Soortenbank

Categorie: Planten en dieren > dieren, planten en paddenstoelen
Datum & Land: 01/10/2008, NL
Woorden: 7401

Olijfkleurige slijmkop
(Hygrophorus persoonii) -Nederlandse naam:- Olijfkleurige slijmkop -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd, Ø 7-12 cm, slijmerig, bruin met een donker centrum en een witte rand. Lamellen dik, breed, wijd uiteen, melkwit met een grijsgroene tint. Steel 9-10 cm x 10-15 mm, m

Olijfschijfzwam
(Catinella olivacea) -Nederlandse naam:- Olijfschijfzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam vlak schotelvormig, Ø 0,5-1,5 cm. Binnenzijde olijfzwart tot olijfbruin. Buitenzijde melig-kleiig, donker tot zwartbruin, met fijngevoorde, vuil okergele tot olijfgroene rand. -Voorkomen- Op

Olijfwilg
(Genus Elaeagnus) -Olijfwilg- Volledige wetenschappelijke naam: Elaeagnus L.

Omgebogen vetkruid
(Sedum cepaea) -Omgebogen vetkruid - RH. 1177 -Rode Lijst 0- Volledige wetenschappelijke naam: Sedum cepaea L. Diagnostische kenmerken: Bladen gaafrandig, tegenoverstaand of in kransen van 3 of 4, de onderste omgekeerd eirond, de bovenste lijn-wigvormig. Bloeiwijze lang

ommatidium
een van de eenheden waaruit het samengestelde oog is opgebouwd. Alternatieven: ommatidia

omnivoor
Betrekking hebbend op allerlei soorten voedsel, zowel plantaardig als dierlijk, waarop een vogelsoort gespecialiseerd kan zijn, respectievelijk verwijzend naar allesetend, bijenetend, insectenetend, vleesetend, visetend, plantenetend, granen (zaden) etend, vruchtenetend. Alternatieven: apivoor insectivoor carnivoor piscivoor herbivoor granivoor fru...

omwindsel
De krans van schutbladen aan de voet van een samengesteld scherm, of rondom de bloempjes van een composietenhoofdje. Alternatieven: omwindsels omwindselbladen omwindselblad

omwindseltje
Bij Schermbloemen: de krans van schutblaadjes aan de voet van een schermpje. Alternatieven: omwindseltjes omwindselblaadjes

Oncomera femorata
Lengte 13-18 mm, mei-augustus. -Kenmerken- Opvallend grote schijnboktor. Mannetje met verdikte achterdijen (172 3 g) en duidelijk gebogen achterschenen. -Voorkomen- Langs bosranden. Stuifmeeleter op verschillende struiken, onder andere klimop. Larven in rottend hout. Zeer zeldzaam in Nederland; wel eens op licht gevangen.

Onderaardse klaver
(Trifolium subterraneum) -Onderaardse klaver- RH. 1309 -Rode Lijst 4- Volledige wetenschappelijke naam: Trifolium subterraneum L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Trifolium ornithopodioides: Blaadjes behaard. Bloeiwijze uit 2-7 buitenste vruchtbare bloemen bestaand, daarbinnen met

Ondergedoken moerasscherm
(Apium inundatum) -Ondergedoken moerasscherm- RH. 0077 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Apium inundatum (L.) Rchb.f. Diagnostische kenmerken: Ondergedoken bladen 2-3-voudig geveerd, met haarfijne slippen, de bovenste geveerd, met wigvormige, vaak 3-lobbige

Onderorde Adephaga
-Kenmerken- Tot deze onderorde van de kevers behoren een paar grote, soortenrijke keverfamilies, waaronder de loopkevers (Carbidae) en waterroofkevers (Dytiscidae) en daarnaast een aantal kleinere families, althans in Europa. -Behandelde taxa- Familie Car

Onderorde Apocrita
-Kenmerken- Tot de onderorde Apocrita behoren alle vliesvleugeligen met een ingesnoerd achterlijf (wespentaille). De Apocrita zijn bijzonder soorten- en vormenrijk. De Apocrita worden verdeeld over twee infraordes: de Parasitica en Aculeata (angeldragers)

Onderorde Ischnocera
-Kenmerken- Kleine tot zeer kleine ongevleugelde insecten, die obligaat parasitair zijn op warmbloedigen. Gehele lijf dorso-ventraal afgeplat. Kop breder dan thorax, de bijtende monddelen meer centraal in de onderzijde van de kop gelegen. De ogen zijn zee

Onderorde Polyphaga
-Kenmerken- Tot deze onderorde van de kevers behoort het grootste deel van de kevers met een groot aantal zeer soortenrijke families, zoals de aaskevers, de bladsprietkevers, de kniptorren, de bonte kevers, de bladkevers en de snuitkevers. Daarnaast zijn

ondersoort
(Een groep van) Meestal geografisch gescheiden populaties die zich morfologisch onderscheiden van andere populaties van dezelfde soort. De term ondersoort vervangt de wat verouderde term ’ras’, hoewel de laatste ook nog in gebruik is. Ondersoorten worden aangeduid met een trinomiale naam, waarbij de derde naam toegevoegd is aan de binom...

Ongelijkbladig fonteinkruid
(Potamogeton gramineus) -Ongelijkbladig fonteinkruid - RH. 0993 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Potamogeton gramineus L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Potamogeton lucens: Plant met ondergedoken en met drijvende bladen, of alleen met één van beide soorten bladen

Ongesteelde krulzoom
(Paxillus panuoides) -Nederlandse naam:- Ongesteelde krulzoom Paxillus panuoides var. panuoides -Beschrijving- Hoed schelp- tot waaiervormig, kort- of ongesteeld, Ø 4-7 cm, viltig, korrelig-schubbig, mat, crème tot olijf- of bruingeel, met een dunne, ingerolde rand. Lamellen

ongewervelde
Dieren die in de onderafdeling Metazoa (meercelligen) worden ingedeeld, maar, in tegenstelling tot de gewervelden, geen ruggewervels (of andere beenderen) bezitten. Alternatieven: ongewervelden

onomatopee
Klanknabootsend woord, bijvoorbeeld Koekoek.

Ononis repens
BB. 2434 Volledige wetenschappelijke naam: Ononis repens L. De volgende ondersoorten worden gevonden: Ononis repens repens Ononis repens spinosa ononisr2.jpg ononisr4.jpg Diagnostische kenmerken: Stengels houtig, behaard. Plant vaak met dorens, meer of minder dicht bezet met klierharen. Bladen 3-tallig, verwijderd getand. Kroonbladen roze tot rozer...

Ontariopopulier
(Populus gileadensis) -Ontariopopulier- BB. 2302 Volledige wetenschappelijke naam: Populus gileadensis Rouleau Diagnostische kenmerken: Bladsteel rond of vrijwel rond. Jonge takken rond en aanvankelijk behaard. Bladen eirond, toegespitst, aan de voet afgerond of hartvormig, de

Onthophagus verticicornis
Lengte 7-10 mm, mei-juli. -Kenmerken- Mannetje (174 7 g) met platte naar achteren omhoog gebogen hoorn op de kop. -Voorkomen- Zeldzaam in bosgebieden in bergachtige streken. Niet in Nederland en België. -Levenswijze- Graaft broedgangen (latrines) onder de mest.

ontogenie
de manier van groei en ontwikkeling van een individu tot volwassenheid.

onvolwassen
Gebruikt voor alle stadia van een organisme voordat hij seksuele volwassenheid bereikt. Bij vogels duurt deze periode na het uitkomen enkele maanden tot een aantal jaren. Na het uitkomen noemt men een jong meestal een nestjong als hij de eerste weken in het nest blijft, of kuiken, donsjong, pul of pullus als hij snel na het uitkomen het nest verlaat...

Onwelriekende beurszwam
(Volvariella caesiotincta) -Nederlandse naam:- Onwelriekende beurszwam -Beschrijving- Hoed bolvormig tot uitgespreid met een brede stompe bult, Ø 3-8 cm, fijn radiair vezelig, mat en droog, bleek grijsachtig crème met een licht tot donker grijsbruin centrum, met jong soms een blauw

oog
Bijna alle vogels hebben extreem goed ontwikkelde ogen (er zijn enkele uitzonderingen bij nachtactieve vogels, zoals kiwi’s Apteryx spec.). Dit weerspiegelt de vooraanstaande functie die het zicht vervuld bij vogels. Zij zijn ervan afhankelijk bij het zoeken naar voedsel, het herkennen van hun partner of vijanden, enzovoort. Vogels hebben rel...

oogklep
een uitgroeisel van de basis van de antennen bij bepaalde kleine vlinders, dat ten dele de ogen bedekt.

oogring
De vaak anders gekleurde veerpartij rondom het oog. Oogring wordt vaak eveneens, maar foutief, gebruikt om de naakte oogrand aan te duiden, die bij veel vogels eveneens contrasterend gekleurd is. Alternatieven: oogrand

oogstreep
De oogstreep is een contrasterend gekleurde streep op de kop, die horizontaal vanaf de snavelbasis door en voorbij het oog loopt, ofwel alleen achter het oog zichtbaar is. De andere termen geven andere strepen op de kop aan.Zie ook: oogstreep Alternatieven: kruinstreep baardstreep snorstreep mondstreep wenkbrauwstreep

Ooievaar
(Ciconia ciconia) -Wetenschappelijke naam: - Ciconia ciconia (Linnaeus, 1758) -Nederlandse naam: - Ooievaar -Vogelgroep:- Ooievaars -Veldkenmerken.- 100-115 cm. Makkelijk te herkennen aan wit verenkleed met zwarte slagpennen en dekveren, lange nek en lange rode snavel en p

Ooievaarsbek
(Genus Geranium) -Ooievaarsbek- Volledige wetenschappelijke naam: Geranium L.

Ooievaarsbekblauwtje
(Aricia eumedon) ooievaarsbekblauwtje Spanwijdte vleugels 26-30 mm, mei-juli -Kenmerken- Beide seksen effen donkerbruin, onderzijde blauw bestoven bruin en vage witte streep vanuit middelste celvlek (390 3 g). -Voorkomen- Natuurlijke, vochtige graslanden, moerassen. Oostelijke soort. Niet in Nederland en België. -Levenswijze- Groene rups op verschillende soort...

Ooievaarsbekfamilie
(Familie Geraniaceae) -Ooievaarsbekfamilie- Volledige wetenschappelijke naam: Geraniaceae Kruiden met zachte stengels. Bladen verspreid of tegenoverstaand, meestal met steunblaadjes, gelobd of hand- of veervormig samengesteld. Bloemen meestal regelmatig, tweeslachtig. Kelkblad

oor
In grote lijnen komt het vogeloor overeen met dat van andere gewervelde dieren en is het onder te verdelen in een buiten-, midden- en binnenoor. Het buitenoor is eenvoudig: slechts een met veren (oordekveren) bedekte buis (meatus) die doorloopt tot aan het trommelvlies, dat zich juist achter het kaakgewricht bevindt. Bij sommige vogelsoorten ontbre...

Oorcicade
(Ledra aurita) oorcicade Lengte 13-18 mm, juli-september -Kenmerken- Ondanks zijn behoorlijke grootte behoort de oorcicade tot de familie Cicadellidae. Deze familie is met enige honderden, overwegend kleine, moeilijk te determineren soorten in Nederland en België vertegenwoordigd. De oorcicade is een onmiskenbare vertegenwoordiger door de aan beide zijden va...

oordekveren
Kleine veren die de uitwendige gehooropening bedekken. Bij sommige vogels ontbreken de oordekveren.

Oorkwal
(Aurelia aurita) Aurelia aurita (Linnaeus) -Nederlandse naam:- Oorkwal -Beschrijving:- Zo ongeveer de bekendste kwal van onze streken. Doorsnede tot 40 cm met vele korte tentakels langs de rand van de hoed. Deze soort steekt niet. Onder de hoed, rond de mondopening, zitten vier geplooide armen. Het gastrovasculair systeem bestaat in hoofdzaak uit talrijke vertakte ...

Oorlepelzwam
(Auriscalpium vulgare) -Nederlandse naam:- Oorlepelzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam een zijdelings aangehechte, leerachtige hoed op een steel, tot 8 cm hoog. Hoed Ø 1-2 cm, oor- tot niervormig, met geelbruine tot kastanje- of zwartbruine haren bedekt, met een gewimperde rand.

Oorsilene
(Silene otites) -Oorsilene - RH. 1205 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Silene otites (L.) Wibel Diagnostische kenmerken: Plant overblijvend, meestal tweehuizig. Bloeiwijze bestaande uit trosvormig gerangschikte, kort gesteelde bijschermen of schijnkransen

oortje
Bij Poaceae (Grassenfamile): ter weerszijden aan de top van de bladschede ontspringende horizontaal uitstekende aanhangseltjes Alternatieven: oortjes

Oorwormen
(Orde Dermaptera) oorwormen -Kenmerken- Tamelijk kleine tot vrij grote, 6 tot ruim 30 mm, lange insecten. Direct herkenbaar aan de stevige tangen aan het achterlijf. Kop tamelijk afgeplat met vooruitstekende, bijtende monddelen (prognaath). Voelsprieten draadvormig met tot 52 segmenten. Kleine facetogen aan de zijkant, ocellen ontbreken. De epizoïsch levende so...

Oorzwammetjes
(Genus Crepidotus) -Nederlandse naam:- Oorzwammetjes Een kleine groep van schelp- tot niervormige, ongesteelde, witte of crème-gelige Plaatjeszwammen. Sporeekleur is witcrme, geelbruin, rozebruin, tabaksbruin. In Nederland komen 11 soorten van het genus Crepidotus voor. Enk

Oostelijk andoorndikkopje
(Carcharodus orientalis) Reverdin, 1913 Oostelijk andoorndikkopje -Beschrijving: - Het oostelijk andoorndikkopje is vooral te vinden in graslanden, op rotsachtige hellingen met grazige vegetatie en met hier en daar struiken en bij vegetaties van lage struiken. De vlinders vliegen snel en dicht bij de grond. Als ze ergens stilzitten, houden ze meestal hun vleugels geopend. ...

Oostelijk boswitje
(Leptidea morsei) Fenton, 1881 Oostelijk boswitje -Beschrijving: - Het oostelijk boswitje vliegt bij vochtige, grazige vegetaties langs zonnige bosranden, op grazige open plekken in bossen en in graslanden met bosopslag. De vlinders komen meestal voor bij loofbossen, maar ook bij gemengde bossen en naaldbossen worden ze gezien. Als waardplant worden verschillende vl...

Oostelijk dambordje
(Melanargia larissa) (Geyer, 1828) Oostelijk dambordje -Beschrijving: - Het oostelijk dambordje komt voor in droge graslanden, bij rotsachtige hellingen, in open struweelvegetaties en op grazige open plekken in bossen. Soms zijn de vlinders zelfs in dorpen waar te nemen. De rupsen voeden zich met verschillende soorten grassen. De soort heeft één generatie...

Oostelijk esparcetteblauwtje
(Polyommatus admetus) (Esper, 1783) Oostelijk esparcetteblauwtje -Beschrijving: - Het oostelijk esparcetteblauwtje vliegt op open plekken in bossen, bij open struweel, op beschutte rotsachtige hellingen en in landbouwgebieden. De leefgebieden zijn warm en begroeid met een bloemrijke, grazige vegetatie. De vlinders vliegen meestal laag boven de grond. Het vrouwtje zet de...

Oostelijk kalkgraslanddikkopje
(Spialia orbifer) (Hübner, 1823) Oostelijk kalkgraslanddikkopje -Beschrijving: - Het oostelijk kalkgraslanddikkopje is te vinden in droge, bloemrijke graslanden, langs wegbermen en bosranden, bij landbouwgrond, op rotsachtige hellingen en in droge rivierbeddingen. De vlinders vliegen snel en dicht bij de grond. De eitjes worden op de bloemen van Sanguisorba min...

Oostelijk kruiskruid
(Senecio vernalis) -Oostelijk kruiskruid - RH. 1734 Volledige wetenschappelijke naam: Senecio vernalis Waldst. & Kit. Diagnostische kenmerken t.o.v. Senecio squalidus: Bladen gegolfd, vooral van onderen spinnenwebachtig behaard, de zijslippen hoogstens zo lang als het onged

Oostelijk marmerwitje
(Euchloe ausonia) (Hübner, 1804) Oostelijk marmerwitje -Beschrijving: - Het oostelijk marmerwitje is een soort van warme en droge plekken. De vlinders vliegen in bloemrijke graslanden, bij ruderale terreinen, langs heggen en bosranden en bezoeken ook parken en tuinen. Als waardplant worden verschillende kruisbloemigen gebruikt zoals Sinapis arvensis (herik), Is...

Oostelijk oranjetipje
(Anthocharis damone) Boisduval, 1836 Oostelijk oranjetipje -Beschrijving: - Het oostelijk oranjetipje is een soort van open, grazige struweelvegetaties (zeer open maquis) en wordt vaak op steile rotsachtige, op het zuiden gerichte, kalkstenen hellingen gevonden. Op Sicilië vliegen de vlinders vooral bij de eeuwenoude lavavelden. De mannetjes kunnen zeer snel vlieg...

Oostelijk saffierblauwtje
(Plebeius pylaon) (Fischer v. Waldheim, 1832) Oostelijk saffierblauwtje -Beschrijving: - Het oostelijk saffierblauwtje is te vinden in open, kruidenrijke graslanden, op rotsachtige hellingen en soms bij struweel of langs bosranden. De vlinders vliegen dicht bij de grond en bezoeken maar af en toe bloemen. De mannetjes zijn wel vaak talrijk op vochtige grond waar te ...

Oostelijk staartblauwtje
(Cupido decolorata) (Staudinger, 1886) Oostelijk staartblauwtje -Beschrijving: - Het oostelijk staartblauwtje is op open plekken in loofbossen te vinden en bij bloemrijke grazige vegetaties, vaak met hier en daar struiken. Waardplanten zijn Medicago lupulina (hopklaver) en M. sativa (luzerne), waarvan de rupsen de bloeiwijzen eten. De soort heeft drie generaties per j...

Oostelijk tijmblauwtje
(Pseudophilotes vicrama) (Moore, 1865) Oostelijk tijmblauwtje -Beschrijving: - Het oostelijk tijmblauwtje komt voor in droge graslanden (op een zandige of stenige bodem), op zuidhellingen met grazige vegetatie, bij steilranden, rotsachtige geulen, langs (spoor)wegbermen en bij struweelvegetaties. Als waardplant worden verschillende Thymus -soorten (tijm) gebruikt en ook Sa...

Oostelijke glanserebia
(Erebia ottomana) Herrich-Schäffer, 1847 Oostelijke glanserebia -Beschrijving: - De oostelijke glanserebia komt in de bergen op hellingen en vlaktes voor met grazige vegetatie en op geringe hoogten op open plekken in bossen. De rupsen voeden zich o.a. met Festuca ovina (genaald schapengras). De soort heeft één generatie per jaar. -Leefgebied: - Su...

Oostelijke hemlockspar
(Tsuga canadensis) -Oostelijke hemlockspar - BB. 2279 Volledige wetenschappelijke naam: Tsuga canadensis (L.) Carr. Diagnostische kenmerken t.o.v. Tsuga heterophylla: Knoppen eivormig. Bladen 1-1,5 cm lang, van nabij de voet geleidelijk versmald, de meeste met de onderzijde

Oostelijke luzernevlinder
(Colias erate) (Esper, 1805) Oostelijke luzernevlinder -Beschrijving: - De oostelijke luzernevlinder is een zeer mobiele vlinder en kan daarom op allerlei plekken worden waargenomen. Het talrijkst is de soort in gebieden waar Medicago sativa (luzerne) wordt verbouwd, de belangrijkste voedselplant van de rupsen. Ook op andere Fabaceae (vlinderbloemigen) kunnen de ...

Oostelijke parelmoervlinder
(Melitaea britomartis) Assmann, 1847 Oostelijke parelmoervlinder -Beschrijving: - De oostelijke parelmoervlinder komt voor op warme graslanden en heiden, die vaak tegen bosranden of struweelgroepen aan gelegen zijn. De waardplanten zijn Plantago lanceolata (smalle weegbree), Veronica austriaca (brede ereprijs) en Rhinanthus minor (kleine ratelaar). Het vrouwtje legt de e...

Oostelijke pijpbloemvlinder
(Zerynthia cerisy) (Godart, 1824) Oostelijke pijpbloemvlinder -Beschrijving: - De oostelijke pijpbloemvlinder vliegt op warme en meestal droge plekken, zoals in droge graslanden met hier en daar struiken, bij struweel, langs heggen, bij landbouwgronden, wijngaarden en olijfboomgaarden. De soort is vaak in rivierdalen waargenomen. Het vrouwtje legt de eieren met name ...

Oostelijke struiksprinkhaan
(Leptophyes albovittata) oostelijke struiksprinkhaan Lengte 9-16 mm, augustus-september -Kenmerken- Fraai getekende soort met witte lengtestrepen op de zijkanten van het lichaam. Vleugels heel kort (070 3 g). -Voorkomen- Langs zonnige bosranden en op droge, rijk begroeide terreinen. Oostelijke soort in Duitsland in Beieren tot ongeveer Würzburg. Niet in Nederland en B...

Oostelijke vos
(Nymphalis xanthomelas) (Esper, 1781) Oostelijke vos -Beschrijving: - De oostelijke vos komt in het oost-europese laagland voor in vochtige loofbossen die op overstromingsvlakten groeien of langs beboste rivier- en beekoevers. Als waardplanten worden verschillende soorten bomen gebruikt, zoals Salix (wilg), Populus (populier), Ulmus (iep) en Celtis . De rupsen leven, tot ...

Oostelijke vuurvlinder
(Lycaena thersamon) (Esper, 1784) Oostelijke vuurvlinder -Beschrijving: - De oostelijke vuurvlinder komt vooral voor in droge, bloemrijke graslanden (zowel op basische als op zure grond). Ook bij ruderale terreinen, zeer open struweel en op rotsachtige terreinen worden de vlinders waargenomen. Ze zijn regelmatig nectardrinkend op kruidvlier waargenomen. Belangrijkste ...

Oostelijke weerschijnvlinder
(Apatura metis) Freyer, 1829 Oostelijke weerschijnvlinder -Beschrijving: - De oostelijke weerschijnvlinder is een soort van zeer warme en vochtige plekken. De vlinders zijn te vinden langs beboste rivieroevers waar de waardplant Salix alba (schietwilg) groeit. De mannetjes en vrouwtjes ontmoeten elkaar bij de boomtoppen van hoge schietwilgen en de vrouwtjes leggen...

Oostelijke witsnuitlibel
(Leucorrhinia albifrons) Leucorrhinia albifrons (Burmeister, 1839) Oostelijke witsnuitlibel -Omschrijving- [laatste larvale stadium, (fig. Lalbifrl.tif)] (naar Aguesse, 1968; Heidemann & Seidenbusch, 1993; Robert, 1958; Er. Schmidt, 1936b; Velthuis, 1960) Matig grote larve met ovaalrond abdomen, vrij slank. Lengte 17 tot 20 mm. -Kop:- [(fig. Leuc.tif), algemene kopvorm...

Oostelijke zilverstreep
(Cigaritis acamas) Klug, 1834 Oostelijke zilverstreep -Beschrijving: - De oostelijke zilverstreep lijkt op de bovenkant van de vleugels een vuurvlinder met staartjes. Op de onderkant staan bruine banden op een lichtbruine achtergrond, die enigszins aan het klein tijgerblauwtje doen denken. De oostelijke zilverstreep komt voor op droge hete locaties. De vliegterreinen...

Oostenrijkse erebia
(Erebia styx) (Freyer, 1834) Oostenrijkse erebia -Beschrijving: - Het leefgebied van de oostenrijkse erebia bestaat uit warme, steile, rotsachtige hellingen met grazige vegetatie en soms met verspreide struikjes. De vlinders worden vaak op kalksteen aangetroffen. De waardplant van deze erebia-soort is Sesleria varia . In Zwitserland duurt de ontwikkeling van ei ...

Oostenrijkse kers
(Rorippa austriaca) -Oostenrijkse kers - RH. 1075 Volledige wetenschappelijke naam: Rorippa austriaca (Crantz) Besser Diagnostische kenmerken t.o.v. Rorippa armoracioides(x): Bladen getand maar niet gelobd. Vrucht ca. 3 x 2,5-3 mm, met een 1-2 mm lange stijl. Kroonbladen 3-4

Oosterse blazenstruik
(Colutea orientalis) -Oosterse blazenstruik - BB. 5044 Volledige wetenschappelijke naam: Colutea orientalis Mill. Diagnostische kenmerken t.o.v. Colutea arborescens: Blaadjes 7-11, omgekeerd eirond, 0,5-1,5 cm lang, blauwgroen, zwak of niet geaderd. Tros 2-5-bloemig. Vrucht o

Oosterse kakkerlak
(Blatta orientalis) oosterse kakkerlak Lengte 19-25 mm, januari-december -Kenmerken- Mannetje (062 1a g) met donkere roodbruine voorvleugels, die het achterlijf voor 1-4 onbedekt laten. Vrouwtje (062 1b g) met korte, rudimentaire voorvleugels achtervleugels ontbreken. -Voorkomen- In Europa komt deze exoot uit Zuidwest-Azië uitsluitend in gebouwen voor. Vroeger ov...

Oosterse karmozijnbes
(Phytolacca esculenta) -Oosterse karmozijnbes - RH. 1823 Volledige wetenschappelijke naam: Phytolacca esculenta Van Houtte Diagnostische kenmerken t.o.v. Phytolacca americana: Vruchtbeginsels 8, vrij. Meeldraden 8. Bladen elliptisch, stomp tot spits of kort toegespitst. Bloemen

Oosterse morgenster
(Tragopogon pratensis subsp. orientalis) -Oosterse morgenster - RH. 1292 -Rode Lijst 3- Volledige wetenschappelijke naam: Tragopogon pratensis subsp. orientalis (L.) Celak. Zie soort: Tragopogon pratensis Diagnostische kenmerken: Lintbloemen goudgeel of iets oranjegeel, ongeveer dubbel zo lang a

Oosterse raket
(Sisymbrium orientale) -Oosterse raket- RH. 1212 Volledige wetenschappelijke naam: Sisymbrium orientale L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Sisymbrium altissimum: Kelkbladen rechtopstaand, niet gehoornd. Bovenste bladen enkelvoudig of met 1 paar lijnlancetvormige slippen. Stengel

Oosterse ridderspoor
(Consolida hispanica) -Oosterse ridderspoor - BB. 5045 Volledige wetenschappelijke naam: Consolida hispanica (Costa) Greuter & Burdet Diagnostische kenmerken t.o.v. Consolida ajacis en Consolida regalis: Vruchtbeginsel en kokervrucht dicht aangedrukt behaard. Schutbladen der o

Oosterse sterhyacint
(Scilla siberica) -Oosterse sterhyacint- RH. 1887 Volledige wetenschappelijke naam: Scilla siberica Haw. Diagnostische kenmerken t.o.v. Scilla bifolia: Bloemen knikkend, blauw, zelden wit. Bloemstelen korter dan de dwarse doorsnede der bloemen. Bol met 2-4 bladen. Overigen

Oot
(Avena fatua) -Oot- RH. 0126 Volledige wetenschappelijke naam: Avena fatua L. Diagnostische kenmerken t.o.v. Avena sterilis: Tweede en derde bloem ook afzonderlijk bij rijpheid afvallend, het litteken ten dele met een harde glanzende rand. Derde bloem (vaak aanwezig) m

Opercularella lacerata
Opercularella lacerata (Johnston, 1847) -Beschrijving:- De kolonies van deze soort zijn korte rechtopstaande stammetjes, 1 tot 2 cm hoog. Zo'n stammetje kronkelt een klein beetje, en is helemaal geringd. Weinig vertakkingen. De hydrotheca van de poliepen hebben een speciale vorm: ze zijn het dikste in het midden en hebben een opening die met 9 tot ...

operculum
Hoornachtige of kalkachtige plaat waarmee de schelp (bij slakken), koker (bij borstelwormen) of hydrotheca (bij hydroïdpoliepen) kan worden afgesloten. Alternatieven: opercula

Oplodonta viridula
Lengte 8-9 mm, juni-juli. -Kenmerken- Kop en borststuk brons gekleurd, achterlijf helder groen met zwarte naar achteren toe verbrede lengteband. -Voorkomen- Algemeen op grazige, vochtige locaties bij modderige wateren. -Levenswijze- Larve leeft net als de kameleonwapenvlieg aan het wateroppervlak, maar ze heeft een duidelijk korter lichaam en wordt...

Oranje aderzwam
(Phlebia radiata) -Nederlandse naam:- Oranje aderzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam korstvormig, ovaal tot onregelmatig uitgestrekt, Ø enkele cm tot enkele dm. Hymenium onregelmatig radiair geplooid-geaderd tot geribd, helder oranje tot dof vleeskleurig of violetgrijs, met

Oranje berkeboleet
(Leccinum versipelle) -Nederlandse naam:- Oranje berkeboleet -Beschrijving- Hoed halfbolvormig tot gewelfd, Ø 8-20 cm, gelig-oranjebruin. Buisjes wit tot gelig-bruin, wijnkleurig bij kneuzing. Poriën klein, grijs tot okerkleurig, wijnkleurig bij kneuzing. Steel 10-18 x 2-3 cm,

Oranje berkenspanner
(Archiearis parthenias) oranje berkenspanner Spanwijdte vleugels 30-40 mm, maart-april -Kenmerken- Voorvleugels donkerbruin met witte en grijze patronen van dwarsbanden; achtervleugels oranje met bruine tekening. Lijkt wat op een uiltje. -Voorkomen- Vrij algemeen in open berkenbossen en heidevelden. -Levenswijze- Rups is groen met witte strepen en zwarte ruglijn en leeft ...

Oranje borstelbekertje
(Cheilymenia fimicola) -Nederlandse naam:- Oranje borstelbekertje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam schijf- tot schotelvormig, Ø 2-6 mm. Binnenzijde oranjegeel tot geel. Buitenzijde met doorschijnende, bleekbruine haren, bleek oranjegeel. -Voorkomen- Op koeienmest in gra

Oranje druppelzwam
(Dacrymyces stillatus) -Nederlandse naam:- Oranje druppelzwam -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam druppel- of kussenvormig tot vlak bekervormig, Ø 2-5 mm, slijmerig, gelatineus, geel tot oranjegeel, droog oranje tot oranjerood. -Voorkomen- Dicht opeen in groepen op sterk v

Oranje dwergmycena
(Mycena acicula) -Nederlandse naam:- Oranje dwergmycena -Beschrijving- < 1cm: loep Hoed halfbolvormig, Ø 2-10 mm, gestreept, oranje tot oranjerood, met een gele rand. Lamellen bleek geel met een wittige lamelsnede. Steel 2-4 cm x 1 mm, helder geel. Vlees bleek oranje. Geu

Oranje havikskruid
(Hieracium aurantiacum) -Oranje havikskruid - RH. 0611 Volledige wetenschappelijke naam: Hieracium aurantiacum L. Diagnostische kenmerken: Bloemen oranje, tijdens het drogen purper verkleurend. Hoofdjes talrijk, aanvankelijk dicht opeen, later in een schermvormige pluim. Plant m

Oranje inktzwam
(Coprinus erythrocephalus) -Nederlandse naam:- Oranje inktzwam -Beschrijving- Hoed ei- tot klokvormig, Ø 1-2 cm, gestreept, licht grijsbruin, bedekt met een oranjerood tot koraalrood velum. Lamellen bleek tot bruinzwart. Steel 2-7 cm x 2-3 mm, wittig, met oranje- tot koraalrode vlo

Oranje luzernevlinder
(Colias croceus) (Fourcroy, 1785) Oranje luzernevlinder -Beschrijving: - De oranje luzernevlinder kan in mooie zomers in vrijwel heel Europa als trekvlinder opdagen. Ze zitten dan vaak op klaver- of luzernevelden of bij andere bloemrijke vegetaties. De eitjes worden een voor een afgezet op de bovenkant van bladeren van vlinderbloemigen, zoals Medicago sativa (luzer...

Oranje melkzwam
(Lactarius mitissimus) -Nederlandse naam:- Oranje melkzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd tot ondiep trechtervormig, Ø 3-6 cm, fluwelig, oranje of helder oranjebruin tot abrikooskleurig. Lamellen iets aflopend, bleek oker. Steel 3-7 cm x 6-12 mm, oranjebruin. Vlees wit, melk wit.

Oranje mestzwammetje
(Cheilymenia granulata) -Nederlandse naam:- Oranje mestzwammetje -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam vlak schotelvormig, Ø 1-5 mm. Binnenzijde korrelig ruw, helder geeloranje tot oranjerood. Buitenzijde kleiig-korrelig, oranjegeel. -Voorkomen- Op koeienvlaaien in voedselrij

Oranje mosbekertje
(Neottiella rutilans) -Nederlandse naam:- Oranje mosbekertje -Beschrijving- Vruchtlichaam ondiep schotelvormig, Ø 1-2 cm. Binnenzijde oranje tot oranjerood. Buitenzijde witharig, oranjegeel doorschemerend, gesteeld. Steel in substraat verzonken. -Voorkomen- Parasiterend op lev

Oranje ridderzwam
(Tricholoma aurantium) -Nederlandse naam:- Oranje ridderzwam -Beschrijving- Hoed gewelfd, dan uitgespreid met een stomp bultje in het soms wat ingedeukte centrum, Ø 5-10 cm, glad, vochtig kleverig, droog zeer fijn schubbig, oranjerood of -bruin tot kastanjebruin, met een lichte

Oranje springzaad
(Impatiens capensis) -Oranje springzaad- RH. 2463 Volledige wetenschappelijke naam: Impatiens capensis Meerb. Diagnostische kenmerken t.o.v. Impatiens noli-tangere: Bloemen oranje, met grote roodachtige vlekken. Onderste kelkblad plotseling in de horizontaal teruggekromde spo

Oranje stekelzwam
(Hydnellum aurantiacum) -Nederlandse naam:- Oranje stekelzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam tol- tot trechtervormig, tot 6 cm hoog. Hoed Ø 2-7 cm, onregelmatig rond, knobbelig, met een golvende en gekerfde rand, viltig, jong wit, later zwak concentrisch gezoneerd, het centrum ora

Oranje steppevlinder
(Arethusana arethusa) (Denis and Schiffermüller, 1775) Oranje steppevlinder -Beschrijving: - De oranje steppevlinder komt voor op warme schrale graslanden, die vaak tegen bosranden of struwelen aan liggen. Ze kunnen zowel op kalkrijke als zure bodems aanwezig zijn. Het is een onopvallende soort. Het vrouwtje laat de eitjes gewoon in de vegetatie vallen en de jonge ...

Oranje wortelbekerzwam
(Sowerbyella imperialis) -Nederlandse naam:- Oranje wortelbekerzwam -Beschrijving- Vruchtlichaam vlak beker- tot schotelvormig, Ø 2-4 cm. Binnenzijde helder oranjegeel. Buitenzijde kleiig, crèmegeel, diep wortelend met viltige steel. Vlees wittig. -Voorkomen- Op humusrijke bodems

Oranje wortelboorder
(Triodia sylvina) oranje wortelboorder Spanwijdte vleugels 25-45 mm, juli-september -Kenmerken- Voorvleugels van het mannetje (338 2 g) licht roodbruin, bij het vrouwtje meer grijsbruin met gelige, scheve strepen en donkere vlekken. -Voorkomen- Vrij algemeen in vochtige biotopen, vaak ook nog te vinden in weilanden en tuinen. -Levenswijze- Bij deze soort gaat het ma...

Oranje wratkorstmos
(Xanthoria calcicola) -Nederlandse naam:- Oranje dooiermos (Oranje wratkorstmos) -Beschrijving- Thallus bladvormig, oranje, in het midden met holle knobbels, die ongeveer even hoog als breed zijn en af en toe met een paar apotheciën. -Voorkomen- Vooral op muren en soms op wegb

Oranje zandoogje
(Pyronia tithonus) oranje zandoogje Spanwijdte vleugels 30-38 mm, juli-september -Kenmerken- Kleiner dan het bruin zandoogje. Bovenzijde vleugels oranje met brede, bruine zoom; voorvleugel met een zwarte oogvlek met een dubbele witte kern, achtervleugel met kleine oogvlek met enkele witte kern. Mannetje (394 2b g) met donker veld van geurschubben. Onderkant achtervle...

Oranje zandoogje
(Pyronia tithonus) (Linnaeus, 1767) Oranje zandoogje -Beschrijving: - Het oranje zandoogje komt op veel verschillende typen graslanden voor. Meestal gaat het om droge tot vochtige, enigszins ruige vegetatie naast of in de buurt van bossen en struwelen. De vlinders zitten graag op struweel te zonnen en bezoeken vaak bloemen. Het vrouwtje zet de eitjes een voor een af ...

Oranje zwameter
(Hypomyces aurantius) -Nederlandse naam:- Oranje zwameter -Beschrijving- < 1cm: loep Vruchtlichaam kogelvormig met een papil, Ø 0,3-0,4 mm, dicht opeen in een korst van enkele cm. Peritheciën oranje tot oranjegeel, in een goudgele tot bleekoranje hyfenmat ingebed. -Voorkomen-