -Voorkomen- Lokaal niet zeldzaam in het zuidoosten van Nederland en België bij bloemrijke...

Kneu
(Carduelis cannabina) -Wetenschappelijke naam: - Carduelis cannabina (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Kneu -Vogelgroep:- Vinken -Veldkenmerken.- 13,5 cm. Mannetje met scharlakenrood voorhoofd en borst, kastanjebruine mantel, grijzige kopzijden, zwarte slag- en staartpenne

Knikbloem
(Chondrilla juncea) -Knikbloem- RH. 1677 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Chondrilla juncea L. Diagnostische kenmerken: Stengel vertakt, bebladerd. Rozetbladen veerspletig, bovenste stengelbladen lijnvormig, niet stengelomvattend. Hoofdjes klein, in een pluim

Knikkend nagelkruid
(Geum rivale) -Knikkend nagelkruid- RH. 0578 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Geum rivale L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Geum urbanum: Bloemen knikkend. Kelk van buiten roodbruin, aan de vrucht rechtopstaand. Kroonbladen rechtopstaand, lichtgeel, roo

Knikkend parelgras
(Melica nutans) -Knikkend parelgras- BB. 5090 Volledige wetenschappelijke naam: Melica nutans L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Melica uniflora: Aartjes in een eenzijdige trosvormige pluim of tros, kort gesteeld, knikkend, elk met 2 of 3 tweeslachtige bloemen en met 1 kn

Knikkend tandzaad
(Bidens cernua) -Knikkend tandzaad- RH. 0141 Volledige wetenschappelijke naam: Bidens cernua L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Bidens connata: Bloemstelen vlak onder het hoofdje gekromd. Buitenste bladachtige omwindselbladen meestal 5-8, aan de voet gewimperd. Bladen zit

Knikkende distel
(Carduus nutans) -Knikkende distel - RH. 0209 Volledige wetenschappelijke naam: Carduus nutans L. Diagnostische kenmerken: Hoofdjes knikkend, alleenstaand, op tamelijk lange ongevleugelde stelen, 2-8 cm breed. Omwindselbladen aan de voet breed, ongeveer in het midden iets

Knikkende vogelmelk
(Ornithogalum nutans) -Knikkende vogelmelk- RH. 0895 Beschermd! Volledige wetenschappelijke naam: Ornithogalum nutans L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Ornithogalum pyramidale: Helmdraden naast de helmknop met 2 tandjes, bloembladachtig. Bloemen in een naar 1 zijde gekeerde tr

Knobbelmeerkoet
(Fulica cristata) -Wetenschappelijke naam: - Fulica cristata J. F. Gmelin, 1789 -Nederlandse naam: - Knobbelmeerkoet -Vogelgroep:- Koeten -Veldkenmerken.- 40 cm. Lijkt erg op Meerkoet, maar daarvan te onderscheiden door de twee rode knobbels aan weerszijden van de bles, wi

Knobbelzwaan
(Cygnus olor) -Wetenschappelijke naam: - Cygnus olor (J. F. Gmelin, 1789) -Nederlandse naam: - Knobbelzwaan -Vogelgroep:- Zwanen -Veldkenmerken.- 145-160 cm. Verschilt van Kleine en Wilde Zwaan door oranje snavel met opvallende zwarte knobbel aan basis en aan sierlijke

Knoflookpad
(Pelobates fuscus) Knoflookpad -Uiterlijke kenmerken- Middelgrote, gedrongen pad. Huid is dun, vochtig en relatief glad. Lichaamslengte vrouwtjes tot 8 cm, mannetjes tot 6,5 cm. Meestal kleiner. Grote, hooggewelfde kop, stompe snuit, grote ogen met verticale pupil. Iris goud- of koperkleurig, soms oranjeachtig. Geen trommelvlies zichtbaar, geen parotoïden. Grote...

Knolbeemdgras
(Poa bulbosa) -Knolbeemdgras - RH. 0953 Volledige wetenschappelijke naam: Poa bulbosa L. Diagnostische kenmerken: Onderste bladscheden sterk verdikt, samen een kleine, peervormige, bovengrondse bol vormend. Plant dicht zodevormend, vaak met weinig bloeistengels. Onders

Knolboterbloem
(Ranunculus bulbosus) -Knolboterbloem - RH. 1045 Volledige wetenschappelijke naam: Ranunculus bulbosus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Ranunculus sardous: Stengel aan de voet knolvormig verdikt, onderaan afstaand, bovenaan aanliggend behaard. Bladen donkergroen, soms ten del

Knolcyperus
(Cyperus esculentus) -Knolcyperus - RH. 5175 Volledige wetenschappelijke naam: Cyperus esculentus L. Diagnostische kenmerken: Plant overblijvend, met lange, slanke wortelstokken en ( 0,5-)1(-2) cm grote knolletjes. Stengel scherp driekantig. Bladen 4-10 mm breed. Kafjes strok

Knolhoningzwam
(Armillaria lutea) -Nederlandse naam:- Knolhoningzwam -Beschrijving- Hoed stomp kegelvormig, dan uitspreidend, Ø 5-18 cm, gelig-bruin tot olijfgroen, met bruine schubjes. Lamellen wit. Steel 8-15 x 2-3 cm, wittig-wollig, okergeelbruin, met gele velumresten op de vergankelij

Knollathyrus
(Lathyrus linifolius) -Knollathyrus- RH. 0711 -Rode Lijst 1- Volledige wetenschappelijke naam: Lathyrus linifolius (Reichard) Bässler Diagnostische kenmerken t.o.v. Lathyrus niger: Stengel gevleugeld. Onderste 3 kelktanden meer dan half zo lang als de kelkbuis. Kelk 5,5-7,5 mm

Knollenbladwesp
(Athalia rosae) knollenbladwesp Lengte 6-8 mm, mei-oktober. -Kenmerken- Geelrode soort met zwart gevlekt borststuk, thorax beneden geel en zwarte vleugelrand. Antennen met 12 leden. -Voorkomen- Algemeen in tuinen, op akkerlanden en langs wegbermen. -Levenswijze- Larven grijsbruin; op radijs, mosterd, koolzaad en andere kruisbloemigen.

Knolparasolzwam
(Macrolepiota rachodes) -Nederlandse naam:- Knolparasolzwam -Beschrijving- Hoed eivormig, dan gewelfd tot bijna vlak met een verhoogd centrum, Ø 5-15 cm, bleekbruin, centrum glad, naar de rand met omkrullende, vliezige, bruine schubben op een wittige ondergrond, als vodden over

Knolribzaad
(Chaerophyllum bulbosum) -Knolribzaad- RH. 0302 Volledige wetenschappelijke naam: Chaerophyllum bulbosum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Chaerophyllum temulum: Stengel onderaan stijf behaard en alleen daar rood gevlekt, bovenaan kaal. Bladscheden kaal. Blaadjes lancetvormig, sp

Knolrus
(Juncus bulbosus) -Knolrus- RH. 2343 Volledige wetenschappelijke naam: Juncus bulbosus L. Diagnostische kenmerken: Stengel vaak wortelend op de knopen, in het water drijvend (en dan vaak niet bloeiend) of neerliggend, soms rechtopstaand, vaak aan de voet enigszins knolvorm

Knolspirea
(Filipendula vulgaris) -Knolspirea- RH. 0527 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Filipendula vulgaris Moench Diagnostische kenmerken t.o.v. Filipendula ulmaria: Onderste bladen met tenminste 8 paar grote blaadjes; blaadjes 0,5-2 cm lang, groen, veerspletig, het ein

Knolsteenbreek
(Saxifraga granulata) -Knolsteenbreek- RH. 1144 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Saxifraga granulata L. De volgende cultivar wordt gevonden: Saxifraga granulata plena Diagnostische kenmerken: Stengel aan de voet met knolletjes. Onderste bladen rond-niervormig,

Knolvoethertezwam
(Pluteus semibulbosus) -Nederlandse naam:- Knolvoethertezwam -Beschrijving- Hoed klokvormig tot vlak gewelfd, Ø 1,5-3 cm, schijnbaar poederig, vochtig straalsgewijs geplooid, wit tot bleek vleeskleurig. Lamellen wit tot roze. Steel 2-3 cm x 3-7 mm, wit, met een knolvormig verdi

Knolvossenstaart
(Alopecurus bulbosus) -Knolvossenstaart- RH. 0039 -Rode Lijst 2- Volledige wetenschappelijke naam: Alopecurus bulbosus Gouan Diagnostische kenmerken: Stengel aan de voet met duidelijke, vaak roodachtige knolletjes. Kelkkafjes met een spitse naaldachtige top, 3-4 mm lang. Bloei

knoop
Een min of meer verdikte plaats aan de stengel, daar waar de bladen (of de bladlittekens) zitten. Het stuk stengel tussen twee opeenvolgende knopen heet stengellid . Alternatieven: knopen

Knoopkruid
(Centaurea jacea) -Knoopkruid- RH. 1766 Volledige wetenschappelijke naam: Centaurea jacea L, s.l. Diagnostische kenmerken: Omwindselbladen in de bovenste helft met een duidelijk afgescheiden aanhangsel, dit rond en meer of minder regelmatig ingescheurd of vrij lang en veer

Knoopkruidparelmoervlinder
(Melitaea phoebe) (Denis and Schiffermüller, 1775) Knoopkruidparelmoervlinder -Beschrijving: - De knoopkruidparelmoervlinder komt voor op droge open plaatsen met een bloemrijke vegetatie. Deze graslanden liggen vaak in de beschutting van bosranden of struweelgroepen. In het noordelijk deel van het verspreidingsgebied zijn de meeste vliegterreinen kalkgraslanden...

Knoopwier
(Gracilaria verrucosa) Gracilaria verrucosa (Hudson) Papenfuss -Nederlandse naam:- Knoopwier -Beschrijving:- Van de Nederlandse namen is dundraad meer toepasselijk dan knoopwier, want de 10 tot 50 cm hoge plant bestaat uit een ronde hoofdsteel van ca. 2 mm in doorsnede met onregelmatige vertakkingen. Alle punten van de hoofdsteel en zijtakken zijn spits. De zijtakjes zij...

knop
Jeugdstadium van een bloem of zijas; bij bomen en struiken is de knop vaak omsloten door knopschubben. Alternatieven: knoppen

Knopbies
(Schoenus nigricans) -Knopbies- RH. 1150 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Schoenus nigricans L. Diagnostische kenmerken: Bladen half zo lang als tot iets langer dan de stengel, gootvormig. Hoofdjes met 2 schutbladen, samengesteld uit 5-15 zwartbruine aren. Noo

Knopherik
(Raphanus raphanistrum) -Knopherik- RH. 1061 Volledige wetenschappelijke naam: Raphanus raphanistrum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Raphanus sativus: Vruchten lijnvormig, 4-9 cm lang, 3-6 mm breed, bij rijpheid sterk ingesnoerd tussen de zaden, met harde wand, 3-8-zadig, tens

Knopig doornzaad
(Torilis nodosa) -Knopig doornzaad - RH. 1290 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Torilis nodosa (L.) Gaertn. Diagnostische kenmerken: Schermen zijdelings, bijna zittend, kluwenvormig, zeer klein, armbloemig. Bladen 1- of 2-voudig geveerd met veerspletige bla

Knopig helmkruid
(Scrophularia nodosa) -Knopig helmkruid - RH. 1170 Volledige wetenschappelijke naam: Scrophularia nodosa L. Diagnostische kenmerken: Kelkslippen smal vliezig gerand, eirond. Stengel scherp vierkantig of smal gevleugeld. Bladen eirond tot lancetvormig, met iets hartvormige, afg

Knopkruid
(Genus Galinsoga) -Knopkruid- Volledige wetenschappelijke naam: Galinsoga Ruiz & Pavon Opm. Bloemhoofdjesbodem kegelvormig, met stroschubben. Pappus uit schubben bestaand. Lintbloemen wit, meestal 5. Buisbloemen geel.

Knopschimmel
(Spinellus fusiger) -Nederlandse naam:- Knopschimmel -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam bol- of knopvormig, gesteeld, Ø 1 mm, doorschijnend wit, bij rijping zwart verkleurend. Steel 5-15 mm, waterig wit, doorschijnend. -Voorkomen- Vanuit en op hoedjes van kleinere soor

knopschub
Schubben die een knop omgeven (vooral bij houtige planten). Alternatieven: knopschubben schub schubben schubje schubjes

Knopsprietje
(Myrmeleotettix maculatus) knopsprietje Lengte 11-17 mm, juni-oktober -Kenmerken- Uiteinden van de voelsprieten bij het mannetje als een pijpenkopje knotsvormig naar buiten gebogen. Bij de vrouwtjes (088 5b g) zijn de voelsprieten minder verbreed. Kleur vrouwtjes zeer variabel op dezelfde vindplaats, vaak heel dicht bij elkaar, zijn er groene, geelbruine, rozeachtige tot roo...

Knopwespen
(Familie Cimbicidae) knopwespen -Kenmerken- Knopwespen zijn opvalled grote, platte bladwespachtige Hymenopteren met knopvormige verdikking aan het einde van de voelsprieten. -Voorkomen- Ruim 10 soorten in Nederland en België. -Behandelde taxa- Abia sericea Cimbex femoratus (berkenknopwesp) Zaraea fasciata

Knotsvoettrechterzwam
(Clitocybe clavipes) -Nederlandse naam:- Knotsvoettrechterzwam -Beschrijving- Hoed verdiept of vlak trechtervormig met een stomp bultje, Ø 3-8 cm, glad, grijs- tot okerbruin, met een lichtere rand. Lamellen breed, sikkelvormig aflopend, wit tot lichtgeel. Steel 3-10 cm x 5-16

Knotswier
(Ascophyllum nodosum) Ascophyllum nodosum (Linnaeus) Le Jol. -Nederlandse naam:- Knotswier -Beschrijving:- De planten zijn tot ca. 1,5 m lang. Taai, leerachtig van structuur. Ze zitten met een hechtschijf op rotsen en stenen en andere harde substraten vast. De hoofdstengels (vaak meerdere per hechtschijf) zijn afgeplat, ca. 1 cm breed en onregelmatig vertakt. De rand va...

Knotszegge
(Carex buxbaumii) -Knotszegge- RH. 0217 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Carex buxbaumii Wahlenb. Diagnostische kenmerken t.o.v. Carex hartmanii: Eindelingse aar met vele mannelijke bloemen onderaan, na de bloei daar met vele lege kafjes, de aar daardoor kn

Knotszwammen
(Familie Clavariaceae) -Nederlandse naam:- Knots- en Koraalzwammen (in brede zin) De Clavariaceae vormen een groep van Basidiomyceten met eenjarige, meer of minder gesteelde, knotsvormige of meervoudig vertakte, koraalvormige of (natuur)sponsvormige vruchtlichamen. De Clavariac

Knutjes
(Culicoides soort) knutjes Lengte 1-2 mm, mei-augustus. -Kenmerken- Zeer kleine, enigszins gedrongen mugjes, vaak met gevlekte, smalle vleugels en een steeksnuit. -Voorkomen- Vooral bij bosranden en in allerlei vochtige gebieden, ook in hoogvenen en zilte wetlands. Meer dan 100 soorten in Nederland en België. -Levenswijze- De vrouwelijke Culicoides soorten zuige...

Kobaltblauwtje
(Polyommatus coelestina) (Eversmann, 1843) Kobaltblauwtje -Beschrijving: - Het kobaltblauwtje leeft op open plekken in bossen en op beschutte plaatsen boven de boomgrens die begroeid zijn met bloemrijke, grazige vegetatie. Ook bij dicht struweel zijn de vlinders waargenomen. De rupsen voeden zich met name met Vicia cracca (vogelwikke), mogelijk ook met andere Vicia -soorte...

Koeieboleet
(Suillus bovinus) -Nederlandse naam:- Koeieboleet (Koewachtersboleet) -Beschrijving- Hoed gewelfd, Ø 3-10 cm, kleverig, leemkleurig met kaneel- of okerbruine tinten, met een bleke rand. Buisjes licht olijfkleurig-geel. Poriën groot, hoekig, licht olijfkleurig-bruingeel tot

Koekoek
(Cuculus canorus) -Wetenschappelijke naam: - Cuculus canorus Linnaeus, 1758 -Nederlandse naam: - Koekoek -Vogelgroep:- Koekoeken -Veldkenmerken.- 33 cm. Bekendst vanwege broedparasitisme en zang van mannetje. Leigrijze kop en bovendelen, asgrijze keel en borst, witte onder

koekoeken
(Deel van de) Nederlandse naam van leden uit de familie der Cuculidae (orde Cuculiformes, ± 127 soorten). In het Nederlands zelfstandig gebruikt voor de Koekoek Cuculus canorus, waar de naam afkomstig is van de roep (zie ook ’onomatopee’). Andere namen voor tropische leden van deze familie zijn ani, malkoha en coua. De onderfamil...

Koekoeksbloem
(Genus Lychnis) -Koekoeksbloem- Volledige wetenschappelijke naam: Lychnis L.

Koekoekswesp
(Dolichovespula adulterina) koekoekswesp Lengte 12-17 mm, januari-december. -Kenmerken- Een langkop plooivleugelwesp die zeer op de Saksische wesp lijkt. Tekening op kopschild vrijwel identiek met naar boven verbrede zwarte strepen. Thoracale zijstreep van voren naar onderen uitlopend in lange, smalle gele lijn (272 3 g). -Voorkomen- Wijd verspreid in Noordwest- en Midden-Eur...

Koekruid
(Vaccaria hispanica) -Koekruid- BB. 1328 Volledige wetenschappelijke naam: Vaccaria hispanica (Mill.) Rauschert Diagnostische kenmerken: Stengel naar boven vertakt, kaal. Bladen eirond tot lancetvormig, spits, aan de voet vergroeid, blauwgroen. Bloemen in ijle bijschermen, li

Koemestbekerzwam
(Peziza bovina) -Nederlandse naam:- Koemestbekerzwam -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam ondiep beker- tot schotelvormig, Ø 8-12 mm. Binnenzijde amberkleurig tot vuil okergeel. Buitenzijde vlokkig-zemelig, met bleke rand, vuil okergeel. -Voorkomen- Op mest (koeienvl

Koereiger
(Bubulcus ibis) -Wetenschappelijke naam: - Bubulcus ibis (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Koereiger -Vogelgroep:- Reigers -Veldkenmerken.- 48-53 cm. Lijkt op afstand wit. Iets kleiner, gezetter en met kortere hals dan Kleine Zilverreiger; kenmerkende, opvallend zwar

koeten
(Deel van de) Triviale naam voor alle soorten behorend tot het geslacht Fulica (negen soorten) uit de familie der Rallidae of ralachtigen (Gruiformes, onderorde Grues). Koeten worden onderscheiden van de rest van de Rallidae in de subfamilie Fulicinae. De Meerkoet, Fulica atra, leeft in een groot gedeelte van de Oude Wereld, terwijl de rest (behalv...

Koevinkje
(Aphantopus hyperantus) koevinkje Spanwijdte vleugels 35-42 mm, juni-augustus -Kenmerken- Bovenzijde vleugels donkerbruin, bij het mannetje zonder oogvlekken, bij het vrouwtje met duidelijke oogvlekken (392 5a g). Onderzijde lichter bruin met 5 geel omrande oogvlekken (392 5b g). -Voorkomen- Langs bospaden met struwelen, halfnatuurlijke graslanden, grens- en pioniervegeta...

Koevinkje
(Aphantopus hyperantus) (Linnaeus, 1758) Koevinkje -Beschrijving: - Het koevinkje leeft op grazige plekken met struiken, open plekken in bossen en graslanden langs bossen. De leefgebieden kunnen droog zijn, maar ook vrij nat tot de randen van hoogveencomplexen aan toe. Als ijverige bloembezoekers worden de vlinders vaak op distels, knoopkruid en andere nectarleveranciers ...

Kogelbies
(Scirpoides holoschoenus) -Kogelbies- BB. 5275 Volledige wetenschappelijke naam: Scirpoides holoschoenus (L.) Sojak Diagnostische kenmerken: Stengel rond. Bladen stengelachtig, halfrond, 0,5-2 mm breed. Bloeiwijze schijnbaar zijdelings uittredend, uit een aantal bolronde, 0,3-1 cm

Kogeldistel
(Genus Echinops) -Kogeldistel- Volledige wetenschappelijke naam: Echinops L. Opm. Bloeiwijze bolvormig, 3-6 cm breed, uit talrijke, eenbloemige, lichtblauwe of iets witachtige hoofdjes bestaand. Pappus uit schubben bestaand, deze voor de helft of meer vergroeid.

Kogelhoutskoolzwam
(Daldinia concentrica) -Nederlandse naam:- Kogelhoutskoolzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam rimpelig kogel- tot kussenvormig, 2-6 x 1-3 cm. Buitenzijde glad, met onduidelijk papillen, roodbruin tot zwart. Bij vertikaal doorsnijden uit concentrische, afwisseld zilverig glanzende

Kogelloopkever
(Omophron limbatum) kogelloopkever Lengte 4-6 mm, januari-december. -Kenmerken- Onmiskenbaar door de ronde lichaamsvorm en de strogele kleur met donkergroene vlekken. -Voorkomen- Op kaal zand bij stilstaand en stromend water. Plaatselijk algemeen in Nederland en België. -Levenswijze- Graaft zich overdag in het zand of verbergt zich onder stenen en jaagt 's nachts...

Kogelmeniezwammetje
(Nectria episphaeria) -Nederlandse naam:- Kogelmeniezwammetje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kogelvormig met een papil, Ø 0,1-0,2 mm. Peritheciën glad, doorschijnend, oranjerood tot rood. -Voorkomen- Op kernzwammen (Diatrype, Hypoxylon) en kankers van beuken. Mogelij

Kogelvliegen
(Familie Acroceridae) kogelvliegen -Kenmerken- Kogelvliegen zijn door hun hoog gewelfde borststuk en hun zeer kleine kop met de relatief grote ogen onmiskenbaar. Antennen 3-ledig. -Voorkomen- Ca. 8 soorten in Nederland en België. -Levenswijze- De larven ontwikkelen zich parasitair in spinnen. -Behandelde taxa- Ogcodes soort