UDS - monumentenzorg, bouw- en cultuurhistorie

Deze woordenlijst kan afkomstig zijn van een online bron die niet meer beschikbaar is, of kan zijn samengesteld door externe bronnen. De informatie kan sinds de oorspronkelijke publicatie zijn veranderd. We raden aan om kritisch te zijn bij het beoordelen van de waarde en actualiteit ervan.
Categorie: Bouw en Constructie > monumentenzorg, bouw- en cultuurhistorie
Datum & Land: 19/01/2009, NL
Woorden: 1297


Moer
Bij een moer denken we aan een meestal metalen plaatje, vierkant of zeshoekig, met een gat waarin schroefdraad is gefreesd. Zij is de bijna vaste gezel van de (schroef)bout. Het koppel moet bij elkaar passende schroefdraad hebben voor een goede relatie. De uitdrukking 'spreek je moerstaal' slaat ove...

Molen voor vaste windrichting
Iedere Nederlandse molenaar zou er jaloers op worden: een molen die de wind altijd uit dezelfde windrichting krijgt. De ontwikkeling van de molen in onze streken is de geschiedenis van de steeds creatievere manieren die bedacht werden om de wieken naar de op dat moment heersende windrichting te kunn...

Molenrestant
Molens zijn de Nederlander dierbaar. Al was het maar vanwege het geld dat de toeristen daardoor in het laadje brengen. In het verleden werd minder zuinig omgegaan met molens, ze waren zo gewoon. En mischien werden ze wel net zo min gewaardeerd als de windturbines nu. Menige oudheidkundige vereniging...

Molenwiek
Hoeveel wieken heeft een windmolen? Vier toch? Het is verwarrend dat twee wieken samen één roede hebben. Dat moet wel, want de kracht die de wind op de wieken uitoefent is onvoorstelbaar groot. Het is ondenkbaar dat de askop midden in het wiekenkruis vier aparte roeden zou kunnen verdr...

Monnik op een beer
Wie voor het eerst de uitdrukking 'een monnik op een beer' hoort, zal daarbij ongetwijfeld boeiende beelden voor ogen krijgen. De kans is klein dat hij denkt aan een muur die dwars door een gracht gebouwd is en aan de bovenzijde merkwaardige 'torentjes' heeft. Toch zal dit meestal wel bedoeld zijn, ...

Monogram
'Mono' betekent 'één'. Toch heb je voor een monogram minstens twee letters nodig, want door letters door elkaar te vlechten krijg je een monogram. Vooral in de renaissance kwam het monogram als siermotief op. Het is de tijd van het 'ik', waarin de rijke opdrachtgever er maar niet genoe...

Monoliet
De term 'monoliet' wordt gebruikt wanneer iets uit één blok natuursteen gehouwen is, terwijl voor dat doel meestal meerdere stenen gebruikt worden. Een bifora is een venster met twee openingen, gescheiden door een deelzuiltje. Meestal zijn hiervoor heel wat steenblokken nodig. Wanneer ...

Monolithisch schijngewelf
Er zijn diverse vormen van schijngewelven; die lijken alleen maar op echte gewelven. De merkwaardigste eend in deze bijt is te vinden in de holenkerken. Niet alleen het gewelf daarvan is niet gewoon opgebouwd uit metselwerk, nee, de hele kerk is een grot in een berg en bestaat dus in feite uit &eacu...

Monolithische bifora
Een bifora is een venster met twee lichtopeningen, gescheiden door een deelzuiltje. Een zuil bestaat meestal uit een kapiteel, een basement en een schacht. Wanneer de bifora niet al te groot is, bestaat het deelzuiltje uit één stuk steen: het is dan een monoliet. Het komt voor dat de ...

Montant
Om in een groot venster glas-in-lood te kunnen plaatsen, moet het oppervlak verkleind worden. Dat kan met houten roeden bij een niet al te groot raam. Maar vooral bij kerkvensters zijn stevigere oplossingen nodig. In de breedte wordt het venster als het ware in smalle vensters verdeeld; de stenen st...

Moordgat
Het heeft een heel griezelige naam: het moordgat. Maar zeldzaam duidelijk gaat het hier echt om 'noodweer'. Door het moordgat konden de verdedigers van een belegerde vesting zich verweren. De borstwering van de weermuur heeft kantelen en de ruimte daartussen heet 'moordgat'. Achter een kanteel kon m...

Morgenster
als wapen De morgenster kent enkele varianten. De vaste morgenster (23) is ontstaan uit de gewone houten knots en bestemd voor het bewapenen van het lagere voetvolk. Het was mogelijk om eenvoudige exemplaren zonder al te veel moeite zelf te maken. Dan konden in tijden v...

Mortier
In tegenstelling tot de bombarde, die werd ingezet wanneer men de voorkeur gaf aan een vlakke baan van het projectiel, is de mortier ontwikkeld om stenen kogels met een grote boog in een belegerde vesting te werpen. Vanaf het laatste kwart van de 15de eeuw krijgen deze vuurmonden een plaats op het k...

Mos
Een zacht tapijt van mos ziet er romantisch uit. Wie zich daar verlangend op uitstrekt, zal in veel gevallen ontdekken dat mos een goeie spons is. Men voelt dan nattigheid omdat mos vooral op beschaduwde en vochtige plaatsen goed gedijt. De begroeiing van een dak of muur begint vaak met algen en kor...

Motte met ringburcht
De zwaartekracht is geen verdedigingsmiddel, maar komt wel goed van pas bij de verdediging. Vooral het gooien met stenen, hete pek en andere onaangenaamheden gaat beter van boven naar beneden dan andersom. De motte is een heuvel, opgeworpen om vanuit de hoogte een aanval af te slaan. Natuurlijk is h...

Mozaïek
Onvoorstelbaar veel werk: 'schilderen' met heel kleine steentjes, want dat is het maken van een mozaïek eigenlijk. Omdat de kleine vierkante steentjes door en door gekleurd zijn, bijvoorbeeld blokjes wit en zwart marmer of gekleurd glas, gaat de kleur ook na duizenden jaren niet verloren. De kl...

Muldenpan
Een veel voorkomende machinale dakpan is de muldenpan. Dat deze minder bekend is dan een aantal soortgenoten volgt uit het feit dat de muldenpan vaker op achterschilden en op schuren voorkomt. Hieruit kan afgeleid worden dat de status kennelijk niet zo hoog was. Regionale voorkeuren spelen ook een r...

Mutulus
De mutulus is een onderdeel van het hoofdgestel in de Dorische orde. Het gaat om een versiering in de vorm van een plaat, die hangt aan de onderkant van de kroonlijst, boven de trigliefen van het fries. Het is te zien als de tegenhanger van de regula, die de triglief aan de onderzijde benadrukt. Zow...

Muuranker
Om de gevels van een gebouw aan de houtconstructie te verbinden zijn ankers nodig. Het gaat bij die houtconstructie dan meestal om de vloerbalken en de kap, alleen eeuwen geleden hadden huizen vaak een houtskelet, dat veel uitgebreider was. Aan de (vloer)balk wordt de veer van een staaf vastgespijke...

Muurkast
Naast losse meubels kende het huis in de middeleeuwen ook heel vaste meubels: de muurkast is er een voorbeeld van. Het is een in de muur uitgespaarde of uitgehakte nis, die als bergkast gebruikt wordt en daartoe meestal met een deurtje afgesloten kan worden. Afhankelijk van het gebruik is de kast vo...

Muurplaat
Bovenop de muren van een stenen gebouw ligt een forse balk, in dezelfde richting als de dakschilden. Hierop rusten de daksporen. De spantbenen hebben de muurplaat ook nodig: ze zijn er door blokkeels aan gekoppeld. Ook bij houtbouw is de muurplaat aanwezig, maar die valt minder op tussen alle andere...

Muurtoren
Een stadsmuur geeft de burgers een gevoel van veiligheid, maar die moet dan wel bewaakt worden. Wachtlopen op de muur is, zeker in tijden van dreiging, van levensbelang. Uitkijktorens zijn bij die bewaking heel belangrijk, je kunt vanuit de hoogte verder kijken. Wordt het echt spannend, wordt de sta...

Naams doopvont
In de periode van het romaans, en nog lang daarna, werden veel doopvonten gehakt uit Naamse steen. In tegenstelling tot de Doornikse, die van sterk gelijkende kalksteen zijn, is de hoofdvorm meestal rond (in de gotiek veelhoekig) met aan vier zijden een uitstekend deel, meestal een in de vorm van ee...

Nageruwde baksteen
Een van de merkwaardigste verschijnselen in de ontwikkeling van het bouwen is dat wat komt ná het bereiken van perfectie. Zo heeft de mens eeuwenlang gestreefd naar het maken van perfect gladde baksteen. In de 18e eeuw werd de toen toch al heel strakke steen vaak geslepen om een nog gladder o...

Natuurlijke verdikking als pseudosleutelstuk
Het ligt voor de hand dat een pseudosleutelstuk uitgesneden wordt uit een - al dan niet toevallig - op de juiste plaats voorkomende verdikking van de boomstam, die gekozen is om de balk uit te hakken of te zagen. Daardoor hoeft er aan die zijde geen los sleutelstuk vastgespijkerd te worden. Te herke...

Natuursteen
Eigenlijk is een blok natuursteen een stukje van een berg. Puur natuur, klaar gemaakt voor onnatuurlijk gebruik. Tot de heruitvinding van de baksteen werd in hout gebouwd, behalve als er genoeg geld was om natuursteen uit het buitenland te halen. Meestal was dat tufsteen uit de Eifel, hoewel luxere ...

Natuursteenimitatie
in pleisterwerk Kostbare natuursteen werd vaak in schilderwerk gesuggereerd. Dan werd òf een kostbare soort geïmiteerd, òf er werd door het schilderen van een voegenpatroon op een dunne afwerklaag de indruk gewekt dat de muur opgebouwd was uit grote b...

Natuursteenimitatie
in schilderwerk Natuursteen straalt rijkdom uit. In Nederland is bijna geen natuursteen te vinden, vanwege de transportkosten was het materiaal dus altijd duur. Ook in de landen waar volop natuursteen aanwezig is, bestond er een band tussen natuursteen en welvaart. Het ...

Natuurstenen kruisvenster met deelzuiltje
Een verhaaltje over iets dat haast niet te vinden is: het kruisvenster dat in het benedendeel een deelzuiltje heeft. Toch is dit natuurstenen kruisvenster een soort 'missing link', gevonden in Doornik (Tournai). Een romaans venster dat twee vakken bevat, gescheiden door een deelzuiltje zie je vaak. ...

Natuurstenen spiltrap
Een oude vorm van pre-fab bouw is de natuurstenen spiltrap. Iedere traptrede is uit één blok natuursteen gehouwen, taps toelopend en eindigend in een rond gedeelte. Door deze rondingen op elkaar te leggen krijg je de spil van de trap. De treden leg je dan spiraalvormig verspringend op ...

Negkraal
Om de neg te versieren is het aanbrengen van een kraalprofiel in de hoek ervan een effectief middel. Dit is meestal een rondstaaf. De schaduw ervan geeft reliëf aan een kaal stukje muur. Loopt dit profiel helemaal door langs de bovenkant van het venster of de nis, dan heet dit omkraald. ...

Netgewelf
In de late gotiek zijn de eenvoudige kruisribgewelven, met twee elkaar kruisende ribben, niet meer ingewikkeld genoeg. De 'moderne' bouwmeester wil dan graag zijn kunnen tonen en er ontstaat een veelheid aan soms expres onmogelijk lijkende vormen, zoals die met hangende sluitstenen. Het netgewelf va...

Niëllo
In blank metaal kan een tekening aangebracht worden door erin gegraveerde lijnen te vullen met zwart poeder, dat in te branden en het resultaat flink te polijsten. Het gevolg is een duidelijke tekening die voorgoed zichtbaar blijft. Niëllo wordt vooral toegepast op zilver. Een plak zilver, die ...

Nieuwbouw
Het is een erg relatief begrip: nieuwbouw. Woon je in nieuwbouw? Als je er lang genoeg blijft, klopt dat niet meer. Of toch? Het begrip 'nieuwbouw' wordt niet alleen gebruikt om aan te geven dat een pand nieuw is, maar ook om het te onderscheiden van een verbouwing. Van een fraaie rij godskameren in...

Nijptang
De Romeinen kenden de nijptang al, voor zover bekend vooral voor het uittrekken van spijkers. Ook in de middeleeuwen werd deze tang gebruikt, helaas ook als martelinstrument. Net als de meeste andere tangen bestaat de nijptang uit twee scharnierende stukken ijzer, waarvan de lange delen als handvat ...

Nimbus
Een heilige straalt van heiligheid en verspreidt een hemelse geur. Dit laatste wist de middeleeuwer heel goed, want heel vaak werd bij het zoeken naar het graf van een heilige het gezochte lichaam intact, heerlijk geurend en liefst ook nog lichtgevend aangetroffen. Hij wist gelukkig nog niet dat lat...

Nok
De nok is de lijn die de bovenkant van het dak vormt, daar waar de dakschilden elkaar ontmoeten. Is het geen lijn, maar één punt, zoals bij een tentdak, dan spreken we niet van de nok, maar van de nokpunt. Ook een plat dak heeft geen nok. De nok vangt veel wind en is daardoor kwetsbaar...

Nokpunt
Een tentdak heeft een nok die uit één punt bestaat: de nokpunt. Meestal is deze op de een of andere manier versierd, bijvoorbeeld met een piron. Wanneer een schilddak bijna een tendak is, spreken we van een schilddak met een korte nok, want er is niet één nokpunt, maar er...

Nokstijl
De nokgording is de bovenste balk van de kapconstructie, deze moet goed op zijn plaats gehouden worden. Hiervoor dient de nokstijl: een stijl die de nok ondersteunt. Hoe voor de hand liggend dit ook lijkt, de nokgording wordt niet altijd door een nokstijl ondersteund. Om de recht omhoogwijzende noks...

Nokstijlschoor
Van al de grote balken en kleine houtjes in een kapconstructie kun je er heel wat als 'schoor' betitelen. Schoren is steunen en vooral de schuin geplaatste balken vervullen die functie. Gelukkig is er voor heel wat van die onderdelen een andere term bedacht, maar voor enkele geldt dat niet. We kunne...

Obelisk
De obelisk is een bekend naaldvormig sierelement, vierkant in doorsnede. Niet alleen pronkt hij vaak pontificaal midden op een plein, ook in het klein is hij te vinden als ornament bij klassiek geöriënteerde architectuur. In Europa is de obelisk bekend geworden doordat de Romeinen er heel ...

Oculus
van voluut Een voluut bestaat uit een spiraal, de oculus is het oog in het midden, van waaruit de zich verwijdende lijn vertrekt. Als je de voluut ziet als een draaikolk, dan is de oculus het gevaarlijkste punt in het midden. Gelukkig komen we de oculus alleen in minder...

Oculus
van koepelgewelf De Romeinen hebben de koepel uitgevonden en ze hadden ook al een heel slimme manier om er licht in te brengen: een rond gat, een oculus bovenin. De beroemdste koepel uit de oudheid is die van het Pantheon van Rome, deze heeft een open gat van negen meter bovenin....

Oeil-de-boeuf
Een oculus is een oog, oftewel een klein rondlicht. Wanneer het wat gedrukt van vorm is, noemt men het een koeienoog, of meestal (slecht vertaald) op z'n Frans: een oeil-de-boeuf. Tekst: Jean Penders, 06-2005. Bronnen: zie literatuurlijst. Foto: Jean Penders

Ojief
Het ojief is een zeer veel gebruikt profiel dat bestaat uit een bol en een hol deel, die samen een vloeiende lijn vormen. Maar hoe onthou je nu welk van de twee vormen het rechte en welk het omgekeerde ojief is?Het rechte ojief heeft boven het holle, daarna, naar onder toe, het bolle. Anders gezegd,...

Ojief-pseudosleutelstuk
Een ojiefsleutelstuk heeft een profiel met als hoofdvorm het ojief, dus een S-vorm, bol en hol onder elkaar. Soms levert de nadere bestudering van een sleutelstuk een verrassing op: het blijkt dan niet aan de onderkant tegen de balk gespijkerd, maar het maakt er deel van uit: het is een pseudosleute...

Ojiefsleutelstuk
Een sleutelstuk dat als hoofdvorm de hol- en bolgebogen lijn van het ojief vertoont, is een ojiefsleutelstuk. Het komt vooral voor in de 16e en 17e eeuw. Deze eenvoudige vorm is de inleiding op het verdwijnen van het sleutelstuk aan het eind van die periode. Hierbij sluit aan de vele ojiefsleutelstu...

Oksaal
Tegenwoordig zijn wij gewend dat kerken van binnen éé grote open ruimte vormen. In de meeste kerken was dat vroeger geenszins het geval. Het priesterkoor, waar de eredienst gevierd werd, was afgescheiden van het schip, waar het soms rumoerige volk zich ophield. Die afscheiding kon best...

Omkraald
Een venster of een nis met in de neg een rondstaaf, heeft een negkraal. Wanneer dit kraalprofiel niet stopt bij de aanzet van de boog, maar helemaal bovenom doorloopt, spreken we van een omkraald venster. Of een omkraalde nis, natuurlijk. Vooral de romano-gotiek heeft vaak gebruik gemaakt van dit vr...

Omlijsting
Wie in zijn architectuur rijkdom wil uitstralen is dol op versieringen. Een gewoon venster is te min en een ingang zonder franje is ondenkbaar. Daarbij wordt al door de Romeinen 'eerlijk steenhouwerswerk' gesuggereerd door pleisterwerk. In de renaissance, barok en de eclectische stijlen komen sierli...

Onbeschoten kap
Dakbeschot was een luxe. Dakbedekking, pannen of riet, lag op pan- of rietlatten, direct zichtbaar vanaf de zolder. Pas eind 19e eeuw werd het beschot wat algemener, tot die tijd waren de zolders tochtig. De meest schrijnende verhalen over de woonellende van armen, nog tot in de 20e eeuw, hangen sam...

Onderdorpelband
bij verlaagd venster Dorpelbanden zijn bedoeld om de gevel te verfraaien door de dorpels van de vensters als het ware door te trekken over de gevel. De onderdorpelband sluit dus aan op de onderdorpel van het kozijn. Tenminste, als het goed is. Maar in de 17e eeuw, toen veel panden...

Onderdorpelband
De dorpelband die ter hoogte van de onderdorpel loopt is de onderdorpelband. Bij 17e-eeuwse vensters zijn vaak dorpelbanden te vinden en in de neorenaissance kwam dit siermotief opnieuw in zwang. Inmiddels was er wel wat veranderd. Vensters werden van een veel lagere borstwering voorzien. Bij nieuwb...

Ontdempen
'Ontdempen' is het woord dat bedacht is om het tegengestelde van 'dempen' aan te geven. Voor de wat oudere lezers is het een van de beste illustraties van de zegswijze 'het kan verkeren'. Het beeld van menige historische stad is de 20e eeuw aangetast door het dempen van grachten, waarbij vooral de s...

Oog
van muuranker De muurankers moeten de gevels en de balklagen van een pand aan elkaar 'smeden'. Daarvoor bewerkte de smid een staaf ijzer. Eén kant kant smeedde hij uit tot een platte strook, de 'veer'. Doordat deze van gaten voorzien werd, kon de staaf aan de bal...

Oor
van omlijsting De omlijsting van een venster of ingang volgt in rijke vormen de omtrek van de versieren muuropening. Aan de bovenzijde is nogal eens een accent te vinden, bijvoorbeeld in de vorm van een wulpse agraaf. Een veel subtielere manier om van het geprofileerde lijnenspel ...

Oostvenster
Het venster dat bij een georiënteerde kerk in het midden van de oostgevel zit kan een bijzondere betekenis hebben. Het gaat daarbij meestal om de hoofdabsis van een vroegchristelijke basiliek, romaanse kerk of Byzantijnse kerk. Het kerkgebouw is niet voor niets op het oosten gericht en het vroe...

Op vlucht gebouwde gevel
Wanneer een gevel achteroverleunt, dan is er iets mis; dat heet een 'slepende gevel'. Het pand is verzakt of de kapconstructie half verrot. 'Vliegt' de gevel, dus hangt hij voorover, dan kàn dat eenzelfde oorzaak hebben, maar dat hoeft niet. Tot de 18e eeuw werden gevels vaak expres zo gebouw...

Opengewerkte attiek
Een attiek is bedoeld om het dak zoveel mogelijk aan het zicht te onttrekken. Het is dan ook merkwaardig dat deze verhoging boven de kroonlijst soms toch opengewerkt werd: daardoor werd het dak weer zichtbaar. Dat openwerken kan door het aanbrengen van gaten, vaker echter neigt de opengewerkte attie...

Opengewerkte attiek met kuifstuk
In de 18e eeuw is voor belangrijke huizen de lijstgevel wel haast verplicht. De horizontale lijn wordt soms nog versterkt het dak te verstoppen achter een attiek, zeker bij oudere panden die in deze tijd een face-lift krijgen. Toch wordt soms de attiek opengewerkt. Brede gevels zijn vaak in de breed...

Opengewerkte borstwering
'Borstwering' is een heel ruim begrip. Een weergang is niet erg veilig meer, wanneer je de borstwering open zou werken. Een balustrade is een heel erg opengewerkte borstwering. De balusters bepalen het aanzicht en de naam. Wanneer de borstwering op een andere manier enigszins transparant gemaakt is,...

Opgewelfde dakvoet
De dakvoet vormt de onderste grens van het dakschild. Vensters en ingangen kunnen dus niet hoger reiken dan de dakvoet. Vooral bij lage zijgevels van boerderijen geeft dat nog wel eens problemen. Een bescheiden boer wist het hoofd te buigen, maar bij menige (woon)boerderij stoten de nieuwe bewoners ...

Ophaalbrug
Van de beweegbare bruggen is de ophaalbrug de bekendste en voor toeristen de meest fotogeniekste. Oorspronkelijk waren ze van hout, sinds de 19e eeuw zijn ophaalbruggen meestal van staal. Bij dit type brug scharniert het wegdek (ook 'klap' genoemd) aan één kant. De andere kant wordt om...

Opleglijst
van deur Een paneeldeur bestaat uit een raamwerk van stijlen en regels, waarin de panelen normaliter direct gevat zijn. Deze steken meestal met een versmalde zijkant, de bossing, in een groef in het raamwerk. In de 17e eeuw wordt voor rijke deuren gekozen voor steeds ingewikkelde...

Opper
van hooi Na het maaien van het gras laat de boer het nog een tijdje liggen om het te laten drogen. Af en toe keert hij het. Daarna kan het nog vochtige gras, alvorens afgevoerd te worden naar een 'definitieve' hooiopslag, op het land opgetast worden in de vorm van een kleine hooib...

Oven
Een vuur werd vroeger meestal open gestookt, op een vuurplaats of in een schouw. Daar kon je dan wel op koken, maar bakken lukte niet. Om brood of andere etenswaren te bakken heb je een ruimte nodig die helemaal gevuld wordt met hitte. Dat is de oven. Deze was vroeger helemaal van baksteen opgetrokk...

Overbouwde werven
in Utrecht Hoe gezellig het huidige gebruik van de Utrechtse werven in de bocht van de Oudegracht ook is, historisch gezien deugt het niet. De werf is bedoeld als loskade, vanwaar de per schip aangevoerde goederen direct de werfkelder en kelder onder het huis in gedragen konden wo...

Overhoeks ingesnoerd eindschild
Dat een torenspits ingesnoerd is, dat zijn we wel gewend. Door het insnoeren lijkt een spits rijziger, het bovenste deel van het dak is immers stijler. Daarom is de truc van het insnoeren soms ook op andere plaatsen te vinden, bijvoorbeeld aan de eindschilden van de kap op een transept. Het insnoere...

Overhoeks ingesnoerde achtkante torenspits
Op een vierkante toren kan probleemloos een vierkante spits geplaatst worden. Toch wordt vaak voor een achtkante spits gekozen, die is sierlijker. Zonder kunst- en vliegwerk blijven de vier hoeken dan onbeschermd open liggen, de spits reikt niet tot daar. Soms worden die delen dichtgemetseld ten gun...

Overhoeks ingesnoerde achtkante torenspits verhoogd geplaatst op vierkante omloop
Er zijn vele voorbeelden van een overhoeks ingesnoerde achtkante torenspits. Deze staat op een vierkant grondplan, anders zou hij niet bij de vier hoeken ingesnoerd hoeven te worden. De hoekkepers staan in dat geval op de buitenzijde van het metselwerk van de torenromp. Zouden ze aan de binnenzijde ...

Overhoekse muizentand
Een muizentand is misschien nog herkenbaar in de tandlijst die 'platte muizentand' heet. Maar in de overhoekse? Het gaat hierbij om een laag bakstenen die, niet zoals bij de platte vorm om de beurt uitsteken, maar die allemaal schuin gelegd zijn, oftewel 'overhoeks geplaatst'. Daardoor vormen de ste...

Overstek
Alles wat uitsteekt zou je een overstek kunnen noemen. In de praktijk wordt deze term gereserveerd voor het overstek van het dak en vooral voor het uitkragende deel van houten huizen. De vakwerkbouw biedt hiertoe uitstekende mogelijkheden: door vloer boven de begane grond door te laten lopen boven d...

Overvalsluiting
van draaispanjolet Om de stang van een spanjolet in beweging te krijgen, is ongeveer in het midden een hulpmiddel aangebracht. Bij een draaispanjolet is dit een overvalsluiting, ook wel sluitboompje genoemd. Wanneer je er horizontaal aan trekt, draait de stang om zijn as, zodat de...

Overwelfde lichtbeuk zonder luchtbogen
Wij vinden het prachtig: een grote gotische kerk met een woud van steunberen en luchtboogstoelen, vanwaar ranke luchtbogen zich tegen de hoog oprijzende lichtbeuk vlijen. Maar kennelijk werd al in de middeleeuwen daarover hier en daar toch anders gedacht. In het nuchtere Groningen, bijvoorbeeld, is ...

Ozendrop
Een smalle ruimte tussen twee diepe huizen is een ozendrop en deze wijst meestal op een interessante geschiedenis. Deze druipstrook was oorspronkelijk de enige manier om te voorkomen dat houten huizen met hun rieten daken snel weg zouden rotten doordat het regenwater niet weg kon. De gootloze daksch...

Paaskandelaar
Het ontsteken van het licht van de paaskaars in de nachtmis, in een donkere kerk vol mensen op hun paasbest, is een van de meest indrukwekkende rituelen. De vlam van de paaskaars wordt doorgegeven en verspreidt zich langzaam door de kerk wanneer de kaarsen van alle gelovigen gaan branden. Mooier kan...

Paddestoelvloer
Een betonvloer die rust op kolommen waarvan de bovenkant breed uitloopt in de vorm van een paddestoel, heet een paddestoelvloer. Of dit beeld klopt, hangt af van het soort paddestoel dat je voor ogen hebt. Maar laten we het houden op het volgende beeld: een steel met aan de bovenzijde een 'hoed', ee...

Palladio-motief
Andrea Palladio is een van de beroemdste architecten van de renaissance. In veel van zijn ontwerpen komt een motief voor, dat naar hem het 'Palladio-motief' genoemd wordt. Het gaat om een rondboog, die op zuilen rust, met aan weerzijden een smalle opening, die door een architraaf wordt afgesloten. H...

Palmboom
De palmboom is uitstekend geschikt om onder te luieren. Wanneer je er een bij de hand hebt, ben je waarschijnlijk op vakantie in een warm land. Het palmhout van deze palm is minder nuttig, het is erg zacht. Dat woord 'palmhout' betekent in het koude noorden vaak 'bukshout', gevolg van het feit dat d...

Palmet
Weinig planten zijn in hun gestileerde vorm als ornament zo moeilijk herkenbaar als de palmboom. De markante bladeren hebben door alle eeuwen heen kunstenaars geïnspreerd tot motieven, die als punt van overeenkomst vaak niet meer hebben dan het halfrond uitwaaieren vanuit het midden. Het is dan...

Palmezel
Pasen was vroeger het belangrijkste kerkelijke feest. De aanloop kreeg en krijgt nog steeds veel aandacht. De veertig dagen vóór Pasen vormen de vasten, die begint met vastenavond (carnaval). De laatste week is de Goede Week, die begint met Palmpasen (Palmzondag of Passiezondag). Op di...

Palmhout
Het hout van de palmboom heet palmhout. Maar pas op! In de bouw wordt met het woord 'palmhout' meestal bukshout bedoeld, het hout van de buxus, die vroeger ook wel 'palm' genoemd werd. Die 'buxus sempervirens', als boom of als struik, lijkt in niets op de palm met zijn grote sprietachtige bladeren. ...

Palmtakje
Het palmtakje komt niet van de palmboom. Waarom heet het dan zo? We kennen, en dan vooral de oudere mensen uit het zuiden onder ons, het palmtakje als een typisch rooms-katholiek gebruik. Al in de 6e eeuw werd in Spanje op Palmpasen, de zondag vóór Pasen, een processie gehouden, de pal...

Panhaak
Een dakpan wordt met zijn neusje aan de panlat gehangen. Dat werkt prima, ook wanneer aan de onderkant een driehoekig stuk van de pan afgehakt wordt, om deze te laten passen bij een kilgoot. Zo'n behakte dakpan, in deze toepassing 'aanhoeker' genoemd, komt ook voor bij een hoekkeper. Ook daar moet e...

Parellijst
Parels, diamanten, het zal niet verwonderen dat deze symbolen van weelde vaak gebruikt zijn als ornament. In steen uitgehakte diamantkoppen of parelsnoeren zijn dan ook al vele eeuwen geliefde ornamenten. Sinds de Griekse oudheid is de parellijst in de klassieke architectuur niet meer weggeweest. He...

Parelmoer
Parelmoer is de moeder van de parel. Het is de schelp van de pareloester, en net als deze, gewild omwille van zijn bijzondere glans. Nu is de appreciatie ervan wel een beetje een kwestie van smaak. Wie de 18e- en 19e-eeuwse parelmoeren tableaus gezien heeft die in de Hermitage van Sint-Petersburg be...

Passiezuil
In de middeleeuwen kreeg het lijden van Christus steeds meer aandacht, in de tijd van de late gotiek ontstonden allerlei verwijzingen ernaar. Het crucifix toonde een steeds bloederiger afbeelding. Maria als de Moeder van Smarten, de beeldengroep van de Graflegging, het 'Heilig Graf' en ook de 'passi...

Pateen
Tijdens de eucharistie wordt op symbolische wijze de kruisiging van Christus opnieuw voltrokken. Volgens de leer van de Rooms Katholieke kerk betekent dit dat tijdens de consecratie het brood (de hostie) het lichaam en de wijn het bloed van Christus wordt. Daarmee moet vanaf dat moment met de meeste...

Pavese
Dit schild is zo groot dat het rechtop gezet wordt als dekking: het is een standschild (14). Het behoorde tot de persoonlijke uitrusting. Het werd op de rug meegedragen, in het bijzonder door met kruisbogen bewapende voetsoldaten. De hoogte bedroeg 110 cm. en was van, in de regel, drie houten planke...

Paviljoen
Het woord paviljoen heeft verschillende betekenissen, maar in alle gevallen gaat het om een relatief bescheiden gebouw of bouwdeel. Als tuinhuis is een paviljoen een vrijstaand bouwsel, terwijl een (bouwkundig) min of meer zelfstandige afdeling van een medische instelling ook paviljoen heet. Minder ...

Peer
Een boomgaard levert fruit, vooral appels en peren. Ook in de beeldende kunst is de peer te vinden, onder meer in rijke festoenen. Vanwege zijn sierlijke vorm komt de peer in tal ven bouwkundige termen terug, zoals de peer van een torenbekroning of als peer van een duim. De boom werd vroeger niet al...

Peer
van duim van geheng Een deur, luik of raam dat met zijn geheng aan twee duimen hangt, kan daar van af gehaakt worden. Dat gaat simpel: tillen en weghalen maar. Zo konden vroeger bijvoorbeeld ieder jaar de luiken gemakkelijker geschilderd worden. Maar het terughangen, dat gaat niet...

Peerkraal
Een kraalprofiel dat bestaat uit een rondstaaf die als versiering een uitspringend plat stukje heeft, is een peerkraalprofiel. Dat uítstekende bandje heet de 'riem'. De naam is simpel te begrijpen: de doorsnede lijkt op een peer (en dan is de rondstaaf een appel). De peerkraal komt al voor in...

Peerkraalsleutelstuk
Tussen al de gevariëerde vormen van de sleutelstukken valt van de 14e tot in de eerste helft van de 16e eeuw het peerkraalsleutelstuk op. Het heeft als hoofdvorm een profiel met een peerkraal. Aan de boven- en onderzijde volgt daarop een hol. Vaak is de zijkant ook rijk bewerkt met een biljoen,...

Peerkraalsleutelstuk met meerdere kralen
Rond 1500 is het peerkraalsleutelstuk in de mode. De peerkraal is niet het enige profiel dat in die periode voor sleutelstukken gebruikt wordt, maar populair is het wel. Bij heel rijke sleutelstukken wordt soms meer dan één kraal toegepast. Dat kan een combinatie zijn van peerkralen me...

Pen
van scharnier Alles draait in het scharnier om de pen. Deze houdt de ronde leden van de beide bladen bij elkaar en soms ook nog enkele ringen. Dit middelste deel van het scharnier heet de knoop. Om te zorgen dat de pen niet door de knoop heenzakt, heeft deze aan de bovenkant een b...

Pen-en-gatverbinding
Houtverbindingen waarbij een pen in een gat steekt en met één (of meer) toognagel(s) vastgezet wordt komen veel voor. Bij een traditioneel vervaardigd kozijn is deze constructie vaak herkenbaar aan de aftekening van de ronde toognagel, al heeft de timmerman geprobeerd deze zoveel mogel...

Pendentief
Een koepel heeft een rond of achthoekig grondplan. Zelden staat deze op een rond gebouw, dus daar ligt een probleem. Hoe sluit je dan aan op de meestal vierkante onderbouw, bijvoorbeeld de viering van een kerk? Gelukkig is daarover al vele eeuwen nagedacht en er zijn verschillende oplossingen gevond...

Pengat
Het gat waarin de pen van een pen-en-gatverbinding past, is het pengat. Pen en gat worden meestal met toognagels verbonden, de toognagelgaten zijn aan de binnenkant aan weerszijden in het pengat te zien. Steekt een balk met zijn pen schuin in het pengat, zoals bijvoorbeeld bij een korbeel, dan zal &...

Persienne
Luiken zijn handig om vensters grondig van de buitenwereld af te sluiten. Zo grondig dat licht en lucht helemaal buiten blijven, en dat is niet altijd gewenst. Daarom kwam in de 19e eeuw de persienne op: een luik dat niet helemaal 'dichtgeplankt' is, maar voorzien is van schuin geplaatste latjes, de...